Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Nijkerken-de Haan, Tielen en Lodders over het bericht ‘Onterecht geld opstrijken; Ouders kunnen zich inschrijven voor studie en, zonder ooit op te dagen, kinderopvangtoeslag ontvangen. Waterdichte controle is er niet’
Vragen van de leden Nijkerken-de Haan, Tielen en Lodders (allen VVD) aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Staatssecretaris van Financiën over het bericht «Onterecht geld opstrijken; Ouders kunnen zich inschrijven voor studie en, zonder ooit op te dagen, kinderopvangtoeslag ontvangen. Waterdichte controle is er niet» (ingezonden 19 oktober 2018).
Antwoord van Staatssecretaris Snel (Financiën), mede namens de Staatssecretaris van
Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
(ontvangen 13 november 2018).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Onterecht geld opstrijken; Ouders kunnen zich inschrijven
voor studie en, zonder ooit op te dagen, kinderopvangtoeslag ontvangen. Waterdichte
controle is er niet»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoeveel huishoudens ontvangen kinderopvangtoeslag? Hoeveel huishoudens ontvangen kinderopvangtoeslag
omdat één van de ouders een studie volgt?
Antwoord 2
In totaal ontvingen vorig jaar 486.000 huishoudens kinderopvangtoeslag voor de opvang
van 733.000 kinderen2. Circa 10.000 huishoudens ontvingen kinderopvangtoeslag vanwege hun doelgroepstatus
als studerend ouder voor de formele opvang van 13.000 kinderen.
Vraag 3
Kunt u aangeven hoeveel terugvorderingen er plaatsvinden vanwege het onterecht ontvangen
van kinderopvangtoeslag omdat ouders wel een bewijs van inschrijving hebben, maar
in werkelijkheid de studie niet volgen? Zo ja, wat wordt er gedaan om deze vorm van
misbruik en fraude te voorkomen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Het niet volgen van de studie is geen grond voor het terugvorderen van de kinderopvangtoeslag.
Indien een ouder ingeschreven staat bij een onderwijsinstelling waarnaar verwezen
wordt in artikel 1.6 lid 1 letter j van de Wet kinderopvang (Wko), voldoet deze ouder
aan één van de voorwaarden om in aanmerking te komen voor kinderopvangtoeslag. Hier
controleert de Belastingdienst op.
De kinderopvangtoeslag is een inkomensafhankelijke tegemoetkoming in de kosten van
kinderopvang. Deze tegemoetkoming zal altijd minder zijn dan de gemaakte kosten voor
het gebruik van kinderopvang, omdat de ouder een inkomensafhankelijke eigen bijdrage
moet betalen voor de kinderopvang. Er is geen financiële prikkel voor ouders om zich
in te schrijven als student, enkel om in aanmerking te komen voor kinderopvangtoeslag,
omdat bovenop het inschrijfgeld de eigen bijdrage betaald moet worden. Betaalt een
ouder de eigen bijdrage niet, dan wordt niet voldaan aan de voorwaarden en zal de
Belastingdienst de volledige kinderopvangtoeslag terugvorderen.
Vraag 4
Klopt het dat een bewijs van inschrijving bij een erkende opleiding voldoende is om
aanspraak te maken op kinderopvangtoeslag? Zo ja, wat vindt u hiervan?
Antwoord 4
Voor het recht op kinderopvangtoeslag gelden verschillende eisen. Ouders moeten werken
of onder een doelgroep vallen, bijvoorbeeld ouders die zijn ingeschreven bij een school
of instelling3. Daarnaast moeten ouders hun kind naar een erkende kinderopvangorganisatie brengen
en een inkomensafhankelijke eigen bijdrage betalen voor deze opvang. Een bewijs van
inschrijving alleen is dus niet voldoende.
Vraag 5
Welke controle is er en hoe vaak vindt controle plaats op het ontvangen van kinderopvangtoeslag
voor studerende ouders?
Antwoord 5
De Belastingdienst controleert of de aanvrager of diens partner staat ingeschreven
bij een onderwijsinstelling waarnaar wordt verwezen in artikel 1.6, lid 1, letter
j Wko. Die controle vindt plaats aan de hand van informatie die van de Dienst Uitvoering
Onderwijs per kwartaal wordt ontvangen. Komt de toeslagontvanger niet voor in deze
contra-informatie, dan vraagt de Belastingdienst het bewijs van inschrijving op bij
de burger.
Vraag 6
Is er verschil in de wijze waarop controle plaatsvindt tussen ontvangers van kinderopvangtoeslag
die zijn ingeschreven bij bekostigde en bij niet-bekostigde opleidingen? Zo ja, wat
is het verschil?
Antwoord 6
Nee, er is geen verschil in de wijze waarop de controle plaatsvindt. De wijze waarop
de controle plaatsvindt is beschreven bij het antwoord op vraag 5.
Vraag 7
In hoeverre denkt u dat controle voldoende is om misbruik van kinderopvangtoeslag
door deze groep ouders tegen te gaan? Welke mogelijkheden ziet u om misbruik van kinderopvangtoeslag
onder «studerende» ouders tegen te gaan? In welke mate is effectieve controle in deze
gevallen überhaupt mogelijk?
Antwoord 7
Zoals ook bij het antwoord op vraag 3 aangegeven is inschrijving bij de instelling
een van de voorwaarden om in aanmerking te komen voor kinderopvangtoeslag. De controle
is gericht op de inschrijving bij de instelling. Deze controle wordt voldoende effectief
uitgevoerd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Snel, staatssecretaris van Financiën -
Mede namens
T. van Ark, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Mede namens
I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.