Schriftelijke vragen : De Nederlandse strategie in de bestrijding van COVID-19
Vragen van het lid Asscher (PvdA) aan de Minister-President en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de Nederlandse strategie in de bestrijding van COVID-19 (ingezonden 14 mei 2020).
Vraag 1
Deelt u de mening dat COVID-19 effectief bestrijden alleen lukt als voor de samenleving
helder is welk doel en welke strategie er wordt nagestreefd? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, welke strategie ligt precies ten grondslag aan het beleid in de bestrijding
van COVID-19? Wilt u het virus maximaal controleren c.q. elimineren (indammen) of
maximaal verzachten (mitigatie) en kunt u dit toelichten?
Vraag 2
Is de Nederlandse strategie in de overgangsfase alleen gericht op een acceptabele
belasting van de intensive care (IC), bescherming van kwetsbare mensen en zicht op
de verspreiding van het virus, of daarnaast ook op het zo snel mogelijk bereiken van
de controlefase? Zijn aanvullende en/of striktere maatregelen dan nu in Nederland
gelden mogelijk en in hoeverre zouden deze kunnen bijdragen aan het nog meer voorkomen
van IC-belasting, betere bescherming van kwetsbare mensen, meer inzicht in de verspreiding
van het virus en het sneller bereiken van de controlefase of eliminatie van het virus?
Kunt u uw antwoord onderbouwen?
Vraag 3
Bent u bereid het afwegingskader en adviezen die zijn gegeven voor de besluiten over
maatregelen of het versoepelen van maatregelen, te delen met de Kamer? Zo nee, waarom
niet?
Vraag 4
Deelt u de opvatting dat het indammen/elimineren van het virus alleen kan door testen,
traceren (bron- en contactonderzoek), isoleren en quarantaine? Zo nee, kunt u beargumenteren
waarom niet? Kunt u daarbij dan aangeven hoe maximale controle van het virus volgens
u wel kan worden bereikt?
Vraag 5
Wordt iedereen die klachten heeft en volgens de richtlijnen getest zou moeten kunnen
worden, nu getest? Zo nee, waarom niet? Per wanneer gebeurt dat wel?
Vraag 6
Wordt bij iedereen die positief getest is op COVID-19 bron-en contactonderzoek verricht?
Zo nee, waarom niet? Per wanneer gebeurt dat wel?
Vraag 7
Waarom is het protocol voor bron-en contactonderzoek door GGD’en minder grondig dan
in andere landen? Kunt u aangeven welke landen voor een strikter en meer uitgebreid
bron-en contactonderzoek hebben gekozen? Kunt u aangeven welk verschil in strategie
tussen deze landen en Nederland bestaat? Kunt u aangeven waarom in Duitsland direct
contact wordt opgenomen met mensen wie met een positief getest persoon in contact
is geweest, terwijl in Nederland blijkens het protocol een brief wordt gestuurd?
Vraag 8
Op grond van welke overwegingen is voor een lichtere variant gekozen? Waarop is gebaseerd
dat met minder actieve opsporing en controle en minder strikte isolatie toch tot maximale
controle van het virus kan worden gekomen? Bij welke strategie past dit?
Vraag 9
Hoeveel mensen zijn nodig voor bron-en contactonderzoek volgens het laatste aan de
GGD'en verzonden protocol? Hoeveel mensen zouden nodig zijn voor een actief en uitgebreider
bron-en contactonderzoek, zoals in andere landen plaatsvindt? Hoeveel mensen worden
geworven? Waarom denkt Nederland intensief bron en contactonderzoek te kunnen verrichten
met een veel kleiner aantal fte dan andere en vergelijkbare landen?
Vraag 10
Zijn alle GGD’en nu mensen aan het werven voor bron-en contactonderzoek? Zo nee, waarom
niet? Zo ja, hoeveel vacatures zijn er in totaal?
Vraag 11
Waarom wordt niet gekozen voor isolatie van mensen die besmet zijn met COVID-19? Waarom
wordt niet gekozen voor controle op quarantaine van besmette personen? Bij welke strategie
past dit? Kunt u aangeven welke landen voor een striktere isolatie en quarantaine
hebben gekozen? Kunt u aangeven welk verschil in strategie tussen deze landen en Nederland
bestaat?
Vraag 12
Welke mogelijkheden zijn er om ervoor te zorgen dat mensen zich wél willen houden
aan quarantaine?
Vraag 13
Wat zouden de kosten van maximaal bron-en contactonderzoek en isolatie en quarantaine
van besmette personen zijn? Hoe verhouden deze zich tot de kosten van een mogelijke
tweede golf en als gevolg daarvan een (vorm van tweede) lockdown?
Vraag 14
Worden voorwaarden die het Outbreak Management Team (OMT) stelt voor versoepelen van
maatregelen strikt overgenomen en gehandhaafd? Zo nee, waarom niet?
Vraag 15
Kunt u aangeven op basis van welke wetenschappelijke studies en adviezen besloten
is over te gaan op het adviseren van het gebruik van mondkapjes in het openbaar vervoer
maar niet op andere plekken, inclusief de plekken waar de anderhalve meter afstand
moeilijk te handhaven is?
Vraag 16
Deelt u de mening dat als het gebruik van mondkapjes verplicht is, de overheid deze
kosteloos beschikbaar zou moeten stellen?
Vraag 17
Wordt per maatregel die versoepeld wordt nauwkeurig gemonitord welke effecten er optreden
ten aanzien van de verspreiding van het virus? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kan worden
aangegeven op welke momenten welke maatregelen worden geëvaluaeerd en welke criteria
worden gebruikt om over te gaan op verdere versoepeling?
Vraag 18
Kunt u deze vragen separaat beantwoorden voor het eerstvolgende debat met de Kamer
over het coronavirus?
Indieners
-
Gericht aan
M. (Mark) Rutte, minister-president -
Gericht aan
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Indiener
L.F. Asscher, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.