Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Remco Dijkstra over foute verkeersboetes op de A29
Vragen van het lid RemcoDijkstra (VVD) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over foute verkeersboetes op de A29 (ingezonden 6 maart 2019).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 26 april 2019).
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 2070.
Vraag 1
Kent u het arrest Wet administratiefrechtelijke handhaving (WAHV) 200.243.592 d.d.
13 februari 2019 dossier Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) 206055766 waarbij
het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden uitspraak heeft gedaan over het hoger beroep tegen
de beslissing van de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam van 16 juli 2018?
Antwoord 1
Ja, het arrest is mij bekend.
Vraag 2
Welke gevolgen verbindt u aan het arrest? Klopt het dat het, naast dit dossier, nog
circa 18.000 uitgedeelde boetes betreft? Wat is de totale financiële consequentie
van vernietiging van al deze boetes? Deelt u de mening dat dit financiële aspect nimmer
leidend mag zijn nu blijkt dat het openbaar ministerie (OM) fout zit?
Antwoord 2
Het arrest geeft geen aanleiding om tot terugbetaling van de boetes over te gaan.
Ik zal dit hieronder toelichten. Overigens ben ik het met u eens dat het financiële
aspect niet leidend mag zijn.
Vraag 3
Herinnert u zich de eerdere schriftelijke vragen over «tienduizenden foute flitsboetes
op de A29» en uw antwoorden op deze vragen?1 Hoe moet uw antwoord op vraag 8 worden geduid, waarin u eigenlijk stelt ook op te
komen voor de getroffen automobilisten, zeker nu blijkt dat het hoger beroep voor
hen gunstig uitvalt?
Antwoord 3
Ik sta nog steeds achter het eerder gegeven antwoord. Belangrijk is op te merken dat
het Gerechtshof niet heeft geoordeeld dat de snelheidsmeting onbetrouwbaar is geweest.
Het Gerechtshof is niet toegekomen aan een inhoudelijke beoordeling, omdat deze zaak
niet voor hoger beroep in aanmerking komt. Er is namelijk geen hoger beroep mogelijk
indien na de beslissing van de kantonrechter een sanctie resteert die niet meer dan
€ 70,– bedraagt. De onderhavige zaak voldoet niet aan dit criterium omdat de sanctie
door de kantonrechter was vernietigd.
Vraag 4
Kunnen de getroffen automobilisten erop rekenen dat, nu het vonnis onherroepelijk
is, u het OM opdraagt om niet flauw te zijn en zo spoedig mogelijk wordt overgegaan
tot terugbetaling van deze onterechte boetes? Waarom zou een vertraging nog te billijken
zijn als zo overduidelijk is dat het OM fout zit?
Antwoord 4
Voor de meetapparatuur die is gebruikt is een handleiding geschreven die deel uitmaakt
van de certificering van het Nederlands Meetinstituut (NMi). Voor een rechtsgeldige
meting moet conform de eisen uit de handleiding worden gemeten. In de handleiding
staat bij welke kromming van het weggedeelte geen deugdelijke meting kan worden uitgevoerd.
In de onderhavige zaak is aangevoerd dat de kromming van de bocht te groot was voor
een deugdelijke snelheidsmeting. De rechter die de zaak behandelde heeft in de betreffende
bocht door de politie een snelheidsmeting laten doen.
Op grond van die metingen heeft de rechter geoordeeld dat op die plaats geen meting
had mogen worden uitgevoerd. Het beroep werd daarom gegrond verklaard.
Het OM heeft nadien op dezelfde locatie het NMi metingen laten verrichten. Het NMi
heeft toen geconcludeerd dat de snelheidsmeting voldeed aan de eis uit de handleiding.
Dit betekent dat de snelheidsmeting niet onbetrouwbaar is geweest en de boetes derhalve
niet onterecht zijn opgelegd.
Dit had het OM graag in hoger beroep naar voren gebracht, maar zoals in het antwoord
op vraag 3 aangegeven is het gerechtshof niet aan een inhoudelijke beoordeling toegekomen.
De nog lopende zaken die betrekking hebben op snelheidsmetingen op dezelfde locatie
worden alsnog met het onderzoeksrapport van het NMi aangebracht bij de rechter.
Vraag 5
Kent u ook het artikel «OM: Onterechte snelheidsboetes A29 worden (nog) niet terugbetaald»?2 Deelt u de mening dat de automobilisten zonder gedoe hun geld moeten terugkrijgen?
Antwoord 5
Ja, ik ken het artikel, maar ik deel die mening, voor zover deze betrekking heeft
op de onderhavige casuïstiek, niet. Na onderzoek is immers gebleken dat de snelheidsmetingen
betrouwbaar waren en derhalve niet aan de grondslag van de boetes hoeft te worden
getwijfeld. De inning van de lopende boetes zal daarom ook weer worden opgestart.
Vraag 6
Is het niet vreemd dat het OM stelt dat ze de boetes stuk voor stuk moet gaan onderzoeken,
aangezien duidelijk was op welke plek de boetes onrechtmatig waren? Klopt het dat
het OM verder stelt dat uit een contra-expertise zou kunnen blijken dat de boetes
mogelijk wel rechtmatig zijn, ondanks dat de politie al waarschuwde tegen de wijze
van plaatsen van de flitser en het feit dat dit niet conform het handboek was en bent
u op de hoogte dat er wegwerkzaamheden op de locatie zijn geweest die de contra-expertise
bij voorbaat onbetrouwbaar maken? Waarom traineert het OM dusdanig en speelt zij een
spel jegens automobilisten? Waarom erkent het OM haar verlies niet en waarom stort
zij het geld niet direct terug naar de individuele automobilisten?
Antwoord 6
Zoals in het antwoord op vraag 4 aangegeven is door het NMi onderzoek gedaan naar
de betrouwbaarheid van de metingen. Uit dat onderzoek van het NMi is gebleken dat
de metingen betrouwbaar waren en dat de bochtstraal ruim binnen de wettelijke marge
valt. Het NMI is de autoriteit op het gebied van snelheidsmetingen en heeft dit onderzoek
deugdelijk en zorgvuldig uitgevoerd. Ik zie geen redenen om te twijfelen aan dit onderzoek.
Vraag 7
In hoeverre ondermijnt het OM met deze bewuste handelwijze het vertrouwen van mensen
in de overheid als geheel? Deelt u de mening dat hier leiderschap nodig is en dat
u, als verantwoordelijk Minister, zeker in staat moet zijn dit juridisch getouwtrek
te laten stoppen?
Antwoord 7
Ik ben van oordeel dat het OM een juiste afweging heeft gemaakt om het onderzoek van
het NMi af te wachten en geen overhaaste beslissing te nemen. Ik vind dit zorgvuldig.
De betrokken burgers hebben overigens zelf de mogelijkheid (gehad) om beroep in te
stellen tegen de boete. Gebleken is dat de snelheidsmetingen correct zijn uitgevoerd.
Van een handelwijze waarmee het vertrouwen van burgers is geschaad is naar mijn mening
geen sprake geweest.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.