Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Sneller en Alkaya over het bericht dat AstroTV in 2020 van tv verdwijnt
Vragen van het lid Gijs vanDijk (PvdA) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over oneigenlijk gebruik van het non-concurrentiebeding (ingezonden 21 augustus 2019).
Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media), mede namens
de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat (ontvangen 19 december 2019)Zie
ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 893
Vraag 1
Kent u het bericht «Overlopen naar concurrent leidt vaak tot vage deals?»1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat er bij meer dan een miljoen werknemers sprake is van een non-concurrentiebeding
in het arbeidscontract?
Antwoord 2
Ik heb inderdaad begrepen dat AstroTV vanaf 1 januari 2020 niet langer op NET5 of
één van de andere zenders van Talpa te zien zal zijn. Ook heb ik begrepen dat de producent
van AstroTV, SMS B.V., op dit moment het voornemen heeft om het programma via telefoon,
app en online voort te zetten. Talpa is hierbij niet langer betrokken.
Vraag 3
In hoeverre heeft u deze beslissing van Talpa zien aankomen?
Antwoord 3
Media-instellingen gaan zelf over de programmatische keuzen die zij maken. Er is geen
sprake van voorafgaand toezicht of afstemming.
Vraag 4
Om welke reden behoort volgens u het criterium «indien uit de bij dat beding opgenomen
schriftelijke motivering van de werkgever blijkt dat het beding noodzakelijk is wegens
zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen»2 alleen tot arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd? Welke motivatie is er om dit
criterium niet ook te laten gelden voor arbeidsovereenkomsten van onbepaalde tijd?
Antwoord 4
Ik ben het met u eens dat toezicht op programma’s van belang blijft, ongeacht het
gebruikte platform. Deze programma’s dienen zich te houden aan de bepalingen over
consumentenbescherming, waaronder die over oneerlijke handelspraktijken. Het is uiteindelijk
aan de Reclame Code Commissie, de Autoriteit Consument en Markt (ACM) en de rechter
om te bepalen of en zo ja, welke praktijken misleidend zijn. Deze bepalingen gelden
ongeacht het platform van waaruit wordt geopereerd.
Vraag 5 en 6
Wat vindt u ervan dat kappers, monteurs en andere beroepen met een non-concurrentiebeding
niet zomaar kunnen overstappen naar een andere werkgever? Vindt u het ook oneigenlijk
dat een werknemer naar de rechter moet stappen om ergens anders te kunnen werken?
Deelt u de mening dat een non-concurrentiebeding de bewegingsvrijheid van werknemers
enorm inperkt?
Welke gerechtvaardigde doelen ziet u om werknemers te verbieden een andere baan te
aanvaarden? Deelt u de mening dat een non-concurrentiebeding een werkgever een enorme
machtspositie geeft ten opzichte van werknemers?
Antwoord 5 en 6
Ja. Zoals ik in antwoord op de door u aangehaalde Kamervragen reeds naar voren heb
gebracht, heeft RTL mij laten weten dat uitvoerig met de makers van het programma
is gesproken en heeft RTL strikte kaders afgesproken waarbinnen er adviezen mogen
worden gegeven (liefde-werk-relaties). Dit heeft ertoe geleid dat er geen adviezen
meer mogen worden gegeven die op enige manier gerelateerd kunnen worden aan de persoonlijke
financiële omstandigheden van de gebruikers van de diensten. Ook is afgesproken dat
indien een beller vragen heeft over zijn of haar gezondheid altijd wordt doorverwezen
naar een medisch specialist. Daarnaast worden bellers op de website van «Dit is Mijn
Toekomst» geïnformeerd over de voorwaarden van de dienst om het eventuele risico van
misleiding te vermijden.
Vraag 7
Heeft het non-concurrentiebeding, zoals de Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV)
stelt, wat u betreft ook een economische waarde? Kunt u aangeven wat het bedrag van
de kapitaalvernietiging is als gevolg van het feit dat werknemers door een concurrentiebeding
niet datgene doen wat ze het beste kunnen?
Antwoord 7
Gegeven het feit dat RTL zijn beleid heeft aangescherpt, ziet men vooralsnog geen
noodzaak om te stoppen met de uitzending van het programma.
Vraag 8
Vindt u ook dat een non-concurrentiebeding in een arbeidscontract niet meer nodig
is, als hetzelfde bereikt kan worden middels een geheimhoudingsafspraak en een verbod
op het meenemen van klanten? Geeft bovendien de Wet bescherming bedrijfsgeheimen niet
al voldoende waarborgen om bedrijfsgeheimen te beschermen?
Antwoord 8
Ja. De betreffende uitzending is onder de aandacht gebracht bij de ACM. De ACM kan
bij overtredingen van het generieke consumentenrecht handhavend optreden en publiceert
haar handhavingsbeslissingen. Over eventuele lopende onderzoeken doet de ACM geen
mededelingen.
Vraag 9
Hoe kijkt u aan tegen Duitsland, waar een werkgever de vertrekkende werknemer die
aan een clausule gebonden is een vergoeding te betalen voor de periode waarin het
beding geldt?
Antwoord 9
De vorm en inhoud van het media-aanbod vallen onder verantwoordelijkheid van de media-instellingen.
Het Commissariaat voor de Media heeft hier in beginsel geen bemoeienis mee. De Mediawet
2008 bevat ook geen inhoudelijke regels inzake de dienstverlening zoals aangeboden
door programma’s als AstroTV of «Dit is mijn toekomst».
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media -
Mede namens
M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.