Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Weverling, Von Martels en Moorlag over “designer dogs and cats”
Vragen van de leden Weverling (VVD), Von Martels (CDA) en Moorlag (PvdA) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over «designer dogs» en «designer cats» (ingezonden 21 september 2018).
Antwoord van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 30 oktober
2018).
Vraag 1
Herinnert u zich de door de Stichting Dier & Recht aan u en de Kamer aangeboden petitie
met de titel «Stop het fokken van designer cats»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u op de hoogte van de eerder dit jaar in het Europees Parlement georganiseerde
conferentie «Animal Health and Welfare: Breeding for extremes in dogs and cats», een
initiatief van de EU Dog and Cat Alliance, de Federation of Veterinarians of Europe
(FVE) en de Federation of European Companion Animal Veterinary Associations (FECAVA)?2
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Bent u op de hoogte van kenmerken van honden en katten veroorzaakt door een bepaalde
manier van fokken, zoals platte gezichten, vernauwde neusgaten, extreme huidplooien
en uitpuilende ogen? Bent u daarnaast op de hoogte van gezondheidsrisico’s voor dieren
die hieruit kunnen voortvloeien, zoals moeite met ademen, huidinfecties, oogziekten
en neurologische problemen?
Antwoord 3
Ja.
Vraag 4
Deelt u de mening dat bovenstaande praktijken absoluut onwenselijk en onaanvaardbaar
zijn? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Ja.
Vraag 5
Bent u op de hoogte van de uitspraken van oud-staatssecretaris van Economische Zaken
Bleker, die het fokken van erfelijk gehandicapte gezelschapsdieren «van God los» noemde?
Is dit ook uw mening? Zo nee, waarom niet?3
Antwoord 5
Het creëren van (nieuwe) rassen voor het plezier van de mens, zonder inachtneming
van de consequenties voor het dier, zoals korte pootjes, naakte katten etc. toont
mijns inziens geen respect voor de integriteit, het welzijn en de gezondheid van het
dier.
Vraag 6
Kunt u inzicht geven hoe groot het probleem van het fokken van dieren met erfelijke
aandoeningen, zoals «designer dogs» en «designer cats» in Nederland is? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 6
Eind november 2016 heeft de Faculteit Diergeneeskunde in opdracht van het Ministerie
van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit een onderzoek naar erfelijke gebreken afgerond.
In de brief van 17 mei 2017 (Kamerstuk 28 286, nr. 909) is uw Kamer op de hoogte gebracht van de resultaten. Het rapport geeft een goed
beeld (nulmeting) van de aandoeningen die bij 38 honden- en 2 kattenrassen voorkomen.
Om de representativiteit van de cijfers verder te verbeteren, wordt gewerkt aan de
verhoging van het aantal deelnemende dierenartsen aan het onderzoek van de Faculteit
Diergeneeskunde. Zij leveren via de eigen praktijk gegevens aan voor het onderzoek.
Deze aanvullende data zullen meer inzicht geven in de soort en het aantal erfelijke
aandoeningen.
Vraag 7
Wat wordt er op dit moment al gedaan wordt om het fokken van dieren met erfelijke
aandoeningen in Nederland tegen te gaan?
Antwoord 7
Allereerst is er wet- en regelgeving. In artikel 3.4 van het «Besluit houders van
dieren» is bepaald dat fokkers zo moeten fokken dat het welzijn en de gezondheid van
het ouderdier en de nakomelingen niet benadeeld wordt. Ik verwijs u hiervoor ook naar
het antwoord op vraag 11.
Daarnaast zet ik in op het faciliteren van het Fairfok-programma van de sector. In
dit programma zijn onder de regie van de Raad van Beheer op kynologisch gebied ambities
en plannen geformuleerd om binnen redelijke termijn tot een gezonde hondenfokkerij
te komen.
Vraag 8
Is artikel 3.4 van het Besluit houders van dieren naar uw mening ook van toepassingen
op het fokken van dieren met erfelijke aandoeningen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8
Ja.
Vraag 9
Wordt er op dit moment gehandhaafd om het fokken van dieren met erfelijke aandoeningen
tegen te gaan? Zo ja, hoe vaak wordt hierop gehandhaafd?
Antwoord 9
Er zijn door de NVWA tot op heden tien inspecties uitgevoerd met betrekking tot artikel
3.4. Besluit houders van dieren. In vier gevallen is er bij deze inspecties handhavend
opgetreden in verband met erfelijke aandoeningen. Daarnaast zijn hercontroles uitgevoerd
en is aan één houder een last onder dwangsom opgelegd.
Vraag 10
Deelt u de mening dat de praktijken rondom het fokken van dieren met erfelijke aandoeningen
strenger moeten worden aangepakt zodat de risico’s omtrent de gezondheid van dieren
zoals honden en katten in Nederland kunnen worden tegengegaan? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
Ik verwijs u voor het antwoord naar de passage over de fokkerij van gezelschapsdieren
en het houdverbod op blz. t10 van mijn beleidsbrief Dierenwelzijn van 4 oktober jl.
(Kamerstuk 28 286, nr. 991).
Vraag 11
Komt u op korte termijn met regelgeving waarin ook specifiek aandacht wordt gegeven
aan maatregelen tegen het fokken met dieren met erfelijke aandoeningen? Zo nee, is
de huidige regelgeving en handhaving naar uw mening voldoende?
Antwoord 11
Artikel 3.4 van het Besluit houders van dieren beoogt schadelijke gevolgen van fokken
tegen te gaan. Zoals al eerder aan uw Kamer gemeld, blijkt in een aantal opzichten
de beoordeling complex of de fokkers hun inspanningsverplichtingen op grond van het
Besluit voldoende nakomen, omdat het hier om een open norm gaat. Ik heb onderzoek
uitgezet om dit beter handhaafbaar te maken. Dit onderzoek bevindt zich in de afrondende
fase en is voor het eind van dit jaar klaar.
Vraag 12
Op de voornoemde conferentie is opgeroepen de aanpak van «designer dogs» en «designer
cats» op Europees niveau aan te pakken. Deelt u deze oproep? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, bent u bereid dit in Europa te agenderen?
Antwoord 12
Ja. In het kader van de subwerkgroep over het welzijn van honden, voorgezeten door
Nederland en georganiseerd binnen het kader van het EU-platform Dierenwelzijn, wordt
geïnventariseerd welke best practices er in de lidstaten zijn op het terrein van de
fokkerij teneinde deze te kunnen delen en van elkaar te kunnen leren.
Vraag 13
Bent u bereid om met vertegenwoordigers van organisaties die huisdieren houden dan
wel fokken, brancheorganisaties van dierenartsen en organisaties die opkomen voor
dierenwelzijn in overleg te treden om een samenhangende aanpak te ontwikkelen om het
fokken op erfelijke eigenschappen die de gezondheid en het welzijn van dieren schaden
tegen te gaan? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 13
Ik ben met deze organisaties in overleg. Verder verwijs ik u naar mijn antwoord op
vraag 7 over het Fairfokprogramma.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.