Schriftelijke vragen : Terugvordering door het UWV
Vragen van het lid Tielen (VVD) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over terugvordering door het UWV (ingezonden 26 augustus 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel in Trouw met de titel «Brief van het UWV: 27.000 euro
terugbetalen, binnen zes weken»?1
Vraag 2
Hoe vaak komt het voor dat mensen een (substantiële) terugvordering ontvangen van
UWV?
Vraag 3
Welke ruimte biedt de wet aan UWV om bij een dergelijke forse terugvordering (enkele
tienduizenden euro’s) een betalingsregeling te treffen die voorkomt dat mensen verder
in de problemen komen?
Vraag 4
Hoe kan het dat UWV gedurende drie jaar lang elke maand 500 euro teveel uitkeert aan
een uitkeringsgerechtigde? Waarom duurt het daarna nog drie jaar voor UWV dit ontdekt?
Wat doet UWV om dergelijke vergissingen zo snel mogelijk boven water te krijgen?
Vraag 5
Wat is de reden dat de terugbetalingstermijn in eerste instantie op zes weken is gezet,
terwijl er een periode van zes jaren zit tussen de start van de te hoge uitkering
en de ontdekking daarvan?
Vraag 6
Welke protocollen worden gebruikt bij het vaststellen, het terugvorderen en het communiceren
hierover met betrokkenen? Zijn deze protocollen in dit geval goed toegepast? Zo nee,
hoe kan dit dan gebeuren? Zo ja, hoe zorgt UWV ervoor dat protocollen worden verbeterd
als blijkt dat ze in de praktijk niet werken?
Vraag 7
Hoe informeert UWV mensen zoals Willem op het moment dat er langere tijd onterecht
een uitkering is verstrekt? Op welke (juridische) mogelijkheden worden mensen in dat
geval gewezen?
Vraag 8
Bij hoeveel mensen heeft UWV op dit moment een terugvordering uitstaan? Hoeveel waren
dit er de afgelopen vijf jaar?
Vraag 9
Hoe groot zijn de terugvorderingen die UWV gemiddeld heeft uitstaan bij mensen? Wat
zijn de kleinste en grootste terugvorderingen? Wat zijn daarbij de initieel gehanteerde
terugbetalingstermijnen?
Vraag 10
Voor welke regelingen komen het vaakst terugvorderingen voor in zowel absolute aantallen
als relatief (ten opzichte van het aantal uitkeringen)?
Vraag 11
Welke stappen neemt u om terugvorderingen te voorkomen en te voorkomen dat mensen
die te goeder trouw handelden verder in de problemen komen door het tempo van een
terugvordering?
Vraag 12
Deelt u de mening dat uitvoeringsinstanties als het UWV een belangrijke bijdrage leveren
aan de geloofwaardigheid en de betrouwbaarheid van de overheid in het algemeen? Zo
ja, op welke manier is die bijdrage onderwerp van gesprek tussen u en het UWV?
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Jasper van
Dijk (SP), ingezonden 26 augustus 2020 (vraagnummer 2020Z15055).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Judith Tielen, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.