Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Futselaar over het bericht ‘Rijkswaterstaat en Gelderland botsen over bomenkap A28’
Vragen van het lid Futselaar (SP) aan de Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht «Rijkswaterstaat en Gelderland botsen over bomenkap A28» (ingezonden 13 november 2019).
Antwoord van Minister Van Nieuwenhuizen Wijbenga (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen
19 december 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Rijkswaterstaat en Gelderland botsen over bomenkap
A28»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u zich voorstellen dat de gemeenten Harderwijk, Nunspeet, Elburg en Oldebroek
en de Provincie Gelderland zich overvallen voelen door het besluit van Rijkswaterstaat?
Antwoord 2
Het idee om een brandcorridor in te richten langs alle rijks- en provinciale wegen
op de Veluwe is in 2017 door de beide Veiligheidsregio’s op de Veluwe voorgesteld
met het oog op de klimaatverandering waarbij droge zomers een groter risico op natuurbrand
met zich meebrengen. Dit idee is verder uitgewerkt in het kader van de Gebiedsgerichte
aanpak Veluwe.
Alle genoemde gemeenten zijn lid van de Veiligheidsregio Noord Oost Gelderland en
daarmee direct betrokken bij de besluitvorming binnen de Veiligheidsregio om de Gebiedsgerichte
aanpak Veluwe te gaan realiseren. Met de provincie Gelderland is in 2017 een afspraak
gemaakt door de gemeenten en de beide Veiligheidsregio’s om de Veluwe brandveiliger
te maken, onder meer door met brandcorridors en brandsingels langs infrastructuur
het gebied te compartimenteren.
Op basis hiervan heeft de Veiligheidsregio Noord Oost Gelderland Rijkswaterstaat in
2018 verzocht om bij haar reguliere onderhoudswerkzaamheden ook de brandcorridor te
effectueren. Rijkswaterstaat heeft hier mee ingestemd omdat het beter is voor de doorstroming
én de verkeersveiligheid om de benodigde werkzaamheden in één werkstroom te realiseren.
In de zomer van 2019 is de communicatie met de A28-gemeenten, allen lid van de veiligheidsregio
Noord Oost Gelderland, en de provincie Gelderland gestart specifiek over de A28. Hierbij
zijn zowel ambtelijk als bestuurlijk meerdere contacten geweest waarbij onder andere
ook presentaties over de werkzaamheden zijn gegeven, inclusief het voornemen voor
een brandcorridor. Deze gesprekken konden destijds rekenen op begrip voor de te nemen
maatregelen.
Alles overziend is uit de contacten die Rijkswaterstaat heeft gehad met de gemeenten
en provincie niet gebleken dat zij zich overvallen voelden. Alleen had men zich in
enkele gevallen onvoldoende gerealiseerd wat de impact zou zijn van de brandveiligheidsmaatregelen.
Vraag 3
Hoe beoordeelt u de bezwaren van de partijen die in het artikel worden genoemd ten
aanzien van de te kappen oppervlakte, in het kader van uw antwoorden op eerdere Kamervragen
waarin u schreef dat de kapmaatregelen in lijn zijn met de afspraken uit de Gebiedsgerichte
Aanpak Veluwe?2
Antwoord 3
Zie antwoord 2.
Vraag 4
Hoe verloopt thans het overleg tussen Rijkswaterstaat, de provincie Gelderland en
de omliggende gemeenten?
Antwoord 4
Over de meeste verkeerveiligheidsmaatregelen heeft Rijkswaterstaat overeenstemming
bereikt met de betrokken gemeenten. Deze maatregelen zijn dan ook inmiddels in uitvoering.
Over het weghalen van de hoge bomen in de middenberm, waarvoor de weg jaarlijks gemiddeld
3 keer moet worden afgesloten omdat er toppen uit de boom zijn gewaaid of grote takken
zijn afgebroken, is nog geen overeenstemming bereikt. De maatregelen gericht op het
vergroten van de brandveiligheid zijn uitgesteld in afwachting van de uitkomst van
nader overleg met de betrokken gemeenten, de veiligheidsregio en provincie Gelderland
over o.a. fasering en breedte van de brandveiligheidscorridor.
Vraag 5
Bent u bereid om Rijkswaterstaat te verzoeken om de voorgenomen kapdatum van 14 november
verder uit te stellen in afwachting van nader overleg met de provincie en regionale
overheden?
Antwoord 5
Zie het antwoord op vraag 4.
Vraag 6
Herkent u het in het artikel geschetste beeld dat als gevolg van de geplande ingreep
een kale strook van 30 kilometer lang zal ontstaan?
Antwoord 6
Nee, dit beeld herken ik niet. Het oorspronkelijke idee om de maatregelen voor de
verkeersveiligheid te combineren met de maatregelen voor de brandveiligheid is losgelaten.
De maatregelen voor de brandveiligheid, die op verzoek van de Veiligheidsregio worden
uitgevoerd, zijn tot nader order uitgesteld. In de eerste fase worden de meest urgente
verkeersveiligheidsmaatregelen uitgevoerd. Zo wordt in de middenberm over de gehele
lengte van het traject geleiderail geplaatst en wordt een strook van 2 meter breed
achter de geleiderail vrijgemaakt als uitbuig- en vluchtzone. Tevens wordt in de zijbermen
aan weerszijden van de weg een strook van 13 meter obstakelvrij gemaakt, zoals de
richtlijnen voorschrijven. Overigens is op delen van dit traject deze zogenoemde obstakelvrijezone
van 13 meter al aanwezig. Met bovengenoemde maatregelen zal het «bomenbeeld» van de
weg niet veel anders zijn dan nu ervaren wordt.
Vraag 7, 8, 9, 10 en 11
Kunt u een omschrijving geven van de omvang, soort, leeftijd en ecologische waarde
van de bomenpopulatie op het betreffende traject en kunt u omschrijven in hoeverre
deze wordt aangetast door de geplande kap?
Welke maatregelen neemt Rijkswaterstaat om het verlies aan bomen te compenseren en
de hinder voor omwonenden terug te dringen als het gaat om uitstoot van fijnstof,
schadelijke emissies en geluidshinder?
Kunt u een update geven van de wijze waarop Rijkswaterstaat uitvoering geeft aan de
compensatieplicht die volgt uit de Wet Natuurbescherming?
Op welke plekken vindt er natuurcompensatie plaats en is het reëel dat er volwaardige
vervanging van de bestaande bomen plaatsvindt, zowel kwantitatief als kwalitatief?
Zijn er in het betreffende gebied dierenpopulaties bekend waarvan het habitat wordt
aangetast door de geplande kap? Zo ja, om welke diersoorten gaat het en welke beschermingsmaatregel
worden er voor deze dieren getroffen?
Antwoord 7, 8, 9, 10 en 11
Gelet op het eerder genoemde uitstel van de werkzaamheden ten behoeve van de brandcorridor
gaat het bij de werkzaamheden ten behoeve van de verkeersveiligheid om een beperkt
aantal bomen dat verwijderd wordt. Zo betreft het bij de aansluiting Wezep een groep
populieren die gezien hun leeftijd en conditie gevaar opleveren voor de omgeving.
Ecologisch onderzoek heeft uitgewezen dat hierbij geen ecologisch waardevolle bomen
betrokken zijn en dat hierdoor geen aantasting van dierenpopulaties in het gebied
plaats vindt. Hierbij is nauwelijks natuurcompensatie noodzakelijk. Voor de werkzaamheden
waar dit wel aan de orde is, wordt onderzocht met de gemeenten en de Veiligheidsregio
waar dat kan gebeuren. De compensatie zal binnen 3 jaar plaatsvinden, zowel binnen
het eigen beheersgebied als daarbuiten, afhankelijk van de mogelijkheden. Zo wordt
bij de aansluiting Wezep in overleg met de gemeente Oldebroek bekeken welke bomen
hier teruggeplaatst kunnen worden.
Vraag 12
Klopt het dat Rijkswaterstaat pas in oktober contact heeft gezocht met de omringende
gemeenten?
Antwoord 12
Zie antwoord 2.
Vraag 13
Wat is een gebruikelijke termijn om dit soort grootschalige kapprojecten aan te kondigen
richting overheidsorganisaties en omwonenden?
Antwoord 13
Voor een regulier onderhoudsproject zoals dit, gebeurt de aankondiging richting omwonenden
en betrokken overheden vaak enkele maanden voor de start van het project. Daarbij
was in dit geval bekend bij Rijkswaterstaat dat de gemeenten al in 2017 hadden ingestemd
met de gebiedsgerichte aanpak Veluwe waarin realisatie van brandcorridors op de Veluwe
en de daarbij horende omvorming van naaldbos naar loofbos is opgenomen. Zie ook het
antwoord op vraag 2.
Vraag 14
Zijn de bewoners van het traject langs de A28 betrokken bij de besluitvorming en hebben
zij de mogelijkheid gehad om inspraak uit te oefenen? Zo ja, op welke wijze heeft
Rijkswaterstaat naar deze inspraak gehandeld?
Antwoord 14
Nee, er is geen direct contact geweest met omwonenden. Dit is voor dit soort onderhoudsprojecten
ook niet gebruikelijk.
Vraag 15
Bent u bereid om de alternatieven voor minder intensieve kap, zoals aangedragen door
de gemeenten en provincie Gelderland, te bespreken met Rijkswaterstaat en bent u bereid
om de Kamer hierover blijvend te informeren? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 15
Zie het antwoord op vraag 4. Rijkswaterstaat gaat de werkzaamheden voor de brandveiligheidscorridor
plannen zodra de betrokken gemeenten, de veiligheidsregio en provincie Gelderland
daarover een akkoord hebben bereikt.
Ik zal uw Kamer informeren over de voortgang van het overleg.
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Postma (CDA),
ingezonden 8 november 2019 (vraagnummer 2019Z21609)
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.