Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van Ojik en Verhoeven over de artikel 7-procedure
Vragen van de leden Van Ojik (GroenLinks) en Verhoeven (D66) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de artikel 7-procedure (ingezonden 21 december 2018).
Antwoord van Minister Blok (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 10 januari 2019).
         
Vraag 1
            
Heeft u kennisgenomen van het bericht dat andere lidstaten de start van de artikel
               7-procedure traineren?1
Antwoord 1
            
Ja.
Vraag 2
            
Deelt u onze mening dat, mede gezien de recente ontwikkelingen rondom het sluiten
               van de Central European University in Boedapest, het instellen van een nieuwe wet
               waarmee de Minister van Justitie direct rechters kan aanstellen voor overheidskwesties
               en protesten tegen een nieuwe «slavenwet» van Orban2, het van groot belang is dat de Raad de artikel 7-procedure uitvoert? Zo nee, waarom
               niet?
            
Antwoord 2
            
Het kabinet deelt de mening dat de Raad verder vervolg dient te geven aan de resolutie
               waarmee het Europees parlement (EP) de artikel 7-procedure initieerde. De zorgen rondom
               de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en de academische vrijheid in Hongarije
               maken onderdeel uit van het met redenen omklede voorstel waarmee het EP de artikel
               7-procedure op 12 september jl. inleidde. De zgn. «slavenwet» maakt geen onderdeel
               uit van het betreffende voorstel, en is derhalve formeel geen onderwerp van de artikel
               7-procedure in de Raad.
            
Vraag 3, 4, 5, 6
            
Kunt u toelichten waarom het mogelijk is dat na een besluit van het Europees parlement,
               waarin met tweederde meerderheid is ingestemd over het starten van een artikel 7-procedure
               jegens Hongarije, verschillende lidstaten dit proces traineren? Bent u van mening
               dat de gehele Raad de artikel 7-procedure naar aanleiding van de stemming over het
               rapport Sargentini moet voortzetten met een hoorzitting met Hongarije? Zo nee, waarom
               niet?
            
Welke lidstaten blokkeren het voortzetten van de artikel 7-procedure? Welke gelijkgezinden
               steunen het starten van de artikel 7-procedure in de Raad? Kunt u toelichten of er
               meer duidelijkheid is over de precieze inrichting van de artikel 7-procedure?
            
Wanneer er allereerst gestart zal worden met een hoorzitting, op welke onderwerpen
               zal dan worden ingegaan? Wie zijn er van de zijde van Hongarije vertegenwoordigd in
               deze hoorzittingen? Kunt u toelichten of Hongarije vooralsnog bereid is mee te werken
               aan deze hoorzittingen?
            
Wat is wat u betreft de uiterste deadline voor het instellen van een eerste hoorzitting
               tussen de Raad en Hongarije? Welke consequenties heeft het uitblijven van hoorzittingen
               tussen de Raad en Hongarije, volgens u?
            
Antwoord 3, 4, 5, 6
            
Na aanname van de bovengenoemde resolutie van het EP is het aan de Raad om hieraan
               verder vervolg te geven met als eerste stap het horen van de betrokken lidstaat. Artikel
               7(1) VEU geeft hiervoor geen precieze tijdslijn of deadline. Om te komen tot een eerste
               hoorzitting, dient het Voorzitterschap een procedurevoorstel aan de Raad te doen,
               dat vervolgens op een meerderheid van de lidstaten zal moeten kunnen rekenen. Samen
               met andere lidstaten heeft Nederland tijdens de afgelopen Raad Algemene Zaken van
               11 december jl. benadrukt dat met de voorbereidingen voor een eerste hoorzitting van
               de Raad met Hongarije begonnen zou moeten worden, waarbij het een optie is om de verschillende
               thematische onderwerpen uit de EP-resolutie over een aantal hoorzittingen te verdelen.
               Het kabinet kan vanwege de vertrouwelijkheid van de beraadslagingen in de Raad publiekelijk
               geen verdere toelichting verschaffen over de positionering van de overige lidstaten
               ten aanzien van de artikel 7-procedure jegens Hongarije. Gezien de uitlatingen van
               de Hongaarse regering dat zij openstaat voor dialoog, verwacht het kabinet van Hongarije
               dat het bereid zal zijn op constructieve wijze aan eventuele hoorzittingen mee te
               werken.
            
Vraag 7, 8
            
Is het kabinet bereid bij relevante bijeenkomsten zoals de Raad Algemene Zaken en
               Europese Raad in te blijven zetten op een snelle uitvoering van de artikel 7-procedure
               met het in ieder geval starten van hoorzittingen tussen de Raad en Hongarije? Zo ja,
               hoe ziet deze inzet eruit? Bent u bereid deze inspanningen, gezien het uitblijven
               van concreet resultaat, op te schroeven in de vorm van bijvoorbeeld een deadline voor
               het instellen van een eerste hoorzitting? Zo ja, gaat u dit de komende Raad Algemene
               Zaken bepleiten? Zo nee, waarom niet?
            
Is Roemenië, als tijdelijk voorzitter van de Raad van de Europese Unie, voornemens
               het uitvoeren van de artikel 7-procedure te agenderen? Heeft u er vertrouwen in dat,
               gezien de zorgelijke ontwikkelingen rondom de rechtsstaat in Roemenië3, dit goed uitgevoerd zal worden? Zo nee, waarom niet?
            
Antwoord 7, 8
            
Tijdens de komende Raad Algemene Zaken zal de artikel 7-procedure jegens Hongarije
               niet op de agenda staan. Nederland trekt nauw op met een aantal gelijkgezinde lidstaten,
               zowel in Brussel als op hoofdstedelijk niveau, om een spoedige agendering van een
               eerste hoorzitting met Hongarije te bepleiten. Het eenzijdig stellen van deadlines
               lijkt het kabinet niet de meest effectieve manier om deze inzet te verwezenlijken:
               een meerderheid van de lidstaten zal hoe dan ook het agenderen van een hoorzitting
               moeten steunen. Het kabinet vertrouwt erop dat Roemenië in deze procedure zijn rol
               als Voorzitter van de Raad Algemene Zaken naar behoren zal vervullen.
            
Vraag 9
            
Kunt u tot slot aangeven wat u vindt van de eerste inhoudelijke reactie van Hongarije
               op de bevindingen van het rapport van Sargentini?
            
Antwoord 9
            
Het kabinet heeft kennis genomen van de eerste inhoudelijke reactie van de Hongaarse
               regering op de resolutie van het EP. Deze roept op een aantal punten verdere vragen
               op. Een eventuele hoorzitting biedt de gelegenheid Hongarije hierop verder te bevragen.
            
Vraag 10
            
Kunnen deze vragen worden beantwoord vóór de deadline van de schriftelijke inbreng
               voor de Raad Algemene Zaken van 8 januari 2019 op 3 januari 2019?
            
Antwoord 10
            
Aangezien de artikel 7-procedure jegens Hongarije niet op de agenda staat van de komende
               Raad Algemene Zaken, gaan de antwoorden u heden toe gezamenlijk met de antwoorden
               op de vragen gesteld in het schriftelijk overleg voor de Raad Algemene Zaken van 8 januari
               aanstaande. De vragen zijn verder binnen de geldende termijn van drie weken beantwoord.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.