Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid El Yassini over het bericht ‘Verhalenboek moet Achterhoeks stimuleren’
Vragen van het lid El Yassini (VVD) aan de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Verhalenboek moet Achterhoeks Stimuleren» (ingezonden 25 november 2020).
Antwoord van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
7 december 2020).
Vraag 1
Kent u het bericht «Verhalenboek moet Achterhoek Stimuleren»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Ziet u de meerwaarde van het in stand houden van regionale spreektalen, zoals het
Achterhoeks? Zo ja, op welke manier geeft u hier concreet uiting aan?
Antwoord 2
Ja, ik onderken de meerwaarde van het in stand houden van de regionale streektalen,
zoals het Achterhoeks. Het kabinet heeft ruime aandacht voor het Nedersaksisch, waarvan
het Achterhoeks deel uitmaakt, alsook voor de andere streektalen in Nederland. Het
Nedersaksisch is beschermd onder deel II van het Europees Handvest voor regionale
talen of talen van minderheden. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
heeft als coördinerend departement contact met de lokale overheden betrokken bij de
erkende streektalen in Nederland. In 2018 sloot ik met de provincies Gelderland, Groningen,
Drenthe, Overijssel en Fryslân en de gemeenten Weststellingwerf en Ooststellingwerf
het convenant inzake de Nederlandse erkenning van de regionale Nedersaksische taal.
Het Nedersaksisch is onderdeel van de regionale identiteit van de mensen in de Achterhoek.
De provincie Gelderland ondersteunt Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers (ECAL), dat
het streektaalinstituut is voor het Nedersaksisch. Het ECAL ondersteunt lokale initiatieven
en maakt onder meer lespakketten voor basisscholen en volwassenen, organiseert schrijfcursussen
en legt de taal vast in de zogenaamde WALD-woordenboeken. Daarbij wordt ook samengewerkt
met de andere taalinstituten in het Nedersaksisch taalgebied, Overijssel, Drenthe,
Stellingwerven en Groningen.
Vraag 3
Bent u op de hoogte van de verschillende private initiatieven vanuit «de Feestfabriek»
om de Achterhoekse streektaal in stand te houden? Zo ja, op welke manier ziet u mogelijkheden
om deze initiatieven te ondersteunen?
Antwoord 3
Ja. Ondersteuning van regionale projecten gebeurt via Erfgoedcentrum Achterhoek en
Liemers, dat daartoe namens de provincie Gelderland de opdracht voor heeft. Voor zover
bekend heeft de Feestfabriek het boek zonder overheidsondersteuning uitgegeven.
Vraag 4
Op welke manier maakt het «Achterhoeks» onderdeel uit van het convenant «Nederlandse
Erkenning van de Regionale Nedersaksische Taal», om het voortbestaan van het Achterhoeks
in zowel gesproken als geschreven vorm te borgen?
Antwoord 4
Het Achterhoeks is een variant van het Nedersaksisch dat wordt gesproken in Gelderland.
De provincie Gelderland is een van de partijen in het convenant Nedersaksisch. Het
Achterhoeks maakt daarmee volledig deel uit van het convenant dat in oktober 2018
is gesloten.
Vraag 5
Op welke manier heeft u inmiddels uiting gegeven aan de opdracht binnen het convenant
om na te gaan bij regionale overheden op welke manier het Nedersaksisch bevorderd
kan worden in verschillende maatschappelijke domeinen? Welke concrete plannen zijn
daaruit voortgekomen?
Antwoord 5
Het convenant inzake de Nederlandse erkenning van de regionale Nedersaksische taal
erkent het Nedersaksisch als een wezenlijke, volwaardige en zelfstandige regionale
taal in Nederland. Deze erkenning is complementair aan de erkenning onder het Europees
Handvest voor regionale talen of talen van minderheden. In het convenant is afgesproken
dat de lokale Nedersaksische overheden bij het ontwikkelen van het Nedersaksisch taalbeleid
een voortrekkersrol hebben. Daarbij bepalen zij zelf waar op passende wijze aandacht
gegeven kan worden aan de bescherming van het Nedersaksisch. De Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties vervult daar waar mogelijk een complementaire rol. In
2019 heeft het ministerie € 25.000 beschikbaar gesteld aan de Nedersaksische overheden
voor de bevordering van het Nedersaksisch.
De provincie Gelderland heeft ECAL uitgenodigd een werkplan te maken voor de komende
4 jaar, waarin concrete activiteiten ter ondersteuning van de streektaal zijn opgenomen.
Eerder dit jaar heeft de provincie ook ondersteuning geboden bij de organisatie van
een provinciegrens overstijgend streektaalsymposium. Door covid-19 is dat niet doorgegaan.
Daarnaast neemt Gelderland deel aan de culturele proeftuin «Meertaligheid» die vanuit
We the North (samenwerkende overheden in Noord-Nederland) wordt uitgevoerd. Ook op
die manier worden activiteiten rond de streektaal gestimuleerd.
Vraag 6
Op welke manier ondersteunen regionale overheden private initiatieven, zoals bijvoorbeeld
een Verhalenboek in het Achterhoeks?
Antwoord 6
Voor zover bekend tot dusver niet. Al groeit de belangstelling voor de streektaal
zeker, ook in het publieke domein. In oktober is er bijvoorbeeld in de samenwerkende
gemeente Aalten, Oost-Gelre en Winterswijk de Erfgoednota «Wij doet ’t samen» in de
streektaal uitgekomen.
Vraag 7
Ziet u mogelijkheden om, in samenwerking met private initiatieven als de Feestfabriek,
de inspanningen tot behoud van het Achterhoeks te ondersteunen of zelfs te intensiveren?
Zo ja, op welke manier? Op welke manier speelt het convenant «Nederlandse Erkenning
van de Regionale Nedersaksische Taal» hierin een rol?
Antwoord 7
Het ECAL ziet mogelijkheden tot samenwerking met de Feestfabriek. Een eerste contact
is inmiddels gelegd om te kijken waar het regionale erfgoedcentrum met hen samen kan
werken aan bijv. lespakketten voor leerlingen van de middelbare school.
Het convenant inzake de Nederlandse erkenning van de regionale Nedersaksische taal
is daarvoor een belangrijke basis, niet alleen financieel maar ook moreel. Volgens
het ECAL is sinds de erkenning een opleving van activiteiten en waardering voor de
streektaal merkbaar. Het convenant onderschrijft de wenselijkheid van het volwaardig
bestaan van het Nedersaksisch als regionale taal in levend gebruik, gesproken zowel
als geschreven, teneinde het gebruik van de taal te stimuleren. Het convenant moet
bijdragen aan de verbetering van het imago van het Nedersaksisch en de gebruiksmogelijkheden
stimuleren, zodat oudere generaties sprekers eerder gemotiveerd zijn hun taal door
te geven aan jongere generaties en jongeren meer gemotiveerd raken het Nedersaksisch
te (blijven) gebruiken.
In het antwoord op vraag 5 is aangegeven dat het primaat van de ontwikkeling van beleid
voor het Nedersaksisch ligt bij de Nedersaksische overheden. Daar waar een praktische
of complementaire rol weggelegd kan of moet zijn voor de rijksoverheid, ben ik bereid
deze te vervullen of doen vervullen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.