Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Slootweg over het onderzoek naar mogelijk AOW-fraude bij duurzaam gescheiden koppels
Vragen van het lid Slootweg (CDA) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het onderzoek naar mogelijk AOW-fraude bij duurzaam gescheiden koppels (ingezonden 4 juni 2020).
Antwoord van Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 29 juni
2020).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de uitzending van Max Meldpunt over AOW-inspecties bij duurzaam
gescheiden koppels?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het beeld dat er sinds kort strenger gecontroleerd wordt op mogelijke AOW-fraude
door duurzaam gescheiden koppels?
Antwoord 2
Bij een steekproef onder duurzaam gescheiden levenden in 2014 bleek een hoog onrechtmatigheidsrisico
(10%). Dat was aanleiding voor de SVB om in de beoordeling van alle nieuwe meldingen van duurzaam gescheiden leven (met uitzondering van personen in een zorginstelling)
een huisbezoek af te leggen, omdat dit niet vanachter een bureau kan worden beoordeeld.
Daarnaast is besloten gericht projectmatig onderzoek te doen naar alle lopende situaties van duurzaam gescheiden leven. Deze projectmatige aanpak vindt plaats sinds
2016.
Vraag 3
Hoeveel AOW-fraudegevallen worden er jaarlijks geconstateerd?
Antwoord 3
In 2019 zijn er bij de AOW 622 onrechtmatige situaties gecorrigeerd waarbij er sprake
was van een terugvordering en waarbij een sanctie is opgelegd. Een sanctie wordt opgelegd
als er sprake is van een overtreding van een verplichting, zoals de inlichtingenplicht.
De hoogte van de sanctie is afhankelijk van de verwijtbaarheid. Daarnaast komt het
voor dat de hoogte van het AOW-pensioen wordt aangepast naar aanleiding van onderzoek,
zonder dat er een terugvordering plaatsvindt of een boete wordt opgelegd.
Vraag 4 en 5
Komt dit vaker voor bij voormalige stellen die duurzaam gescheiden leven?
Voor welk bedrag wordt er jaarlijks gefraudeerd doordat mensen zich ten onrechte voordoen
als zelfstandig huishouden, terwijl men in werkelijkheid samen woont?
Antwoord 4 en 5
Uit de handhavingsrapportages van de in 2019 uitgevoerde onderzoeken naar duurzaam
gescheiden leven blijkt dat de afdeling handhaving van de SVB 1.974 onderzoeken in
verband met duurzaam gescheiden leven heeft afgerond. In 343 gevallen heeft onderzoek
ertoe geleid dat AOW-pensioenen zijn herzien en verlaagd.
Van deze in 2019 uitgevoerde onderzoeken naar duurzaam gescheiden leven is in 122
gevallen het AOW-pensioen met terugwerkende kracht herzien en verlaagd. In deze gevallen
is sprake geweest van schending van de inlichtingenplicht. In 2019 was het bedrag
van de terugvorderingen € 360.992,–.
Vraag 6
Wat zijn de kosten van de inspectieteams en de kosten (bijvoorbeeld juridische kosten)
die gemaakt worden door de overheid in het tegengaan van AOW-fraude?
Antwoord 6
De directe kosten van de Afdeling Handhaving van de SVB bedroegen in 2019 circa € 7,2 miljoen.
Ongeveer 50% van de handhavingskosten hangen samen met onderzoeken in de AOW. Naast
onderzoek naar duurzaam gescheiden leven, wordt onderzoek gedaan naar andere leefsituaties,
waarin de alleenstaande AOW wordt toegekend, terwijl er sprake is van een gezamenlijk
huishouden. Ook wordt onderzoek gedaan naar het in leven zijn van gerechtigden. Het
is niet mogelijk om een inschatting te maken van de indirecte kosten die samenhangen
met handhaving. Ook dienstverlening en voorlichting dragen preventief bij aan een
rechtmatige en juiste verstrekking van uitkeringen.
Vraag 7
Klopt het de inspectieteams achter de rug van voormalige koppels om nagaan hoe het
waterverbruik is van mogelijke AOW-fraudeurs?
Antwoord 7
De wet SUWI regelt de vastlegging, uitwisseling en verstrekking van informatie die
relevant is voor de uitvoering van de aan de SVB opgedragen taken. Op grond van artikel 54
lid 8 van deze wet zijn waterbedrijven verplicht deze informatie aan de SVB te verstrekken
in verband met de wettelijke toezichtstaak van de SVB ex artikel 55a wet SUWI. Bij
onderzoek naar leefsituaties binnen de AOW, zoals duurzaam gescheiden leven, wordt
in ieder individueel onderzoek bepaald of het nuttig is om waterverbruik op te vragen.
De uitvraag van waterverbruik dient telkens individueel te worden gemotiveerd. De
wet SUWI schrijft niet voor dat voor het opvragen van deze watergegevens toestemming
van de klant nodig is. Dit zou ook afbreuk doen aan het doel van de wet SUWI, namelijk
om informatie op een snelle en betrouwbare wijze te kunnen uitwisselen, overigens
met inachtneming van de bescherming van de privacy.
Waterverbruik kan duiden op een leefsituatie die mogelijk niet overeenkomt met bij
de SVB bekende gegevens. Zo kan het waterverbruik wijzen op niet-gebruik van een woning
of gebruik door meerdere personen terwijl iemand als alleenstaande bekend is bij de
SVB. Waterverbruik geeft slechts een indicatie en kan aanleiding geven tot nader onderzoek.
Vraag 8, 9 en 10
Hoe kijkt u zelf naar de voorwaarde dat duurzaam gescheiden grootouders niet tegelijkertijd
op het verjaardagsfeestje van hun kleinkinderen mogen komen?
Bent u niet van mening dat deze maatregel onnodig streng is, niet meer van deze tijd
is en het normaal menselijk verkeer verhindert tussen mensen die tot de conclusie
zijn gekomen dat duurzaam gescheiden van elkaar leven het beste is?
Bent u bereid om ervoor te zorgen dat criteria zoals het bezoeken van verjaardagen
van de kleinkinderen geschrapt worden als bewijsgrond van AOW-fraude?
Antwoord 8, 9 en 10
Het beeld dat duurzaam gescheiden ouders niet tegelijkertijd op het verjaardagsfeestje
van hun (klein)kind mogen komen, klopt niet. Duurzaam gescheiden levende ouders mogen
uiteraard tegelijkertijd de verjaardag van een (klein)kind bezoeken. Wel is het zo
dat de SVB dient na te gaan of er sprake is van duurzaam gescheiden leven. Hieronder
wordt verstaan: leven als ware men niet met de ander getrouwd. Een eigen adres is
niet voldoende om als duurzaam gescheiden levend te kunnen worden aangemerkt.
Om duurzaam gescheiden leven te kunnen beoordelen stelt de SVB een aantal vragen om
een goed beeld te krijgen van de leefsituatie van de gescheiden levende personen.
De SVB weegt alle informatie tezamen in onderling verband en komt vervolgens tot een
oordeel. Dit volgt uit de wettelijke Awb-verplichting voor een bestuursorgaan om voorafgaand
aan het nemen van een besluit zorgvuldig onderzoek te doen (artikel 3:2 Awb). Als
bij klanten van de SVB de indruk is ontstaan dat grootouders die duurzaam gescheiden
leven niet tegelijkertijd de verjaardag van hun (klein)kinderen mogen bezoeken, dan
is dat zeker niet de bedoeling geweest. De SVB heeft binnen de organisatie extra aandacht
gevraagd voor de gevoeligheid van het onderwerp duurzaam gescheiden leven en de wijze
waarop we voorlichting geven aan klanten. Nader wordt bezien of de voorlichting op
de website voldoende duidelijk is op dit onderwerp.
In de beleidsdoorlichting van artikel 8 van de begroting SZW (oudedagsvoorziening)2 is geconstateerd dat het stelsel van leefvormen binnen de AOW complex is en niet
altijd aansluit bij de beleving van burgers. Ik heb aangekondigd dat ik naar aanleiding
van de constateringen in de beleidsdoorlichting een ambtelijke verkenning uit zal
voeren naar de mogelijkheden die er zijn om het stelsel van leefvormen in de AOW fundamenteel
te vereenvoudigen en te moderniseren om tot een oplossing van de geconstateerde knelpunten
te komen. In deze ambtelijke verkenning zal onderzocht worden welke verschillende
opties mogelijk zijn om het stelsel van leefvormen in de AOW voor de burger begrijpelijk
en voor de uitvoering eenvoudiger vorm te geven. Het beleid omtrent duurzaam gescheiden
leven maakt onderdeel uit van deze verkenning.
Vraag 11
In hoeverre werkt het systeem waarin een alleenstaande 70% aan AOW ontvangt en stellen
(wanneer ze beide AOW-gerechtigd zijn) 100% AOW krijgen niet fraude in de hand (doordat
twee alleenstaanden 40% meer ontvangen dan een samenwonend stel)?
Antwoord 11
De hoogte van de AOW die iemand ontvangt is afhankelijk van de leefvorm. De gedachte
hierachter is dat een gezamenlijke huishouding schaalvoordelen met zich meebrengt.
In de beleidsdoorlichting is aangegeven dat verschillende uitkeringshoogtes afhankelijk
van de leefvorm leidt tot onrechtmatigheidsrisico’s. Zoals ook in het antwoord op
vraag 13 terugkomt zou een systeem van een geïndividualiseerde AOW deze onrechtmatigheidsrisico’s
wegnemen.
Vraag 12
Hoeveel mensen die in 2019 AOW-gerechtigd werden ontvingen louter een AOW-uitkering
en geen aanvullend pensioen?
Antwoord 12
Er zijn geen data beschikbaar over het aantal mensen dat in 2019 in de AOW zijn ingestroomd
in combinatie met gegevens over aanvullend pensioen. Uit cijfers van het CBS blijkt
dat in 2018 ongeveer 2,9 miljoen mensen AOW ontvingen en 2,5 miljoen mensen een aanvullend
pensioen. Van die laatste groep is echter niet zeker dat zij ook AOW-gerechtigd zijn.
Het kan immers ook gaan om mensen die hun pensioen naar voren hebben gehaald.
Vraag 13
Hoe kijkt u aan tegen een onderzoek naar een AOW-stelsel waarin er geen prikkel is
om te frauderen door zich ten onrechte voor te doen als alleenstaande, terwijl men
in werkelijkheid samenwoont?
Antwoord 13
Een systeem van een geïndividualiseerde AOW waarbinnen aan iedereen, ongeacht leefvorm,
een gelijk bedrag uitgekeerd krijgt zou elke prikkel om te frauderen met leefvormen
wegnemen. Individualisering van de AOW is in de beleidsdoorlichting als beleidsvariant
uitgewerkt. De beschrijving van deze beleidsvariant laat wel zien dat een dergelijk
systeem, afhankelijk van de hoogte van de AOW, tot forse inkomenseffecten leidt. In
de verkenning naar leefvormen waar in de beantwoording van vraag 8 t/m 10 naar wordt
verwezen zal een geïndividualiseerde AOW als meest vergaande variant ook terugkomen.
In beschrijving van de varianten in de verkenning zal het risico op misbruik en handhaafbaarheid
ook worden meegenomen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.