Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Karabulut over langeafstandsrelaties in tijden van corona
Vragen van het lid Karabulut (SP) aan de ministers van Justitie en Veiligheid en van Buitenlandse Zaken over langeafstandsrelaties in tijden van corona. (ingezonden 14 oktober 2020).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister
van Buitenlandse Zaken en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (ontvangen
7 december 2020). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 640.
Vraag 1
Kunt u aangeven wat momenteel de precieze mogelijkheden zijn voor mensen met een langeafstandsrelatie
om elkaar, onder voorwaarden, te blijven zien in tijden van corona?
Antwoord 1
Per 27 juli 2020 is de tijdelijke regeling langeafstandsgeliefden in werking getreden.
Deze regeling ziet op Nederlanders en Unieburgers die hun geliefde voor kort verblijf
naar Nederland willen laten overkomen uit een land met een inreisverbod. Dit mag voor
maximaal 90 dagen binnen een periode van 180 dagen.
Omdat, in lijn met de Europese afspraken over inreismaatregelen, sprake moet zijn
van een duurzame relatie, zijn aan de regeling specifieke voorwaarden gesteld. De
precieze voorwaarden staan beschreven op de website van de rijksoverheid1.
Voor geliefden die een visumplichtige nationaliteit bezitten geldt dat zij een visum
dienen aan te vragen en de vereiste informatie hiervoor moeten aanleveren. Bij de
aanvraag van dit visum wordt ook beoordeeld of de geliefde aan de voorwaarden voldoet
voor de tijdelijke regeling langeafstandsgeliefden. Als de geliefde geen visum voor
kort verblijf nodig heeft, kan men advies over de regeling langeafstandsgeliefden
aanvragen bij de IND. Dit staat ook vermeld op de website van de rijksoverheid. In
het advies van de IND staat of de partner volgens de IND voldoet aan de voorwaarden
van de regeling. Dit advies kan de partner meenemen tijdens de reis, samen met een
relatieverklaring en bewijsstukken. Uiteindelijk besluit de Koninklijke Marechaussee
of toegang wordt verleend tot Nederland.
Derdelanders met een verblijfsvergunning die in Nederland verblijven, of relatiekoppels
die derdelander zijn, kunnen geen gebruik maken van deze uitzondering op het inreisverbod
om te reizen.
Vraag 2
Hoe functioneert bestaande regelgeving op dit terrein naar uw opvatting?
Antwoord 2
Naar mijn mening functioneert deze regeling naar behoren. De tijdelijke regeling voor
langeafstandsrelaties voorziet in het doel waarvoor deze tot stand is gekomen; om
binnen de gestelde voorwaarden, herenigingen met geliefden uit het buitenland weer
mogelijk te maken, ondanks de ingestelde reisbeperkingen. Daarnaast is de regeling
over het algemeen goed uitvoerbaar voor zowel de IND, de Koninklijke Marechaussee
als het Ministerie van het Buitenlandse Zaken.
Ik kan mij goed voorstellen dat het voor koppels een teleurstelling kan zijn als blijkt
dat zij niet aan de voorwaarden voldoen om in aanmerking te komen voor de regeling,
of als blijkt dat het land waarin de partner zich bevindt niet de gelegenheid biedt
om dat land uit te reizen. Nederland heeft echter geen invloed of zeggenschap op het
grensbeleid en de in- en uitreismogelijkheden die deze derde landen hanteren. Het
is de verantwoordelijkheid van de reiziger om bij de betreffende grensautoriteiten
na te gaan of uitreizen naar Nederland mogelijk is.
Er zijn mij en de Minister van Buitenlandse Zaken ook gevallen bekend van partners
die niet in staat waren een visum voor kort verblijf aan te vragen bij de betreffende
ambassade, als gevolg van de gezondheids- en veiligheidsmaatregelen die lokale overheden
hebben getroffen. Zie daarvoor het antwoord op vraag 3 en 4.
Vraag 3 en 4
Ontvangt u ook berichten dat het in de praktijk soms heel moeilijk, zo niet onmogelijk
is voor mensen met een langeafstandsrelatie om elkaar te ontmoeten, bijvoorbeeld omdat
benodigde visa niet (op tijd) bemachtigd kunnen worden?
Wordt gewerkt aan oplossingen hiervoor? Zo ja, hoe?
Antwoord 3 en 4
Ja, ik ben bekend met dit probleem en kan me voorstellen dat het voor de getroffen
koppels erg moeilijk is geweest dat zij niet zo snel herenigd konden worden als gewenst.
Bij het uitbreken van de COVID-19 pandemie is consulaire dienstverlening in het buitenland
afgeschaald. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken spant zich maximaal in om de consulaire
dienstverlening waar mogelijk te herstarten of op te schalen om consulaire klanten
op de best mogelijke manier in deze moeilijke tijden te bedienen.
Al naar gelang de lokale gezondheidssituatie is steeds bekeken of, en zo ja, welke
consulaire dienstverlening kan worden aangeboden. Dat geldt ook voor partners van
Nederlanders of EU-onderdanen. De gezondheids-en veiligheidsmaatregelen die lokale
overheden hebben getroffen (of door een verslechterde gezondheidssituatie opnieuw
nemen) om het COVID-19 virus in te dammen, maken het niet altijd mogelijk om de reguliere
consulaire dienstverlening aan te bieden. Binnen de omstandigheden van het desbetreffende
land wordt zo veel als mogelijk gefaciliteerd.
In sommige gevallen heeft het niet kunnen bemachtigen van een visum voor kort verblijf
te maken met het feit dat Nederland in een derde land wordt vertegenwoordigd door
een andere EU-lidstaat. Door de EU-lidstaten zijn vrijwel alle bestaande bilaterale
Schengenvisumvertegenwoordigingsafspraken tot nader order opgeschort, als gevolg van
de COVID-19 pandemie. In de landen waar Nederland wordt vertegenwoordigd bepaalt het
desbetreffende Schengenland of de visumverlening kan worden hervat.
EU-lidstaten zijn in de regel bereid, bij wijze van uitzondering en als de lokale
situatie dat toestaat, op formeel verzoek van Nederland een visumaanvraag te faciliteren,
als deze tot de uitzonderingscategorieën op het EU-inreisverbod behoort. Aangezien
de versoepeling van het inreisverbod voor langeafstandsrelaties een nationale regeling
is, zullen deze aanvragen niet door een vertegenwoordigend Schengenland worden behandeld.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken -
Mede namens
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.