Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Remco Dijkstra en Wörsdörfer over het bericht ‘Spanish cities grapple with invasion of electric scooters’
Vragen van de leden RemcoDijkstra en Wörsdörfer (beiden VVD) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat en de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat over het bericht «Spanish cities grapple with invasion of electric scooters» (ingezonden 9 oktober 2018).
Antwoord van Minister Van Nieuwenhuizen Wijbenga (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen
30 oktober 2018).
Vraag 1
Bent u op de hoogte van artikel van L’Agence France-Presse (AFP) over Spaanse steden
en de invasie van elektrische scooters en steps van 5 oktober 2018?1
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met dit artikel.
Vraag 2
Zijn er volgens u soortgelijke initiatieven bekend in Nederlandse steden, waarbij
nieuwe vormen van elektrisch vervoer en elektrisch stepgebruik in overweging zijn?
Zo ja, wie, wat, waar, wanneer en hoe? Hoe wordt de verkeersveiligheid hierbij gewaarborgd?
Antwoord 2
In verschillende steden in Nederland worden projecten opgezet met nieuwe vormen van
elektrische vervoer. Het gaat momenteel in ieder geval om elektrische deelscooters
in Rotterdam en Amsterdam. Deze voertuigen zijn toegelaten tot de openbare weg en
zijn, mits gebruikt binnen de regels, veilig, ook in het gebruik. Elektrische stepjes
mogen in zijn algemeenheid, afgezien van een aantal specifieke types die als bijzondere
bromfiets zijn toegelaten, niet op de openbare weg worden gebruikt.
Vraag 3
Welke toelatingseisen gelden er momenteel voor E-steps? In hoeverre zijn toelatingseisen
toegesneden op nieuwe ontwikkelingen? Wat is te verwachten als het gaat om toelatingseisen
voor E-mobility voertuigen die in vele soorten en maten op de markt komen? Welke veiligheidseisen
stellen we en zijn afdoende? Welke regels verdienen aanpassing?
Antwoord 3
Elektrische stepjes vallen in Nederland in de categorie bijzondere bromfietsen. Die
toelatingseisen staan omschreven in de Beleidsregel aanwijzing bijzondere bromfietsen.
In mijn Kamerbrief van 21 september 20182 en in antwoord op feitelijke vragen over de Stint van 9 oktober 2018 heb ik aangeven
dat ik de SWOV en de RDW heb gevraagd om met voorrang aan de slag te gaan om mij te
adviseren over de wenselijkheid van een aanpassing van het kader voor toelating en
veilig gebruik op de weg van licht gemotoriseerde voertuigen, voor zover deze niet
al onder Europese regelgeving vallen. Daarnaast heeft de Onderzoeksraad voor Veiligheid
op 9 oktober jl. besloten onderzoek te doen naar de wijze waarop in Nederland bijzondere
voertuigen zoals de Stint op de openbare weg worden toegelaten. Verder zal in het
kader van het nieuwe Strategisch Plan Verkeersveiligheid extra aandacht worden gegeven
aan de groep kwetsbare verkeersdeelnemers en zal ook een mogelijke actualisering van
het kader voor de toelating van nieuwe innovatieve voertuigen worden bezien.
Vraag 4
In hoeverre mogen gemeenten in samenwerking met commerciële partijen zelf een afweging
maken, bijvoorbeeld in een afgebakend gebied? In hoeverre is experimenteerruimte mogelijk?
Is daar behoefte aan? Zo nee, acht u de kans waarschijnlijk dat een aantal grote steden
best interesse kan hebben? Met welke pilots zou ervaring opgedaan kunnen worden?
Antwoord 4
Het is aan gemeenten om te besluiten met welke commerciële partijen ze willen samenwerken
om nieuwe vormen van elektrische mobiliteit een plek te geven. De toelating van voertuigen
op de openbare weg is voorbehouden aan de RDW of, in geval van bijzondere bromfietsen,
aan mij. Gemeenten kunnen niet zelfstandig besluiten om voertuigen toe te laten tot
de openbare weg. Op dit moment heb ik van gemeenten geen signalen gekregen dat er
behoefte is aan experimenteerruimte. Rotterdam laat bijvoorbeeld het gebruik voor
de deelsteps afhangen van de toelating van deze voertuigen en opereert daarmee binnen
het wettelijke kader. Omdat er op dit moment geen behoefte lijkt te zijn aan experimenteerruimte,
kan ik niet vooruitlopen op welke pilots hiervoor geschikt zouden kunnen zijn.
Vraag 5
Neemt u deze ontwikkelingen (inclusief allerlei E-vormen van transport) mee in het
Strategisch Plan Verkeersveiligheid?
Antwoord 5
Ja, ik neem deze ontwikkelingen mee.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.