Lijst van vragen : Verslag houdende een lijst van vragen inzake Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstuk 35210-XV)

De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, belast met het voorbereidend
onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm
van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.

De vragen zijn op 11 juni 2019 voorgelegd aan de bewindspersonen van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid.

Voorzitter van de commissie, Rog

Adjunct-griffier van de commissie, Kraaijenoord

1

Waarom is de verwachting dat het Loonkostenvoordeel (LKV) structureel minder benut
gaat worden? Kan onderbenutting worden tegengegaan door de regeling meer bekend te
maken?

2

Constaterende dat door het toenemende aandeel reactieve inspecties er jaarlijks minder
inspecties kunnen worden gedaan en er dus minder boetes kunnen worden opgelegd (-/-
€ 7,0 miljoen), hoe verhoudt dit zich tot de jaarlijkse € 50 miljoen die in het regeerakkoord
voor de handhavingsketen van de Inspectie SZW is vrijgemaakt en waarmee de Inspectie
SZW in staat wordt gesteld beter toezicht te houden en te handhaven?

3

Kunt u een nadere toelichting geven op de mutaties macrobudget over de periode 2020–2023?

4

Waarom was een bedrag van € 15 miljoen toegevoegd aan het macrobudget? Werd verwacht
dat het quotum niet gehaald zou worden in 2018?

5

Kunt u toelichten wat de oorzaak is van de omvangrijke genoemde verschillen tussen
de cijfers in het Jaarverslag SZW 2018 en de eerste suppletoire begroting 2019 voor
het macrobudget participatiewetuitkeringen en de intertemporele tegemoetkoming (respectievelijk
€ 350 miljoen hoger en € 200,4 miljoen lager dan de geraamde cijfers)?

6

Kunt u een nadere uitsplitsing geven van de lagere volumes in de Toeslagenwet?

7

Kunt u een nadere duiding geven op basis waarvan de lager dan verwachte uitstroom
Aanvullende Inkomensvoorziening Ouderen (AIO) in 2018 is ontstaan en hoe deze doorwerkt
in de volgende jaren?

8

Welke subsidies kennen een aangepast kasritme van 2019 naar de periode 2020–2022 en
wat is daarvan de oorzaak?

9

Wat is de reden van het lagere volume van de Toeslagenwet? Is er (nog steeds) sprake
van onderbenutting?

10

Hoe wordt de vergrote doorstroom vanuit de Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten
(WGA) naar de Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten (IVA) verklaard?

11

Kunt u nadere duiding geven van het aantal meer werkende Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening
jonggehandicapten (Wajongers) ten opzichte van de raming?

12

Ten behoeve van welke uitgaven worden de resterende middelen van de voorziening dagloon
Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA) afgeboekt?

13

Kunt u een nadere duiding geven van de totstandkoming van de omhoog bijgestelde Werkloosheidswet
(WW)-uitkeringslasten met € 313,4 miljoen?

14

Kunt u een uitsplitsing geven ten aanzien van de (geraamde) volumeontwikkelingen van
de Ziektewet (ZW) in de periode 2019–2023 en welke oorzaak hieraan ten grondslag ligt?

15

Is bekend wat de oorzaak is van het stijgend aantal flexkrachten in de ZW?

16

Wat zijn de oorzaken van de daling van de premie-inkomsten in 2018?

17

Wat zijn de oorzaken van het vermogenstekort in het Ouderdomsfonds in 2018?

18

Hoe kan het zijn dat er een vermogenstekort is in het Ouderdomsfonds in 2018 terwijl
de Algemene Ouderdomswet (AOW)-uitgaven lager uitkwamen dan geraamd?