Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Remco Dijkstra over het bericht ‘Automaatcode vervalt in Duitsland’
Vragen van het lid RemcoDijkstra (VVD) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht «Automaatcode vervalt in Duitsland» (ingezonden 5 december 2019).
Antwoord van Minister Van Nieuwenhuizen Wijbenga (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen
16 januari 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Automaatcode vervalt in Duitsland»?1 Bent u bekend met het feit dat de automaatcode op het Duitse rijbewijs komt te vervallen?
Antwoord 1
Ik ben bekend met dit bericht en heb daarover navraag gedaan bij het Duitse Ministerie
van Verkeer en de Europese Commissie. Er is geen sprake van het «vervallen» van de
automaatcode op het Duitse rijbewijs voor degenen die in een automatisch voertuig
examen hebben gedaan. Dit zou ook in strijd zijn met de Europese rijbewijsrichtlijn.
Wel heeft Duitsland het voornemen om bij het examen voor een handgeschakeld rijbewijs
B toe te staan dat dit gedeeltelijk wordt afgelegd in een automatisch voertuig en
gedeeltelijk in een handgeschakeld voertuig. Het plan voorziet erin dat minimaal 10
lessen moeten worden genoten in een handgeschakeld voertuig en dat de rijinstructeur
de kandidaat een korte test afneemt waarin de beheersing van het schakelen wordt beoordeeld.
Duitsland is over dit voornemen in overleg met de Europese Commissie en werkt aan
de benodigde wijziging van de regelgeving. Er is ook voorzien in een evaluatie van
deze maatregelen, onder meer van het effect op de verkeersveiligheid.
Vraag 2
Is in Nederland al gesproken over een soortgelijke ontwikkeling? Zo ja, in welke gremia?
Zo nee, waarom nog niet?
Antwoord 2
De toekomst van de automaatcode is in verband met de opkomst van hybride en elektrische
voertuigen een veelbesproken onderwerp in de automotive- en de rijschoolbranche, zowel
op Europees niveau als in Nederland. De rijschoolbranche, maar ook andere partijen
zoals de Vereniging Elektrisch Rijden, pleiten regelmatig voor een versoepeling van
de regelgeving op dit vlak, zowel in hun contacten met IenW, als in die met uitvoeringsorganisaties
als het CBR en IBKI.
De huidige formulering van de Europese rijbewijsrichtlijn geeft geen mogelijkheid
om af te wijken van de verplichting om een automaatcode op het rijbewijs te noteren
als het examen is afgelegd in een automatisch voertuig.
Uiteraard onderstreep ik het belang van een verdere vergroening en innovatie binnen
de rijschoolbranche, zeker als daarmee kandidaten meer in aanraking komen met hybride
en elektrische voertuigen. Ik zet mij, samen met het CBR en IBKI, nu al in om de inzet
van hybride en elektrische lesvoertuigen te faciliteren, binnen de bestaande (Europese)
regelgeving. Vanuit de harmonisatiegedachte van de Europese rijbewijsrichtlijn vind
ik het van belang dat de toekomst van de automaatcode in de eerste plaats op een gecoördineerde
manier op Europees niveau wordt geregeld. Ik heb de Europese Commissie dan ook gevraagd
om dit onderwerp op het eerstkomende rijbewijscomité in maart in Brussel te bespreken.
Ik heb het voornemen om na het rijbewijscomité van maart een consultatiebijeenkomst
te houden met de rijschoolbranche en andere belanghebbende partijen om gezamenlijk
de opties en de richting voor Nederland te bezien. Op dat moment zal er waarschijnlijk
ook meer duidelijkheid zijn over de uitwerking van de Duitse plannen en de positie
van de Europese Commissie.
Vraag 3
Zou het wegvallen van de eis om te leren rijden met een handgeschakelde versnellingsbak
het examen eenvoudiger maken voor mensen die alleen maar met automaat of elektrisch
willen gaan rijden?
Heeft u een idee hoeveel mensen afrijden in automaten en hoeveel in reguliere auto’s
waar je handmatig moet schakelen? Wordt dat bijgehouden? Hoeveel opleidingsuren scheelt
het ongeveer per gemiddelde cursist?
Antwoord 3
De exameneisen voor een automaatrijbewijs zijn, afgezien van het beheersen van het
schakelen, hetzelfde als de eisen voor een handgeschakeld rijbewijs. Er zijn bij mij
geen cijfers bekend over het verschil in benodigde opleidingsuren, maar dit zal verder
aan de orde komen als ik met de rijschoolbranche over de toekomstige ontwikkelingen
spreek.
Er is in het Duitse plan geen sprake van het vervallen van de eis dat een kandidaat
voor een geschakeld rijbewijs B het schakelen moet beheersen. Op het eerste gezicht
lijkt er ook geen sprake te zijn van een forse reductie of vereenvoudiging van de
rijopleiding, nu er alsnog minimaal 10 uur moet worden lesgegeven in een handgeschakelde
auto, in combinatie met een test.
Uit cijfers van het CBR blijkt dat in 2019 (t/m 9 december) voor de categorie B 5.992
kandidaten geslaagd zijn voor een examen in een automatisch voertuig, tegen 201.728
in een handgeschakeld voertuig. Dit komt neer op een aandeel van 2,9% automaatexamens
op het totaal. Tien jaar geleden was dit nog 1,4%. Met name de laatste jaren stijgt
dit aandeel sneller.
Vraag 4
Verwacht u dat rijlessen steeds meer richting automaat gaan en wanneer verwacht u
een omslagpunt hierin?
Antwoord 4
Op grond van de bovengenoemde cijfers van het CBR kan geconcludeerd worden dat er
een stijgende trend is in het aantal examens – en dus ook het aantal rijlessen – in
een automatisch voertuig, maar dat het totaal beperkt is. Daarnaast is uit de cijfers
van RAI en BOVAG over de geregistreerde personenauto’s te zien dat het aandeel van
de automatische personenauto’s in het wagenpark gestaag is gestegen van 14% in 2010
tot 19% in 2019. Het is onduidelijk wanneer een omslagpunt kan worden verwacht in
de rijlessen, maar ik zal deze trends verder met de rijschoolbranche bespreken.
Vraag 5
In hoeverre is het CBR in staat wijzigingen bij een verandering van verkeersregels
of exameneisen door te voeren? Hoe worden rijscholen daarin meegenomen en is aanpassing
van verkeersregels, verkeersopleidingen en leerprogramma’s niet erg kostbaar?
Antwoord 5
Wijzigingen in verkeersregels of exameneisen die naar verwachting aanmerkelijke gevolgen
hebben voor het CBR worden vooraf via een zogenaamde uitvoeringstoets aan de organisatie
voorgelegd, waarbij een inschatting gemaakt wordt over de uitvoerbaarheid en de kosten.
Relevante wijzigingen in verkeersregels of exameneisen worden doorgaans vooraf ook
afgestemd met de rijsschoolbranche, onder meer via internetconsultaties. De kosten
van de gevolgen van dit soort wijzigingen worden van geval tot geval beoordeeld.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.