Mededeling (uitstel antwoord) : Uitstel beantwoording vragen van het lid Baudet over de ontwikkelingen rondom het coronavirus
Vragen van het lid Baudet (FvD) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie en Veiligheid over de ontwikkelingen rondom het coronavirus (ingezonden 4 augustus 2020).
Mededeling van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 25 augustus
2020).
Vraag 1
Herinnert u zich uw uitspraak «We moeten alles doen om een tweede coronagolf te voorkomen»
van 16 juli jongstleden?1
Vraag 2
Wat verstaat u onder een «tweede coronagolf»? Hoe beoordeelt u of hier sprake van
is? In welke mate beoordeelt u dit aan de hand van het aantal positief geteste personen,
het (berekende) aantal besmettelijke personen, het aantal ziekenhuisopnames, het aantal
ic-opnames en andere criteria?
Vraag 3
Wat bedoelt u met «alles doen»? Kan dit in een uiterst geval ook betekenen dat er
een vaccinatieplicht wordt ingevoerd?
Vraag 4
Welke acties heeft u ondernomen om voorbereid te zijn op een eventuele «tweede golf»
en om niet tegen dezelfde capaciteitsproblemen aan te lopen als bij de eerste golf?
Vraag 5
Wat is op dit moment de stand van zaken omtrent het aantal beschikbare ic-bedden,
de hoeveelheid beademingsapparaten, de hoeveelheid gekwalificeerd verplegend personeel
en de hoeveelheid beschermingsmiddelen? Hoe heeft dit zich de afgelopen maanden ontwikkeld?
Hoe zal zich dit de komende tijd naar verwachting ontwikkelen?
Vraag 6
In hoeverre is er, doordat de afgelopen maanden prioriteit is gegeven aan de behandeling
van coronapatiënten, achterstand ontstaan in het bieden van reguliere zorg?
Vraag 7
Valt er als gevolg van uitgestelde zorg in verband met prioritering van corona een
«boeggolfeffect» te verwachten qua overige zorgverlening in ziekenhuizen? Welke maatregelen
heeft u genomen om te waarborgen dat de zorg daarop is voorbereid en dit aan kan qua
capaciteit?
Vraag 8
Is de kwaliteit van de reguliere zorg alweer op het niveau van voor de coronacrisis?
Zo nee, wanneer verwacht u dat dit het geval zal zijn, in het scenario dat zich geen
tweede golf voordoet?
Vraag 9
Op een golf van welke omvang, in vergelijking met de eerste golf, zijn we nu voldoende
voorbereid om te voorkomen dat er wederom tekorten aan ic-bedden (dreigen te) ontstaan,
de toegang tot de reguliere zorg beperkt wordt of er tekorten aan beschermingsmiddelen
of ander materiaal ontstaan?
Vraag 10
Bent u bekend met het bericht «Zorgen om bedrijf dat «onze» vaccins moet maken: «AstraZeneca
zoekt constant grenzen op»«?2
Vraag 11
In welke mate acht u de in het artikel genoemde beschuldigingen van omkoping en misleiding
aan het adres van AstraZeneca waar?
Vraag 12
Waarom heeft Nederland ervoor gekozen om met een omstreden partij als AstraZeneca
in zee te gaan? Welke risico’s ziet u hierin?
Vraag 13
Hoe beoordeelt u de zorgen van deskundigen over de aanstelling van AstraZeneca?
Vraag 14
Was u, toen de heer Sijbesma op 26 maart werd aangesteld als speciaal gezant corona
– om zich onder andere bezig te gaan houden met vaccins – er reeds van op de hoogte
dat zijn broer directeur is van het omstreden AstraZeneca? Zo nee, wanneer wel? Hoe
beoordeelt u het dat hierdoor kennelijk de schijn van belangenverstrengeling is ontstaan?3
Vraag 15
Met welke andere partijen dan AstraZeneca heeft u onderhandeld, of dat overwogen?
Waarom heeft u besloten uitgerekend met het omstreden AstraZeneca in zee te gaan?
Was u zich toen al bewust van het risico dat er een schijn van belangenverstrengeling
zou ontstaan en in welke mate is dat risico meegewogen in enige beleids- / uitvoeringsbeslissing?
Vraag 16
Bent u bekend met de uitzending van de persconferentie van «America’s Frontline Doctors»
en de argumenten voor het behandelen van COVID-19 met hydroxychloroquine (HCQ)?4
Vraag 17
Herinnert u zich dat u de motie van het lid Baudet die pleitte voor onderzoek naar
HCQ afdeed als kwakzalverij? Bent u nog steeds van oordeel dat nader onderzoek geen
meerwaarde heeft?
Vraag 18
Als blijkt dat HCQ – eventueel in combinatie met andere middelen – wél beduidend positieve
effecten ter voorkoming of behandeling van COVID-19 bewerkstelligt, welke actie onderneemt
u dan?
Vraag 19
Erkent u dat het debat over behandeling van COVID-19 erbij gebaat is dat er ruimte
is voor een grote diversiteit aan opvattingen?
Vraag 20
Wat vindt u ervan dat platforms als YouTube en Facebook stelselmatig de opvattingen
censureren van kritische artsen uit binnen- en buitenland, die met de beste bedoelingen
om COVID-19 beter te kunnen behandelen hun kennis en ervaringen delen?
Vraag 21
Zijn een of meerdere uitlatingen die tijdens de persconferentie van «America’s Frontline
Doctors» zijn gedaan, onder het Nederlands recht strafbaar?
Vraag 22
Bent u bereid om met het kabinet de betrokken (social media) platforms erop te wijzen
dat de vrijheid van meningsuiting in Nederland een groot goed is en erop aan te dringen
dat uitingen die onder Nederlands recht niet strafbaar zijn, toegankelijk blijven
voor alle gebruikers in Nederland? Zo nee, waarom niet?
Vraag 23
Erkent u dat ook private partijen in hun onderlinge verhoudingen in beginsel grondrechten
behoren te respecteren? Hoe spant u zich ervoor in dat de vrijheid van meningsuiting
ook op private (social media) platforms wordt gewaarborgd?
Vraag 24
Bent u bekend met het bericht «Experimenteren met mondkapjesplicht, wat staat ons
te wachten?»5
Vraag 25
Erkent u dat een verplichting om een mondkapje te dragen (op de openbare) weg raakt
aan de (grondwettelijke) rechten op vrijheid van expressie, bescherming van de persoonlijke
levenssfeer en onaantastbaarheid van het lichaam? Zo nee, waarom niet?
Vraag 26
In welke mate is het burgemeesters toegestaan om bij wijze van experiment grondrechten
van burgers te beperken?
Vraag 27
Hoe beoordeelt u de opvatting dat een mondkapjesplicht die door burgemeesters wordt
opgelegd in strijd is met de Grondwet?6
Vraag 28
Zijn de lokale experimenten naar uw oordeel zodanig noodzakelijk dat het een grondrechtenbeperking
rechtvaardigt?
Vraag 29
Hoe hoog is de boete die in het uiterste geval kan worden opgelegd, wanneer iemand
geen mondkapje draagt? Kan overtreding van de verplichting ook leiden tot een strafblad?
Vraag 30
Hoeveel personen zijn tot dusver aantoonbaar besmet geraakt in de experimenteergebieden
waar een mondkapje wordt verplicht? Van hoeveel mensen is überhaupt aangetoond dat
zij in de buitenlucht besmet zijn geraakt?
Vraag 31
Hoe beoordeelt u dat (op grond van de voorgenomen regels) mensen binnen een experimenteergebied
op straat een mondkapje moeten dragen, dat vervolgens af mogen doen wanneer zij een
(slecht geventileerd) café betreden, en het weer verplicht op moeten zetten wanneer
zij het café verlaten en naar buiten gaan?
Vraag 32
Hoe wordt beoordeeld of het aantal besmettingen in de experimenteergebieden toe- of
afneemt?
Vraag 33
Wat is het precieze oogmerk van de experimenten?
Vraag 34
Tot wanneer duren de experimenten?
Vraag 35
Wanneer en hoe wordt geëvalueerd of de experimenten geslaagd zijn? Wat zijn de parameters
die succes / falen van de experimenten bepalen?
Vraag 36
Indien u erkent dat de experimenten onrechtmatig grondrechten schenden, over welke
bevoegdheden en instrumenten beschikt u dan om de experimenten tegen te houden? Bent
u bereid daar gebruik van te maken?
Vraag 37
Vindt u dat leden van het kabinet een voorbeeldfunctie hebben voor wat betreft het
naleven van corona-gerelateerde overheidsadviezen? Zo ja, waarom bent u dan recentelijk
– in strijd met het reisadvies van het Ministerie van Buitenlandse Zaken – op vakantie
geweest naar Zweden? Hoe kan het zo zijn dat de vakantie naar uw oordeel noodzakelijk
was, terwijl in het reisadvies wordt benadrukt dat vakantiereizen per definitie als
niet noodzakelijk moeten worden beschouwd?
Mededeling
De vragen van het Kamerlid Baudet (FvD) over de ontwikkelingen rondom het coronavirus
(2020Z14480) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.
De reden van het uitstel is dat zorgvuldige afstemming tussen de departementen meer
tijd vergt.
Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.
Ondertekenaars
-
, -
, -
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.