Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kuiken over de sluiting van arrestantencellen in de politiebureaus van Doetinchem, Deventer, Ede en Tiel
Vragen van het lid Kuiken (PvdA) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de sluiting van arrestantencellen in de politiebureaus van Doetinchem, Deventer, Ede en Tiel (ingezonden 30 oktober 2019).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 29 november
2019). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 864.
Vraag 1
Kent u het bericht «Politie sluit cellen in Ede, Tiel, Doetinchem, nieuw arrestantencomplex
in Elst voor heel de regio»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoeveel politie is er in de gemeenten Ede, Tiel, Doetinchem ’s avonds, ’s nachts en
in de weekenden in de plattelandsgebieden beschikbaar?
Antwoord 2
De uitvoering van de brede politietaak in deze gebieden vindt plaats in overleg met
het lokale gezag
Vraag 3, 4
Deelt u de mening dat het verlenen van noodhulp voorrang heeft boven het wegbrengen
van arrestanten? Zo ja, hoe verhoudt zich dat tot het feit dat de politie in het geval
de genoemde arrestantencellen gesloten worden meer tijd niet meer beschikbaar is voor
het verlenen van noodhulp? Zo nee, waarom niet?
Deelt u de mening dat de sluiting van arrestantencellen in de genoemde gemeenten tot
gevolg heeft dat de politie onevenredig veel tijd nodig zal gaan hebben om arrestanten
elders onder te brengen? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3, 4
Ik deel uw mening dat spoedmeldingen voorrang hebben boven het wegbrengen van arrestanten.
Het op professionele wijze bejegenen, verzorgen en vervoeren van arrestanten is een
belangrijk onderdeel van het politiewerk. Verschillende ontwikkelingen, zoals de afnemende
hoeveelheid arrestanten in algemene zin maar ook per politiecellencomplex, de inzet
van medewerkers in geregeld lege cellencomplexen en de daarmee samenhangende, onverantwoordbare
inzet van capaciteit en onevenredig hoge kosten van de bedrijfsvoering binnen politiecellencomplexen,
hebben de politie, ook in de eenheid Oost-Nederland, genoodzaakt kritisch te kijken
naar de werkprocessen rondom het vervoeren en insluiten van arrestanten.
De politie-eenheid Oost-Nederland heeft via onderzoeken en consultatierondes langs
veiligheidsoverleggen binnen het district en lokale driehoeken de zorgpunten van de
burgemeesters in beeld gebracht. Deze worden meegenomen in de impactanalyses en mogelijke
oplossingen. In het voorjaar van 2020 zal een definitief besluit aan het bestuur in
de eenheid Oost-Nederland worden voorgelegd. Tot die tijd zal de eenheid door de inzet
van extra middelen de negen cellencomplexen op de huidige wijze open houden.
De eenheid Oost-Nederland onderzoekt welke impact de sluiting van arrestantencellen
in de genoemde gemeenten hebben op het primaire proces. Daarbij spelen overwegingen
van doeltreffendheid en doelmatigheid alsook overwegingen met betrekking tot de kwaliteit
van het politiewerk en van de dienstverlening een rol. Uitgangspunt is dat het primaire
proces zo goed mogelijk wordt ondersteund. De verwachting is dat de maatregelen, waaronder
het sluiten van een aantal cellencomplexen, aanvullende arrangementen en werkprocessen
mogelijk maken, zoals deze in onderzoek zijn binnen de politie-eenheid Oost-Nederland.
Vraag 5
Deelt u de mening dat sluiting van de arrestantencellen alleen een optie kan zijn
als er, naar het voorbeeld van het politieteam Maas en Leijgraaf, een aparte vervoersdienst
voor arrestanten komt om een tekort aan agenten in de genoemde gemeenten te voorkomen?
Zo ja, kunt u er in overleg met de korpsleiding van de politie voor zorgen dat deze
vervoersdienst er komt? Zo nee, waarom niet?2
Antwoord 5
Die mening deel ik niet. Het vervoeren, insluiten en verzorgen van arrestantentaken
dient ter ondersteuning van de primaire processen binnen de politie. De politie voert
deze wettelijke taak uit op een professionele manier onder toezicht van onafhankelijke
toezichthouders. Op het moment dat verschillende omstandigheden de noodzaak geven
tot een kritische beschouwing van de werkprocessen rondom arrestantentaken ga ik ervan
uit dat de politie die uitvoert met de bedoeling om de professionaliteit van de dienstverlening
in de arrestantenzorg ook in de toekomst op een hoog peil te houden. De politie heeft
aangegeven dat het instellen van een externe vervoersdienst een van de flankerende
maatregelen kan zijn op het moment dat er cellencomplexen sluiten. De invulling daarvan
moet blijken uit nadere impactanalyses die de politie met het lokale gezag en het
bestuur zal bespreken.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.