Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Regterschot over het artikel ‘Opvang nieuwe slachtoffers huiselijk geweld niet geregeld’
Vragen van het lid Regterschot (VVD) aan de Minister en Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het artikel «Opvang nieuwe slachtoffers huiselijk geweld niet geregeld» (ingezonden 9 januari 2020).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de
Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (ontvangen 11 februari 2020).
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 1532.
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Opvang nieuwe slachtoffers huiselijk geweld niet geregeld»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat uw mening over het feit dat uit het artikel blijkt dat er vanaf eind 2019 geen
vrouwenopvang geregeld is in Noord- en Midden-Limburg? In hoeverre is er in andere
gemeenten in Nederland onduidelijkheid over het beleid voor vrouwenopvang in 2020?
Antwoord 2
Vanwege een juridische procedure is de aanbesteding van de vrouwenopvang in de regio
Noord- en Midden-Limburg niet afgerond per 1 januari 2020. Dat wil echter niet zeggen
dat er geen opvang is voor slachtoffers van huiselijk geweld. De gemeente Venlo heeft
(mede) namens de regio Limburg Noord en Midden afspraken gemaakt met andere aanbieders
van vrouwenopvang buiten de eigen regio. Deze afspraken gelden totdat wordt overgegaan
naar een definitieve gunning. De continuïteit van opvang en ondersteuning in de regio
is hiermee gewaarborgd.
Er is in de regio Noord- en Midden-Limburg geen sprake van onduidelijkheid over het
beleid voor vrouwenopvang.
Vraag 3
Zijn er gemeenten of regio’s in Nederland waar voor 2020 (al dan niet tijdelijk) geen
vrouwenopvang geregeld is? Zo ja, welke zijn dat?
Antwoord 3
Ik heb geen signalen ontvangen dat er gemeenten of regio’s zijn in Nederland waar
voor 2020 geen vrouwenopvang geregeld is.
Vraag 4, 5
Hoe kijkt u aan tegen het feit dat de aanbestedingsprocedure ervoor gezorgd heeft
dat per 1 januari 2020 de opvang voor deze kwetsbare vrouwen niet goed geregeld is?
Zijn u meer gevallen in Nederland bekend waarbij de aanbestedingsprocedure voor Wet
maatschappelijke ondersteuning (Wmo)-zorg, en dan met name bij de vrouwenopvang, niet
juist verlopen is?
In hoeverre biedt u op dit moment ondersteuning aan zorgaanbieders of gemeenten waarbij
de aanbestedingsprocedure voor Wmo-zorg en -opvang niet soepel verloopt? Indien hier
op dit moment niets voor bestaat, in hoeverre bent u dit op korte termijn van plan?
Antwoord 4, 5
Met enige frequentie leiden aanbestedingen voor zowel Jeugdwet als Wmo tot rechtszaken.
Door de vertraging die dit oplevert in een procedure, kan de implementatietermijn
of de overgang naar een nieuwe aanbieder soms onder druk komen te staan. In enkele
gevallen zoals deze is er zelfs sprake van een overbruggingstermijn waarin een oud
contract niet rechtmatig verlengd kan worden terwijl een nieuw contract nog niet in
kan gaan. Ook als dit het geval is, blijft de gemeente verantwoordelijk voor het leveren
van goede zorg en ondersteuning voor haar inwoners. De regio Noord- en Midden-Limburg
heeft binnen de mogelijkheden passende oplossingen gevonden. Zowel voor de risicobeoordeling
en de toeleiding naar opvang als het bieden van de opvang zelf. De regio heeft de
inzet die dit heeft gevraagd, ook geleverd.
Om gemeenten en aanbieders te ondersteunen bij inkoop en aanbesteden heb ik samen
met hen een ondersteuningsprogramma (het programma Inkoop en Aanbesteden Sociaal Domein)
ingericht. Dit programma ondersteunt gemeenten en aanbieders in vier actielijnen:
1. Weloverwogen inzet van inkoop en contractering, door kennis en informatie beschikbaar
te maken;
2. Goede zorg en ondersteuning, door te werken aan betere samenwerking tussen gemeenten
en aanbieders;
3. Minder administratieve lasten door inkoop, door middel van standaardisatie;
4. Bijdragen aan transformatie, door inkoop in te richten als continue leer- en verbeterproces.
Eerder informeerde ik uw Kamer over dit ondersteuningsprogramma bij mijn brieven van
24 januari 20192 en 15 november 20193. Ik heb uw Kamer in deze brieven ook geïnformeerd over mijn inzet om in Europa ruimte
te zoeken om aanbesteden in het sociaal domein op meer passende wijze vorm te geven.
Vraag 6
Welke acties worden er momenteel door u ondernomen om de informatievoorziening richting
gemeenteraden rondom Wmo-zorg te verbeteren, aangezien uit dit artikel, maar ook uit
het rapport Wmo toezicht 2018 van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) bleek
dat gemeenteraden vaak niet op de hoogte gesteld worden over Wmo-zaken?4
Antwoord 6
Het informeren van de gemeenteraden over de lokale Wmo-zorg is een verantwoordelijkheid
van het college van burgemeester en wethouders van de betreffende gemeente. Ik onderneem
dan ook geen acties ten aanzien van de informatievoorziening richting de gemeenteraden.
Vraag 7
Hoe verhoudt dit artikel zich volgens u met het punt uit het hoofdlijnenakkoord geestelijke
gezondheidszorg (GGZ), waarin wordt aangegeven dat voor de juiste zorg op de juiste
plek een goede triage en diagnostiek van belang is en dat partijen zich daar ook voor
gaan inzetten?
Antwoord 7
De aanmelding, triage en toegang voor de vrouwenopvang is belegd bij Veilig Thuis.
De vrouwenopvang maakt geen onderdeel uit van de geestelijke gezondheidszorg. De punten
uit het hoofdlijnenakkoord zijn om die reden niet van toepassing op de vrouwenopvang
en het artikel.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede namens
P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.