Schriftelijke vragen : Het bericht 'Groot vuur, auto’s erin, dat is de Haagse traditie. Maar wij kunnen niet overal zijn'
Vragen van het lid Van Dam (CDA) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Groot vuur, auto’s erin, dat is de Haagse traditie. Maar wij kunnen niet overal zijn» (ingezonden 7 januari 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het interview met de politiecommandant in Trouw van 29 december
2020?1
Vraag 2
Hebt u kennisgenomen van de volgende passage in het interview: «Wij zullen altijd
gaan voor de veiligheid van mensen. Als er een vechtpartij is heeft dat prioriteit
ten opzichte van tien jongeren die een feestje hebben. Bestuurders willen graag dat
we alle illegale feesten ontmantelen, maar dat gaat niet. Het vuurwerkverbod handhaven
en grote groepen op straat zijn niet onze grootste prioriteit»?
Vraag 3
Betreft deze passage de persoonlijke opvatting van deze commandant, of is deze gebaseerd
op door de driehoek van Den Haag, dan wel enige andere gemeente waar zij het commando
voerde, vastgestelde beleidsuitgangspunten dan wel tolerantiegrenzen?
Vraag 4
Kunt u uiteenzetten hoe voorafgaand aan de oudjaarsnacht de richtlijnen voor het politieoptreden
vanuit de driehoek tot stand komen? Worden deze opgesteld door de politie en geaccordeerd
door de burgemeester en de officier van justitie, of worden deze geformuleerd door
de burgemeester en de officier van justitie en opgedragen aan de politie?
Vraag 5
Loopt dit proces overal in Nederland op identieke wijze? Zijn de richtlijnen/kaders
binnen één politie-eenheid telkens dezelfde, of verschilt dat per gemeente of locatie?
Is er sprake van landelijke afstemming? Welke betrokkenheid heeft u, al dan niet door
tussenkomst van het Veiligheidsoverleg dan wel het Landelijk Overleg Politie en Veiligheid?
Vraag 6
Wat vindt u ervan dat enkele dagen voorafgaand aan de jaarwisseling in een kranteninterview
van de zijde van de politie duidelijk wordt gemaakt dat «het vuurwerkverbod handhaven
en grote groepen op straat» niet de grootste prioriteit van de politie zijn? Kunt
u zich voorstellen dat dit signaal opgepakt wordt door calculerende burgers die hier
hun handelen op afstemmen?
Vraag 7
Is dit de functie van beleidsuitgangspunten dan wel tolerantiegrenzen, om het publiek
op voorhand in kennis te stellen van het algemene beleid van de politie? Zijn dit
soort prioriteringen niet veel meer bedoeld voor concrete, individuele situaties dat
de politie daadwerkelijk vanwege capaciteitsgebrek keuzes in optreden moet maken?
Of is er in de oudjaarsnacht standaard, hoe dan ook, waar dan ook, sprake van een
situatie van krapte waardoor een groot deel van de handhaving per definitie komt te
vervallen? Mag die nacht meer dan in andere nachten?
Vraag 8
Bent u bekend met het verloop van de oudjaarsnacht in de Haagse wijk Duindorp, waar
in ruime mate vuurwerk werd afgestoken, op straat brandjes werden gestookt en de Corona-regels
in ruime mate overtreden werden? Was dit, gegeven de gestelde prioriteiten in het
optreden van de politie, een gewenst verloop van de oudjaarsnacht in deze wijk, conform
beleid? Hoeveel aanhoudingen zijn in deze wijk verricht, hoeveel bekeuringen zijn
er uitgedeeld en voor beide vragen voor welke strafbare feiten?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J.L. van Dam, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.