Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Sjoerdsma over de Visumplicht tussen de Schengenzone en Suriname
Vragen van het lid Sjoerdsma (D66) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Justitie en Veiligheid over visumplicht tussen de Schengenzone en Suriname (ingezonden 28 augustus 2020).
Antwoord van Minister Blok (Buitenlandse Zaken), mede namens de Staatssecretaris van
Justitie en Veiligheid (ontvangen 2 oktober 2020).
Vraag 1
Klopt het dat er tussen de Schengenzone, waar Nederland onderdeel van uitmaakt, en
Suriname visumplicht geldt voor wederzijdse reizen? Bestaan er uitzonderingen op deze
plicht?
Antwoord 1
Dat is juist. Voor Surinaamse burgers die de Schengenzone in willen reizen geldt de
visumplicht. Hierop bestaan uitzonderingen, maar deze beperken zich tot de categorieën
die zijn beschreven in Verordening (EU) 2018/18061, bijvoorbeeld bemanning van luchtvaartmaatschappijen van landen die partij zijn bij
het Verdrag van Chicago. Ook Nederlandse burgers die naar Suriname willen reizen zijn
visumplichtig. Los van de geldende uitzonderingen onder het bovengenoemde Verdrag
van Chicago, waar ook Suriname partij van is, zijn er verder geen uitzonderingen op
deze visumplicht bij ons bekend.
Vraag 2
Hoeveel visa worden er per jaar aangevraagd voor reizen van Suriname naar Nederland
en andersom? Welk percentage van deze aanvragen wordt goedgekeurd?
Antwoord 2
In onderstaande tabel staat het jaarlijks aantal aanvragen voor een Schengenvisum
voor kort verblijf (KVV) vermeld, dat tussen 2017 en 2019 werd ingediend. De Nederlandse
ambassade in Paramaribo vertegenwoordigt op visumgebied alle Schengenlanden in Suriname,
en verwerkt daarom alle KVV-aanvragen voor de gehele Schengenzone. In de tabel is
daarom zowel het totaal aantal KVV-aanvragen voor de gehele Schengenzone per jaar
opgenomen als het aantal KVV-aanvragen met als bestemming Nederland. Dat betreft het
merendeel van de jaarlijkse KVV-aanvragen in Suriname. Het Ministerie van Buitenlandse
Zaken beschikt niet over cijfers van visumaanvragen die door Nederlandse reizigers
voor Suriname worden ingediend.
Totaal aantal KVV-aanvragen in Suriname voor gehele Schengenzone
Goedkeuringspercentage
Aantal KVV-aanvragen in Suriname met als bestemming Nederland
Goedkeuringspercentage
2017
15.877
94.5%
15.379
94.8%
2018
16.929
91.1%
15.827
92.1%
2019
19.338
90.2%
18.089
91.4%
Vraag 3
Deelt u de mening dat het een prioriteit zou moeten zijn om de relaties tussen Nederland
en Suriname te verbeteren nu Desi Bouterse niet langer president is en Chandrikapersad
Santokhi geïnstalleerd is als de nieuwe president van Suriname?
Antwoord 3
Met het aantreden van de nieuwe regering Santokhi wil Nederland de banden met Suriname
weer bestendigen en versterken. Op 24 en 25 augustus jl. hebben mijn collega Minister
Kaag en ik reeds gesprekken gevoerd met de Surinaamse Minister van Buitenlandse Zaken,
Internationale Handel en Internationale Samenwerking en hebben met hem afgesproken
dat we de relatie en samenwerking tussen onze landen op positieve wijze zullen gaan
herzien in de komende periode.
Vraag 4, 5 en 6
Bent u het ermee eens dat het toewerken naar visumvrij reizen tussen Nederland (Schengen)
en Suriname daar een onderdeel van moet zijn? Bent u het ermee eens dat dit bij kan
dragen aan verbeterde relaties en daarmee in wederzijds belang is? Zo nee, waarom
niet?
Welke drempels (voor)ziet u die visumvrij reizen tussen Suriname en Nederland in de
weg staan? Betreft dit drempels vanuit Suriname, Nederland of vanuit Schengenpartners?
Heeft u al gesprekken gehad met de nieuwe regering in Suriname over visumliberalisatie?
Zo nee, bent u van plan dit op korte termijn te gaan doen?
Antwoord 4, 5 en 6
Goede betrekkingen met Suriname bieden ruimte voor een dialoog over visumvrij reizen.
Visumliberalisatie is dan ook aan bod gekomen tijdens het gesprek dat ik heb gevoerd
met de Surinaamse Minister van Buitenlandse Zaken op 24 augustus jl. Het is in de
eerste plaats aan Suriname om opnieuw een verzoek tot onderzoek naar mogelijke visumliberalisatie
in te dienen bij de Europese Commissie. Nederland is daarbij graag bereid de Surinaamse
wens van EU-Visumliberalisatie nogmaals over te brengen aan de Europese Commissie.
Het invoeren of afschaffen van de visumplicht voor derde landen is een EU-competentie.
Op grond hiervan heeft de Europese Commissie de exclusieve bevoegdheid om onderzoek
te doen naar – en voorstellen te doen voor – afschaffing van de visumplicht. Op grond
van de eerder genoemde Verordening (EU) 2018/1806 wordt daarbij per geval getoetst
aan diverse criteria die onder meer verband houden met illegale immigratie, openbare
orde en veiligheid, economische voordelen, de externe betrekkingen van de EU met het
betrokken derde land, mensenrechten en fundamentele vrijheden.
Nederland is voorstander van een dergelijk onderzoek ten aanzien van Suriname. Of
sprake is van een vruchtbare bodem voor een visumdialoog, zal afhangen van de uitkomst
van een dergelijk onderzoek. Om in aanmerking te komen voor visumliberalisatie zal
Suriname in ieder geval de medewerking aan terug- en overname moeten verbeteren en
biometrische paspoorten moeten invoeren. Het kabinet hecht er belang aan dat het Memorandum
of Understanding (MoU) uit 2008 als basis dient voor een hernieuwde en effectieve
terugkeersamenwerking.
Vraag 7 en 8
Welke stappen moeten er gezet worden om binnen Schengen draagvlak te krijgen voor
visumliberalisatie met Suriname? Bent u bereid deze stappen ook te nemen? Zo nee,
waarom niet?
Welke stappen bent u bereid in partnerschap met Suriname te nemen, om bestaande drempels
voor visumvrij reizen weg te werken, en om gezamenlijk toe te werken naar visumliberalisatie
tussen de Schengenzone en Suriname?
Antwoord 7 en 8
Het is in de eerste plaats aan Suriname om opnieuw een verzoek tot onderzoek naar
mogelijke visumliberalisatie in te dienen bij de Europese Commissie. Daarnaast heeft
de Nederlandse regering de wens van Suriname meerdere malen overgebracht aan de Europese
Commissie en is graag bereid dit opnieuw te doen. Het is aan de Europese Commissie
om te besluiten tot onderzoek over te gaan.
Het uiteindelijke standpunt van Nederland zal afhangen van het eventuele voorstel
dat de Europese Commissie na onderzoek zal doen. Uit dit voorstel zal ook moeten blijken
welke stappen door Suriname moeten worden gezet. Als Suriname besluit Nederland hiervoor
om assistentie te vragen, is het kabinet bereid dit te onderzoeken. Hierbij valt te
denken aan technische assistentie, bijvoorbeeld bij invoering van biometrische paspoorten.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken -
Mede namens
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.