Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Beckerman over huurders die in Appingedam vanuit een onveilig huis in een huis met gebreken komen
Vragen van het lid Beckerman (SP) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over huurders die in Appingedam vanuit een onveilig huis in een huis met gebreken komen (ingezonden 24 januari 2020).
Antwoord van Minister Knops (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
5 februari 2020).
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de situatie van huurders in het aardbevingsgebied die in hun
nieuwe huurwoning opnieuw in de ellende terecht zijn gekomen?1 Wat is hierop uw reactie?
Antwoord 1
Ja, ik ken het bericht van RTV Noord. Mijn reactie hierop geef ik in de onderstaande
antwoorden.
Vraag 2
Hoe komt het dat deze nieuwe woningen opnieuw vocht en schimmel hebben? Voldoen de
woningen aan de kwaliteitseisen waaraan energie neutrale woningen moeten voldoen?
Zo ja, hoe verklaart u dan opnieuw de schimmel? Zo nee, hoe komt dat volgens u?
Antwoord 2
Woongroep Marenland geeft aan dat de corporatie heeft geconstateerd dat er geen vocht-
en schimmelproblemen zijn. Tijdens de bouw heeft regenwater enkele houtskeletwanden
beschadigd, wat lijkt op schimmel. Deze onderdelen zijn vervangen of gereinigd.
De woningen voldoen aan de kwaliteitseisen waar energieneutrale woningen aan moeten
voldoen en worden EPC0 opgeleverd. Dat betekent dat de energie voor verwarming en
ventilatie van de woning wordt opgewekt door PV-panelen.
Op het moment dat huurders een klacht hebben, kunnen ze dat melden bij Woongroep Marenland
zodat voor een oplossing kan worden gezorgd. Dit is ook gedaan voor de niet naar behoren
werkende warmtepompen. Bouwgroep Dijkstra Draisma zorgt er samen met de installateur
voor dat de klachten met betrekking tot de warmtepompen worden verholpen.
Woongroep Marenland benadrukt dat het overgrote deel van huurders tevreden is en dat
het een aantal incidentele gevallen betreft waarbij het proces niet goed loopt en
waar huurders ontevreden over zijn. Woongroep Marenland laat weten dat deze gevallen
alle aandacht hebben en er alles aan wordt gedaan om er met bewoners uit te komen.
Dat vind ik bemoedigend. De huurders hebben evenwel hun zorgen ook met mij gedeeld
en ik houd een vinger aan de pols.
Vraag 3
Hoe bestaat het dat mensen uit het aardbevingsgebied die al jaren wachten op onderhoud
van hun woning of een nieuwe woning nu opnieuw in een huis komen waar ze ziek van
kunnen worden?
Antwoord 3
Volgens Woongroep Marenland gaat het om woningen waarvan de kwaliteit van het binnenklimaat
goed is. Er zijn bij de corporatie geen klachten gemeld dat mensen ziek worden door
de staat van de woning. Als bewoners hiervan melding maken, wordt deze klacht onderzocht
en worden de noodzakelijke maatregelen getroffen.
Vraag 4
Wat vindt u ervan dat opnieuw blijkt dat Woongroep Marenland voor de zoveelste keer
in conflict is met huurders in onveilige woningen?
Antwoord 4
Zoals gecommuniceerd in mijn brief van 19 december hecht ik erg aan het goed betrekken
van huurders in het versterkingsproces aangezien het om hun woning en hun veiligheid
gaat. Goede verhoudingen tussen huurders en verhuurders zijn cruciaal. BZK is om die
reden met de acht woningcorporaties in het aardbevingsgebied (de KR8) in gesprek getreden
en heeft separaat met Woongroep Marenland en enkele huurders gesproken. Na deze gesprekken
heeft BZK Woongroep Marenland verzocht om passende maatregelen te treffen en de zorgen
die leven bij de betreffende huurders waar mogelijk weg te nemen. In reactie hierop
heeft Woongroep Marenland BZK per brief geïnformeerd hoe de corporatie omgaat met
deze zorgen. Een kopie van deze brief is meegezonden als bijlage 2.
Vraag 5
Welke stappen zijn er inmiddels gezet in de uitvoering van de moties Beckerman c.s.
over een toereikende verhuisvergoedingsregeling en zeggenschap voor huurders, ingediend
die na het conflict in Middelstum?3 4
Antwoord 5
De afgelopen maanden heb ik meerdere gesprekken gevoerd met zowel huurders, woningcorporaties,
huurdersverenigingen en wethouders om een goed beeld te krijgen van de problematiek
en mogelijke oplossingen.
Huurders in het aardbevingsgebied hebben te maken met een langdurig en bijzonder impactvol
versterkingsproces. Ook de woningcorporaties en hun bedrijfsvoering hebben te maken
met de complexiteit van het gebied en dit vraagt grote inspanning van hen.
Begin januari heb ik in dat kader nader overlegd met de KR8-corporaties. Daar is gesproken
over een structurele oplossing ook in het licht van de toekomstige opgave. In dat
overleg heb ik nogmaals een beroep op hen gedaan om tot een oplossing te komen voor
een aantal specifieke casussen.
De woningcorporaties laten weten dat zij zich goed realiseren wat de impact op de
huurders is en dat zij zich onverkort inspannen om de huurders zo goed mogelijk te
begeleiden en tegemoet te komen. Zij hebben daartoe een sociaal statuut opgesteld
in aanvulling op de wettelijke vergoedingen. De KR8-corporaties hebben samen met de
huurdersorganisaties BZK een brief gestuurd met daarin een voorstel hoe om te gaan
met de problematiek. Deze brief stuur ik als bijlage mee 5.
Om de voortgang te borgen zal ik samen met de KR8-corporaties, huurdersverenigingen,
gemeenten en NCG een overlegstructuur, een corporatietafel, inrichten om de toekomstige
opgave van de versterking goed vorm te kunnen geven. Hierbij zullen de positieve ervaringen
van de aanpak van batch 1588 worden betrokken. Hierin kan onder meer de aanpak van
de batch 1.588 waar ook de woningcorporaties naar refereren worden betrokken evenals
de vergoedingensystematiek. Ik zal het initiatief nemen om nog deze maand bijeen te
komen.
Tenslotte heb ik naar aanleiding van een punt waar zowel huurders als de woningcorporaties
aan refereren, de immateriële en emotionele schade, contact gezocht met de Tijdelijke
commissie Mijnbouwschade Groningen (TCMG). Zoals eerder aan uw Kamer bericht wordt
er gewerkt aan een regeling voor immateriële schade. Het nog op te richten Instituut
Mijnbouwschade Groningen (IMG) krijgt de taak de verschillende vormen van schade te
vergoeden, waaronder ook immateriële schade. Hoewel het aan het IMG is om te bepalen
of huurders voor immateriële schadevergoeding in aanmerking komen en zo ja alsdan
een werkwijze te bepalen, heb ik de TCMG meegegeven daarbij ook aandacht voor de positie
van de huurders van woningcorporaties te hebben.
Vraag 6
Wat vindt u van de houding dat Marenland bemiddeling heeft geweigerd en liever de
gang naar de rechter maakt zoals beschreven in uw brief?6
Antwoord 6
Zoals ik in die brief heb laten weten betreur ik deze keuze. Uit de bijgevoegde brief
van Woongroep Marenland heeft deze corporatie mij laten weten dat ze in overleg zijn
met de huurders en dat de stap naar de rechter nog niet is gezet.
Vraag 7
Hoe verhoudt het afwijzen van arbitrage of een mediator zich tot de Wet Overleg Huurder-Verhuurder
en wat kan en gaat u doen om de woningcorporatie zover te krijgen huurders centraal
te stellen en het gesprek toch aan te gaan?
Antwoord 7
Op basis van de Wet overleg Huurder-Verhuurder hebben huurders verschillende rechten.
Het betreft:
– Het recht op informatie: m.b.t. onderhoud, huurprijzen en plannen voor sloop.
– Het recht op overleg: tenminste éénmaal per jaar, bij wijzigingen in beleid of beheer
of op verzoek m.b.t. de informatie die verstrekt wordt door de verhuurder.
– Het recht op advies: huurdersorganisaties en bewonerscommissies mogen schriftelijk
advies geven aan de verhuurder. De wet geeft procesregels hiervoor.
– Het recht op agendering: huurdersorganisaties en bewonerscommissies hebben het recht
onderwerpen op de overlegagenda te zetten.
De wet geeft niet aan dat huurders recht kunnen doen gelden op bemiddeling of mediation;
wel hebben zij, net als de verhuurder, het recht een externe deskundige uit te nodigen
om deel te nemen aan het overleg of om een schriftelijk advies uit te brengen.
Huurdersorganisaties van woningcorporaties kunnen verschillende mogelijkheden benutten
om een meer centrale rol te spelen als de situatie daarom vraagt. Zij kunnen zich
tot de klachtencommissie van de corporatie wenden, zij kunnen naar de Huurcommissie
stappen en zij kunnen zaken voor het voetlicht brengen via prestatieafspraken met
de gemeente en de corporatie. Zij kunnen bij problemen van bouwkundige aard naar gemeentelijk
Bouw- en woningtoezicht stappen.
Dit onderwerp zal ook een plek krijgen bij de «corporatietafel».
Vraag 8
Wat gaat u doen om rechtszaken vanwege dwingend eigen gebruik te voorkomen?
Antwoord 8
Ik ben van mening dat de gang naar de rechter zoveel mogelijk moet worden voorkomen
en geschillen op een laagdrempelige manier moeten worden weggenomen. De KR8-corporaties
en huurderorganisaties onderschrijven dit en geven in hun gezamenlijke brief aan dat
men tot het uiterste gaat om juridische procedures te voorkomen tussen corporatie
en huurders. Tijdens overleg van de «corporatietafel» met onder andere de KR8-corporaties
en gemeenten zal ik hier blijvend aandacht voor vragen.
Vraag 9
Welke juridische hulp is er voor de huurders?
Antwoord 9
Zie mijn antwoord op vraag 7. Huurdersorganisaties kunnen zich voor advies en ondersteuning
ook wenden tot de Woonbond.
Tevens kunnen huurders terecht bij de Huurcommissie. De Huurcommissie biedt de huurder
en de verhuurder meerdere mogelijkheden voor het oplossen van hun conflict. Naast
geschilbeslechting waarbij het conflict eindigt met een uitspraak, biedt de Huurcommissie
ook bemiddeling aan. In een bemiddeling wordt het conflict opgelost zonder dat de
Huurcommissie een uitspraak doet.
Huurders kunnen zich bijvoorbeeld tot de Huurcommissie wenden om in geval van achterstallig
onderhoud huurbevriezing of huurverlaging te vragen. Zo heeft de Huurcommissie met
betrekking tot één pand in de Gerrit Raapstraat in het voordeel van de huurder een
uitspraak gedaan in 2019 (uitspraak van de huurcommissie, d.d. 31 mei 2019, nr. 43333).
De uitspraak houdt mede in dat de huurder tijdelijk huurverlaging krijgt van € 475,29
per maand naar € 285,17 per maand. Dit is de geëigende weg om compensatie te vragen
en deze weg staat ook open voor andere huurders.
Vraag 10
Bent u inmiddels in overleg geweest met corporaties, gemeenten en huurdersorganisaties
zoals u ook in bovengenoemde brief schrijft? Zo ja, wat is daarvan de uitkomst? Zo
nee, wanneer gaat dit overleg plaatsvinden?
Antwoord 10
Zie het antwoord op vraag 5.
Vraag 11
Kunnen huurders terecht bij NCG voor ondersteuning? Zo nee, waarom niet en waar kunnen
ze dan wel terecht? Zo ja, worden huurders hier specifiek op gewezen? Hoeveel huurders
hebben zich gemeld met klachten?
Antwoord 11
Voor algemene informatie over onder meer de versterkingsopgave kunnen huurders terecht
bij de NCG. Verder kunnen huurders terecht bij de Woonbond en de Huurcommissie.
Vraag 12
Wat gaat u doen om deze mensen tegemoet te komen en ervoor te zorgen dat ze heel snel
in een veilig en gezond huis wonen?
Antwoord 12
Woongroep Marenland geeft aan dat er volgens de corporatie geen vocht- en schimmelproblemen
zijn en dat het slecht functioneren van de warmtepomp door het installatiebedrijf
verholpen wordt.
Zoals gesteld in antwoord op vraag 5 heb ik de afgelopen maanden verschillende gesprekken
gevoerd met huurders, gemeenten en de corporaties om passende oplossingen te verkennen.
Alle partijen zijn ervan doordrongen dat vaart moet worden gemaakt met het versterken
dan wel slopen en bouwen van veilige, gezonde en energiezuinige woningen. Inmiddels
is de bouwstroom op gang gekomen bijvoorbeeld in Appingedam en Delfzijl. Er zal verder
een «corporatietafel» worden ingericht om ervoor te zorgen dat alle partijen de toekomstige
opgave oppakken. Vooral de afspraken die gemaakt zijn m.b.t. batch 1588, waaronder
1.100 woningen van corporaties, zijn richtinggevend voor de komende periode.
Vraag 13
Kunt u de vragen separaat beantwoorden voor 6 februari in verband het geplande algemeen
overleg?
Antwoord 13
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.W. Knops, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.