Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kerstens over het bericht 'Defensie-medewerkers mogen werkelijke schade chroom-6 claimen'
Vragen van het lid Kerstens (PvdA) aan de Staatssecretaris van Defensie over het bericht «Defensie-medewerkers mogen werkelijke schade chroom-6 claimen» (ingezonden 11 maart 2020).
Antwoord van Staatssecretaris Visser (Defensie) (ontvangen 8 april 2020).
Vraag 1
Hebt u kennisgenomen van bovenbedoeld bericht, alsook van de uitspraak van het Gerechtshof
in Den Bosch waarover in dat bericht word gesproken?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2, 3
Bent u bereid in dezen af te zien van nadere rechtsmiddelen? Zo nee, waarom niet?
Bent u bereid de uitspraak van de rechter, dat slachtoffers van chroom-6 bovenop de
door u getroffen regeling recht hebben op vergoeding van de werkelijk door hen geleden
schade, toe te passen op alle slachtoffers die een uitkering op basis van de door
u getroffen regeling hebben ontvangen? Zo ja, hoe gaat u een en ander vormgeven? Zo
nee, waarom niet?
Antwoord 2, 3
(Oud-)medewerkers van de POMS-locaties die ziek zijn geworden en hun nabestaanden
kunnen een uitkering aanvragen op basis van de collectieve rechtspositionele Uitkeringsregeling.
Zij kunnen op grond van deze regeling op laagdrempelige wijze een forfaitair bedrag
tussen de 5.000 euro en 40.000 euro als immateriële schade (smartengeld) en 3.850
euro voor de materiële schade ontvangen. Dit wordt uitgekeerd zonder dat hoeft te
worden aangetoond hoe hoog de materiële en immateriële schade is. Als er meer schade
is dan de uitkering, dan kan een claim worden ingediend bij Defensie voor een vergoeding
van de werkelijke materiële en immateriële schade. Dit is maatwerk en daarvoor moet
wel nadere (medische) informatie worden verstrekt. Omdat de schade en persoonlijke
situatie voor iedere (oud-)medewerker anders zal zijn, zal dit op individuele basis
worden beoordeeld. Deze letsel- en overlijdensschadeclaims worden afgewikkeld door
het Dienstencentrum Juridische Dienstverlening. Uit de uitspraak van het Hof van 10 maart
jl. volgt dat zodra Defensie voor een bepaalde aandoening een uitkering heeft verstrekt
op grond van de Uitkeringsregeling, de aansprakelijkheid voor het ontstaan van die
aandoening daarmee vaststaat. De hoogte van de werkelijk geleden schade moet volgens
het Hof echter nog steeds worden vastgesteld aan de hand van het medisch dossier van
de betrokken (oud-)medewerker en informatie van de (oud-)medewerker over de schade.
Defensie bestudeert de uitspraak echter nog en ik kan nog geen uitspraak doen over
het al dan niet instellen van een rechtsmiddel.
Vraag 4
Welk gedeelte van de voor de afhandeling van het chroom-6-schandaal gereserveerde
middelen is inmiddels uitgekeerd aan slachtoffers, respectievelijk welk gedeelte resteert
nog?
Antwoord 4
Het budget dat voor chroom-6 is gereserveerd, is opgenomen in artikel 9 van de defensiebegroting
en is hierop zichtbaar. De reservering op de begroting betreft een inschatting. Als
mensen recht hebben op een vergoeding dan zal Defensie die betalen, ongeacht welk
bedrag hiervoor binnen de begroting is gereserveerd. De gereserveerde middelen betreffen
dus geen maximum. Op dit moment is de reservering voldoende om de vergoedingen uit
te betalen. In totaal is 2,7 miljoen euro netto aan uitkeringen Coulanceregeling toegekend
en 1,6 miljoen euro netto aan uitkeringen Uitkeringsregeling. Wat betreft letsel-
en overlijdensschadeclaims verwijs ik u naar mijn brief «Stand van zaken chroom-6
Defensie» van 28 februari 2020 (Kamerstuk 35 300 X, nr. 60).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B. Visser, staatssecretaris van Defensie
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.