Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Öztürk over het optreden van KMar- en douanemedewerkers op Schiphol, Eindhoven Airport en Rotterdam The Hague Airport
Vragen van het lid Öztürk (DENK) aan de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van Buitenlandse Zaken, van Justitie en Veiligheid en van Defensie en de Staatssecretaris van Financiën over het optreden van Kmar- en douanemedewerkers op Schiphol, Eindhoven Airport en Rotterdam The Hague Airport (ingezonden 24 juni 2019).
Antwoord van Staatssecretaris Snel (Financiën) en van Minister Bijleveld-Schouten
(Defensie), mede namens de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (ontvangen
23 september 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het rapport van de Nationale ombudsman «Een onderzoek naar klachten
over een controle op liquide middelen op Eindhoven Airport door de Belastingdienst/Douane»
van 3 juni 2019 met rapportnummer 2019/027?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe duidt u de gebeurtenissen die aanleiding hebben gegeven tot de klacht van de reiziger
en bovengenoemd rapport?
Antwoord 2
De Douane heeft op 28 december 2017 op Eindhoven Airport een douanecontrole uitgevoerd
op reizigers gericht op de handhaving van de Verordening liquide middelen (Vo 1889/2005).
Het gaat om controle op de naleving van de aangifteplicht van reizigers, die met een
bedrag ter waarde van € 10.000,00 of meer de Europese Unie (binnenkomen of) verlaten.
Op de plaats waar de Douane deze controle uitvoerde, passeerden ook reizigers die
vertrokken naar een bestemming binnen de Europese Unie. Daarom werden reizigers aangesproken
met de vraag wat hun reisbestemming was en indien de reisbestemming buiten de EU was
of zij contant geld bij zich hadden. Dit om te beoordelen of zij conform de Verordening
aangifte hadden moeten doen in het geval zij een bedrag ter waarde van € 10.000 of
meer bij zich hadden.
Vraag 3
Kunt u de omvang en kenmerken schetsen van de groep reizigers die zich onheus bejegend
en gediscrimineerd voelt door het handelen van medewerkers van de Koninklijke Marechaussee
(Kmar) en Douanemedewerkers op Schiphol en Eindhoven Airport? Zo nee, bent u bereid
om hier onderzoek naar te doen?
Antwoord 3
In 2018 passeerden ruim 71 miljoen passagiers de luchthaven Schiphol en 6 miljoen
de luchthaven Eindhoven. In 2018 heeft de KMar in totaal negen klachten voor de locatie
Schiphol en twee klachten voor de locatie Eindhoven behandeld aangaande discriminatie.
De Belastingdienst/Douane heeft in dat jaar tien klachten en in het eerste half jaar
van 2019 zeven klachten behandeld van reizigers op Schiphol en Eindhoven Airport die
zich onheus bejegend en gediscrimineerd hebben gevoeld.
Vraag 4
Erkent u het oordeel van de Nationale ombudsman, namelijk dat op basis van het onderzoek
de klachten over de Belastingdienst/Douane gegrond zijn, wegens strijd met het vereiste
van goede informatieverstrekking? Zo ja, welke stappen gaat u nemen? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 4
Ja, de Douane erkent dat ten tijde van de klacht de informatieverstrekking op Eindhoven
Airport onvoldoende was omdat er destijds onvoldoende informatieborden in de directe
omgeving van de plaats van de controle aanwezig waren en niet vastgesteld kon worden
dat de reiziger door de medewerkers nader is geïnformeerd.
Vraag 5
Vindt u, mede gelet op het eerdere rapport van de Nationale ombudsman «Uit de rij
gehaald»1 van 29 maart 2017 dat (de schijn van) discriminatie in deze zaak aanwezig is door:
– de uitspraak van een van de betrokken Douanebeambten dat «zijn vriend met lang haar
er ook altijd wordt uitgepikt»
– en het feit dat er geen informatie is verstrekt over de reden van de uitgevoerde geldcontroles,
terwijl dit wel voor de hand lag?
Antwoord 5
In de hiervoor beschreven situatie op Eindhoven Airport heeft de douanecontrole steekproefsgewijs
plaatsgevonden. Dat wil zeggen dat vooraf geen controle-opdracht is afgegeven met
daarin specifieke selectiecriteria.
De Douane heeft de aangehaalde uitspraak van de medewerker beoordeeld als in strijd
met het vereiste van professionaliteit, omdat een dergelijke uitlating bij de reiziger
de indruk kan wekken dat reizigers voor controle worden geselecteerd op basis van
een ongeoorloofd onderscheid. De Douane heeft de klacht op dat punt als gegrond beoordeeld
en hiervoor aan klager excuses aangeboden.
Het verstrekken van meer informatie had mogelijk kunnen bijdragen aan het voorkomen
van een gevoel van discriminatie.
Vraag 6
Deelt u de mening dat het zonder enige aanleiding stellen van vragen zoals «heeft
u enveloppen met geld voor uw familieleden in Marokko bij u» een stigmatiserend effect
kan hebben op reizigers van Marokkaanse afkomst? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Nee. Dergelijke vragen zijn relevant om te worden gesteld tijdens een douanecontrole
in het kader van de aangifteplicht van reizigers voor vervoerd geld bij het verlaten
of binnenkomen van de EU. Dit omdat de ervaring van de Douane is dat er reizigers
zijn die ten onrechte veronderstellen dat geen aangifte gedaan hoeft te worden wanneer
men geld vervoert waarvan men geen eigenaar is, bijvoorbeeld van familieleden. Voor
de aangifteplicht op grond van de verordening liquide middelen is het eigendom van
het geld echter geen relevant gegeven. De vraagstelling heeft tot doel bij te dragen
aan het voorkomen van het ten onrechte niet doen van een aangifte. N.B. in plaats
van Marokko kunnen ook andere landen waar personen naar toe reizen worden genoemd.
Vraag 7 en 8
Deelt u de mening dat de Douane haar selectiestrategie ten aanzien van geldcontroles
inzichtelijk dient te maken omdat anders niet voldoende gewaarborgd kan worden dat
grondrechten van reizigers, in het bijzonder het non-discriminatiebeginsel, worden
gerespecteerd? Zo nee, waarom niet?
Deelt u de mening dat er (meer) objectieve criteria nodig zijn bij het selecteren
van reizigers voor controles door de Douane op luchthavens? Zo ja, hoe gaat u dit
bewerkstellingen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7 en 8
Het geven van inzicht in de specifieke selectiekeuzes kan het toezicht op de goederenstroom
bemoeilijken omdat reizigers hun handelen hierop zouden kunnen afstemmen.
De Douane handhaaft risicogericht en kan daarin keuzes maken naar thema, doelgroepen
en intensiteit van het toezicht. Daarbij wordt gebruik gemaakt van risicogerichte
informatie, bijvoorbeeld over de specifieke goederensoort, de herkomst of bestemming
van de vlucht alsmede specifieke informatie met betrekking tot de reizigers (zoals
reisgegevens die de Douane ontvangt van luchtvaartmaatschappijen; de zogenaamde Passenger
Name Records) en hun goederen. Daarbij is de professionele kennis en ervaring van
de douaniers een belangrijk element in de risicobeoordeling en -afweging. Met dit
totale stelsel aan verschillende soorten selectiecriteria en diverse afwegingsmomenten,
in onderlinge samenhang, is de inzet erop gericht (de schijn van) het maken van ongeoorloofd
onderscheid te voorkomen.
Vraag 9
Deelt u de mening dat ook de Douane en de Kmar stopformulieren moeten hanteren bij
het uitvoeren van specifieke controles? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 9
Nee, overtuigend wetenschappelijk bewijs over de effectiviteit van stopformulieren
ontbreekt. Zowel bij Douane als KMar is de inzet erop gericht om etnisch profileren
te voorkomen. Zie hiervoor de antwoorden op vragen 7 en 8 (Douane) respectievelijk
het antwoord op vraag 24 (KMar).
Vraag 10
Bent u bereid, om conform de aanbeveling uit het rapport van de Nationale ombudsman,
reizigers op Eindhoven Airport door middel van informatie(borden) beter te informeren
over het doel van geldcontroles? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
De Douane geeft informatie door middel van een app, de Douanewebsite en beantwoordt
vragen via de Douanetelefoon of online. Het gehele jaar door wordt in de vorm van
zoekmachine-advertenties en online bannering en video's de douaneboodschap om zich
goed voor te bereiden, gedeeld op sites die reizigers raadplegen in de voorbereiding
op hun reis. Denk aan online weerberichten, nieuwssites, sociale media. In de douaneboodschap
wordt de reiziger gewezen op heffingen, verboden en beperkingen ten aanzien goederen.
In aanvullingen daarop communiceert de Douane in piekperiodes in reismagazines en
op radio en tv.
Op Eindhoven Airport worden aankomende reizigers, net zoals bijvoorbeeld op Schiphol,
door middel van informatieborden ondersteund bij het kiezen van het rode of groene
kanaal, waarbij bijvoorbeeld gewezen wordt op de aangifteplicht in het kader van de
Verordening Liquide middelen.
Vertrekkende passagiers op Eindhoven Airport worden door middel van een digitaal beeldscherm
gewezen op diverse wettelijke bepalingen waaronder de aangifteplicht voor liquide
middelen. Daarnaast staat in de vertrekhal voor Niet-Schengen reizigers, een roll
up banner met de boodschap «de wereldreiziger gaat goed voorbereid op reis en heeft
de app gedownload». De informatievoorziening is dan ook verbeterd ten opzichte van
het moment van de klacht.
Vraag 11
Welke maatregelen worden er op dit moment genomen om etnisch profileren door douaniers
op luchthavens tegen te gaan?
Antwoord 11
In het antwoord op de vragen 7 en 8 is de werkwijze beschreven waarmee de inzet erop
gericht is etnisch profileren door douaniers te voorkomen.
Vraag 12
Kunt u aangeven wat het beleid is ten aanzien van de inzet van speurhonden door douaniers
bij vluchten op Eindhoven Airport, zoals bijvoorbeeld het geval is geweest bij een
vlucht uit Marokko op 2 oktober 2018 (vluchtnummer WQR14L)? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 12
Bij de uitvoering van haar toezichtstaak maakt de Douane gebruik van hulpmiddelen
zoals speurhonden. De Douane zet onder andere speurhonden in die zijn opgeleid om
de geur van bankbiljetten te herkennen. Op de in de vraag genoemde specifieke vlucht
is overigens geen speurhond ingezet door de Douane.
Vraag 13
Kunt u uitsluiten dat er sprake is van een specifieke risicoprofilering ten aanzien
van vluchten uit Marokko? Zo ja, wat is hier de rechtvaardiging voor? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 13
Voor zover mij bekend, wordt voor vluchten uit Marokko, als zijnde een niet EU-land,
niet anders gehandeld dan in de beantwoording van de vragen 7 en 8 is aangegeven.
Vraag 14
Bent u bereid een zelfstandig onderzoek op te starten naar mogelijk etnisch profileren
door de Douane op luchthavens? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 14
In het antwoord op de vragen 7 en 8 is de methodiek beschreven waarmee wordt ingezet
op het voorkomen van (de schijn van) het maken van ongeoorloofd onderscheid. Op dit
moment heb ik geen aanleiding voor een zelfstandig onderzoek. De Nationale ombudsman
voert op dit moment een onderzoek uit naar de wijze waarop overheden omgaan met klachten
over etnisch profileren en heeft ook de Douane in dat kader om informatie verzocht.
Vraag 15, 16, 17, 18, 22 en 25
Bent u bekend met het voorval van 24 januari 2019 waarin een Kmar op Eindhoven Airport
een reiziger van Marokkaanse onheus heeft bejegend?
Hoe duidt u de gebeurtenissen die aanleiding hebben gegeven tot de klacht van deze
betrokken reiziger en de brief hierover van de Kmar van 2 april 2019?
Klopt het dat deze reiziger van Marokkaanse afkomst zich onheus bejegend voelde door
de Kmar-medewerker? Zo ja, welke conclusies verbindt u hieraan?
Is het waar dat er zonder enige dringende redenen vragen werden gesteld over in het
bezit zijn van een retourticket? Zo ja, wat gaat u hiertegen doen?
Kunt u zich voorstellen dat de handelwijze van de betrokken Kmar-medewerker een gevoel
van discriminatie bij de reiziger teweeg heeft gebracht nu de medewerker tijdens de
klachtbehandeling anders dan de niet onderbouwde beschuldiging dat de reiziger zich
vijandig gedroeg geen plausibele verklaring heeft kunnen geven voor het stellen van
dergelijke ongepaste vragen?
Kunt u aangegeven wat er concreet is besproken naar aanleiding van de brief van de
Kmar van 2 april 2019, waarin wordt vermeld dat de klacht met de betreffende medewerker
is besproken ter verbetering van de dienstverlening? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 15, 16, 17, 18, 22 en 25
Op 31 januari 2019 heeft de KMar een klacht ontvangen aangaande het genoemde voorval.
De klachtenprocedure is na ontvangst van de klacht in gang gezet, maar nog niet afgesloten.
Derhalve kan niet inhoudelijk op de zaak worden ingegaan.
Vraag 19, 20 en 21
Is het gebruikelijk dat reizigers die naar Marokko vliegen verzocht worden om hun
retourticket te overleggen? Zo ja, waarom? Zo nee, hoe duidt u dan de vraagstelling
van de betrokken Kmar-medewerker?
Waar ligt de scheidslijn tussen het vragen stellen in het kader van legitieme douane-
en veiligheidsbelangen en het onnodig lastig vallen van reizigers met irrelevante
vragen over de manier waarop zij hun reis vormgeven?
Bestaan er protocollen over de aard van de vragen die gesteld mogen worden aan reizigers?
Antwoord 19, 20 en 21
Het evenredigheidsvereiste houdt in dat de overheid om haar doel te bereiken kiest
voor een middel dat niet onnodig ingrijpt in het leven van de burger en dat in evenredige
verhouding staat tot dat doel. Dit houdt in dat steeds een afweging wordt gemaakt
welke vragen aan een reiziger kunnen worden gesteld.
In de regel worden EU-onderdanen die het Schengengebied verlaten alleen onderworpen
aan een systematische controle. Deze controle bestaat uit het door de KMar vaststellen
van de identiteit en nationaliteit van de reiziger, de echtheid en geldigheid van
het reisdocument en een controle in de relevante databases. Als er daarnaast aanleiding
bestaat om te vermoeden dat een reiziger een reëel, actueel en voldoende ernstig gevaar
voor de buitenlandse veiligheid, de openbare orde of de internationale betrekkingen
van een lidstaat vormt, kan er aanvullend onderzoek worden gedaan.
Er bestaan bij de KMar protocollen/handelingskaders om de grenswachters te ondersteunen
bij een dergelijk aanvullend onderzoek.
Vraag 23
Bent u bekend met het voorval tussen oud-raadslid Mpanzu Bamenga en de Kmar op Eindhoven
Airport?2
Antwoord 23
Ja.
Vraag 24
Welke maatregelen worden er op dit moment genomen om etnisch profileren door medewerkers
van de Kmar op luchthavens tegen te gaan?
Antwoord 24
De KMar heeft een werkgroep «Profileren» ingesteld die zich bezighoudt met het verder
verbeteren van profileringstechnieken en het breed uitdragen van de Behavior Detection methode Predictive Profiling in de organisatie. Deze methode maakt onderdeel uit van de initiële opleiding waarbij
medewerkers worden opgeleid om afwijkend gedrag te detecteren en Predictive Profiling komt terug in trainingen. Hierbij wordt ook aandacht besteed aan de (relevantie van
de) indicator «etniciteit». Non-discriminatoir handelen is daarbij het uitgangspunt.
Er wordt in de uitvoering geïnvesteerd in specifieke profileringstechnieken gericht
op gedragsonderkenning. Onderdeel hiervan is een correcte bejegening en het te allen
tijde uit kunnen leggen waarom de persoon gecontroleerd wordt. Deze methode wordt
tevens beoefend middels rollenspellen.
De KMar neemt samen met de NCTV deel aan de European Civil Aviation Conference (ECAC) Behavior Detection Studygroup (BDSG). Doelstellingen van deze BDSG zijn het uitwisselen van kennis en ervaring
op het gebied van «Behavior Detection». De KMar streeft naar verbetering en vooruitgang en heeft daarom haar methode onderworpen
aan de kritische blik van onze internationale ketenpartners in de luchthavenbranche
en de wetenschap (ECAC BDSG).
Vraag 26
Bent u bereid een zelfstandig onderzoek op te starten naar mogelijk etnisch profileren
door de Kmar op luchthavens, mede gelet op de bevindingen van de ombudsman in het
rapport «Uit de rij gehaald» van 29 maart 2017? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 26
De Nationale ombudsman heeft door middel van een brief van 7 juni 2019 aan onder andere
de Minister van Defensie kenbaar gemaakt een onderzoek te starten naar de wijze waarop
overheden omgaan met klachten over etnisch profileren. In afwachting van de resultaten
van dit onderzoek zal de door de KMar ingestelde werkgroep «Profileren» verder gaan
met het verbeteren van de profileringstechnieken zoals toegepast door KMar-medewerkers.
Non-discriminatoir handelen is daarbij het uitgangspunt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Snel, staatssecretaris van Financiën -
Mede namens
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid -
Mede ondertekenaar
A.Th.B. Bijleveld-Schouten, minister van Defensie
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.