Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Beckerman over hoe de samenleving in het gaswinningsgebied Groningen door de overheid wordt verscheurd 2.0
Vragen van lid Beckerman (SP) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Economische Zaken en Klimaat over hoe de samenleving in het gaswinningsgebied Groningen door de overheid wordt verscheurd 2.0 (ingezonden 12 oktober 2020).
Antwoord van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties), mede
namens de Minister van Economische Zaken en Klimaat (ontvangen 5 november 2020).
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de situatie in Opwierde, waar bewoners van 163 vliesgevelwoningen
na sloop een nieuw huis krijgen? Weet u ook dat deze bewoners vorig jaar gekozen hebben
voor bouwbedrijf Van Wijnen op basis van, onder andere, bewonersparticipatie?1
Antwoord 1
Ja, daar ben ik van op de hoogte. De keuze voor bouwbedrijf Van Wijnen heeft plaatsgevonden
middels een stemming onder toezicht van een notaris.
Vraag 2
Staat u nog achter uw uitspraak van het algemeen overleg Mijnbouw/Groningen van 10 september
2020: «We hebben nu het Bouwakkoord, waarmee de beschikbare bouwcapaciteit en de vraag
inzichtelijk worden en vervolgens bij elkaar kunnen worden gebracht. Daarmee krijgen
bewoners meer regie en meer keuzemogelijkheden, meer keuzevrijheid»? Kunt u uw antwoord
toelichten?2
Antwoord 2
Ja. Het Bouwakkoord heeft betrekking op versnelde uitvoering van de voor de veiligheid
benodigde versterkingsmaatregelen en eventuele aanvullende wensen van bewoners binnen
de gehele versterkingsopgave. Alle bouwbedrijven, zowel grote partijen als MKB-ondernemers,
kunnen zich inschrijven voor de bouwpool en worden op basis van geschiktheid gematcht
met een keuze van de eigenaar. De geschiktheid van het betreffende bouwbedrijf voor
het concrete project speelt daarbij een grote rol. Niet alle aannemers zullen in staat
zijn de meer complexe versterkingsoperaties van begin tot eind uit te voeren.
In het Bouwakkoord wordt onderscheid gemaakt tussen twee sporen. De primaire focus
van het akkoord ligt bij het vergroten van de uitvoeringscapaciteit voor het «tweede
spoor», waarin de eigenaar als regisseur kan en wil optreden. Vooral in dit spoor
heeft de eigenaar meer regie, keuzemogelijkheden en keuzevrijheid. De eigenaar heeft
in dit spoor de mogelijkheid zelf een aannemer te kiezen, treedt op als diens opdrachtgever
en zit al in een vroeg stadium met de aannemer aan tafel om individuele wensen te
bespreken. Bij het «eerste spoor» treedt de NCG op als opdrachtgever en projectleider
richting bouwbedrijven. Dit spoor zal vooral worden ingezet bij grootschalige en/of
complexe projecten, zoals sloop/nieuwbouw en bijzondere objecten.
Vraag 3
Wat verstaat u onder «meer regie», «meer keuzemogelijkheden, meer keuzevrijheid»?
Kunt u dat uitgebreid omschrijven?
Antwoord 3
Zie mijn antwoord op vraag 2.
Vraag 4
Bent u ervan op de hoogte dat vier rijtjes van zeven woningen aan de Parksingel in
Appingedam in 2017/2018 zijn versterkt door middel van zogenaamde boekensteunen? Bent
u er voorts van op de hoogte dat deze versterkte woningen nu alsnog gesloopt gaan
worden in het kader van een proeftuin aardgasvrij wonen?
Antwoord 4
De vier rijtjes woningen aan de Parksingel maken inderdaad onderdeel uit van de proeftuin
aardgasvrij wonen. Dat is echter niet de reden dat de woningen worden gesloopt en
nieuwgebouwd. Elders in Opwierde-Zuid stonden gemetselde woningen die zwaarder versterkt
moesten worden. In overleg tussen de gemeente en het Rijk is afgesproken dat daarom
alle vliesgevelwoningen in Opwierde-Zuid worden gesloopt en nieuwgebouwd, ook de vier
rijtjes aan de Parksingel. Deze afspraak is gemaakt ter voorkoming van ongelijkheid
tussen de bewoners van de vliesgevelwoningen en bewoners van de gemetselde woningen
in de wijk, en de maatschappelijke onrust die meebracht. Het betreft hier dus aanvullende
maatregelen.
Vraag 5
Bent u ervan op de hoogte dat er nu vier typen woningen staan in dit gebied van Opwierde,
zoals drie of vier slaapkamers, een doorzonwoning of een tuingerichte kamer? Klopt
het dat er nu de keuze is uit maar twee modellen? Bent u het eens dat wanneer men
kan kiezen uit een basiswoning en een variant, er nauwelijks sprake is van keuzevrijheid
wanneer beide typen totaal anders zijn dan men nu heeft? Wat is hierop uw reactie?
Antwoord 5
Bij nieuwbouw van de vliesgevelwoningen kan per rij woningen worden gekozen tussen
twee typen, namelijk conceptwoningen of maatwerkwoningen. Binnen de gemaakte keuze
voor het type woning hebben bewoners binnen bepaalde kaders keuzevrijheid in de indeling
van de woning, zoals in het aantal slaapkamers en het tuingericht- of straatgericht
wonen. Bij beide typen kan voorts per rij van woningen worden gekozen voor een berging
aan de voorgevel of aan de achtergevel.
De NCG en de bewoners zijn samen in gesprek geweest over de huidige situatie van hun
woningen en de wensen van de bewoners. In dat gesprek is besproken dat zo veel mogelijk
rekening wordt gehouden met de huidige situatie van de woningen en de wensen van de
bewoners. Daarbij moet wel rekening worden gehouden met de huidige wet- en regelgeving
uit het Bouwbesluit. Ook moeten bewoners per rij woningen gezamenlijk kiezen welk
model woning na sloop wordt nieuwgebouwd. Hierdoor kan helaas niet worden gegarandeerd
dat op individueel niveau aan alle wensen van de bewoners wordt tegemoetgekomen.
Vraag 6
Klopt het dat iedereen in een rijtje van zeven woningen voor hetzelfde type woning
moet kiezen omdat de twee varianten niet naast elkaar gebouwd kunnen worden? Hoe staat
dit in verhouding tot uw uitspraak dat eigen regie, keuzemogelijkheden en keuzevrijheid
van belang is?
Antwoord 6
Zie mijn antwoord op vraag 5.
Vraag 7
Is het u bekend dat deze bewoners zijn meegenomen in alle voorbereidende gesprekken
die door de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) en de gemeente werden georganiseerd?
Is het u bekend dat eigenaren daar is beloofd dat ze terug krijgen wat ze hebben?
Antwoord 7
Zie mijn antwoord op vraag 5.
Vraag 8
Klopt het dat mensen die de afgelopen jaren veel dure verbeteringen hebben aangebracht
aan hun woning (te denken valt aan luxere keukens, badkamers/toiletten, serres, bijkeukens,
interne verbouwingen, kostbare glas in lood panelen, kunststof kozijnen en deuren,
een volledig ingerichte tuin met terrassen en paden met sierbestrating, borders van
lineablokken, etcetera) dit niet terug krijgen terwijl het hen wel beloofd is? Deelt
u de mening dat dit onrechtvaardig is? Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat deze
mensen terug krijgen wat ze hebben?
Antwoord 8
In verband met huidige wet- en regelgeving uit het Bouwbesluit en doordat bewoners
per rij woningen gezamenlijk kiezen welk model woning na sloop wordt nieuwgebouwd,
kan helaas niet worden gegarandeerd dat alle door de bewoners aangebrachte verbeteringen
één op één terugkomen. Voor keukens is een budget beschikbaar gesteld waarmee de bewoners
zelf een nieuwe keuken kunnen uitzoeken. Ook wordt tijdelijke opslag geboden voor
zelf aangebrachte voorzieningen die later teruggeplaatst kunnen worden (zoals tuin-
en hekwerk, etc.). Zie ook mijn antwoord op vraag 5.
Vraag 9
Wat vindt u van de verschillen in de regie die het Bouwakkoord zal opleveren? Zijn
die verschillen uitlegbaar voor u?
Antwoord 9
In het Bouwakkoord wordt onderscheid gemaakt tussen twee sporen. Voor beide sporen
gelden dezelfde kaders uit de wet- en regelgeving in het Bouwbesluit. Waar dat mogelijk
is, wordt binnen die kaders de keuze tussen de twee sporen geboden. Het eerste spoor
dient met name voor grootschalige projecten waarbij belangen van meerdere bewoners
bij elkaar komen, waardoor minder ruimte is voor individuele keuzevrijheid. In het
eerste spoor kunnen ook individuele eigenaren terechtkomen die niet in het tweede
spoor willen worden opgenomen, bijvoorbeeld omdat ze niet zelf als opdrachtgever van
de versterking van hun woning willen optreden. Het tweede spoor kan worden gevolgd
bij de versterking van een individueel adres waar de eigenaar direct zelf invloed
kan en wil hebben op de versterking van zijn huis. Een eigenaar heeft daardoor met
name in het tweede spoor meer regie, keuzemogelijkheden en keuzevrijheid.
Vraag 10
Wat vindt u van de verschillen in de keuzemogelijkheden en keuzevrijheid die dat zal
opleveren? Zijn die verschillen uitlegbaar voor u?
Antwoord 10
Zie mijn antwoord op vraag 9.
Vraag 11
Kunt u zich voorstellen dat de mensen die vorig jaar voor Van Wijnen kozen op basis
van mooie praatjes, nu moeten strijden om terug te krijgen wat ze hebben en dat dit
traumatisch is en impact heeft op de gezondheid en het welzijn van de bewoners?
Antwoord 11
De NCG en de bewoners zijn samen in gesprek geweest over de huidige situatie van hun
woningen en de wensen van de bewoners bij de nieuwbouw van de woningen. In dat gesprek
is besproken dat zo veel mogelijk rekening wordt gehouden met de huidige situatie
van de woningen en de wensen van de bewoners. De keuze voor bouwbedrijf Van Wijnen
heeft plaatsgevonden middels een stemming onder toezicht van een notaris. In verband
met huidige wet- en regelgeving uit het Bouwbesluit en doordat bewoners per rij woningen
gezamenlijk kiezen welk model woning na sloop wordt nieuwgebouwd, kan helaas niet
worden gegarandeerd dat op individueel niveau aan alle wensen van de bewoners wordt
tegemoetgekomen. Ik betreur het als dit impact heeft op de gezondheid en het welzijn
van de bewoners. Zie ook mijn antwoorden op vragen 1, 5 en 12.
Vraag 12
Kunt u zich voorstellen dat de oneerlijke manier waarop de overheid het herstel van
het gaswinningsgebied aanpakt traumatisch is en een impact heeft op de gezondheid
en het welzijn van de bewoners? Voelt u zich daar verantwoordelijk voor? Kunt u dat
gemotiveerd antwoorden?
Antwoord 12
Ik ben mij ervan bewust dat bewoners van de aardbevingsregio door de gevolgen van
de gaswinning stress en onzekerheid kunnen ervaren. Dat betreur ik. Om die reden zijn
financiële middelen beschikbaar gesteld voor emotionele en sociale ondersteuning,
alsmede voor geestelijke verzorging van die bewoners. Voor de bewoners worden onder
andere aardbevingscoaches en inwonersbegeleiders ingezet die een luisterend oor bieden aan de bewoners
en uitleg geven bij praktische zaken die te maken hebben met de gevolgen van aardbevingen.
Bovenal acht ik het van groot belang de versterkingsopgave zo snel mogelijk nog verder
te versnellen en zo beheersbaar en uitvoerbaar mogelijk te maken, om rust, stabiliteit
en voorspelbaarheid aan de bewoners te bieden.
Vraag 13
Hoe gaat u ervoor zorgen dat de steeds veranderende aanpak van schadeafhandeling en
versterking stopt, zodat mensen verder kunnen met hun leven?
Antwoord 13
De uitvoering van zowel de versterkingsopgave als van de schadeafhandeling is in publieke
handen en belegd bij respectievelijk de NCG en het IMG. De kaders voor deze processen
worden gevormd door de Tijdelijke wet Groningen, die na behandeling van het wetsvoorstel
versterken, ook de versterkingsopgave omvat. Om de versterkingsopgave te versnellen
en zo uitvoerbaar mogelijk te maken, ben ik op dit moment in intensief overleg met
de regio. In het overleg wordt verkend of kan worden gekomen tot afspraken over de
voortgang van de versterkingsopgave, waarmee bewoners de voornoemde rust, stabiliteit
en voorspelbaarheid kan worden geboden. Over de uitkomst hiervan hoop ik u binnen
afzienbare tijd te kunnen informeren.
Het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) is sinds 1 juli jl. verantwoordelijk
voor de schadeafhandeling, voorheen de Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen.
De uitgangspunten van de werkwijze van het IMG/TCMG zijn al sinds de start van de
publieke schadeafhandeling gelijk. Dat neemt niet weg dat het IMG onafhankelijk is
en zijn werkwijze binnen de wettelijke kaders kan aanpassen in geval van nieuwe (wetenschappelijke)
inzichten.
Vraag 14
Kunt u deze vragen één voor één voor het wetgevingsoverleg Mijnbouw/Groningen van
donderdag 29 oktober 2020 beantwoorden?
Antwoord 14
Het wetgevingsoverleg Mijnbouw Groningen is inmiddels verplaatst naar donderdag 12 november
2020. Ik beantwoord deze Kamervragen voorafgaand daaraan.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Mede namens
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.