Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Agema over het bericht ‘Managers Careyn oorzaak diepe crisis Tuindorp-Oost’
Vragen van het lid Agema (PVV) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Managers Careyn oorzaak diepe crisis Tuindorp-Oost» (ingezonden 8 november 2018).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 23 november
2018).
Vraag 1
Kent u de berichtgeving op de website van maxvandaag.nl over de verwikkelingen in
een verzorgingshuis in Tuindorp-Oost in Utrecht?1 Wat is uw reactie daarop?
Antwoord 1
Ik ken deze berichtgeving. Met onderstaande antwoorden geef ik mijn reactie daarop.
Vraag 2, 3
Klopt het dat falende managers de diepe crisis bij Careyn veroorzaakten? Zo nee, wat
is dan de oorzaak?
U heeft de Kamer toch beloofd de «carrousel van disfunctionerende managers en bestuurders»
te willen doorbreken? Zo ja, wat heeft u inmiddels ondernomen om dit te bereiken?
Antwoord 2, 3
Zorgorganisaties zijn in de eerste plaats zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit
van de zorg en de bedrijfsvoering alsmede voor de continuïteit in het bestuur. Daarnaast
zijn er voldoende mogelijkheden voor het interne toezicht, het externe toezicht, in
het strafrecht en het civiel recht om slecht bestuur aan te pakken. Van belang is
wel dat iedereen ook van zijn rechten en bevoegdheden gebruikmaakt wanneer dat nodig
is. Zoals u waarschijnlijk weet, loopt er vanuit de IGJ momenteel een toezichtstraject
bij Careyn. Daarnaast verwijs ik graag naar eerdere brieven aan de Tweede Kamer2.
Vraag 4
Klopt het dat 39 zeer oude bewoners waarvan drie 100-plussers in anderhalf jaar tijd
werden gedwongen twee keer te verhuizen? Was dit in uw ogen noodzakelijk? Deelt u
de mening dat er een oplossing moet komen voor deze laatste kleine groep hoogbejaarden
zodat zij blijvende goede huisvesting krijgen?
Antwoord 4
Er zijn momenteel 32 bewoners in de locatie Tuindorp Oost, waaronder twee honderdjarigen.
Daarvan moeten 22 bewoners verhuizen omdat de huidige woonruimte niet langer voldoet
aan de voorwaarde voor veilige en goede zorgverlening. Verhuizen is voor de bewoners
een bijzonder ingrijpende gebeurtenis en daarom is het van majeur belang om dit proces
met de grootst mogelijke zorgvuldigheid te doorlopen. Careyn heeft afgewogen hoe zij
de benodigde verbetering in de woonvoorziening voor deze cliëntengroep zo veilig mogelijk
kan laten verlopen en met de minste belasting voor de cliënten.
Vraag 5
Het ziekteverzuim bij Careyn ligt tussen 20 en 25% en staat in schril contrast met
het landelijk gemiddelde van 6%. Hoe gaat u bewerkstelligen dat deze enorme aantallen
weer in de pas met het landelijk gemiddelde gaan lopen?
Antwoord 5
Het ziekteverzuim op de locatie Tuindorp Oost was tot en met september 11,1%. Organisatiebreed
was dit percentage tot en met oktober 7,8%.
Vraag 6
Het klopt toch dat een van uw ambities in uw actieplan «Werken in de Zorg» is om het
ziekteverzuim in de zorg terug te dringen van 6% naar het landelijke gemiddelde en
dat dit landelijk 6.000 extra zorgmedewerkers moet opleveren? Ziet u aan de hand van
deze casus in dat dit een irreële ambitie is omdat het werken in de zorg per definitie
fysiek zwaarder is dan gemiddeld en organisaties in een dusdanige chaos kunnen verkeren
dat het ziekteverzuim kan oplopen naar 20–25%?
Antwoord 6
Het terugdringen van het ziekteverzuim is inderdaad een van de doelstellingen van
het actieprogramma Werken in de zorg. In het actieprogramma zijn voorbeelden opgenomen
van maatregelen die in het kader van het terugdringen van de personeelstekorten, kunnen
worden genomen en aangegeven is wat daarvan de opbrengst is. Ten aanzien van het ziekteverzuim
is opgenomen wat het terugdringen van het ziekteverzuim naar het gemiddelde van de
gehele economie aan arbeidspotentieel zou opleveren; het betreft dus geen afzonderlijke
doelstelling. Wat een haalbare vermindering is van het ziekteverzuim zal per organisatie
verschillen en hangt inderdaad af van de specifieke omstandigheden in de betreffende
organisatie. De concrete aangrijpingspunten daarvoor liggen bij de organisaties zelf
en het gesprek daarover wordt in het kader van de regionale aanpak arbeidsmarkttekorten
(RAATs) in de regio en in de instellingen gevoerd.
Vraag 7
Hoe is de financiële situatie van Careyn?
Antwoord 7
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik naar het jaarverslag van Careyn over 2017.
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Slootweg (CDA),
ingezonden 5 november 2018 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 723).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.