Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Futselaar en Hijink over het bericht dat bij een slachthuis in Helmond werknemers, al dan niet in opdracht van de werkgever, ziekteklachten verzwegen
Vragen van de leden Futselaar en Hijink (beiden SP) aan de Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht dat bij een slachthuis in Helmond werknemers, al dan niet in opdracht van de werkgever, ziekteklachten verzwegen (ingezonden 4 augustus 2020).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de
Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de Staatssecretaris van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid (ontvangen 11 augustus 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met de rapportage van de NOS waarin werknemers van slachthuis Van Rooi
Meat stellen ziektekenmerken die zouden kunnen wijzen op COVID-19 te verzwijgen en
formulieren onjuist in te vullen uit angst voor verlies van hun baan?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat dit een onacceptabele situatie is zowel in het kader van de
volksgezondheid in het algemeen als de veiligheid van de direct betrokken werknemers?
Antwoord 2
De algemene richtlijn is dat iedereen die klachten heeft thuis blijft en zich laat
testen. Als werknemers bij Van Rooi Meat klachten verzwijgen, de formulieren onjuist
invullen en gewoon aan het werk gaan, is dat inderdaad onacceptabel. Werknemers die
ziek zijn en aan het werk gaan brengen collega’s in gevaar. Werknemers hebben op basis
van de Arbeidsomstandighedenwet recht op gezonde en veilige arbeidsomstandigheden
arbeidsomstandigheden, maar daarnaast ook de plicht om zorg te dragen voor hun eigen
veiligheid en gezondheid en die van de andere betrokken personen.
Vraag 3
Bent u het ermee eens dat de door de NOS beschreven situatie volstrekt haaks staat
op de in de kabinetsreactie van 3 juli jongstleden geschreven principes van «verantwoordelijkheid
nemen», «veilige en gezonde werkplek» en werkgevers die «zich van hun beste kant laten
zien» en noopt deze casus het kabinet tot een actiever beleid om werkgevers te dwingen
hun verantwoordelijkheid te nemen?2
Antwoord 3
De werkgevers zijn reeds conform de Arbeidsomstandighedenwet verplicht om te zorgen
voor een gezonde en veilige werkomgeving. De Inspectie SZW houdt toezicht op de naleving
van de arbeidsomstandighedenwet en kan handhavend optreden. De Inspectie houdt onaangekondigde
inspecties bij slachterijen waar gekeken wordt of de werknemers veilig kunnen werken
en of de RIVM maatregelen goed worden geïmplementeerd. Corona meldingen die gerelateerd
zijn aan de slachthuizen hebben daarbij een hoge urgentie.
Ik heb het voornemen om de Inspectie SZW meer wettelijke mogelijkheden te geven om
effectief te kunnen handhaven als werkgevers in ernstige mate geen noodzakelijke maatregelen
treffen om besmetting met novel coronavirus (2019-nCOV) te voorkomen of de kans daarop
te beperken. Deze mogelijkheden zijn opgenomen in het voorstel voor de Tijdelijke
wet maatregelen COVID-19 dat juli j.l. verzonden is naar uw Tweede Kamer.
Vraag 4
In hoeverre deelt het kabinet de mening dat, in lijn met conclusies van het Aanjaagteam
bescherming arbeidsmigranten, het feit dat in de slachtsector zeer veel wordt gewerkt
met uitzendbureaus die vooral buitenlandse werknemers in dienst hebben waarbij de
werkgever tevens huisvesting en transport regelt, er gemakkelijk toe kan leiden dat
werknemers oneigenlijk onder druk kunnen worden gezet gezien hun kwetsbare positie
en welke aanvullende maatregelen gaat u nemen om te zorgen dat werknemers in de slachtsector
veilig kunnen werken zonder bang te hoeven zijn voor represailles van de werkgever,
ongeacht of dit een slachthuis of een uitzendbureau is?
Antwoord 4
Uitzendbureaus die veel met arbeidsmigranten werken, bieden vaak ook huisvesting en
transport aan. Dit kan voordelen bieden voor de arbeidsmigrant, maar het kan ook tot
extra zorgen en een kwetsbare positie leiden, doordat de arbeidsmigrant bij ontslag
niet alleen hun baan maar ook hun huisvesting verliezen. Zoals gemeld in de brief
aan uw Kamer van 3 juli j.l. heeft het kabinet aan het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten
gevraagd om met aanbevelingen te komen om de afhankelijkheid van een arbeidsmigrant
tot het uitzendbureau of de werkgever te verminderen en zo de positie van arbeidsmigranten
te versterken.
Vraag 5
Bent u bereid om lering te trekken uit de ervaringen en de gekozen oplossingen uit
landen (zoals Duitsland) waar een vergelijkbare problematiek speelt rond slachthuizen?
Antwoord 5
Ja, waar mogelijk wordt lering getrokken uit de ervaringen van andere landen.
Vraag 6
Hoe beoordeelt u de kennelijk staande praktijk van de Gemeentelijke Gezondheidsdienst
(GGD) om slechts aangekondigd te inspecteren bij slachthuizen waar het gaat om COVID-19
maatregelen?
Antwoord 6
Het is een misverstand dat de GGD-en alleen aangekondigd langs gaan bij slachterijen.
Zij gaan ook onaangekondigd langs.
Vraag 7
Vindt u het wenselijk dat de GGD een nieuwe steekproef houdt om op COVID-19 te testen
onder de medewerkers van het betreffende slachthuis en ligt het daarnaast voor de
hand om ook bij andere slachthuizen nieuwe steekproeven uit te voeren, gezien het
relatieve gemak waarmee COVID-19 zich in deze sector lijkt te verspreiden?
Antwoord 7
Van Rooi Meat is na de sluiting weer opgestart met klachtenvrije en negatief geteste
medewerkers. Van Rooi Meat heeft verregaande maatregelen getroffen om nieuwe besmettingen
te voorkomen. Medewerkers met klachten mogen niet aan het werk en worden gevraagd
om zich te laten testen. Er zijn geen signalen van besmettingen bij het bedrijf. De
GGD ziet dan ook geen reden om een nieuwe steekproef uit te voeren.
Vraag 8
Welke stappen heeft de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) sinds het verschijnen
van de betreffende rapportage genomen om haar eigen werknemers die opereren binnen
het betreffende slachthuis (als toezichthoudende dierenartsen) te beschermen en is
deze berichtgeving aanleiding om dierenartsen terug te trekken omdat de veiligheid
van hun werkplek niet kan worden gegarandeerd? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8
De NVWA heeft op 4 augustus jl. per brief gevraagd dat genoemde slachterij concreet
aangeeft welke maatregelen het treft om coronabesmetting binnen het bedrijf te vermijden.
Wanneer de reactie onvoldoende vertrouwen geeft dat medewerkers van de NVWA en KDS
worden blootgesteld aan werknemers van genoemde slachterij die besmet zijn met het
coronavirus dan wel coronaklachten hebben, staakt de NVWA de werkzaamheden van de
NVWA in het bedrijf. Dan kan er niet meer geslacht worden. De NVWA heeft ook andere
slachterijen per brief gewezen op hun verantwoordelijkheid om erop toe te zien dat
de maatregelen die in de bedrijven zijn getroffen om corona te vermijden worden nageleefd
en op de consequenties als dat niet gebeurt. In dat geval staakt de NVWA de werkzaamheden
van de NVWA in het bedrijf.
Vraag 9
Vindt u dat er een cultuurprobleem is in de slachtsector als het gaat om het volgen
en handhaven van regels gezien het grote aantal incidenten rond slachthuizen van de
afgelopen jaren, van fraude bij noordelijke slachthuizen, tot veelvuldig uitgelekte
beelden van onzorgvuldige behandeling en van mishandeling van dieren, tot het niet
uitvoeren van afspraken in het kader van bestrijding van COVID-19?
Antwoord 9
Het huidige slachtsysteem staat onder druk en fraude en misstanden kunnen ontstaan
daar waar economische belangen prevaleren boven andere waarden. Er zijn de afgelopen
jaren meerdere incidenten geweest rond slachthuizen, waarmee een aantal ernstige problemen
aan het licht is gekomen. De Minister van LNV heeft eerder al aangegeven aangetoonde
misstanden onacceptabel te vinden. Zij heeft in februari tijdens het plenair debat
over de NVWA aan uw Kamer gemeld dat zij een fundamentele discussie wil voeren over
het huidige systeem. Het Ministerie van LNV onderzoekt met het bedrijfsleven en maatschappelijke
organisaties wat de kwetsbaarheden in de slachthuizen zijn en welke maatregelen nodig
zijn voor een betere borging van dierenwelzijn en voedselveiligheid. Dit zal nog dit
jaar worden afgerond. Daarbij wordt ook onderzocht op welke terreinen (waaronder dierenwelzijn,
voedselveiligheid, toezicht en veiligheid van werknemers) een hoge slachtsnelheid
tot problemen leidt. Aan de hand daarvan wordt gekeken welke juridische mogelijkheden
er zijn om de de maximale bandsnelheid te begrenzen.
Toelichting
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen over hetzelfde onderwerp van het
lid Wassenberg, ingezonden 3 augustus 2020, Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020,
nr. 3708.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede namens
B. van 't Wout, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Mede namens
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.