Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van Eijs, Sneller en Nijboer over financiële problemen door scheidingen en hypotheken
Vragen van de leden Van Eijs en Sneller (beiden D66) en Nijboer (PvdA) aan de Minister van Financiën over financiële problemen door scheidingen en hypotheken (ingezonden 12 september 2018).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën), mede namens de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 30 oktober 2018). Zie ook Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2018–2019, nr. 173.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Voorkom financiële problemen door ontslag uit hoofdelijke
aansprakelijkheid»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 en 3
Onder welke omstandigheden zijn hypotheekverstrekkers gehouden personen na scheiding
te ontslaan van hoofdelijke aansprakelijkheid met betrekking tot hypotheken die zijn
aangegaan tijdens het huwelijk? Onder welke omstandigheden mogen zij dit weigeren?
Hoe verhoudt de zorgplicht van hypotheekverstrekkers zich tot het weigeren ontslag
van hoofdelijke aansprakelijkheid?
Antwoord 2 en 3
Indien beide partners bij het aangaan van de hypotheek akkoord zijn gegaan met hoofdelijke
aansprakelijkheid, houdt dit in dat beiden individueel aansprakelijk zijn voor de
volledige hypotheekschuld. Wanneer een van beide partners niet meer betaalt, heeft
de kredietverstrekker de mogelijkheid de volledige schuld bij de andere partner te
verhalen. Deze hoofdelijke aansprakelijkheid vervalt niet standaard door een echtscheiding.
Het ontslaan van de hoofdelijke aansprakelijkheid van één van de twee partners betekent
dat de volledige hypotheekschuld door de achterblijvende partner moet worden betaald.
Een kredietverstrekker zal hier alleen aan meewerken als de achterblijvende partner
deze (extra) hypotheeklasten kan dragen.
De Wet op het financieel toezicht (Wft) schrijft ook voor dat aanbieders van (hypothecair)
krediet overkreditering dienen te voorkomen. Indien het inkomen van de achterblijvende
ex-partner onvoldoende is om de hypotheeklasten te dragen, zal een kredietverstrekker
dit ontslag niet verlenen. De kredietverstrekker zou dan meewerken aan het verlenen
van een onverantwoord hoog krediet wat tot betalingsproblemen kan leiden
De kredietverstrekker heeft een zorgplicht richting zijn klant. Daarom moedig ik hypotheekaanbieders
aan zich voldoende in te spannen om betalingsachterstanden te voorkomen en bij betalingsachterstanden
het gesprek aan te gaan met hun klanten en mogelijke oplossingen te bespreken. De
zorgplicht houdt onder meer in dat de kredietverstrekker moet beoordelen of een krediet
verantwoord kan worden verstrekt en dat de belangen van de klant op een zorgvuldige
manier worden meegewogen. Juist om die reden kan een kredietverstrekker in bepaalde
situaties niet meewerken aan het ontslaan van hoofdelijke aansprakelijkheid, omdat
het een onverantwoorde financiële situatie zou creëren.
In 2013 heeft de AFM verduidelijkt hoe kredietverstrekkers kunnen omgaan met de hypotheekregels
bij een relatiebreuk. In het geval van echtscheiding kunnen kredietverstrekkers via
maatwerk de ruimte benutten die de wet biedt, door bijvoorbeeld voor de overblijvende
partner te toetsen op werkelijke woonlasten in plaats van de wettelijke inkomensregels.
Het creëren van een bestendige financiële situatie is hier het uitgangspunt. De AFM
heeft ook aangegeven dat als consumenten de hypotheeklasten in de nieuwe situatie
niet kunnen dragen, het niet in het belang van de consument is om op woningbehoud
aan te dringen. Verkoop van de woning kan in die gevallen een adequate oplossing zijn.
Voor hypotheken met Nationale Hypotheek Garantie (NHG) is de kredietverstrekker bij
relatiebeëindiging bevoegd om – met behoud van de hypotheekgarantie – onder voorwaarden
één van de geldnemers uit de aansprakelijkheid voor de lening te ontslaan. Het is
de kredietverstrekker ook toegestaan een nieuwe geldnemer toe te voegen. Vanzelfsprekend
dient hierbij te worden voldaan aan de op dat moment geldende NHG-normen. Bovendien
dient de nieuwe geldnemer tevens eigenaar, hoofdelijk schuldenaar en bewoner te worden.
Vraag 4
Tot welke instantie kan de hypotheeknemer zich wenden als hij of zij denkt dat de
hypotheekverstrekker niet voldoet aan de zorgplicht? Is het Klachteninstituut Financiële
Dienstverlening (Kifid) hiervoor de aangewezen instantie?
Antwoord 4
Indien een consument denkt dat de hypotheekverstrekker niet voldoet aan de zorgplicht
dan heeft hij of zij de keuze om of naar de rechter te stappen of om zijn of haar
klacht in te dienen bij het Kifid. Om een klacht bij het Kifid te laten behandelen,
dient te worden voldaan aan een aantal voorwaarden. Zo dient er sprake te zijn van
een klacht van een consument, dient de consument eerst de interne klachtenprocedure
bij de financieel dienstverlener te hebben doorlopen, dient de financieel dienstverlener
te zijn aangesloten bij het Kifid en mag de klacht nog niet eerder zijn behandeld
door het Kifid, een rechter of vergelijkbare geschilleninstantie. Om na te gaan of
een klacht in aanmerking komt voor behandeling bij het Kifid kan een consument de
sneltest op de website van het Kifid doorlopen. Deze is te vinden via www.kifid.nl/sneltest.
Vraag 5 en 6
Wat vindt u van de situatie zoals geschetst in de uitzending waarnaar in het bericht
is verwezen, waarin een vrouw door de bank hoofdelijk aansprakelijk wordt gehouden
voor een huis waar zij geen invloed meer op heeft, dat tegen haar zin wordt verhuurd,
en waarvoor op basis van het echtscheidingsconvenant haar ex-man volledig verantwoordelijk
is?
Vindt u ook dat de hypotheekverstrekker in een dergelijk geval met de hand over het
hart zou moeten strijken en ontslag van hoofdelijke aansprakelijkheid zou moeten verlenen,
dan wel niet zou moeten invorderen bij deze vrouw?
Antwoord 5 en 6
Het is van belang dat consumenten, voorafgaand aan het definitief maken van een echtscheidingsconvenant,
goed uitzoeken of de achterblijvende ex-partner de hypotheeklasten kan dragen. Als
dit niet het geval is, zal een kredietverstrekker niet instemmen met het ontslag van
hoofdelijke aansprakelijkheid van de vertrekkende partner. Indien de kredietverstrekker
in een dergelijk geval met de hand over het hart zou strijken, zou dit tot overkreditering
leiden en dit is wettelijk niet toegestaan. Andere betrokken partijen bij een echtscheiding
zoals advocaten en notarissen kunnen uiteraard ook een rol spelen en kunnen hun klanten
wijzen op het belang om ook hypotheekadviseur of de kredietverstrekker op tijd bij
echtscheidingsplannen te betrekken.
Vraag 7
Welke wettelijke verplichtingen zijn er over communicatie met hypotheeknemers? Als
er twee hypotheeknemers zijn, is het dan bijvoorbeeld verplicht brieven te sturen
naar beide hypotheeknemers als zij niet meer op hetzelfde adres zijn ingeschreven?
Antwoord 7
Bij de wettelijke bepalingen over de hypothecaire kredietovereenkomst voor consumenten
zijn bepaalde informatieverplichtingen van de kredietgever jegens de consument opgenomen,
ter voldoening van de zorgplicht van de kredietgever en ter bescherming van de consument.
Er zijn geen specifieke wettelijke regels die kredietverstrekkers verplichten (of
verbieden) om brieven naar twee verschillende adressen te sturen na een echtscheiding.
In het kader van deze informatieverplichting mag van de kredietverstrekker worden
verwacht dat hij de klant centraal stelt en de brieven (ook) naar een ander adres
verstuurt als de klant hier om vraagt.
Vraag 8, 9 en 10
Bent u bereid met de hypotheekverstrekkers in gesprek te gaan om duidelijker beleid
te vormen ten aanzien van deze problematiek, waarbij ruimte bestaat voor banken om
met klanten mee te denken om schrijnende situaties te voorkomen? Kunt u dit bijvoorbeeld
meenemen in uw gesprekken in het kader van het Platform hypotheken (voorheen het Platform
maatwerk)?
Bent u tevens bereid om met adviseurs en notarissen in gesprek te gaan, opdat mensen
vooraf beter worden voorgelicht en schrijnende situaties worden voorkomen?
Ziet u mogelijkheden om in overleg met adviseurs, advocaten, notarissen en banken
modelovereenkomsten voor scheidingen ten aanzien van hypotheken te verbeteren, zoals
door het opnemen van een uiterlijke termijn waarna bijvoorbeeld de hoofdelijke aansprakelijkheid
vervalt, dan wel het huis wordt verkocht?
Antwoord 8, 9 en 10
Ik vind het in de eerste plaats aan de consument zelf om bij een scheiding goed na
te denken over de consequenties voor de hypotheek en de betaalbaarheid daarvan en
hier duidelijke afspraken over te maken, bijvoorbeeld door een andere verdeling van
de partneralimentatie af te spreken. Consumenten kunnen hierbij geholpen worden door
hun adviseurs. Ik zou consumenten daarom willen adviseren om in een vroeg stadium
hun adviseur of kredietverstrekker te benaderen om de consequenties van een scheiding
in kaart te brengen en te bespreken hoe de toekomstige betaalbaarheid van de hypotheeklasten
het beste geborgd kan worden.
Ik vind het opnemen van een uiterlijke termijn waarna de hoofdelijke aansprakelijkheid
vervalt niet verantwoord. Ook na het aflopen van een dergelijke termijn moet de betaalbaarheid
van de hypotheeklasten geborgd zijn en zal de kredietverstrekker niet in (kunnen)
stemmen met het ontslag van de hoofdelijke aansprakelijkheid als het inkomen van de
betalende ex-partner onvoldoende is.
De kredietverstrekker is weliswaar geen partij bij een echtscheiding, maar beoordeelt
wel of na een ontslag van hoofdelijke aansprakelijkheid een houdbare financiële situatie
gecreëerd kan worden. Mijn beeld is dat kredietverstrekkers hierbij voldoende gebruikmaken
van de mogelijkheden tot maatwerk. Na een eerdere oproep in reactie op vragen van
uw Kamer2 en tijdens bijeenkomsten van het Platform Hypotheken zijn geen knelpunten rondom
maatwerk bij echtscheiding geconstateerd. Ik zie op dit moment onvoldoende aanleiding
om dit nogmaals tijdens het Platform Hypotheken te bespreken. Om goed de vinger aan
de pols te kunnen houden, zal ik voor de volgende bijeenkomst van het Platform opnieuw
uitvragen of partijen knelpunten ervaren op het gebied van echtscheidingen en hypotheekverstrekking.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën -
Mede namens
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.