Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Rog en Van den Berg over koude werkplekken in het onderwijs
Vragen van de leden Rog en Van den Berg (beiden CDA) aan de Ministers voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over koude werkplekken in het onderwijs (ingezonden 26 oktober 2020).
Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media), mede namens
de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (ontvangen 17 december 2020).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het artikel «Leraren in opstand tegen onveilige en koude
werkplek»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het beeld dat in het artikel geschetst wordt dat leraren vaak in de kou moeten
lesgeven?
Antwoord 2
Schoolbesturen hebben vanuit goed werkgeverschap de verantwoordelijkheid zorg te dragen
voor een veilige en prettige werkomgeving. Voor een goed binnenklimaat is het belangrijk
te zorgen voor voldoende luchtverversing. Hoe en wanneer het verstandigst gelucht
kan worden is handzaam beschreven in de Handreiking optimaal ventileren in scholen op www.lesopafstand.nl/ventilatie.
Vraag 3
Voldoet volgens u een dergelijke koude werkplek aan de wettelijke verplichtingen omtrent
de arbeidsomstandigheden? Zo nee, welke consequenties zou dit volgens u moeten hebben?
Antwoord 3
Werkplekken dienen in overeenstemming te zijn met de Arbowet. Als uit de RI&E of signalen
van werknemers blijkt dat koude een risico vormt voor de gezondheid, moet de werkgever
maatregelen nemen. Bij de keuze van de juiste maatregelen kan de werkgever gebruik
maken van een arbocatalogus (voorzover over dat risico, in de van toepassing zijnde
catalogus, afspraken zijn gemaakt) en/of zich laten bijstaan door een deskundige.
Vraag 4
Vanaf wanneer kunnen scholen een aanvraag indienen voor de Specifieke Uitkering Doorbouwplan
Scholen (SUDS), zodat zij daarmee het schoolgebouw kunnen aanpassen aan de wettelijke
ventilatienormen?
Antwoord 4
De Specifieke Uitkering Ventilatie in Scholen (SUViS-regeling) wordt per 1 januari
2021 opengesteld voor aanvragen door gemeenten. Dat laat onverlet dat schoolbesturen
nu al met hun gemeenten in gesprek kunnen gaan over nodige ventilatiemaatregelen en
verdeling van cofinancieringskosten.
Vraag 5
Deelt u de mening dat schoolbesturen van scholen die niet aan de wettelijke ventilatienormen
voldoen per direct hierin verbeteringen moeten doorvoeren en niet pas als het geld
uit de SUDS beschikbaar komt?
Antwoord 5
Ja, maar ik verwacht niet het onmogelijke van scholen. In aanloop naar het openstellen
van de SUViS-regeling roep ik schoolbesturen op om in gesprek te gaan met hun gemeente
om gezamenlijk naar korte en lange termijn oplossingen te zoeken. De SUViS-regeling
is nadrukkelijk bedoeld om bij te dragen aan het acuut verbeteren van de ventilatie
omstandigheden en daarmee het binnenklimaat van schoolgebouwen. De regeling staat
toe dat projecten met een start vanaf 1 oktober 2020 in aanmerking kunnen komen voor
deze subsidie.
Vraag 6
In antwoord op eerdere schriftelijke vragen geeft u aan dat het RIVM geen onderzoek
doet naar UV-C en ionisatie met betrekking tot COVID-19.2 Waarom onderzoekt het RIVM dit niet aangezien wij uit het veld vernemen dat er verschillende
wetenschappelijke studies aantonen dat dit een bewezen innovatie is? Bent u bereid
dit alsnog te laten onderzoeken c.q. om daarnaar te laten kijken?
Antwoord 6
Op dit moment zie ik geen aanleiding om het RIVM opdracht te geven om onderzoek te
doen naar UV-C bestraling of ionisatie in relatie tot COVID-19. Het ECDC concludeert
in haar ventilatie update van 10 november 2020 dat er beperkt bewijs is van het effect
van desinfectie installaties op de overdracht van SARS-CoV-2. Het is op dit moment
nog steeds onduidelijk of aerosolen, waar ionisatie en UV-C bestraling op gericht
zijn, een relevante rol spelen bij de overdracht van het virus. Meerdere universiteiten
en kennisinstituten doen onderzoek naar de verspreiding van aerosolen en/of de aerogene
verspreiding van SARS-CoV-2 in een ruimte. Het RIVM volgt deze ontwikkelingen nauwlettend.
Indien daartoe aanleiding is, zal het advies over de ventilatienormen worden herzien.
Momenteel ligt de nadruk vooral op het versterken en verbeteren van de ventilatie
binnen scholen. Om scholen te ondersteunen is de hierboven genoemde handreiking beschikbaar.
Daarnaast is er advies op maat mogelijk via het Kenniscentrum Ruimte OK.
Mocht blijken dat er op bepaalde scholen problemen blijven bestaan, dan kan gericht
gezocht worden naar innovatieve manieren om lucht te desinfecteren.
Vraag 7
Nordrhein-Westfalen gaat subsidies uitgeven voor de aankoop van luchtreinigers, waaronder
ook voor klaslokalen.3 Is het bedrag van 360 miljoen euro dat u beschikbaar hebt gesteld, ook beschikbaar
voor het aanschaffen van luchtreinigers? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
De middelen die beschikbaar worden gesteld voor ventilatie, zien op het bekostigen
van maatregelen om de luchtverversing in een schoolgebouw aan de normen uit het Bouwbesluit
en aanvullende richtlijnen te laten voldoen. Dat voorziet niet in het bekostigen van
specifieke luchtreinigers.
Vraag 8
Bent u bereid om een pilot uit te laten voeren met het gebruik van UV-licht en/of
filters tegen verspreiding van het coronavirus in een afgesloten ruimte, zoals een
klaslokaal?
Antwoord 8
Zoals aangegeven bij antwoord 6 is op dit moment onduidelijk of aerosolen een relevante
rol spelen bij de overdracht van SARS-CoV-2. Daarom heeft ook een pilot met UV-C bestraling
en/of filters geen toegevoegde waarde.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media -
Mede namens
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.