Verslag van een werkbezoek : Verslag van een werkbezoek van een delegatie uit de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid aan Tunesië en Libië van 21 oktober 2018 tot en met 26 oktober 2018
35 176 Verslag van een werkbezoek aan Tunesië en Libië door een delegatie van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
Nr. 1
VERSLAG VAN EEN WERKBEZOEK VAN EEN DELEGATIE UIT DE VASTE COMMISSIE VOOR JUSTITIE
EN VEILIGHEID AAN TUNESIË EN LIBIË VAN 21 OKTOBER 2018 TOT EN MET 26 OKTOBER 2018
Vastgesteld 3 april 2019
Een delegatie uit de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft van 21 oktober
tot en met 26 oktober 2018 een werkbezoek gebracht aan Tunesië en Libië in het kader
van de internationale migratieproblematiek.
De delegatie bestond uit de heer Azmani (VVD en delegatieleider), de heer Groothuizen
(D66), mevrouw Kuiken (PvdA), de heer Jasper van Dijk (SP), de heer Krol (50-plus)
en de heer Voordewind (CU). De delegatie werd begeleid door de adjunct-griffier (Tielens-Tripels).
Doel van dit werkbezoek was inzicht te krijgen in de migratie- en smokkelroutes en
hoe de verdrinkingen op zee kunnen worden tegengegaan.
De delegatie dankt alle gesprekspartners en degenen die betrokken zijn geweest bij
het organiseren van dit bezoek. In het bijzonder wil de delegatie haar waardering
uitspreken voor de inzet van de Nederlandse ambassade in Tunesië bij de voorbereiding
van het programma en tijdens het werkbezoek. De hartelijke ontvangst en goede begeleiding
van de delegatie hebben in belangrijke mate bijgedragen aan het welslagen van dit
werkbezoek.
Algemeen
De migratiecrisis in 2015 heeft het politieke landschap in de Europese Unie ingrijpend
veranderd, een gezamenlijke structurele regeling wordt bovendien bemoeilijkt door
onderlinge verdeeldheid en wantrouwen. De herverdeling binnen de EU en de terugkeer
naar veilige landen verloopt moeizaam en de Dublinregeling zit muurvast. Europa moet
niet handelen uit angst maar uit kracht teneinde hier een draai aan te geven in de
goede richting.
In 2018 zijn er tot nu toe 110.000 migranten de EU binnengekomen, waarvan 90.000 over
zee. In Tunesië is er geen behoefte aan ontschepingsplatforms teneinde de migratiestroom
te reguleren. En Tunesië wil geen hotspot worden noch een transitland waarnaartoe
migranten uit andere Afrikaanse landen kunnen worden teruggestuurd. Wel is zij bereid
haar eigen onderdanen terug te nemen.
Tunesië is een visumvrij land. De werkeloosheid is hoog en de economische en sociale
voorzieningen zijn matig tot slecht, 70% van de bevolking is van mening dat de democratische
lente is mislukt. De arbeidsproductiviteit is laag, voor de revolutie was de groei
5% na de revolutie max 1% en een hoge inflatie. Zowel Libië als Algerije zijn rijke
landen met veel grondstoffen waar veel Tunesiërs in de tijd van Ghadaffi werk vonden
en daarmee de economie van het land ondersteunden maar door de val van Ghadaffi vielen
ook deze rijksinkomsten weg. Er is behoefte aan economische ondersteuning, het democratiseringsproces
hapert alsmede de economische situatie in dat land. De hoogopgeleiden verlaten het
land, een ware braindrain, wat blijft zijn de laagopgeleiden die de kar moeten trekken.
De werkeloosheid onder de jeugd is hoog 55%, (algemene werkloosheid is ca. 15,4% en
in sommige plattelandsgebieden ca 40%)
Bezoek aan Tunesië
Maandag 22 oktober
Gesprek met de Staatssecretaris voor migratie, de heer Adel Jarboui
In Tunesië is onlangs de nationale migratie strategie aangenomen. Er wordt op dit
moment goed samengewerkt met de EU-landen, er bestaan joint conventions met de EU-landen
onder meer in het kader van onderwijstrainingen en Tunesië wil ook graag samenwerken
met Nederland. Tunesië zit in een diepe economische crisis en heeft steun nodig van
Nederland. Radicale oplossingen zijn echter nodig, met name investeringen in jobs
voor jongeren zodat zij een toekomst opbouwen in Tunesië en niet meer naar EU gaan,
de reguliere migratie is de oplossing(zoals met Frankrijk en Duitsland) niet de irreguliere
migratie, die moet worden tegengegaan. Alleen al dit jaar zijn 200 mensensmokkelaars
opgepakt en door nieuwe regelgeving is de straf op mensensmokkel vastgesteld op 25
jaar. Er is een nieuw wetsvoorstel in de maak betreffende het asielbeleid. Er zijn
in Tunesië 1000 vluchtelingen met complexe medische en vaak ook psychische hulpvragen.
Ten aanzien van de vraag hoe de Staatssecretaris staat tegenover ontschepingsplatforms
wordt geantwoord dat Tunesië dat onwenselijk acht, zij willen niet dat Tunesië een
transitland wordt, de vraag is bovendien niet relevant noch voor Tunesië noch voor
Europa, wel voor de buurlanden (Libië en Algerije) van waaruit veel Afrikanen proberen
naar Europa te gaan.
Het dient geen doel schepen te laten aanmeren in Tunesië aangezien de mensen niet
in Tunesië willen verblijven maar naar Europa willen gaan!
Inzet moet zijn de Tunesische jongeren een eigen toekomst in Tunesië te geven met
uitzicht op banen, de schooluitval te verminderen dat is de manier migratie maar ook
radicalisering tegen te gaan.
Door betere economische samenwerking en duurzame investeringen in Tunesië tezamen
met een nieuwe asielwet en een nieuwe migratie strategie en betere handhaving moet
dit proces van illegale migratie aan banden worden gelegd en de regulier migratie
worden bevorderd.
Dit jaar zijn er 8000 migranten tegengehouden waarvan 80% Tunesiërs.
Hij hoopt van harte dat het VN migratiepact dat is uit onderhandeld, wordt ondertekend
dit najaar in Marrakesh.
Gesprek met Tunesische parlementariërs.
7 jaar geleden is de constitutionele assemblée tot stand gekomen met democratisch
gekozen parlementsleden, een jong parlement waar de democratische verworvenheden nog
moeten uitgewerkt. Zij moeten nog veel leren en dat gaat met vallen en opstaan. Hebben
de hulp van Nederland hierbij nodig temeer daar veel Noord-Afrikaanse landen kijken
hoe dit democratisch proces verloopt en zich verder ontwikkelt en hoe wij de wetgeving
incorporeren. Het Tunesische parlement bestaat uit 217 personen. Volgend jaar oktober
zijn er verkiezingen in Tunesië dat moet leiden tot een meerpartijenstelsel, een mozaïek
van grote en kleine partijen.
Ten aanzien van de Tunesische diaspora wordt opgemerkt dat er een belangrijke groep
Tunesiërs zich in Nederland bevindt die goed geïntegreerd is in de politieke partijen
in Nederland, 90% hiervan komt jaarlijks naar Tunesië. In 2018 zijn tot nu 6000 Tunesiërs
naar Europa gegaan, zij het dat nu meer gekozen wordt voor de golfstaten.
Ten aanzien van het migratiebeleid is het noodzakelijk dit Europees aan te pakken
en de irreguliere migratie via Libië te stoppen, het is een gevaarlijke route en gaat
veelal gepaard met omkoping, drugs en mensensmokkel. Campagnes zijn nodig teneinde
Tunesiërs te waarschuwen voor deze criminele organisaties en het leven hiervoor niet
de waagschaal te leggen! (vb vakantieleerkampen)
Wij willen de legale migratie stimuleren in die zin dat jongeren een opleiding volgen
in Europa en dan terugkeren naar Tunesië teneinde te investeren in de opbouw van het
land. Echter krijgen daarvoor geen steun vanuit Europa en blijft daardoor onderbelicht.
Wij willen graag gezamenlijke overeenkomsten/partnerschappen sluiten teneinde de Tunesische
jeugd op te leiden voor de Tunesische arbeidsmarkt met een educatie reform programma
met als doel de irreguliere migratie tegen te gaan.
De wettelijke basis voor de constitutionele invoering van het migratiebeleid is neergelegd
in artikel 26.
Tunesië grenst aan Libië een land met veel problemen, met een divers asielbeleid vanuit
Europa dat geen eenheid uitstraalt, het zijn veelal bilaterale overeenkomsten. Er
leven momenteel 1 miljoen Libiërs in Tunesië, kortom er is nog veel werk dat moet
worden verzet en daar hebben wij u steun hard bij nodig.
Werklunch met de Tunesische jongerenorganisaties
Deze organisaties brengen naar voren dat er een grote groep kwetsbare jongeren bestaat
die geen vertrouwen meer hebben in de overheid en haar instellingen en vooral niet
in de politie, dat staat gelijk met de duivel. Deze kwetsbare groep is ontvankelijk
voor terrorisme en geweld, hoewel zij de portée daarvan niet begrijpen. Ze worden
geronseld veelal onder valse voorwendselen om in Syrië te gaan vechten en radicaliseren
aldaar. De grootste ronselaars zitten in de gevangenissen.
Ten grondslag aan de HOGRA(ontevredenheid) liggen de geringe toekomstperspectieven,
lage geschooldheid, familieproblemen, huiselijk geweld, armoede etc etc.
Zij proberen in samenspraak met gemeenten trainingen en opleidingen te geven aan jongeren
en planningen te maken. Door middel van een geïntegreerde wijkaanpak proberen zij
het vertrouwen van de jeugd terug te winnen en daartoe zijn lokale commissies opgezet.
Zij hebben gevraagd aan de politie hierin te integreren teneinde het vertrouwen aan
de jeugd terug te geven.
De jeugd in nood heeft behoefte zich te kunnen uiten, daartoe zijn seminars, jeugdclubs
muziekclubs en sportclubs ed. nodig, maar die zijn er niet.
De nationale werkeloosheid is hoog (15,8%) waarvan 30% jongeren met een universiteitsgraad;
onofficieel bedraagt de werkeloosheid 52%
Het onderwijs is weliswaar gratis, maar van slechte kwaliteit en vaak hebben zij geen
geld voor boeken, ook is er verschil in kwaliteit tussen de publieke en private scholen.
De religieuze scholen bieden eenzijdig onderwijs en worden gefinancierd vanuit het
buitenland.
Met name IT-ers, technici, fysici chemici en paramedisch opgeleiden kunnen met een
toeristenvisa naar het buitenland, de overige proberen illegaal naar Europa te gaan
hoewel zij daar veelal geen toekomst hebben, toch prefereren zij dat boven een legaal
verblijf in Tunesië.
Observatoire nationale pour la migration
In april 2018 is een akkoord gesloten tussen Nederland en Tunesië voor samenwerking
aangaande migratie. Er zijn tussen de 8000 a 9.000 Tunesische migranten in Nederland.
30 april 2014 zijn wij per decreet als publiek orgaan door de regering ingesteld,
dit orgaan valt onder het Ministerie van SZW. Doel van dit orgaan is informatie te
verzamelen, analyses te maken, databases aan te leggen, trainingsprogramma’s te ontwikkelen,
regelmatig te publiceren en beleid te ontwikkelen ten aanzien van migratie. Wij voorzien
de regering van de juiste informatie zodat zij hierop hun beleid kunnen uitstippelen.
Wij beogen zowel een nationaal als internationaal informatiesysteem te ontwikkelen
gefinancierd door de Europese Unie. De nationale strategie inzake migratie moet leiden
tot een metamorfose en heeft een multidisciplinair principe, zowel om Tunesiërs in
het buitenland als allochtonen in Tunesië te helpen integreren op een wettelijke basis.
Zie het project Lemma met het ONM en Terre d’asiel Tunesie.
Een van de grote uitdagingen is de aanwezigheid van 1 miljoen Libiërs in Tunesië,
hoe hen te onderhouden, onderwijs en gezondheidszorg te bieden.
De klimaatverandering is voor Tunesiërs geen migratiegrond wel voor de sub-Sahara
landen.
Er zijn momenteel 82–85 Nederlandse bedrijven actief in Tunesië, dat is voor ons van
belang ter bevordering van de economische groei en het scheppen van banen. Er is wetgeving
in de maak teneinde de migratiestroom te reguleren, met behoud van free movement maar
wel met controle mechanismen en voorwaarden en security based.
De revolutie in Tunesië heeft veel hoogopgeleiden teleurgesteld en doen vertrekken
en de werkeloosheid is nog hoog want de arbeidsmarkt kon dat niet absorberen.
The French Office for Immigration and Integration (OFII)
Ieder jaar komen ca. 10.000 Tunesiërs naar Frankrijk, 7500 in het kader van familie,
2500 per jaar in het kader van gezinshereniging. Dit bureau zoekt voor 73 beroepen
mensen veelal in de technische en de IT-sector. In het kader van de arbeidsmigratie
mogen 3500 Tunesiërs naar Frankrijk komen, deze jonge professionals krijgen een training
van 3 maanden tot 2 jaar met de verplichting weer terug te keren naar Tunesië, de
realiteit is dat de helft niet terugkeert dan wel verdwijnt in de illegaliteit. Van
de jaarlijkse seizoenarbeiders keren wel 98% terug naar Tunesië.
De terugkeer en (sociaal en economisch) re-integratie in de Tunesische samenleving
is de achilleshiel van het migratiebeleid. De Europese Unie financiert via het Lemma
programma de re-integratie, de actieplannen en bijbehorende doelen die zijn gemaakt.
Het vereist wel dat de Tunesische overheid financieel verantwoordelijkheid neemt en
monitort en de instituties dezelfde procedures volgen, beter samenwerken, coördineren
en de informatie delen. Er bestaat geen nationaal programma voor terugkerende gezinnen.
Zij hebben geen woning, geen financiële steun noch medische zorg en onderwijs, gezien
de hoge werkeloosheid maakt dit het voor terugkeerders extra moeilijk. Toch vereist
dit een overheid die haar verantwoordelijkheid neemt ten aanzien van deze projecten
en die een proactieve rol daarin speelt en zich verantwoordelijk voelt.
Gesprek met Afrikaanse migranten
Uit het gesprek kwam naar voren dat deze migranten uit Congo, Ivoorkust en Centraal
Afrika allerlei problemen ondervinden als studenten. Vaak is een bepaalde termijn
aan de studie verbonden verloopt die, is ook de verblijfsvergunning verlopen en moet
een visum worden aangevraagd, hiervoor is geld nodig, je gaat werken maar de werkgever
kan niet uitbetalen als de papieren niet in orde zijn, een vicieuze cirkel waar niet
goed uit te komen is.
Het wordt migranten uit deze landen ontmoedigd in Tunesië te studeren en dan alleen
gedurende de studie daarna moeten zij terug naar hun land. Zij worden op meerdere
terreinen achtergesteld bij studenten uit de Maghreb-landen qua huisvesting, medische
zorg, adequate informatie,worden veel vaker door de politie gecontroleerd, krijgen
moeilijker een carte de séjour, etc.
Dinsdag 23 oktober
Werkontbijt bij de Italiaanse ambassadeur
In 2011 hebben Tunesië en Italië een contract getekend waarin Tunesië zich verplicht
in het kader van de reguliere migratie haar onderdanen terug te nemen. Er gaat veel
technische hulp van Italië naar Tunesië, in 2011 heeft Italië 12 patrouilleboten (6
zijn operationeel 6 niet wegens gebrek aan onderhoud en materieel) gegeven aan Tunesië
gezien de toename van de migratieboten richting Italië. Sommige internationale organisaties
exploiteren deze migratiestromen. Vanaf 2016 zien wij een toename van laag en hoogopgeleide
Tunesische migranten richting Italië tot 2 juni 2018 toen er 80 mensen verdronken
en de spanning toenam. Er is een heuse traffic-industrie ontstaan vanuit Tunesië om
via een 5 sterren transport migranten naar Italië te brengen. Italië investeert in
boten en het geven van technische steun aan Tunesië maar de EU moet meer doen.
We hebben 55 miljoen Euro nodig om surveypoints in Tunesië op te zetten en te ondersteunen
teneinde kleine boten te kunnen detecteren. Daarnaast zijn investeringen nodig die
ertoe moeten leiden dat er meer banen en welvaart komt en mensen blijven in Tunesië.
De kustwacht in Tunesië heeft versterking nodig. Wij hebben een Europese benadering
nodig. De electriciteitskabel tussen Italië en Tunesië vraagt om een investering van
600 miljoen Euro vanuit de EU, te winnen in Tunesië en de inkomsten te generen in
hernieuwbare energie.
Gezien de zwakke politieke en economische situatie in Tunesië blijven de investeringen
achter en kiezen Europese bedrijven ervoor te investeren in Marokko.
Er zijn drie soorten economie: de formele, de informele, de offshore en onshore economie.(deze
laatste twee werken niet goed samen).
Tunesië heeft het ontwikkelen van ontschepingscentra nog niet geaccepteerd, de EU
is hier aan zet. De komst van voormalige gevangenen naar Italië die onze centra kapot
maken en de infiltratie van criminele organisaties in het politieke leven in Italië
baart ons zorgen en vraagt om extra alertheid.
Bezoek aan het Duits-Tunesisch migratiecentrum
Het GIZ is een overheidsorgaan (ZBO) dat zich bezighoudt met legale migratie vanuit
Tunesië naar Duitsland, de re-integratie naar Tunesië en het creëren van banen in
Tunesië.
Ten aanzien van de arbeidsmigratie naar Duitsland kan worden opgemerkt dat Duitsland
deze legale migratie ondersteunt, in dat kader wordt intensief gezocht naar technisch
hoogopgeleiden en naar medisch personeel, zowel doctoren als verpleegsters.
Het GIZ begeleidt tezamen met civiele en lokale organisaties vanuit de Lander de re-integratie
naar Tunesië, veelal personen die gefaald, gefrustreerd, drugsverslaafd etc zijn,
dat zijn er 8 a 10 per dag en zij komen niet alleen vanuit Duitsland maar ook uit
andere EU-lidstaten.
Voor dit hele project is voor een periode van 4 jaar 3 miljoen Euro uitgetrokken en
moet als een pilotproject van publieke/private samenwerking worden gezien.
Op de vraag wat de incentives zijn van het Duitse beleid ten aanzien van Tunesië,
wordt geopperd dat zij migratie vorm willen geven op een rationele basis. De mismatch
tussen wat Tunesië te bieden heeft en wat Duitsland nodig heeft, vullen zij in met
de hulp van GIZ en met private bedrijven.
Lunch met het IOM en UNHCR
Na de revolutie is er een ware migratiestroom ontstaan, daarbij heeft de massale stroom
migranten uit Libië vanaf 2011 het er niet gemakkelijker opgemaakt, voor veel ongedocumenteerden
is het moeilijk om een verblijfsvergunning te krijgen (is duur en als je wordt aangehouden
moet je boetes betalen) en mensensmokkelaars hebben genoeg vraag om hen per boot over
te zetten. Mede door de economische en sociale discriminatie en de lage salarissen
wagen zij de oversteek naar Italië. In 2017 waren dat er 6800 en in 2018 4000 hoewel
het aantal afneemt wordt het merendeel tegengehouden en teruggestuurd omdat zij wegens
economische redenen naar Italië komen. Er zijn 1,3 miljoen Tunesiërs in het buitenland
en Tunesië wordt gezien als een hub naar Europa.
Op de vraag wat de verwachtingen zijn ten aanzien van de ontschepingscentra wordt
aangegeven dat Tunesië daar niet positief tegenover staat.
Het is een verlangen van de Europese Unie de migrantenstroom gekanaliseerd te krijgen
maar hiervoor is de steun van de Tunesische overheid onontbeerlijk.
Tunesië staat voor veel uitdagingen, het migratiebeleid is fragiel, er zijn 110.000
geregistreerde vluchtelingen, zij moeten zorgen voor tijdelijke verblijfs- en werkvergunningen,
moeten dat monitoren en steunen hiervoor onder andere op de IOM en UNHCR. Tunesië
heeft echter zelf te weinig financiële en menskracht om dit goed uit te voeren. Daarnaast
leeft de angst dat Tunesië een soort hub wordt, net als Libië, richting Italië.
Bezoek aan Fides
Fides merkt op dat we oog moeten hebben voor de gevolgen van de ontkenning van het
natuurrecht van een vrije circulatie van personen. Ngo’s waren voor 2011 illegaal
na 2011 zijn zij gelegaliseerd. Zij bestrijken onderwerpen als migratie, opvang en
begeleiding, ontwikkelen van sociale projecten, omgevingsaspecten etc.
Als gevolg van de revolutie zijn veel Tunesiërs vertrokken vanuit Libië richting Europa,
maar de migratie is nu veranderd het zijn niet alleen de hoogopgeleiden die Tunesië
verlaten en voor een braindrain zorgen maar ook de jongeren onder de 18 jaar. Zij
zien geen toekomst in hun land meer en zijn wanhopig en in die mate dat ze met gammele
rubberbootjes via een risicovolle weg de overtocht wagen.
De nationale instituties zijn stil blijven staan, er is persvrijheid er zijn transparante
verkiezingen geweest een meervoudig partijenstelsel maar de Tunesische overheid is
zich onvoldoende bewust wat de grote werkeloosheid onder de jeugd, de armoede en uitzichtloze
situatie en de financiële problemen daarbij, de opkomst van de parallelle economie
met een toegenomen corruptie en stijgende zelfmoordaantallen te weeg kan brengen.
Het kan er toe leiden dat dit prille democratiseringsproces de kop om wordt gedraaid
en een terugkeer naar een dictatuur ligt dan op de loer. De overheid zal rekening
moeten gaan houden met de wensen en noden van de jeugd teneinde extremisme een halt
toe te roepen. De privaat/publieke sector moet beter gaan samenwerken. De overheid
heeft een aanmoediging hierbij nodig. Er zijn dagelijks vreedzame protesten in verschillende
delen van het land op terreinen als werkgelegenheid, infrastructuur, zorg, opleiding
en water. De jeugd voelt niet dat er naar hen geluisterd wordt, dat ze gehoord worden,
een goede communicatie vanuit de overheid is hierbij nodig en een lange termijn visie.
De jongeren zijn niet gewend over politiek te praten en zich daarvoor in te zetten,
daar is geen traditie in.
Migratie stopt niet, migranten blijven komen en grenzen helpen daarbij niet, we moeten
hen bewust maken wat de gevolgen zijn.
In Tunesië is sprake van vrije handel, er vinden onderhandelingen plaats ten aanzien
van marktwerking en op het gebied van de landbouw met de Europese Unie maar niet over
migratie. De Europese Unie heeft belang bij een stabiel Tunesië en de aanpassing van
moslims in de EU-lidstaten.
De antidiscriminatiewet is inmiddels aangenomen door het Tunesisch parlement en een
voorbeeld voor de andere Afrikaanse landen.
Bezoek aan het Mercy Corps over het migratieonderzoek
Mercy Corps is bezig met een studie over migratie in Tunesië. Dit onderzoek wordt
gefinancierd door Nederland en Zweden. Hiertoe zijn 112 personen met een migratieachtergrond
geïnterviewd komende uit de landen van de Ivoorkust, Mali, Congo en Kameroen Ten tijde
van ons bezoek was Output 1 klaar maar output 2 nog niet en is daarom niet meegenomen.
Output 1 gaat over Tunesië als bestemmingsland en transitland.
De redenen dat migranten uit de Sub-Saharalanden naar Tunesië komen is de complexe
wisselwerking van waargenomen ongelijkheid, politieke instabiliteit, gebrek aan veiligheid,
gebrekkige onderwijsmogelijkheden en de lage infrastructurele ontwikkelingen in de
herkomstlanden.
Het juridisch- en het beleidskader van Tunesië vormt echter beperkingen voor migranten
uit de sub-Sahara landen om legaal in Tunesië te kunnen verblijven. De onmogelijkheid
een reguliere situatie te bereiken gecombineerd met toegestane straffen zijn factoren
die verdere onregelmatige bewegingen kunnen voortbrengen.
Tunesië kan nog niet gezien worden als een transit-hub voor migratie naar Europa als
gevolg van een her routering vanuit Libië.
Output 2 over Tunesië als vertrekland en terugkeerland.(moet nog verschijnen)
Training van de KMAR
De KMAR is zes jaar geleden begonnen met het geven van opleidingscursussen, zij zijn
gestart in Libanon daarna in Cyprus, Malta en nu Tunesië. Op dit moment zijn 64 personen
opgeleid waarvan 24 met een advanced traineechip.
De opleiding wordt gegeven aan een achttal organisaties te weten: de douane, de nationale
paspoort service, de national crime investigation agency, de militaire politie, de
forensische laboratoria, de veiligheidsdiensten van de luchthavens, de zeehavens en
de grenspolitie. Er zijn dagelijks 7 vluchten vanuit de Afrikaanse landen.
In Nederland bestaan 20 verschillende documenten qua paspoort en er zijn 4000 verschillende
officiële documenten wereldwijd. Wij trainen hen de meest voorkomende vervalsingen
in paspoorten en andere officiële documenten waaronder morphing (daarbij wordt van
2 afbeeldingen van 2 verschillende personen 1 foto gemaakt) te leren detecteren.
Bezoek aan Libië
Algemeen
Na de val van Ghadaffi in 2011 en de daarop volgende revolutie zijn er in 2012 verkiezingen
gehouden. Met als gevolg dat er naast het in het westen zittende parlement (dat niet
werd erkend) er ook een nieuw parlement kwam dat verhuisde naar het oosten van het
land. Beide parlementen vormden een regering, een in het westen en een in het oosten.
Het Libisch politieke akkoord ondervond veel weerstand, wel werd het 4stappenplan
aanvaard en werd de nieuwe Grondwet uit onderhandeld. Vervolgens zou via een referendum
de Grondwet moeten worden aanvaard, echter hier werd men het niet over eens.
Er zijn met de verschillende bloedgroepen meerdere bijeenkomsten georganiseerd waarbij
door de 2 parlementen strategisch werd onderhandeld maar dat bracht geen overeenstemming
(de verdeel en heers politiek werd toegepast).
De voor 10 december 2018 geplande verkiezingen zijn vooralsnog weer van de baan.
Nu wordt ingezet op het smeden van eenheid ten aanzien van de veiligheidsdiensten.
De bestaande milities maken de dienst uit en zijn rijk geworden door de handel in
allerlei smokkelwaar, het land heeft behoefte aan structuur en economische hervormingen.
Er is in Libië geen centrale Bank, er is aan het IMF een audit gevraagd teneinde de
inkomsten en uitgaven van het land in kaart te brengen. Nederland zet in op het terugdringen
van de illegale migratie, het controleren wat er in en uit gaat, het bevorderen van
de stabiliteit en het bouwen aan het vredesproces. Ter ondersteuning hiervan organiseert
Nederland politietrainingen, werken samen in projecten op het terrein van justitie,
het opleiden van mensen ten behoeve van de kustwacht (Sofia) en het ondersteunen van
de operationaliteit.
Er zijn in Libië 2 open centra van het IOM en 1 open centrum van de UNHCR.
Het IOM heeft in 2017 20.000 en in 2018 13.000 migranten in het kader van de vrijwillige
terugkeer teruggebracht. UNHCR is in afwachting van toestemming het Gathering Departure
Center (GDC) te mogen openen ten behoeve van erkende vluchtelingen. (die is inmiddels
geopend)
De invloed van de Libische regering is beperkt tot rondom Tripoli en steunt op de
bescherming van de bewapende milities. Deze milities verdienen hun geld met handel
in en smokkel van drugs, olie, mensen en materieel. De tactiek van verdeel en heers
is hier geldend en deze milities hebben niet de intentie de regering te laten bepalen
wat er gebeurt.
Naftar: een strategische warlord, tevens generaal en anti-moslimbroeder hij oefent
in het oosten van het land het gezag uit en wil zijn macht in het zuiden uitbreiden.
Niger is de nieuwe buitengrens van de EU, de EU wil de stroom migranten afremmen.
Niger is een cruciaal transitland en relatief stabiel maar wel straatarm.
Agadezis (of Agadez?) is daarbij de draaischijf van de migratie. De EU probeert de
inkomstenbron uit mensensmokkel om te draaien door het doen van investeringen en in
zakelijke alternatieven voor Niger.
Woensdag 24 oktober
Gesprek met de Libische staatsecretaris voor Binnenlandse Zaken en Migratie
Bij aankomst in Tripoli heeft een ontmoeting plaatsgevonden met de Staatssecretaris
voor Binnenlandse zaken en migratie, de heer Al-Shibani op zijn ministerie.
De Staatssecretaris licht de huidige situatie toe in het kader van de migratiesituatie
in zijn land.
Hij bedankt Nederland voor de financiële steun en opleiding van de Libische kustwacht.
Van de 32 detentiecentra zijn er nu nog 27 open, in totaal zitten er 8.200 migranten
in deze centra. Deze centra zijn gesloten en niet toegankelijk voor de hulporganisaties,
open centra zijn tegen de wet. Wel wil de Libische regering meer beweging en faciliteiten
in de centra mogelijk maken. De Libische regering wil het aantal centra verminderen
en de controle erop verhogen en verbeteren. Echter de omstandigheden zijn complex
en de diffuse politieke situatie maakt het moeilijk Wij werken aan het versterken
van de Libische rechtsstaat en werken graag samen met de NGO’s.
Het IOM doet goed werk door op vrijwillige basis de migratieproblematiek aan te pakken
en migranten te helpen bij de vrijwillige terugkeer naar hun land. Zo zijn er in 2017
17.000 migranten teruggegaan naar hun land van herkomst en voor 2018 tot dusver 22.000
migranten.
Het Gathering Departure Center (GDC) van de UNHCR is nog niet open en wacht op een
besluit van de Libische regering De regering wil voorkomen dat dit centrum een aanzuigende
werking gaat krijgen. Als een derde land de vluchteling niet opneemt zit Libië daarmee
en dit moet worden uitgewerkt. Over de positie van vrouwen, kinderen en ouderen vindt
overleg plaats met het IOM en de UNHCR om voor deze kwetsbare groepen een apart detentiecentrum
in te richten. Zij worden nu ook al gescheiden in de verschillende centra.
Wij zijn blij met de internationale samenwerking en hulp in het kader van de samenwerking
om migratie vanuit het zuiden richting Libië tegen te gaan, er vindt strategisch overleg
plaats met de transitlanden in een poging de migranten in hun eigen land te helpen
hun levenstandaard te verbeteren zodat zij niet die lange en gevaarlijke tocht hoeven
te maken met hindernissen die dat met zich meebrengt.
Wij zijn blij met uw komst en aandacht voor de migratieproblematiek, de levensomstandigheden
van de Libiërs staan al onder druk er zijn veel tekorten op velerlei terreinen en
de 500.000 migranten maken het er niet makkelijker op.
Gesprek met Artsen zonder grenzen, het Internationale medisch Corps en de Deense vluchtelingenraad.
In Tripoli zijn er 2 medische servicecentra, waar de migranten (of zij nu vluchteling
of asielzoeker zijn) medische hulp krijgen en voorzien wordt in hun primaire levensbehoeften.
Over het land verspreid zijn er medische teams die op verschillende plaatsen in het
land medische hulp bieden. Er zijn 164 nationale stafleden waarvan 10 fulltime in
Tripoli.
Aangezien migranten niet worden geaccepteerd in de ziekenhuizen (zeker niet als het
om operaties gaat of ingewikkelde dure behandelingen) zijn zij aangewezen op de hulp
die deze medische servicecentra bieden. De UNHCR steunt dit financieel in geval van
besmettingen zoals TBC en Scabi.
De inzet is meer centra en klinieken te kunnen openen teneinde de psychische en fysieke
klachten van de migranten te kunnen behandelen.
De Libische regering kijkt vooral naar de doelen teneinde migratie af te remmen en
is onvoldoende bezig met de slachtoffers van de migratie.
Het IOM en de UNHCR helpen bij repatriëring maar ook het GDC is een stepping stone
voor repatriëring en leidt tot betere leefomstandigheden maar is niet de oplossing
voor het probleem. Ook het short return center in Niger is nog niet operationeel.
De detentiecentra worden gecontroleerd door de milities en niet door de overheid.
Mede hierdoor blijft de corruptie in stand, een militie vaart uit, de andere militie
vangt ze op en krijgen beide daarvoor betaald en zo gaat het geld in cirkels rond.
De mensen in deze detentiecentra gaan in en uit (ontvangen geld) de muren zijn als
het ware poreus en ook de criminelen verdienen hieraan en worden niet bestraft.
Wat is de prijs die wordt betaald voor afschrikking en het terugduwen van de migranten
naar Libië? Het vraagt om awareness in de bronlanden, een lange termijn oplossing
met controlemechanismen en het bestaan van een Libische staat met instituties en een
voldragen onafhankelijk rechtssysteem.
Gesprek met de Italiaanse attachée (zaakgelastigde)
De Italiaanse zaakgelastigde schetst het majeure probleem van de migratie in Libië
met destabiliserende gevolgen voor Europa, door de messenhandel en bijkomende criminaliteit.
Om de mensensmokkel aan te pakken is een versterking van de maritieme politie en de
zuidelijke grenzen van groot belang. Met name de zuidelijke grens van Libië is zwak
en poreus en de lokale gemeenschap is hierbij gebaat want zij verdienen aan de crossborder
en lack of control!
De controle op de detentiecentra moet worden gereguleerd, er vindt nu veel mensenhandel
en prostitutie plaats door managers van deze centra waardoor migranten niet veilig
zijn.
Oogmerk moet zijn deze centra te verminderen en te monitoren. Voorts moeten het IOM
en de UNHCR worden gefaciliteerd in transferring (of: bij het overbrengen van) deze
migranten naar 3de veilige landen.
Italië heeft inmiddels 330 vluchtelingen die kwetsbaar zijn per vliegtuig naar Italië
laten komen en de 4de vlucht komt eraan.
Er wordt hard aan gewerkt het GDC als een open centrum voor kwetsbaren geopend te
krijgen, er is in beginsel plaats voor 1000 personen, echter de Libische regering
wil dit zelf managen en wil vooralsnog geen visa afgeven. Voorts zijn zij bang dat
dit centrum een aanzuigende werking zal hebben.
Donderdag 25 oktober
Bezoek aan het Abu Sittah ontschepingsplatform
Wanneer migranten door de Libische kustwacht worden opgepikt en naar een van de vele
ontschepingsplatforms worden gebracht zorgen organisaties als de UNHCR ervoor dat
zij de eerste medische hulp kunnen verlenen en dat zij worden geregistreerd zodat
zij in ieder geval geïdentificeerd zijn voordat ze overgeplaatst worden naar de detentiecentra.
Bezoek aan de Libische kustwacht
De Libische kustwacht dankt Nederland voor het geven van trainingen en voor de financiële
support bij de opleiding (met het Schip de Rotterdam) aan de kustwacht. Mede dankzij
deze steun en opleiding zijn 12.000 migranten gered uit zee en zijn er inmiddels 11
ontschepingscentra opgericht met medische en sanitaire faciliteiten voor het bieden
van de 1ste hulp bij opvang. Voorts werken zij ook goed samen met de Italianen bij het redden
en opvangen van migranten. Dit jaar zijn al 3 vluchten met vluchtelingen naar Italië
uitgevoerd en een vierde vlucht komt eraan.
De IOM en UNHCR ondersteunen de Libische kustwacht bij dit werk en voorzien ons van
de nodige spullen.
De Libische kustwacht heeft echter nadrukkelijk behoefte aan steun voor het onderhoud
van de boten, losse onderdelen, technische ondersteuning en registratiefaciliteiten,
communicatie devices, en support bij het uitdiepen van de haven. De smokkelaars maken
gebruik van allerlei middelen zoals wapens en raketten waar de Libische kustwacht
niet tegen bestand is aangezien zij geen wapens aan boord mogen hebben. Zij dragen
wel persoonlijke wapens.
Inmiddels is de situatie verbeterd en wordt er beter samengewerkt. De Libische kustwacht
bewaakt nu de hele kust ter grootte van 2.000 km. Het aantal oversteken is met 70%
gedaald richting Italië en verplaatst zich nu meer en meer naar Tunesië en Marokko.
Ook worden de migranten eerder en dichter bij de kust opgepakt. Dit heeft te maken
met de verbeterde controle en de slechte staat van de rubberbootjes waardoor de migranten
steeds dichter bij de kust in de problemen komen. In 2016 zijn 40.000 mensen gered,
in 2017 22.000 en in 2018 12.000.Het nadeel van camera’s op boten van de Libische
kustwacht, teneinde de reddingsoperaties te monitoren, is dat zij veelal in een kwaad
daglicht worden gesteld doordat ngo’s foute beelden van ons verspreidden. De migranten
zien deze reddingsoperaties sowieso als iets negatiefs.
De heer Al-Bija, voormalig kapitein van de Libische kustwacht, is geschorst en op
dit moment loopt een onderzoek naar hem, hij wordt verdacht van het smokkelen van
mensen.
Inmiddels zijn op de boten en de ontschepingscentra wel camera’s geplaatst.
Bezoek aan het Tajoura detentiecentrum
Dit centrum biedt ruimte aan 3000 personen, op dit moment zitten er 510 migranten
in het centrum, waaronder 58 vrouwen, 20 kinderen en de rest mannen. De mannen zijn
gescheiden van de vrouwen en kinderen. Er zijn 71 stafmedewerkers ter ondersteuning.
Qua nationaliteiten komen de meesten uit Soedan 172 mannen, 6 vrouwen en 2 kinderen;
uit Zuid-Soedan:10 mannen, uit Eritrea 145 mannen, 27 vrouwen en 8 kinderen; Ethiopië:
50 mannen en 1 vrouw; Somalië: 61 mannen, 58 vrouwen en 6 kinderen; Syrië 1 man en
Jemen 3 mannen.
In de Libische detentiecentra zitten ca. 8.000 vluchtelingen en migranten volgens
de regering, het is echter niet uitgesloten dat er onder de radar nog meer in handen
zijn milities.
De enige weg naar buiten voor hen is via omkoping.
Er zijn echter achterstanden in de aanvragen, de procedures verlopen traag en stroperig,
de ngo’s krijgen moeilijk tot geen toegang er is gebrek aan van alles, er zijn geen
faciliteiten anders dan een dak boven hun hoofd een matras op de grond en een deken,
geen mogelijkheid tot luchten/buiten te verblijven; zij zitten hele dagen binnen er
is niks te doen er zijn geen sport of onderwijsfaciliteiten noch boeken. Zij zijn
er maar beperkt veilig want degenen die hen moeten beschermen maken tegelijkertijd
ook misbruik van de situatie van gevangenschap van deze migranten. Velen zitten al
maanden vast zonder papieren!
Gesprek met leden van het Libische Parlement
Het Libische huis van afgevaardigden is niet gebaseerd op politieke partijen maar
op lokale gemeenschappen van waaruit zij zijn gekozen, het parlement bestaat uit 172
leden.
Bijeenkomsten zijn, gezien de instabiele situatie, moeilijk te beleggen en daarom
werken zij vooral vanuit de gemeenten. De leden hebben ook geen ondersteuning. Er
is geen Grondwet.
Libië heeft 6 miljoen inwoners, 1 parlementslid vertegenwoordigt ca.30.000 mensen.
Februari 2018 is besloten tot het houden van zowel presidentiele als parlementsverkiezingen
eind van het jaar, het is echter onduidelijk of dit doorgang zal vinden alsmede het
referendum over de Grondwet.
De internationale organisaties hebben geïntervenieerd in Libië in de tijd van Khadaffi
daarna lieten ze het land aan hun lot over met een enorm wapenarsenaal dat als snel
in handen kwam van milities, IS en criminele groepen.
Als wij in Libië onze situatie vergelijken met Turkije dan is het duidelijk dat wij
geen geld krijgen om onze grenzen te beschermen, de migranten op te vangen en te verzorgen
en dat terwijl het in meerderheid economische migranten betreft die maar een ding
willen en dat is naar EU gaan. Deze problematiek dient een gedeelde problematiek te
zijn en dus ook financieel ondersteund te worden vanuit de EU.
Bezoek gebracht aan een Hangaar op Mitiga airport
Het IOM begeleidt op reguliere basis migranten die op vrijwillige basis terugkeren
naar hun land van herkomst.
Sommige migranten komen terug naar Libië om hier te werken en hebben daartoe een pasje
zodat ze heen en weer kunnen reizen. Zij ondersteunen met hun werk de Libische autoriteiten.
Bezoek gebracht aan het Gathering and Departure Facility(GDF) Center van de UNHCR
De UNHCR heeft de conventie inzake migratie wel getekend maar die conventie is nog
niet door de Libische autoriteiten erkend, de veiligheidssituatie is kwetsbaar en
dat geldt ook voor internationale staf, waarvan velen nog geen visa hebben.
De 56.000 vluchtelingen komen vnl. uit de landen: Somalië, Eritrea, Irak, Pakistan,
Jemen, Zuid-Soedan en Mali.
De dreiging van IS wordt als reden genoemd waarom dit centrum nog niet open mag maar
verwacht wordt dat dit binnen afzienbare tijd wel gaat gebeuren.
De opening van dit GDF centrum zou een humanitaire stap zijn in de verbetering van
de leefomstandigheden van migranten die nu opgesloten zitten in de detentiecentra.
De voorzitter van de delegatie, Azmani
De griffier van de delegatie, Tielens-Tripels
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Azmani, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
P.F.L.M. Tielens-Tripels, adjunct-griffier