Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Jasper van Dijk over nieuwe onthullingen rond het Haga Lyceum
Vragen van Jasper vanDijk (SP) aan de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Justitie en Veiligheid over nieuwe onthullingen rond het Cornelius Haga Lyceum (ingezonden 28 maart 2019).
Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media), mede namens
de Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Justitie en Veiligheid (ontvangen
24 mei 2019). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 2419.
Vraag 1
Kent u het bericht «AIVD: Britse prediker heimelijk op Haga»?1 Wat is uw oordeel daarover?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 t/m 8 en 10
Is het waar dat een Britse shariageleerde op het Cornelius Haga lyceum aanwezig was
voor heimelijke bijeenkomsten?
Is het waar dat de schoolleiding een Tsjetsjeense terreurbeweging heeft gefinancierd?
Is het waar dat een leraar die homoseksualiteit wilde bespreken, werd weggestuurd?
Is het waar dat jongens en meisjes zoveel mogelijk worden gescheiden op deze school?
Is het waar dat ongestelde meisjes in een aparte ruimte moesten verblijven tijdens
het gebed?
Zijn er inderdaad banden met de radicale imam Fawaz Jneid?
Deelt u de mening dat de constateringen in de vragen 2 tot en met 7 onaanvaardbaar
zijn? Zo nee, waarom niet?
Kunt u inhoudelijk reageren op de berichtgeving over het ambtsbericht van de AIVD,
aangezien het een openbare bron betreft?
Antwoord 2 t/m 8 en 10
Zoals ik u ook op 26 februari jl. in de aanbiedingsbrief van het DTN 49 2 meldde,
heeft iedereen het recht op vrijheid van religie of levensbeschouwing en onderwijs.
De vrijheid van onderwijs, neergelegd in artikel 23 van de Grondwet, wordt begrensd
door het strafrecht. Als er informatie voorhanden is waaruit kan worden afgeleid dat
het bevoegd gezag van een school deze grens overschrijdt, dan kan het Openbaar Ministerie
zelfstandig besluiten die informatie over strafbare feiten te onderzoeken en indien
de onderzoeksresultaten daartoe aanleiding geven, tot vervolging overgaan.
Het kabinet acht het niet de rol van de overheid om zich te mengen in religieuze of
levensbeschouwelijke discussies. Het kabinet ziet wel een rol voor zichzelf om de
verspreiding van onverdraagzaamheid en antidemocratisch gedachtengoed tegen te gaan
en groepen in de samenleving hiertegen weerbaarder te maken. De overheid wil actief
kunnen ingrijpen bij signalen dat er in onderwijs antidemocratische opvattingen en
een actieve afkeer van de Nederlandse samenleving worden verspreid of een parallelle
samenleving wordt aangeprezen die haaks staat op de waarden van de Nederlandse samenleving.
Op 7 maart 2019 heeft de NCTV namens de Taskforce Problematisch Gedrag en Ongewenste
Buitenlandse Financiering een brief geschreven aan de burgemeester van Amsterdam Femke
Halsema, met daarin een aantal zorgelijke signalen waarvan de NCTV het nodig achtte
deze publiek te (laten) maken met het oog op de bescherming van de jongeren op die
school. Op diezelfde dag is uw Kamer per brief geïnformeerd over de casus.2 In die brief wordt inhoudelijk ingegaan op de zorgelijke signalen die door de AIVD
zijn gedeeld.
Vraag 9
Bent u bereid – met deze nieuwe onthullingen in de hand – stappen te nemen om de school
te sluiten danwel de financiering te beëindigen danwel het bestuur te ontslaan? Zo
nee, hoeveel moet er nog gebeuren voordat u wel overgaat tot sluiting?
Antwoord 9
De inspectie verricht op dit moment verdiepend onderzoek. Om uit te kunnen sluiten
dat de onderwijsbekostiging voor deze school wordt gebruikt voor het plegen van strafbare
feiten, pas ik de wet Bibob toe. In het belang van deze lopende onderzoeken kan ik
hier verder niet op ingaan.
Vraag 11
Deelt u de mening dat de Inspectie van het Onderwijs nooit bedreigd had mogen worden
toen zij een onaangekondigd bezoek aan de school maakten?
Antwoord 11
Ik vind het ontoelaatbaar dat mensen die werken in de publieke sector worden bedreigd
of onder druk worden gezet tijdens het uitoefenen van hun functie. De inspectie moet
ongehinderd haar werk kunnen doen.
Vraag 12
Hoe verlopen recente inspectiebezoeken aan de school? Is gesproken over de onthullingen
in het NRC Handelsblad? Wat was de reactie?
Antwoord 12
De inspectie verricht verdiepend onderzoek volgens drie lijnen, naar de onderwijskwaliteit,
de financiën en het bestuurlijk handelen. In dat kader bezoekt de inspectie de school
aangekondigd en onaangekondigd. Over dit lopende onderzoek kan ik verder geen mededelingen
doen. Ik zal uw Kamer informeren, zodra de inspectie haar onderzoek heeft afgerond
en haar rapport openbaar maakt.
Vraag 13
Deelt u de mening dat artikel 23 van de Grondwet daadkrachtig ingrijpen niet in de
weg mag staan? Wat onderneemt u hiertoe?
Antwoord 13
Ja. Artikel 23 van de Grondwet regelt de vrijheid van onderwijs. Dat is een groot
goed, maar geen vrijbrief voor misstanden. Als de uitkomsten van het onderzoek van
de inspectie aanleiding geeft om in te grijpen, zal ik niet aarzelen om mijn bevoegdheden
te gebruiken. Binnenkort zal ik uw Kamer informeren over de extra instrumenten die
ik daartoe wil gaan inzetten.
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Rudmer Heerema
en Becker (beiden VVD), ingezonden 28 maart 2019 (vraagnummer 2019Z06149)
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media -
Mede namens
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Mede namens
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.