Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Slootweg en Omtzigt over berichten dat ziekenhuizen en verpleeghuizen zo vol zijn dat ouderen verzorgd worden in een hospice
Vragen van de leden Slootweg en Omtzigt (beiden CDA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over berichten dat ziekenhuizen en verpleeghuizen zo vol zijn dat ouderen verzorgd worden in een hospice (ingezonden 11 november 2019).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 10 december
2019). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 913.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de berichten «De wachtkamer van de zorg, het raakt vol in
de Twentse hospices» en «Hospices in Twente overvol door vitale ouderen»?1 2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe vaak is een persoon niet in een hospice opgenomen in Twente in 2018 en 2019?
Antwoord 2
Er zijn geen recente cijfers beschikbaar over het aantal personen dat niet kon worden
opgenomen in een hospice in Twente. Landelijk ging het in 2018 om ongeveer 7% van
de aangemelde cliënten die vanwege een tekort aan bedden niet kon worden opgenomen
in een bepaald hospice.
De Twentse netwerken palliatieve zorg houden voor de aangesloten hospices bij hoeveel
mensen er worden opgenomen, wat de bezettingsgraad is en of er sprake is van wachttijden.
De bezettingsgraad steeg gemiddeld niet in 2018. Er waren in 2018 3 hospices die aangeven
dat er soms sprake is van een korte wachttijd; bij 4 hospices was dat in 2018 nooit
het geval. Voor 2019 zijn deze cijfers pas in de loop van 2020 beschikbaar, maar het
is de verwachting dat er in 2019 vaker sprake is van een wachttijd. Er zijn initiatieven
gaande die waarschijnlijk zullen leiden tot extra hospicebedden in de regio.
Vraag 3 en 4
Klopt het bericht dat verpleeghuizen in de regio Twente zo vol zitten dat ouderen
die op een wachtlijst voor het verpleeghuis staan terechtkomen in een hospice?
Speelt dit probleem alleen in Twente of ook elders in Nederland?
Antwoord 3 en 4
In beginsel is het noch in Twente, noch landelijk de bedoeling dat niet palliatieve
ouderen die op de wachtlijst staan voor een verpleeghuis in een hospice worden opgenomen.
Hiertoe wordt voor opname gekeken of mensen inderdaad in de laatste levensfase verkeren.
In Twente zijn er goede regionale samenwerkingsafspraken tussen de instellingen in
het netwerk. Toch komt het voor, zoals ook geschetst in de twee artikelen, dat mensen
door de goede zorg opknappen of dat mensen ten onrechte een terminaalverklaring krijgen.
In Twente is het netwerk bezig met het maken van afspraken hoe een eventueel benodigde
«uitplaatsing» zo snel mogelijk en met zo min mogelijk belasting voor de patiënt kan
worden gerealiseerd. Te denken valt aan goede screening vooraf, duidelijke afspraken
vooraf over wat er gebeurt als men opknapt, versnelde Wlz-indicaties en goede afspraken
met verpleeghuizen in de regio. Landelijk ben ik over dit soort
afspraken en het delen van goede voorbeelden hiervan in overleg met de vereniging
VPTZ Nederland en de Associatie Hospicezorg Nederland. Dit mede naar aanleiding van
het afschaffen van de terminaliteitsverklaring.3
Vraag 5
Hoeveel ouderen in Nederland wachten in een hospice op een plek in het verpleeghuis?
Antwoord 5
Hierover worden geen cijfers bijgehouden. Dat is ook lastig, omdat de situatie van
deze mensen snel kan veranderen.
Vraag 6
Klopt het dat ouderen met een terminale ziekte in de laatste fase van hun leven daardoor
geen plek hebben in een hospice?
Antwoord 6
Gezien de ontwikkeling van de gemiddelde bezettingsgraad en de toename van het aantal
hospices/hospicebedden, heeft dit probleem tot nu toe niet op grote schaal gespeeld.
Medio november waren er 9 plaatsen vrij in de Twentse hospices.4 Natuurlijk kan het gebeuren dat mensen niet terecht kunnen in het hospice van hun
voorkeur. Ook kunnen vergrijzing en ontwikkelingen elders in de zorg ervoor zorgen
dat het beroep op hospices in de toekomst groter wordt. Ik zal dat samen met de netwerken
en vertegenwoordigende organisaties goed in de gaten houden.
Vraag 7
Wat is de bestemming geweest van de verzorgingshuizen die gesloten zijn? Zijn daarvoor
op de plek van het verzorgingshuis bijvoorbeeld seniorenwoningen gebouwd?
Antwoord 7
Er is door het ministerie niet bijgehouden wat met oude verzorgingshuizen is gebeurd.
In sommige gevallen is het verzorgingshuis ingezet voor verpleeghuiszorg; in sommige
gevallen voor eerstelijnszorg; ook kan het (deels) zijn verhuurd waarbij een servicepakket
is aangeboden en zorg en ondersteuning vanuit Zvw en Wmo is geboden. In een aantal
gevallen is het verzorgingshuis gesloopt.
Vraag 8
Hoeveel seniorenwoningen hebben de gemeenten in de regio Twente gebouwd sinds 2012?
Antwoord 8
Ik heb hierover geen informatie.
Vraag 9
Kent u het initiatief De Knarrenhof?5
Antwoord 9
Ja.
Vraag 10
Hoeveel gemeenten in de regio Twente zijn door de Stichting Knarrenhof benaderd om
hun woon-zorgmodel te bouwen?
Antwoord 10
Er is contact tussen de Stichting Knarrenhof en 14 gemeenten.
Vraag 11
Hoeveel gemeenten in de regio Twente laten daadwerkelijk woningen ontwikkelen volgens
het concept Knarrenhof? Om hoeveel woningen gaat het?
Antwoord 11
In 3 gemeenten zijn er concrete projecten. In totaal gaat dat om 57 woningen. Daarnaast
wordt op dit moment in 2 gemeenten de mogelijkheid onderzocht van de ontwikkeling
van in totaal 125 woningen.
Vraag 12 en 13
Hoeveel plekken worden in de regio Twente gecreëerd door de extra middelen die beschikbaar
komen om de wachtlijstproblematiek aan te pakken?6
Is er zicht op of er binnenkort plekken bijkomen in de verpleeghuizen? Zo ja, wanneer
komen die plekken beschikbaar in de verpleeghuizen?
Antwoord 12 en 13
In oktober 2019 heb ik in de definitieve kaderbrief 2020 (Kamerstuk 34 104, nr. 265) duidelijkheid verstrekt over extra budget op basis van het augustus advies van de
NZa (inclusief het aanvullend addendum). Ik heb de zorgkantoren met klem verzocht
om dit budget te gebruiken om de wachtlijsten aan te pakken. De extra middelen kunnen
zowel intramuraal ingezet worden als voor Wlz-zorg thuis. De (verwachte) groei van
het aantal plekken wordt niet gemonitord, maar de financiële realisatie wel. Van het
Zorginstituut ontvang ik de realisatiecijfers over 2019 in maart 2020.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.