Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kerstens over het bericht dat de monitoring eigen bijdrage Wmo tekort schiet
Vragen van het lid Kerstens (PvdA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat de monitoring eigen bijdrage Wmo tekort schiet (ingezonden 7 februari 2019).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 25 februari
2019).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het artikel «Monitor eigen bijdrage Wmo schiet tekort»?1
Antwoord 1
Ja
Vraag 2
Bent u het eens met de geponeerde stelling dat de met de invoering van het abonnementstarief
in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) gepaard gaande derving rondom de algemene
bijdragen voor algemene respectievelijk maatwerkvoorzieningen een (belangrijke) extra
kostenpost voor gemeenten is?
Antwoord 2
Het is juist dat de invoering van het abonnementstarief leidt tot lagere inkomsten
voor gemeenten. De derving van eigen bijdragen van algemene en maatwerkvoorzieningen
is onderdeel van de totale, door het CPB naar huidig inzicht, geraamde kosten van
de invoering van het abonnementstarief. Gemeenten zijn voor deze kosten gecompenseerd.
Vraag 3
Bent u het eens met de geponeerde stelling dat de hierboven onder vraag 2 genoemde
derving door u «veel te laag (is) ingeschat», mogelijk (zoals wordt gesteld) met betrekking
tot de derving rondom de eigen bijdrage voor algemene voorzieningen zelfs met een
factor tien?
Antwoord 3
Er zijn geen landelijke cijfers beschikbaar over de mate waarin door gemeenten nu
een eigen bijdrage voor algemene voorzieningen wordt gevraagd. Ten behoeve van de
raming van het abonnementstarief is daarom door het CPB een inschatting gemaakt van
de derving van de eigen bijdrage voor algemene voorzieningen. Ik heb op dit moment
geen aanleiding om te veronderstellen dat de gebruikte aannames onjuist zijn. Wel
vind ik het van belang om de meer precieze effecten van de introductie van het abonnementstarief
in de praktijk nauwlettend te volgen via een monitor. Zoals ik uw Kamer in mijn brief
van 19 december 20182 heb laten weten ben ik met de VNG een opzet voor deze monitor overeengekomen. Met
deze monitor zullen de verschillende effecten van de invoering van het abonnementstarief
in beeld worden gebracht. Ik hecht er aan te benoemen dat de opzet van deze monitor
door een onafhankelijk onderzoeksbureau is uitgewerkt en dat daarbij de input van
gemeenten, VNG en cliëntenorganisaties is meegenomen. In het bestuurlijk overleg met
de VNG van 21 november 2018 is de opzet van deze monitor vastgesteld.
Vraag 4, 5
Wat vindt u van de in bedoeld artikel geponeerde stelling dat een betere inschatting
van de derving rondom de eigen bijdrage voor maatwerkvoorzieningen bekend is bij het
CAK? Waarom bent u niet van de daar bekende gegevens uitgegaan?
Wat vindt u van de geponeerde stelling dat om een volledig en correct beeld te krijgen
van de gevolgen (voor gemeenten) van de invoering van het abonnementstarief in de
Wmo de financiële effecten van de hierboven bedoelde derving anders dienen te worden
meegenomen? Bent u bereid dat alsnog te doen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4, 5
Bij de raming van de derving van de eigen bijdrage voor maatwerkvoorzieningen is door
het CPB uitgegaan van de bij het CAK beschikbare gegevens. Het CAK berekent en int
de eigen bijdrage Wmo voor de maatwerkvoorzieningen. De opbrengsten van de Wmo 2015
heeft het CAK vervolgens afgezet tegen de opbrengsten van het abonnementstarief. Het
CPB heeft in zijn publicatie van 1 juni 20183 ook gebruik gemaakt van deze gegevens van het CAK. De suggestie in het artikel dat
niet is uitgegaan van CAK-cijfers is dan ook feitelijk onjuist.
Vraag 6
Kloppen de het artikel genoemde berekening en de daaruit voortvloeiende (door u niet
gecompenseerde) extra kosten van invoering van het abonnementstarief voor de gemeente
Ede? Zo nee, van welke foute aannames is volgens u dan sprake?
Antwoord 6
Op basis van het artikel kan ik de berekeningen van de gemeente Ede niet exact beoordelen.
Wel is uit contact met de gemeente gebleken dat bij de door de gemeente gemaakte berekeningen
ten aanzien van de compensatie enkel is uitgegaan van de toevoeging aan het gemeentefonds
van structureel € 145 mln., er is geen rekening gehouden met de afspraken die zijn
gemaakt in het kader van het Interbestuurlijke Programma (IBP) en het accres van het
gemeentefonds.
Gemeenten zijn volledig gecompenseerd voor de, naar huidig inzicht, geraamde kosten
van het abonnementstarief. De kosten van de maatregel zijn door het CPB ten tijde
van het Regeerakkoord geraamd op structureel € 290 mln. Op basis van het Regeerakkoord
is structureel € 145 mln. toegevoegd aan het Gemeentefonds. Voor het overige deel
zijn, in het kader van Interbestuurlijke Programma (IBP) en het accres van het gemeentefonds,
afspraken gemaakt. Inmiddels heeft het CPB een aangepaste raming van het abonnementstarief
gepubliceerd, waarbij de totale kosten worden geschat op € 190 mln. Daarnaast is,
zoals toegelicht bij vraag 4 en 5, de aanname dat bij de raming van het CPB geen gebruik
is gemaakt van CAK- cijfers, feitelijk onjuist.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.