Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Lee over vergunningen voor grote staalhardingsovens in Schiedam
Vragen van het lid Van der Lee (GroenLinks) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over vergunningen voor grote staalhardingsovens in Schiedam (ingezonden 21 juni 2019).
Antwoord van Minister Wiebes (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 10 september
2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het feit dat in Schiedam een staalhardingsoven is opgestart door
staalharderij Dominial, vooruitlopend op hun vergunningsaanvraag voor extra productiecapaciteit?
Keurt u dit af? Gaat u ervoor zorgen dat hierop kan worden gehandhaafd? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 1
Ik ben per brief door de gemeente Schiedam op de hoogte gebracht over de geplande
uitbreiding van het staalhardingsbedrijf Dominial. De gemeente spreekt in haar brief
niet over opstart van activiteiten die nog wachten op vergunningverlening, en heeft
niet gevraagd om mogelijkheden tot handhaving. Wel heeft de gemeente Schiedam in haar
brief aangegeven dat zij de ingediende vergunningaanvraag niet vindt stroken met andere
landelijke doelstellingen op het gebied van klimaat en aardgasvrije wijken, en dat
zij zoekt naar een bruikbaar beleidskader voor gemeenten om met deze situatie om te
gaan.
Vraag 2
Bent u bekend met het feit dat dit een extra verbruik van 660.000 m3 laagcalorisch aardgas met zich brengt? Hoe valt dit te rijmen met de ambities van
het kabinet om van het gas af te gaan en de gaswinning in Groningen naar nul te brengen?
Antwoord 2
Ik ben op de hoogte gebracht van de verwachte toename van het verbruik van laagcalorisch
gas door Dominial. Het gaat om een toename van 0,00066 bcm. Voor het zo snel mogelijk
naar nul brengen van de gaswinning in Groningen wordt gekeken naar een pakket maatregelen,
waaronder de omschakeling van de grootste afnemers in Nederland. Een belangrijk deel
van de afnemers, zowel groot- als kleinverbruikers, kan in de nabije toekomst voorzien
worden van pseudo-Groningengas, oftewel met stikstof verrijkt hoogcalorisch gas. Echter,
voor een deel van de afnemers van laagcalorisch gas in binnen- en buitenland moet
een ander alternatief gevonden worden. Gekeken naar het totaal van maatregelen dat
genomen wordt om de gaswinning zo snel mogelijk naar nul te brengen, is het voor slechts
een deel van de afnemers op het landelijke laagcalorische net noodzakelijk om om te
schakelen op een alternatief voor laagcalorisch gas. Dominial is geen onderdeel van
deze groep afnemers. Dominial kan in haar behoefte aan aardgas voorzien door gebruik
te maken van pseudo-Groningengas.
Met het oog op de afbouw van gaswinning uit het Groningenveld vormt het voorziene
extra verbruik van Dominial geen probleem. Dat wil niet zeggen dat zij niet hoeven
te verduurzamen. Met het oog op het klimaatakkoord zal elk van de bedrijven die gebruik
maakt van laag- of hoogcalorisch gas op termijn op zoek moeten gaan naar een alternatieve
energiebron.
Vraag 3
Bent u bekend met de brief van de gemeente Schiedam gericht aan u waarin zij hun bezwaren
over deze extra productiecapaciteit uiteenzetten en vragen om een beter beleidskader?
Deelt u hun bezwaren en hun wens voor een beter beleidskader? Zo ja, hoe gaat u hier
gevolg aan geven? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Ik ben bekend met de brief van de gemeente Schiedam, en sta hierover in contact met
de gemeente.
Zij zijn reeds op de hoogte gebracht van mijn reactie op hun overwegingen en hun verzoek
voor een beleidskader, en zijn uitgenodigd om verder in gesprek te gaan over de afweging
waar zij momenteel voor staan. De gemeente Schiedam kon zich hierin vinden.
In het Klimaatakkoord zijn stappen gezet om er voor te zorgen dat gemeenten betere
handvatten krijgen om te sturen op CO2-reductie en om vergunningaanvragen daaraan te toetsen. Het Rijk zet, samen met de
gemeenten en provincies, in op de omschakeling naar duurzame energiebronnen. In het
Klimaatakkoord zijn hierover afspraken gemaakt met een groot aantal partijen. Zo voeren
gemeenten de regie over de verduurzaming van woonwijken en worden bedrijven gestimuleerd
te investeren in duurzame innovatieve (productie)technieken. Door de maatregelen die
in het kader van het Klimaatakkoord de komende periode getroffen worden, wordt het
voor bedrijven ook aantrekkelijk om te investeren in duurzame energiebronnen.
In het Klimaatakkoord is daarnaast afgesproken dat er een actualisatie plaats zal
vinden van de Wet Milieubeheer (verplichting tot nemen energiebesparingsmaatregelen
die zichzelf in vijf jaar of minder terugverdienen), met daarin een integrale klimaatbenadering,
waarbij zowel energiebesparende maatregelen als duurzame energieopwekking tot de mogelijkheden
behoren. De actualisatie zal voor 1 juli 2020 aan uw Kamer worden voorgelegd. Dit
betekent dat in de toekomst, naast energiebesparende maatregelen, ook andere CO2-reducerende maatregelen vanuit de Wet milieubeheer verplicht kunnen worden. Dit geldt,
net als de huidige energiebesparende maatregelen, voor bestaande activiteiten, uitbreidingen
van activiteiten en nieuwe activiteiten.
Vraag 4
Hoe is het mogelijk dat er nieuwe, grote gasinstallaties in gebruik worden genomen,
tegen de wens van de gemeente in? Moeten mede-overheden niet meer mogelijkheden krijgen
om ook vanwege klimaatdoelstellingen vergunningen te weigeren?
Antwoord 4
Met de afspraken uit het Klimaatakkoord krijgen gemeenten en provincies meer mogelijkheden
om te kunnen anticiperen met het oog op de energietransitie. De meest relevante maatregel
is in dit geval de eerdergenoemde actualisatie van de wet Milieubeheer. Deze zal voor
1 juli 2020 aan uw Kamer worden voorgelegd.
Het ligt verder voor de hand vooral voort te bouwen op bestaande regionale initiatieven
en plannen. Het proces om te komen tot regionale energiestrategieën biedt ruimte voor
gemeenten om hun ambitie voor een CO2-arme energievoorziening in samenhang met andere overheden te concretiseren. De overheid
zet zich er daarnaast voor in dat bedrijven tijdig over benodigde vergunningen en
infrastructurele voorzieningen kunnen beschikken en stelt een Taskforce in die uiterlijk
eind 2019 heeft geïnventariseerd welke infrastructurele behoeftes bestaan (met name
in de clusters) en die adviseert over de (voorwaarden voor) realisatie hiervan.
Vraag 5
Klopt het dat er betere technieken beschikbaar zijn in dit geval en dat elektrische
installaties gelijkwaardige alternatieven zijn? Zo ja, waarom wordt niet geëist van
Dominial om alleen elektrische ovens bij te bouwen?
Antwoord 5
Elektrificeren is in principe technisch mogelijk, maar is vooralsnog niet rendabel
te exploiteren ten opzichte van andere technieken en dus eigenlijk geen gelijkwaardig
alternatief. Er bestaat geen juridische basis voor het bevoegd gezag om van een bedrijf
te eisen dat het deze techniek toepast.
Vraag 6
Wat zijn de gevolgen van de recente uitspraak van de Raad van State rondom de Programma
Aanpak Stikstof (PAS) voor dit soort gasinstallaties?
Antwoord 6
Als gevolg van de uitspraak over het PAS zal voor dit project door de initiatiefnemer
aangetoond moeten of er al dan niet sprake is van stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden.
In geval van stikstofdepositie zal in het kader van de Wet natuurbescherming toestemming
moeten worden verleend door het bevoegd gezag alvorens gebouwd kan worden. Op dit
moment worden geen toestemmingen verleend. Dit geldt voor alle bouwprojecten in Nederland.
Dit project onderscheidt zich daar niet van. Er wordt gewerkt aan een oplossing voor
dit probleem. Uw Kamer wordt hier over geïnformeerd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.