Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Bouali over het bericht dat Afrika geteisterd wordt door een sprinkhanenplaag
Vragen van het lid Bouali (D66) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het bericht dat Afrika geteisterd wordt door een sprinkhanenplaag (ingezonden 16 maart 2020).
Antwoord van Minister Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) (ontvangen
31 maart 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Sprinkhanenplaag Afrika: «Plaag wordt 500 keer zo groot,
als we niks doen»»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Is er al een beroep gedaan op Nederland om bij te dragen aan de 138 miljoen USD die
er volgens de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (Food and Agriculture
Organization (FAO)) nodig is om de sprinkhanenplaag te bestrijden? Zo ja, hoe heeft
u hierop gereageerd?2
Antwoord 2
Ja. Via twee mondiale verzoeken heeft de Food and Agriculture Organization (FAO) donoren gevraagd een bedrag van in totaal USD 138 miljoen beschikbaar te stellen
voor het Special Fund for Emergency and Rehabilitation (SFERA). Dit fonds wordt ingezet voor zowel de bestrijding van de sprinkhanen als het herstel
van het levensonderhoud, «livelihoods», van kleinschalige boeren. Nederland heeft net als 10 andere landen positief gereageerd
op deze verzoeken en stelt EUR 1 miljoen beschikbaar vanuit het voedselzekerheidsprogramma.
Daarnaast heeft het CERF (Central Emergency Response Fund), dat Nederland vanuit noodhulpmiddelen financiert, EUR 10 miljoen bijgedragen aan
het fonds. Het verzoek van de FAO heeft op dit moment, op basis van toezeggingen,
per maart 2020 bijna USD 94 miljoen opgeleverd.
Vraag 3
Deelt u de opvatting van de FAO dat het humaner en kosten-efficiënter is om nu in
te grijpen dan te wachten tot er een voedselcrisis ontstaat? Zo ja, welke mogelijkheden
ziet u hiertoe? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Ik deel de opvatting van de FAO dat alles op alles moet worden gezet om de sprinkhanenplaag
tegen te gaan in deze fase. Bestrijding is complex door de snelle vermeerdering van
de sprinkhanen, de lokalisering en de noodzaak van toediening van de juiste bestrijdingsmiddelen.
Hierdoor is het onzeker of de toename helemaal gestopt kan worden. De combinatie van
bestrijding en het herstellen van «livelihoods» is daarom belangrijk voor het voorkomen
van een voedselcrisis.
Vraag 4
Hoe worden lopende, door Nederland gefinancierde projecten op het gebied van voedselzekerheid
getroffen door de huidige plaag?
Antwoord 4
De upsurge,zoals de huidige toename en het zwermen van sprinkhanen wordt genoemd, is het grootst
in Ethiopië, Somalië, Kenia en – in mindere mate – in Uganda en Zuid-Sudan. Nederland
financiert diverse projecten op het gebied van landbouw en voedselzekerheid in deze
landen. Op dit moment is nog niet duidelijk hoe deze projecten worden geraakt. Een
eerste indicatie zal komen van de impact-evaluatie door de FAO die binnenkort zal
worden gepresenteerd. Nederlandse ambassades in de getroffen landen verwachten vooralsnog
dat de effecten zouden kunnen meevallen, doordat de projecten niet in de meest getroffen
gebieden worden uitgevoerd en omdat het geen oogsttijd is. Of dit zo blijft, hangt
af van de mate waarin de bestrijding succesvol is. Bij een verdere toename van sprinkhanenpopulaties
zouden ook door Nederland gefinancierde projecten getroffen kunnen worden.
Vraag 5
In hoeverre komt de beleidsdoelstelling van het kabinet om in 2030 tenminste 32 miljoen
mensen uit een situatie van ondervoeding te hebben geholpen, hiermee in gevaar?3
Antwoord 5
Veel kleinschalige boeren kunnen bij een grotere verspreiding van sprinkhanenplagen
voedselonzeker worden. In welke mate dit zal doorwerken op de Nederlandse beleidsdoelstellingen
op het gebied van voedselzekerheid hangt af van de verdere ontwikkeling van de plagen,
het succes van de bestrijding ervan en de snelheid van herstel van de landbouwproductie.
Vraag 6
Voorziet u een groter beroep op noodhulpfondsen in de nabije toekomst, als gevolg
van de sprinkhanenplaag?
Antwoord 6
Op dit moment kan geen goede inschatting worden gemaakt van noden die gaan ontstaan
als gevolg van de sprinkhanenplaag. De situatie wordt nauwlettend in de gaten gehouden,
en indien deze verslechtert zal opnieuw worden afgewogen of een additionele bijdrage
uit de middelen voor acute crisisrespons opportuun is.
Vraag 7
In hoeverre vormt de aanwezigheid van sprinkhaanplagen in Jemen4 een bedreiging voor de voedselvoorziening in Jemen, overwegende dat daar al ongeveer
16 miljoen mensen in voedselonzekerheid verkeren?
Antwoord 7
De sprinkhanen upsurge vindt zijn oorsprong in Jemen, waar door instabiliteit onvoldoende capaciteit voor
monitoring en bestrijding kon worden gemobiliseerd voor deze problematiek. De sprinkhanen
hebben zeker impact op de voedselzekerheid van dit land. Echter, andere factoren zoals
de voortdurende instabiliteit in het land spelen in Jemen op dit moment een grotere
rol bij de voortdurende voedselonzekerheid. Met name toegang tot betaalbaar voedsel
is een groot probleem.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.