Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van Toorenburg, Van der Graaf en Van Nispen over het blog van de voorzitter van de Raad van Bestuur van de Kansspelautoriteit Imago en ‘backlash’
Vragen van de leden Van Toorenburg (CDA), Van der Graaf (ChristenUnie) en Van Nispen (SP) aan de Minister voor Rechtsbescherming over het blog van de voorzitter van de Raad van Bestuur van de Kansspelautoriteit Imago en «backlash» (ingezonden 19 oktober 2020).
Antwoord van Minister Dekker (Rechtsbescherming) (ontvangen 5 november 2020).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het blog van de voorzitter van de Raad van Bestuur van de
Kansspelautoriteit Imago en «backlash», d.d. 9 oktober 2020?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Heeft ook u zich verdiept in het patroon dat bij de opening van de gokmarkt in veel
landen hetzelfde lijkt te zijn? Kunt u dat patroon beschrijven?
Antwoord 2
In zijn blog geeft de voorzitter van de Raad van Bestuur van de Kansspelautoriteit
een samenvatting van de bijdrage van een van de sprekers tijdens de «Gaming in Holland»
conferentie. Deze spreker gaf volgens de voorzitter van de Raad van Bestuur aan dat
er bij de opening van de online markt in verschillende landen sprake is geweest van
een patroon waarbij eerst een staatsmonopolie werd afgebouwd, vervolgens een felle
concurrentiestrijd losbarstte, waarna er negatieve publiciteit ontstond, gevolgd door
strengere overheidsmaatregelen.
Vraag 3
Klopt het dat er vrij vlot na het loslaten van het staatsmonopolie heel veel aanbieder
op de markt komen, die met veel marketinggeweld in een felle concurrentiestrijd verwikkeld
raken? Hoe denkt u dat in die strijd de spelers beschermd (kunnen) worden en afdrachten
veilig kunnen worden gesteld?
Antwoord 3
In Nederland is de situatie anders dan waaraan de spreker tijdens het congres refereerde,
want er is in Nederland geen sprake van het loslaten van een staatsmonopolie voor
wat betreft kansspelen op afstand. Kansspelen op afstand worden gereguleerd. Het gaat
er daarbij om de daadwerkelijke vraag naar kansspelen op afstand die nu bestaat of
in de toekomst kan ontstaan, te kanaliseren naar legaal aanbod. Om een hoge kanalisatiegraad
te behalen moeten consumenten kennis kunnen nemen van het legale aanbod van kansspelen
op afstand. Legale aanbieders mogen daarom, onder strikte voorwaarden, reclame maken.
Wervings- en reclameactiviteiten mogen niet aanzetten tot onmatige deelneming aan
kansspelen. Om kwetsbare groepen te beschermen tegen reclame-uitingen van kansspelaanbieders
mag kansspelreclame bijvoorbeeld niet gericht zijn op maatschappelijk kwetsbare groepen
van personen, waaronder minderjarigen en jongvolwassenen. Met de inwerkingtreding
van de Wet kansspelen op afstand wordt een stevig pakket aan maatregelen geïntroduceerd
ter voorkoming van kansspelverslaving. Onderdeel daarvan is aanscherping van het reclamebeleid.
Omdat de online markt een geheel andere kansspelmarkt is dan die van loterijen, is
niet te verwachten dat de opening van de online markt invloed zal hebben op de afdrachten
in de loterijsector.2
Vraag 4
Maakt u zich er ook zorgen over dat kwetsbare mensen de dupe kunnen worden en dat
er een backlash ontstaat, zoals de voorzitter van het bestuur van de KSA het noemt?
Zo niet, weet u dan niet dat uit de praktijk elders blijkt dat zich schijnende situatie
kunnen voordoen, die in andere landen tot veel negatieve publiciteit leiden, waarna
de overheid genoodzaakt wordt in te grijpen? Hoe bereid u zich hierop voor?
Antwoord 4
Met het oog op een zorgvuldige en veilige opening van de markt voor online kansspelen
in Nederland is in de wet- en regelgeving reeds voorzien in zeer strenge eisen op
het gebied van werving en reclame en voor wat betreft de zorgplicht van de vergunninghouder.
Daarnaast zullen de ontwikkelingen na de opening van de markt zorgvuldig worden gemonitord
en zal de Ksa de thema’s reclame en verslavingspreventie centraal stellen in het toezicht.
Drie jaar na de inwerkingtreding van de wet zal deze worden geëvalueerd, waarbij nadrukkelijk
zal worden gekeken naar de effecten op consumentenbescherming en verslavingsproblematiek.
De normen in lagere regelgeving kunnen, als dat onverhoopt nodig blijkt, ook al vóór
de geplande wetsevaluatie worden aangepast.
Vraag 5
Gelooft u in de door de kansspelindustrie gepropageerde «zelfregulering»? Zo ja, hoe
ziet die er dan uit? Zo niet, wat gaat u er dan aan doen om ervoor te zorgen dat er
in Nederland niet ook een backlash volgt, zoals Italië, Spanje, België en het Verenigd
koninkrijk?
Antwoord 5
Allereerst verwijs ik u naar het antwoord op de vorige vraag. In het blog geeft de
voorzitter van de raad van bestuur van de Kansspelautoriteit aan dat ook de Kansspelautoriteit
een taak heeft in het voorkomen van een «backlash». De Kansspelautoriteit vult die
in door scherp toezicht te houden op het naleven van de zorgplicht door vergunninghouders
en door «verantwoord spelen» te stimuleren. Dit betekent dat de Kansspelautoriteit
de normen en eisen in de regelgeving duidelijk maakt, de sector aanspreekt op de naleving
daarvan en waar nodig direct doorpakt in de handhaving.
De sector heeft mij laten weten de bestaande Reclame- en Gedragscode voor kansspelen
te evalueren en aan te passen aan de situatie die ontstaat na de regulering van kansspelen
op afstand. Zij zien het gematigd houden van reclame hierbij als een belangrijk thema.
Vraag 6
Kunt de deze vragen een week voor de begrotingsbehandeling J&V beantwoorden?
Antwoord 6
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.