Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Lee over het bericht ‘Gevoelige nederlaag voor netbeheerders in strijd om verwijderingsbijdrage’
Vragen van het lid Van der Lee (GroenLinks) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over het bericht «Gevoelige nederlaag voor netbeheerders in strijd om verwijderingsbijdrage» (ingezonden 14 augustus 2020).
Antwoord van Minister Wiebes (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 5 oktober 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Gevoelige nederlaag voor netbeheerders in strijd om
verwijderingsbijdrage»1 en de rechterlijke uitspraak van de kantonrechter over de verwijderingsbijdrage?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2, 3, 4, 5, 6
Kunt u ingaan op de bredere consequenties van deze rechterlijke uitspraak? Deelt u
de mening dat hieruit blijkt dat de juridische basis voor het in rekening brengen
van kosten voor niet gevraagde werkzaamheden, dat wil zeggen het verwijderen van de
gasaansluiting, discutabel is?
Kunt u een appreciatie geven van de publicatie «De afsluitboete bestaat niet» van
Bos?2 Bevestigt deze rechterlijke uitspraak de argumentatie van deze publicatie, namelijk
dat de grondslag ontbreekt voor de «afsluitboete» wanneer er geen voorafgaande opdracht
wordt gegeven?
Is deze uitspraak van de kantonrechter van toepassing op alle mensen die de afgelopen
jaren hun leveringscontract voor gas opzegden, maar geen opdracht verleenden tot verwijdering
van de aansluiting?
Betekent deze uitspraak dat personen die opdracht hebben gegeven tot verwijdering
omdat de netbeheerders aangaven/suggereerden dat dit verplicht was om van de vaste
lasten voor gas af te komen, deze weer kunnen terugvorderen? Zo ja, wat zijn de bredere
consequenties hiervan?
Deelt u de mening dat deze rechterlijke uitspraak noopt tot het sneller komen van
een structurele oplossing voor dit probleem, zoals besproken in het kader van de motie-Van
der Lee over het verdelen van de kosten van het afsluiten van de gasaansluiting (Kamerstuk
32 813, nr. 290)? Bent u in het kader hiervan bereid een dialoog te organiseren tussen de actieve
groep die zich met deze problematiek bezig houdt (met name op Tweakers.net) en de
netbeheerders?
Antwoord 2, 3, 4, 5, 6
De rechterlijke uitspraak betreft een specifieke casus en is om deze reden niet van
toepassing op alle mensen die de afgelopen jaren hun overeenkomst met de netbeheerder
opzegden, omdat ze geen gas meer wilden gebruiken en dus de beschikking over de gasaansluiting
wilden beëindigen. De overwegingen van de kantonrechter in dezen kunnen bij toekomstige
rechtszaken over dit onderwerp worden betrokken. Het is echter niet uitgesloten dat
een rechter in een rechtszaak over dit onderwerp anders beslist, bijvoorbeeld omdat
de feiten anders liggen of er nieuwe argumenten worden ingebracht. De rechter heeft
zich bijvoorbeeld niet uitgelaten over de situatie waarin een tijdige verstrekking
van de algemene voorwaarden niet ter discussie staat. Uit de uitspraak volgt dan ook
niet dat netbeheerders in alle gevallen onterecht kosten voor het verwijderen van
de gasaansluiting in rekening zouden hebben gebracht. De rechterlijke uitspraak betekent
niet dat alle mensen die hun leveringsovereenkomst met de leverancier hebben opgezegd,
omdat ze geen gas meer willen gebruiken, niet hoeven te betalen voor het verwijderen
van hun gasaansluiting. De uitspraak betekent ook niet dat personen die opdracht hebben
gegeven tot verwijdering van hun gasaansluiting de kosten daarvan kunnen terugvorderen.
Ik vind het niet aan mij om inhoudelijk in te gaan op de rechterlijke uitspraak, mede
omdat er momenteel nog vergelijkbare rechtszaken spelen. Om deze reden kan ik ook
geen appreciatie geven van de publicatie «De afsluitboete bestaat niet» van de heer
Bos. Verschillende argumenten uit deze publicatie zijn gebruikt in de rechtszaak.
Voor het verdelingsvraagstuk van afsluitkosten vind ik relevant dat wanneer bewoners
de overeenkomst met de netbeheerder beëindigen, ze ook beogen om de feitelijke beschikking
over de gasaansluiting te beëindigen. De beschikking over de gasaansluiting, dat wil
zeggen de verbinding met het gastransportnet, kan alleen worden beëindigd door deze
verbinding fysiek te verbreken. Dat vereist een handeling van de netbeheerder. Ik
heb onderzoek laten doen naar veilige alternatieven voor het volledig verwijderen
van de gasaansluiting. In mijn Kamerbrief van 12 november 2019 (Kamerstuk 29 023, nr. 254) heb ik uw Kamer geïnformeerd over de benodigde handelingen die samenhangen met het
veilig beëindigen van de aansluiting op het gastransportnet. In deze brief heb gemeld
dat ik naar aanleiding van de motie van het lid Yesilgöz-Zegerius c.s. (Kamerstuk
35 000 XIII, nr. 70) een second opinion heb laten uitvoeren op het onderzoek van Kiwa N.V. Dat betrof
de vraag of het volledig verwijderen van de aansluiting de enige mogelijkheid is om
de veiligheid te kunnen waarborgen. Beide rapporten heb ik aan het Staatstoezicht
op de Mijnen (SodM) gezonden voor advies. De twee onderzoeken hebben als uitkomst
dat langdurig verzegelen van de gasaansluiting niet veilig is, wat SodM heeft bevestigd.
Op basis hiervan heb ik aangegeven dat ik verzegelen niet als mogelijkheid zie voor
het langdurig buiten gebruik nemen van de gasaansluiting. Dit betekent dat er kosten
zijn op het moment dat een afnemer aangeeft dat hij langdurig geen gebruik meer wil
maken van aardgas en zijn gasaansluiting.
Tijdens verschillende debatten met de Tweede Kamer is uitgebreid gesproken over de
verdeling van kosten die verband houden met beëindigen van de gasaansluiting (afsluitkosten).
Het dilemma daarbij is dat we koplopers niet willen afremmen, maar tegelijk willen
we voorkomen dat via de tarieven mensen die nog niet zo ver zijn voor de kosten opdraaien.
In de Tweede Kamer was brede steun voor de motie van het lid Van der Lee die de afsluitkosten
50–50 verdeelt. De helft van de kosten wordt in rekening gebracht bij de bewoner en
de andere helft mag de netbeheerder verrekenen in het algemene periodieke aansluittarief.
Dit deel wordt dus opgebracht door allen die nog wel aangesloten zijn op het gasnetwerk.
Het amendement van het lid Van der Lee heeft de Gaswet gewijzigd. Inmiddels is de
wijzigingsregeling «tariefstructuren en voorwaarden gas» per 1 oktober in werking
getreden. Dit zorgt er voor dat de Tarievencode gas gewijzigd dient te worden door
de Autoriteit Consument & Markt (ACM). De ACM heeft aangegeven de Tarievencode gas
te gaan wijzigen. Daarmee wordt de 50–50 verdeling dus volledig geïmplementeerd.
Ik constateer dat met de rechterlijke uitspraak een situatie is ontstaan waarbij er
onduidelijkheid is over de afsluitkosten. Ik vind deze onduidelijkheid onwenselijk
en ik ben van mening dat hier op korte termijn een oplossing voor moet komen. Ik ga
hierover in gesprek met de ACM en met de netbeheerders. In de zoektocht naar een oplossing
zal ik ook opties in overweging nemen die voor een andere verdeling van de afsluitkosten
zorgen, waaronder de optie om tijdelijk de afsluitkosten volledig te verrekenen in
het algemene periodieke aansluittarief. Geen enkele oplossing is ideaal. Indien alle
afsluitkosten worden verrekend in de nettarieven, betalen de achterblijvers voor de
afsluiting van de vertrekkers en na hun eigen overstap nog eens voor de afsluiting
van hun eigen gasaansluiting. Ik zal uw Kamer later dit jaar per brief informeren
over de uitkomst van deze zoektocht.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.