Schriftelijke vragen : De zesvoudige prijsstijging van kankermedicijn veroorzaakt door Novartis
Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de Minister voor Medische Zorg over de zesvoudige prijsstijging van kankermedicijn veroorzaakt door Novartis (ingezonden 10 januari 2019).
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht «Farmaceut vraagt zesvoudige voor kankermedicijn»?1
Vraag 2
Wat verklaart volgens u de grote prijsstijging van lutetium-octreotaat?
Vraag 3
Kunt u reageren op de volgende uitspraak van zorgverzekeraar CZ: «We hebben sterk
het gevoel dat er misbruik wordt gemaakt van de mogelijkheden om de prijs op te drijven.»?
Vraag 4
Kunt u reageren op de volgende uitspraak van zorgverzekeraar VGZ: «Dat kankerpatiënten
geen toegang hebben tot een geneesmiddel dat ontwikkeld is door het ziekenhuis zelf,
maar onbetaalbaar wordt door tussenkomst van een farmaceut die niets aan die ontwikkeling
heeft bijgedragen. Het is pervers.»?
Vraag 5
Wat is uw reactie op het feit dat de farmaceut niet alleen het medicijn, maar ook
de grondstofleverancier heeft opgekocht?
Vraag 6
Zijn er bij u andere gevallen bekend van farmaceuten die naast een medicijn ook de
grondstofleverancier hebben ingelijfd en wat waren daar de gevolgen van?
Vraag 7
Hoe kan het dat het Erasmus MC 16.000 euro voor een kuur vraagt, Novartis voor dezelfde
kuur 90.000 euro, en deze laatste, die zowel het medicijn als de erkende grondstofleverancier
opgekocht heeft, beweert dat er geen grote prijsverhoging komt?
Vraag 8
Kunt u garanderen dat ziekenhuizen het middel kunnen blijven maken, ook al is niet
met zekerheid te zeggen voor hoelang en tegen welke prijs het Novartis, dat de grondstofleverancier
heeft opgekocht, de grondstoffen zal blijven leveren?
Vraag 9
Welke gevolgen voorziet u voor de toegankelijkheid van medicijnen voor patiënten met
andere kankersoorten, aangezien de behandelwijze van dit medicijn op het punt staat
nieuwe medische toepassingen te krijgen voor andere kankersoorten? Kunt u zeggen om
welke kankersoorten het gaat?2
Vraag 10
Hoe gaat u ervoor zorgen dat patiënten die dit middel nodig hebben, toegang behouden
en verkrijgen, ondanks deze recente ontwikkelingen? Welke wettelijke mogelijkheden
heeft u of dienen er te komen om dit mogelijk te maken?
Vraag 11
Hoe beoordeelt u de handelwijze van dokter Krenning die grote belangen had in de Rotterdamse
EMC startup Biosynthema en deze onder persoonlijk zeer lucratieve voorwaarden heeft
verkocht? Hoeveel heeft hij daar concreet mee verdiend of gaat hij daarmee nog verdienen?
Is dit niet onethisch aangezien hier geprofiteerd wordt van publiek onderzoek voor
private financiële baten?
Vraag 12
Hoe gaat u voorkomen dat het in de toekomst nog kan voorvallen dat startups uit de
academische medische wereld die belangwekkende medicijnen ontwikkelen met behulp van
publiek menselijk en financieel kapitaal worden verkocht waarbij de winsten in private
zakken verdwijnen?
Vraag 13
Wat vindt u van het idee om een artsen- en onderzoekerscode vast te stellen in de
academische medische wereld die het onmogelijk maakt dat artsen en onderzoekers persoonlijk
financieel gewin halen uit startups die academische medische centra opzetten? Kunt
u uw standpunt nader toelichten?
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Ploumen (PvdA),
ingezonden 10 januari 2019 (vraagnummer 2019Z00194)
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.P.J. van Gerven, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.