Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Beertema, De Roon, Bosma en Fritsma over het bericht dat het Chinese leger massaal onderzoekers stuurt naar westerse universiteiten
Vragen van de leden Beertema, De Roon, Bosma en Fritsma (allen PVV) aan de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van Buitenlandse Zaken en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het bericht dat het Chinese leger massaal onderzoekers stuurt naar westerse universiteiten (ingezonden 12 november 2018).
Antwoord van Minister Van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) mede namens
de Ministers van Buitenlandse Zaken, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
en de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (ontvangen 2 januari 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht dat het Chinese leger massaal onderzoekers stuurt naar
westerse universiteiten, onder meer naar de Technische Universiteit Delft?1
2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Om welke opkomende en «dual use»-technologieën gaat het in het geval van Delft?
Antwoord 2
In het onderzoek dat wordt aangehaald in beide krantenartikelen wordt voornamelijk
gedoeld op STEM (Science – Technology – Engineering – Mathematics) opleidingen.
Vraag 3
Zijn de veiligheidsdiensten op de hoogte van de aanwezigheid van Chinese studenten
en 3 wetenschappers die naar Nederland komen om de eigen Chinese militaire systemen
en technologieën verder te ontwikkelen in opdracht van het Volksbevrijdingsleger (PLA)?
Antwoord 3
De inlichtingen- en veiligheidsdiensten doen geen uitspraken over hun actuele kennisniveau.
De AIVD doet onderzoek naar personen en/of organisaties die een dreiging kunnen vormen
voor de nationale veiligheid en democratische rechtsorde. De MIVD voert onderzoek
uit naar spionage wanneer deze een bedreiging kan vormen voor het optreden van de
krijgsmacht, voor de defensie-industrie of voor bondgenootschappelijke organisaties.
De AIVD en de MIVD hebben de afgelopen jaren gerapporteerd over de (opkomende) rol
van China. De ontwikkeling van de «Nieuwe Zijderoutes» is daar een goed voorbeeld
van.
China werkt aan de overgang van een productie-economie, die vooral gericht is op export,
naar een hoogwaardige technologische economie. Dat manifesteert zich onder meer in
pogingen om technisch-wetenschappelijke kennis te verwerven.
Vraag 4
Hoe stelt de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) vast of Chinese studenten en
wetenschappers op academische gronden naar Nederland komen of dat ze naar Nederland
komen in opdracht van de PLA voor de hier aanwezige opkomende en «dual-use»-technologieën?
Antwoord 4
Een niet-EU student die in Nederland een verblijfsvergunning voor studie wil aanvragen,
dient ingeschreven te zijn bij een onderwijsinstelling die door de Immigratie- en
Naturalisatiedienst is erkend als referent én hij/zij dient aan die instelling voltijds
hoger of wetenschappelijk onderwijs te gaan volgen. De onderwijsinstelling verzamelt
alle relevante bewijsstukken en documenten en toetst of aan alle toepasselijke voorwaarden
wordt voldaan. Hiertoe ondertekent de onderwijsinstelling een verklaring. Voorwaarde
is in ieder geval een voldoende vooropleiding van de student om in Nederland een hogeronderwijsopleiding
te volgen. Vervolgens dient de onderwijsinstelling de aanvraag voor afgifte van de
verblijfsvergunning in bij de IND. Op basis van de aanvraag en indien de onderwijsinstelling
heeft verklaard dat de student aan alle voorwaarden voldoet, verleent de IND aan de
student een verblijfsvergunning. Wel voert de IND een toets uit op mogelijk gevaar
voor de openbare orde. Hiernaast zal de IND eventuele twijfels over de motieven van
een student en het vermoeden dat hij/zij mogelijk een gevaar vormt voor de nationale
veiligheid kenbaar maken aan de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.
Aangezien het in eerste instantie de onderwijsinstelling is die toetst of aan alle
voorwaarden wordt voldaan, ligt daar ook primair de taak om alert te zijn op twijfels
aangaande de (studie)motieven van studenten. De onderwijsinstellingen dienen zich
te allen tijde bewust te zijn van de mogelijke veiligheidsrisico’s in de samenwerking
met buitenlandse instellingen, wetenschappers en studenten. In een recent gesprek
met de VSNU en Vereniging Hogescholen heb ik dan ook sterk aangedrongen op meer bewustwording
en alertheid bij de kennisinstellingen in aangelegenheden als deze. In voorkomende
gevallen staat het ook de onderwijsinstelling vrij om zorgen of twijfels kenbaar te
maken aan de relevante diensten.
Vraag 5
Bent u bereid om Chinese studenten en wetenschappers die opteren voor Nederlandse
universiteiten waar gewerkt wordt met opkomende en «dual use»-technologieën te weren
van Nederlandse universiteiten? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Er is geen Nederlandse wetgeving om studenten en wetenschappers met specifieke nationaliteiten
van Nederlandse universiteiten te weren, met uitzondering van de «Kennisregeling Noord-Korea»
waarmee op basis van VN-sancties tegen Noord-Korea studenten en wetenschappers geweerd
kunnen worden voor specifieke proliferatiegevoelige opleidingen. Het risico van ongewenste
kennis- en technologieoverdracht wordt erkend en heeft de aandacht van het kabinet.
Hierover is contact met de Nederlandse universiteiten en het bedrijfsleven. Zo worden
er bijvoorbeeld bijeenkomsten georganiseerd om bewustwording te bevorderen. Ik verwijs
ook naar het antwoord op vraag 4. Daarnaast wordt momenteel actief gekeken of het
huidige beleidskader ter voorkoming van ongewenste kennis- en technologieoverdracht
volstaat.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap -
Mede namens
M.G.J. Harbers, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken -
Mede namens
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.