Jaarverslag : Bijlagen bij het Financieel jaarverslag van het Rijk 2024
Tweede Kamer der Staten-Generaal
36 740 Financieel Jaarverslag van het Rijk 2024
Nr. 2 BIJLAGEN BIJ HET FINANCIEEL JAARVERSLAG VAN HET RIJK 2024
Ontvangen 21 mei 2025
Vergaderjaar 2024–2025
1 RIJKSREKENING VAN UITGAVEN EN ONTVANGSTEN
Op grond van artikel 2.35, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2016, neemt de Minister van Financiën in het Financieel Jaarverslag van het Rijk de rekening van uitgaven en ontvangsten van het Rijk op. Deze rekening, de Rijksrekening genoemd, is het overzicht op het totaalniveau van de rijksbegroting van alle uitgaven en ontvangsten van de rijksdienst in een jaar die binnen begrotingsverband zijn gerealiseerd. Voor de departementale en niet-departementale begrotingen zijn in tabellen 1.1, 1.2 en 1.3 de verplichtingen, kasuitgaven en kasontvangsten opgenomen. In aanvulling op de gegevens onder de begroting voor Nationale schuld vermelden de tabellen 1.4 en 1.5 de voor 2024 onder de begroting van Nationale schuld oorspronkelijk geraamde en de gerealiseerde rentelasten onderscheidenlijk rentebaten. Deze gegevens zijn opgesteld in overeenstemming met het hier toepasselijke transactiestelsel. De tabellen 1.6 tot en met 1.9 hebben betrekking op baten-lastenagentschappen die, zoals het woord, aangeeft het batenlastenstelsel als begrotingsstelsel hanteren. Tabel 1.10 blijft leeg vanwege het in 2024 niet voorkomen van verplichtingen-kasagentschappen.
In de onderstaande tabellen worden de verschillen in de verschillenkolom niet toegelicht. Voor die toelichtingen wordt verwezen naar de betrokken jaarverslagen. Let op! Door afrondingen kunnen er verschillen ontstaan met de cijfers op de Rijkssaldibalans.
Tabel 1.1 Verplichtingen 2024 van de departementale en niet departementale begrotingen ( x € 1000)
Onderdeel
Oorspronkelijk vastgestelde begroting
Realisatie
Verschil
I
Koning
55.901
58.487
2.586
IIA
Staten-Generaal
239.158
292.564
53.406
IIB
Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten
180.815
190.606
9.791
III
Algemene Zaken
96.679
118.077
21.398
IV
Koninkrijksrelaties
192.292
187.614
‒ 4.678
V
Buitenlandse Zaken
12.899.524
11.596.051
‒ 1.303.473
VI
Justitie en Veiligheid
24.682.577
25.610.050
927.473
VII
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
11.734.451
11.436.708
‒ 297.743
VIII
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
57.687.903
61.085.218
3.397.315
IXA
Nationale Schuld1
34.987.977
40.782.916
5.794.939
IXB
Financiën
16.992.360
50.149.780
33.157.420
X
Defensie
21.608.286
13.203.012
‒ 8.405.274
XII
Infrastructuur en Waterstaat
15.217.279
14.673.239
‒ 544.040
XIII
Economische Zaken en Klimaat
23.900.746
20.044.398
‒ 3.856.348
XIV
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
6.523.859
7.906.277
1.382.418
XV
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
58.958.694
63.875.505
4.916.811
XVI
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
34.389.691
39.639.097
5.249.406
XVII
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
2.152.879
3.335.529
1.182.650
A
Mobiliteitsfonds
10.360.488
10.445.546
85.058
B
Gemeentefonds
42.873.720
44.107.822
1.234.102
C
Provinciefonds
3.340.648
3.954.345
613.697
F
Diergezondheidsfonds
15.624
33.766
18.142
H
BES-fonds
71.170
106.723
35.553
J
Deltafonds
2.128.669
1.948.190
‒ 180.479
K
Defensiematerieelbegrotingsfonds
13.609.715
17.813.666
4.203.951
L
Nationaal Groeifonds
4.608.040
104.529
‒ 4.503.511
Totalen
399.509.145
442.699.715
43.190.570
X Noot
1
Van de Nationale schuld zijn in dit overzicht de verplichtingen opgenomen, exclusief de renteverplichtingen. Voor de renteuitgaven, die op transactiebasis worden verantwoord, zie tabel 1.4.
Tabel 1.2 Kasuitgaven 2024 van de departementale en niet departementale begrotingen ( x € 1000)
Onderdeel
Oorspronkelijk vastgestelde begroting
Realisatie
Verschil
I
Koning
55.901
58.487
2.586
IIA
Staten-Generaal
239.158
270.874
31.716
IIB
Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten
182.743
192.305
9.562
III
Algemene Zaken
96.679
118.111
21.432
IV
Koninkrijksrelaties
223.203
212.198
‒ 11.005
V
Buitenlandse Zaken
13.154.258
11.295.448
‒ 1.858.810
VI
Justitie en Veiligheid
24.730.325
25.483.438
753.113
VII
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
11.395.030
10.925.271
‒ 469.759
VIII
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
55.299.160
56.463.783
1.164.623
IXA
Nationale Schuld1
34.987.977
40.782.916
5.794.939
IXB
Financiën
11.826.839
26.020.667
14.193.828
X
Defensie
22.497.398
12.466.547
‒ 10.030.851
XII
Infrastructuur en Waterstaat
15.251.537
13.918.645
‒ 1.332.892
XIII
Economische Zaken en Klimaat
12.715.901
10.009.670
‒ 2.706.231
XIV
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
3.999.161
4.043.955
44.794
XV
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
58.639.952
63.328.936
4.688.984
XVI
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
35.456.816
38.231.080
2.774.264
XVII
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
3.719.718
3.985.806
266.088
A
Mobiliteitsfonds
10.217.181
9.709.362
‒ 507.819
B
Gemeentefonds
42.873.720
43.835.927
962.207
C
Provinciefonds
3.340.648
3.954.345
613.697
F
Diergezondheidsfonds
30.939
34.921
3.982
H
BES-fonds
71.170
103.883
32.713
J
Deltafonds
1.819.495
1.622.819
‒ 196.676
K
Defensiematerieelbegrotingsfonds
10.923.657
7.605.821
‒ 3.317.836
L
Nationaal Groeifonds
1.456.566
20.924
‒ 1.435.642
Totalen
375.205.132
384.696.139
9.491.007
X Noot
1
Van de Nationale schuld zijn in dit overzicht de kasuitgaven opgenomen, exclusief de renteuitgaven. Voor de renteuitgaven, die op transactiebasis worden verantwoord, zie tabel 1.4.
Tabel 1.3 Kasontvangsten 2024 van de departementale en niet departementale begrotingen ( x € 1000)
Onderdeel
Oorspronkelijk vastgestelde begroting
Realisatie
Verschil
I
Koning
1.831
1.895
64
IIA
Staten-Generaal
3.865
8.768
4.903
IIB
Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten
6.297
8.232
1.935
III
Algemene Zaken
7.837
9.083
1.246
IV
Koninkrijksrelaties
49.958
165.395
115.437
V
Buitenlandse Zaken
4.075.549
3.710.084
‒ 365.465
VI
Justitie en Veiligheid
1.484.143
1.853.010
368.867
VII
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
630.989
1.155.263
524.274
VIII
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
2.038.040
2.382.523
344.483
IXA
Nationale Schuld1
66.506.523
70.560.304
4.053.781
IXB
Financiën
236.643.055
241.850.371
5.207.316
X
Defensie
228.804
314.603
85.799
XII
Infrastructuur en Waterstaat
86.555
66.526
‒ 20.029
XIII
Economische Zaken en Klimaat
5.789.765
6.766.483
976.718
XIV
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
97.775
235.067
137.292
XV
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
2.341.636
2.579.277
237.641
XVI
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
178.122
1.129.024
950.902
XVII
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
57.815
75.591
17.776
A
Mobiliteitsfonds
10.217.181
9.520.871
‒ 696.310
B
Gemeentefonds
42.873.720
43.835.927
962.207
C
Provinciefonds
3.340.648
3.954.345
613.697
F
Diergezondheidsfonds
31.558
30.377
‒ 1.181
H
BES-fonds
71.170
103.883
32.713
J
Deltafonds
1.819.495
1.443.100
‒ 376.395
K
Defensiematerieelbegrotingsfonds
10.923.657
147.925
‒ 10.775.732
L
Nationaal Groeifonds
1.456.566
0
‒ 1.456.566
Totalen
390.962.554
391.907.927
945.373
X Noot
1
Van de Nationale schuld zijn in dit overzicht de ontvangsten opgenomen, exclusief de rentebaten. Voor de rentebaten, die op transactiebasis worden verantwoord, zie tabel 1.5.
Het gerealiseerde saldo van de kasuitgaven en de kasontvangsten over 2024, zoals dat uit de tabellen 1.2 en 1.3 blijkt – het verschil tussen 384,7 miljard euro en 391,9 miljard euro, zijnde een verschil van 7,2 miljard euro – heeft geen directe relatie met het EMU-saldo 2024 van het Rijk. De saldoberekeningen van beide opstellingen verschillen daartoe teveel van elkaar. Een belangrijk verschil vormen de uitgaven en ontvangsten van Nationale Schuld (IXA) die betrekking hebben op de financieringstransacties (de aflossingen en de aangetrokken leningen in verband met de tekortfinanciering en herfinanciering). Deze zijn wel in de tabellen 1.2 en 1.3 meegenomen, maar tellen niet mee in de berekening van het EMU-saldo. Ook wordt het EMU-saldo opgesteld op transactiebasis, terwijl hier de gepresenteerde opstelling op kasbasis is. Het Europees Stelsel van Rekeningen (ESR) 2010 schrijft voor welke uitgaven en ontvangsten als relevant voor het EMU-saldo worden aangemerkt.
Tabel 1.4 Rentekosten 2024 (op transactie basis) van de begroting Nationale Schuld ( x € 1000)
Onderdeel
Oorspronkelijk vastgestelde begroting
Realisatie
Verschil
IXA
Nationale Schuld
10.497.778
9.508.769
‒ 989.009
Totalen
10.497.778
9.508.769
‒ 989.009
Tabel 1.5 Rentebaten 2024 ( op transactiebasis) van de begroting Nationale schuld ( x € 1000)
Onderdeel
Oorspronkelijk vastgestelde begroting
Realisatie
Verschil
IXA
Nationale Schuld
186.287
382.098
195.811
Totalen
186.287
382.098
195.811
Tabel 1.6 Lasten 2024 van de baten-lastenagentschappen ( x € 1000)
Onderdeel
Oorspronkelijk vastgestelde begroting
Realisatie
Verschil
AZ
Dienst Publiek en Communicatie
145.474
175.021
29.547
BZK
Rijksdienst voor Identiteitsgegevens
208.540
218.933
10.393
BZK
Logius
345.770
346.076
306
BZK
Organisatie en Personeel Rijk
314.174
301.454
‒ 12.720
BZK
Rijksorganisatie Beveiliging en Logistiek
148.964
155.721
6.757
BZK
FM Haaglanden
180.412
189.621
9.209
BZK
SSC-ICT Haaglanden
372.334
410.470
38.136
BZK
Rijksvastgoedbedrijf
1.591.879
1.699.631
107.752
BZK
Dienst Huurcommissie
35.128
34.037
‒ 1.091
BZK
Rijksorganisatie voor Ontwikkeling, Digitalisering en Innovatie
101.708
103.272
1.564
JenV
Centraal Justitieel Incassobureau
213.108
239.628
26.520
JenV
Dienst Justitiële Inrichtingen
3.184.327
3.391.200
206.873
JenV
Immigratie- en naturalisatiedienst
852.701
932.747
80.046
JenV
Justis
62.926
64.226
1.300
JenV
De Justitiële ICT Organisatie
176.696
186.329
9.633
JenV
Justitiële Informatiedienst (Justid)
78.710
90.787
12.077
JenV
Nederlands Forensisch Instituut (NFI)
114.488
136.223
21.735
OCW
Dienst Uitvoering Onderwijs
445.212
533.162
87.950
OCW
Nationaal Archief
61.800
75.505
13.705
DEF
Paresto
84.258
101.997
17.739
IenW
Rijkswaterstaat
3.605.607
4.230.990
625.383
IenW
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut
105.908
120.595
14.687
EZK
Rijksdienst voor ondernemend Nederland
1.052.220
1.201.147
148.927
EZK
Rijksinspectie Digitale Infrastructuur
90.920
88.434
‒ 2.486
EZK
Dienst ICT Uitvoering
374.000
390.359
16.359
EZK
Nederlandse Emissieautoriteit
20.939
20.180
‒ 759
LNV
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
597.641
620.395
22.754
VWS
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
670.300
693.194
22.894
VWS
Centrum Informatiepunt Beroepen in Gezondheidszorg
110.689
122.040
11.351
VWS
College ter Beoordeling Geneesmiddelen
74.138
77.489
3.351
Totalen
15.420.971
16.950.863
1.529.892
Tabel 1.7 Baten 2024 van de baten-lastenagentschappen ( x € 1000)
Onderdeel
Oorspronkelijk vastgestelde begroting
Realisatie
Verschil
AZ
Dienst Publiek en Communicatie
145.474
174.293
28.819
BZK
Rijksdienst voor Identiteitsgegevens
189.992
229.407
39.415
BZK
Logius
345.770
351.405
5.635
BZK
Organisatie en Personeel Rijk
314.174
300.437
‒ 13.737
BZK
Rijksorganisatie Beveiliging en Logistiek
148.964
154.117
5.153
BZK
FM Haaglanden
180.412
186.564
6.152
BZK
SSC-ICT Haaglanden
372.174
389.572
17.398
BZK
Rijksvastgoedbedrijf
1.591.879
1.695.157
103.278
BZK
Dienst Huurcommissie
35.128
36.335
1.207
BZK
Rijksorganisatie voor Ontwikkeling, Digitalisering en Innovatie
101.708
98.779
‒ 2.929
JenV
Centraal Justitieel Incassobureau
213.108
227.496
14.388
JenV
Dienst Justitiële Inrichtingen
3.184.327
3.377.940
193.613
JenV
Immigratie- en naturalisatiedienst
852.701
900.848
48.147
JenV
Justis
62.926
71.533
8.607
JenV
De Justitiële ICT Organisatie
176.696
188.227
11.531
JenV
Justitiële Informatiedienst (Justid)
78.710
90.311
11.601
JenV
Nederlands Forensisch Instituut (NFI)
114.488
138.382
23.894
OCW
Dienst Uitvoering Onderwijs
445.212
535.899
90.687
OCW
Nationaal Archief
61.800
73.230
11.430
DEF
Paresto
84.258
103.447
19.189
IenW
Rijkswaterstaat
3.607.127
4.132.906
525.779
IenW
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut
105.908
116.708
10.800
EZK
Rijksdienst voor ondernemend Nederland
1.052.220
1.232.165
179.945
EZK
Rijksinspectie Digitale Infrastructuur
90.920
92.280
1.360
EZK
Dienst ICT Uitvoering
374.000
397.754
23.754
EZK
Nederlandse Emissieautoriteit
20.939
21.342
403
LNV
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
597.641
642.185
44.544
VWS
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
670.300
703.893
33.593
VWS
Centrum Informatiepunt Beroepen in Gezondheidszorg
110.689
124.306
13.617
VWS
College ter Beoordeling Geneesmiddelen
74.138
79.250
5.112
Totalen
15.403.783
16.866.168
1.462.385
Tabel 1.8 Kapitaaluitgaven 2024 van de baten-lastenagentschappen ( x € 1000)
Onderdeel
Oorspronkelijk vastgestelde begroting
Realisatie
Verschil
AZ
Dienst Publiek en Communicatie
0
0
0
BZK
Rijksdienst voor Identiteitsgegevens
4.877
20.024
15.147
BZK
Logius
0
0
0
BZK
Organisatie en Personeel Rijk
3.338
9.880
6.542
BZK
Rijksorganisatie Beveiliging en Logistiek
450
741
291
BZK
FM Haaglanden
8.295
13.520
5.225
BZK
SSC-ICT Haaglanden
111.680
99.641
‒ 12.039
BZK
Rijksvastgoedbedrijf
1.213.447
1.170.595
‒ 42.852
BZK
Dienst Huurcommissie
300
162
‒ 138
BZK
Rijksorganisatie voor Ontwikkeling, Digitalisering en Innovatie
0
66
66
JenV
Centraal Justitieel Incassobureau
4.670
6.048
1.378
JenV
Dienst Justitiële Inrichtingen
12.000
12.283
283
JenV
Immigratie- en naturalisatiedienst
5.950
32.508
26.558
JenV
Justis
0
3.884
3.884
JenV
De Justitiële ICT Organisatie
48.160
22.666
‒ 25.494
JenV
Justitiële Informatiedienst (Justid)
6.847
3.959
‒ 2.888
JenV
Nederlands Forensisch Instituut (NFI)
9.970
17.116
7.146
OCW
Dienst Uitvoering Onderwijs
109.300
107.692
‒ 1.608
OCW
Nationaal Archief
7.600
4.363
‒ 3.237
DEF
Paresto
0
494
494
IenW
Rijkswaterstaat
77.853
63.096
‒ 14.757
IenW
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut
4.296
3.847
‒ 449
EZK
Rijksdienst voor ondernemend Nederland
47.420
57.431
10.011
EZK
Rijksinspectie Digitale Infrastructuur
15.815
4.844
‒ 10.971
EZK
Dienst ICT Uitvoering
36.601
28.314
‒ 8.287
EZK
Nederlandse Emissieautoriteit
2.947
3.191
244
LNV
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
17.097
10.251
‒ 6.846
VWS
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
4.500
11.631
7.131
VWS
Centrum Informatiepunt Beroepen in Gezondheidszorg
13.550
14.701
1.151
VWS
College ter Beoordeling Geneesmiddelen
650
55
‒ 595
Totalen
1.767.613
1.723.003
‒ 44.610
Tabel 1.9 Kapitaalontvangsten 2024 van de baten-lastenagentschappen ( x € 1000)
Onderdeel
Oorspronkelijk vastgestelde begroting
Realisatie
Verschil
AZ
Dienst Publiek en Communicatie
0
0
0
BZK
Rijksdienst voor Identiteitsgegevens
0
0
0
BZK
Logius
0
0
0
BZK
Organisatie en Personeel Rijk
0
0
0
BZK
Rijksorganisatie Beveiliging en Logistiek
0
0
0
BZK
FM Haaglanden
3.110
8.221
5.111
BZK
SSC-ICT Haaglanden
76.602
63.383
‒ 13.219
BZK
Rijksvastgoedbedrijf
802.562
822.526
19.964
BZK
Dienst Huurcommissie
0
0
0
BZK
Rijksorganisatie voor Ontwikkeling, Digitalisering en Innovatie
0
2.800
2.800
JenV
Centraal Justitieel Incassobureau
1.860
18.392
16.532
JenV
Dienst Justitiële Inrichtingen
3.000
47.527
44.527
JenV
Immigratie- en naturalisatiedienst
950
1
‒ 949
JenV
Justis
0
642
642
JenV
De Justitiële ICT Organisatie
31.609
9.850
‒ 21.759
JenV
Justitiële Informatiedienst (Justid)
4.542
2.036
‒ 2.506
JenV
Nederlands Forensisch Instituut (NFI)
5.000
10.425
5.425
OCW
Dienst Uitvoering Onderwijs
73.600
85.900
12.300
OCW
Nationaal Archief
1.200
0
‒ 1.200
DEF
Paresto
0
0
0
IenW
Rijkswaterstaat
56.918
34.986
‒ 21.932
IenW
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut
2.590
7.990
5.400
EZK
Rijksdienst voor ondernemend Nederland
27.800
38.171
10.371
EZK
Rijksinspectie Digitale Infrastructuur
11.458
0
‒ 11.458
EZK
Dienst ICT Uitvoering
20.000
18.307
‒ 1.693
EZK
Nederlandse Emissieautoriteit
2.104
2.530
426
LNV
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
10.850
12.668
1.818
VWS
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
0
0
0
VWS
Centrum Informatiepunt Beroepen in Gezondheidszorg
11.790
8.396
‒ 3.394
VWS
College ter Beoordeling Geneesmiddelen
0
0
0
Totalen
1.147.545
1.194.751
47.206
Tabel 1.10 Verplichtingen, kasuitgaven en kasontvangsten 2024 van de verplichtingen- kasagentschappen ( x € 1000)
Onderdeel
Oorspronkelijk vastgestelde begroting
Realisatie
Verschil
In 2024 waren er geen verplichtingen-kasagentschappen.
2 SALDIBALANS VAN HET RIJK PER 31 DECEMBER 2024
Tabel 2.1 Saldibalans van het Rijk 31 december 2024
DEBET
31-12-2024
31-12-2023
CREDIT
31-12-2024
31-12-2023
OMSCHRIJVING
€ mln.
€ mln.
OMSCHRIJVING
€ mln.
€ mln.
1
Uitgaven ten laste van de begroting
394.205
377.264
12
Ontvangsten ten gunste van de begroting
392.290
374.307
2
Vorderingen buiten begrotingsverband
12.618
17.044
13
Schulden buiten begrotingsverband
11.644
15.090
(intra-comptabele vorderingen)
(intra-comptabele schulden)
14
Saldi begrotingsfondsen
14
Saldi begrotingsfondsen
1.358
1.206
3
Liquide Middelen
2.996
8.360
4
Saldo geldelijk beheer van het Rijk
3.651
0
4
Saldo geldelijk beheer van het Rijk
0
3.733
15
Saldi begrotingsreserves
8.178
8.331
Totaal intra-comptabele posten
413.469
402.667
Totaal intra-comptabele posten
413.469
402.667
5
Openstaande rechten
53.276
52.617
16
Tegenrekening openstaande rechten
53.276
52.617
6
Vorderingen
91.771
73.356
17
Tegenrekening vorderingen
91.771
73.356
7
Tegenrekening schulden
517.516
484.658
18
Schulden
517.516
484.658
8
Voorschotten
335.137
279.532
19
Tegenrekening voorschotten
335.137
279.532
9
Tegenrekening andere verplichtingen
256.546
223.801
20
Andere verplichtingen
256.546
223.801
10
Deelnemingen
44.089
45.587
21
Tegenrekening deelnemingen
44.089
45.587
11
Tegenrekening garantieverplichtingen
229.177
223.421
22
Garantieverplichtingen
229.177
223.421
Totaal extra-comptabele posten
1.527.513
1.382.972
Totaal extra-comptabele posten
1.527.513
1.382.972
TOTAAL-GENERAAL
1.940.982
1.785.639
TOTAAL-GENERAAL
1.940.982
1.785.639
Toelichting op de saldibalans van het Rijk
De saldibalans van het Rijk is een optelling van de goedgekeurde saldibalansen van de afzonderlijke begrotingshoofdstukken, die geconsolideerd wordt met de saldibalans van de centrale administratie van de Schatkist van het Rijk.
Voor een nadere toelichting op de cijfers wordt verwezen naar de jaarverslagen van de ministeries of begrotingsfondsen. Let op! Door afrondingsverschillen kunnen de sommen van bepaalde onderdelen afwijken van andere tabellen.
Ad 1) Uitgaven ten laste van de begroting
Onder de post uitgaven ten laste van de begroting worden de gerealiseerde uitgaven van het betreffende begrotingsjaar opgenomen van alle ministeries en begrotingsfondsen. Ook hierin meegenomen zijn de rentelasten zoals opgenomen in tabel 1.4 van de rijksrekening.
Ad 2) Vorderingen buiten begrotingsverband (intra-comptabele vorderingen)
Onder de post vorderingen buiten begrotingsverband worden de uitgaven opgenomen die in een later jaar met een ander onderdeel van het Rijk dan wel met een derde worden verrekend. Onder deze post staan alleen de vorderingen waarvan wordt verwacht dat binnen een afzienbare termijn verrekening zal plaatsvinden. Het totaal van deze post is 12.618 miljoen euro, waarvan 11.395 miljoen euro uit kas-transverschillen bestaat. Voor de toelichting van de kas-transverschillen verwijzen wij u naar toelichting Saldibalans Nationale Schuld IXA.
Ad 3) Liquide middelen
Onder de post liquide middelen worden de saldi bij de banken en de contante gelden opgenomen.
Ad 4) Saldo geldelijk beheer van het Rijk
Onder de post saldo geldelijk beheer van het Rijk wordt opgenomen: de door het ministerie van Financiën overgenomen uitgaven en ontvangsten binnen begrotingsverband van afgesloten begrotingsjaren. De definitieve afsluiting van een begrotingsjaar vindt plaats nadat de Staten-Generaal de Slotwetten hebben aangenomen, waarna de eindbedragen voor de uitgaven en ontvangsten die betrekking hebben op het afgesloten begrotingsjaar worden overgeboekt op de post saldo geldelijk beheer van het Rijk. Het saldo geldelijk beheer is hiermee een meerjarige optelling (cumulatie) van alle door het parlement goedgekeurde uitgaven en ontvangsten van het Rijk tot en met het laatst afgesloten boekjaar.
Ad 5 en 16) Openstaande rechten
Rechten zijn een voorfase van de ontvangsten. Onder de post openstaande rechten worden opgenomen: vorderingen die niet voortvloeien uit met derden te verrekenen begrotingsuitgaven, maar op andere wijze ontstaan. Rechten kunnen ontstaan doordat conform wettelijke regelingen vastgestelde aanslagen aan derden worden opgelegd (bijvoorbeeld belastingen, college- en schoolgelden) of op grond van doorberekening van de kosten van verleende diensten of geleverde goederen.
Ad 6 en 17) Vorderingen (extra-comptabel)
Onder de post extra-comptabele vorderingen worden de vorderingen opgenomen, die zijn voortgevloeid uit uitgaven ten laste van de begroting. Het gaat dan om reeds verrichte uitgaven, die binnen begrotingsverband zijn geboekt en waarvoor op termijn nog een verrekening met derden dan wel met een ander onderdeel van het Rijk zal plaatsvinden. Tevens zijn hierin de uitgaven opgenomen, die in eerste instantie op derdenrekeningen zijn geboekt, maar waarvan de verrekening met derden dan wel een ander onderdeel van het Rijk niet binnen een redelijke termijn heeft plaatsgevonden, terwijl verrekening wel mogelijk is.
Ad 7 en 18) Schulden (extra-comptabel)
Onder de post schulden worden schulden opgenomen die zijn voortgevloeid uit ontvangsten ten gunste van de begroting. Net als bij extra-comptabele vorderingen gaat het om reeds ontvangen bedragen welke geboekt zijn binnen begrotingsverband en waarvoor nog op termijn een verrekening plaats zal vinden. Ook uitgegeven leningen worden onder de post schulden opgenomen.
Ad 8 en 19) Voorschotten
Onder de post voorschotten worden de bedragen opgenomen die aan derden zijn betaald vooruitlopend op een later definitief vast te stellen c.q. af te rekenen bedrag.
Het totaal van de openstaande voorschotten per 31/12/2023 van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) sluit niet aan bij de gecontroleerde en goedgekeurde jaarverslagen 2023. In het jaarverslag 2024 van IenW is deze wel gecorrigeerd overgenomen, waardoor het verschil ca. 295 mln. bedraagt. In de Rijkssaldibalans is de eindstand van 31/12/2023 uit het FJR 2023 overgenomen in het FJR 2024.
Ad 9 en 20) Andere verplichtingen
Onder de post andere verplichtingen wordt het saldo opgenomen van aangegane verplichtingen en hierop verrichte betalingen. Het saldo heeft zowel betrekking op de binnen als buiten begrotingsverband geboekte verplichtingen.
Ad 10 en 21) Deelnemingen
Onder de post deelnemingen worden alle deelnemingen in besloten en naamloze vennootschappen en internationale instellingen opgenomen. De waardering van de deelnemingen geschiedt op basis van de oorspronkelijke aankoopprijs. In enkele gevallen geschiedt de waardering tegen de nominale waarde van het aandeel in het gestort en opgevraagd kapitaal.
Ad 11 en 22) Garantieverplichtingen
Onder de post garantieverplichtingen worden de bedragen opgenomen die de hoofdsommen vormen van afgegeven garanties aan derden en garanties van ministeries aan het ministerie van Financiën. Een afgegeven garantie wordt gezien als een verplichting en moet ook op dezelfde manier in de administratie worden verwerkt. Er is dus geen verschil in de registratie van garantieverplichtingen en andersoortige verplichtingen. Een verschil tussen een garantieverplichting en een andere verplichting is wel dat de hoofdsom van een garantieverplichting veelal niet of slechts gedeeltelijk tot uitbetaling zal leiden.
Ad 12) Ontvangsten ten gunste van de begroting
Onder de post ontvangsten ten gunste van de begroting worden de gerealiseerde ontvangsten van het betreffende begrotingsjaar opgenomen van alle ministeries en begrotingsfondsen. Ook hierin meegenomen zijn de rentebaten zoals opgenomen in tabel 1.5 van de rijksrekening.
Ad 13) Schulden buiten begrotingsverband (intra-comptabel)
Onder de post schulden buiten begrotingsverband worden de ontvangsten geboekt die in een later jaar met een ander onderdeel van het Rijk dan wel met een derde worden verrekend.
Ad 14) Saldi begrotingsfondsen
Onder de post saldi begrotingsfondsen worden saldi van het voorgaande begrotingsjaar opgenomen. Het betreft hier de saldi van het Diergezondheidsfonds, het Mobiliteitsfonds, het Deltafonds en het Defensiematerieelbegrotingsfonds en het Nationaal Groeifonds. In 2023 en 2024 betreft het een positieve saldo.
Ad 15) Saldi begrotingsreserves
Onder de post saldi begrotingsreserves worden de interne reserves van de ministeries opgenomen. Het gaat hier om de volgende reserves:
– Nationale Hypotheekgarantie, Sanerings- en Projectsteun Woningcorporaties en FHG (BZK);
– FOM, DGGF, DRIVE en DTIF (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking);
– Borgstelling MKB-kredieten, Groeifaciliteit, Garantie Ondernemingsfinanciering, Garantie MKB-financiering, Duurzame energie, Aardwarmte, ECN verstrekte leningen, Klein Krediet Corona, Begrotingsreserve BMKB-Groen (EZK);
– Exportkredietverzekeringen, Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschades en Garantstelling DGS BES eilanden (Financiën);
– Asiel (JenV);
– Landbouw, Visserij, Risicovoorziening jonge boeren, Apurement, Borgstellingsfaciliteit, Natuur (LNV);
– Museaal Aankoopfonds en Risicopremie garantstelling onderwijsinstellingen (OCW);
– Waarborgfonds voor de Zorgsector, Stimuleringsregeling wonen en zorg, Pallas (VWS).
3 DE BELASTING- EN PREMIEONTVANGSTEN IN 2024
Tabel 3.1 De belasting- en premieontvangsten in 2024 op EMU-basis (in miljoenen euro)
Miljoenennota 2024
Realisatie 2024
Verschil
Indirecte belastingen
121.935
117.138
‒ 4.798
Invoerrechten
4.984
4.297
‒ 688
Omzetbelasting
79.455
78.597
‒ 857
Belasting op personenauto's en motorrijwielen
1.485
1.382
‒ 103
Accijnzen
13.884
12.010
‒ 1.873
- Accijns van lichte olie
5.164
4.526
‒ 639
- Accijns van minerale oliën, anders dan lichte olie
3.845
3.342
‒ 504
- Tabaksaccijns
3.533
2.991
‒ 542
- Alcoholaccijns
425
374
‒ 52
- Bieraccijns
528
448
‒ 81
- Wijnaccijns
387
330
‒ 56
Overdrachtsbelasting
3.885
3.819
‒ 66
Assurantiebelasting
3.737
3.932
195
Motorrijtuigenbelasting
4.946
4.873
‒ 73
Belastingen op een milieugrondslag
8.184
6.638
‒ 1.546
- Afvalstoffenbelasting
273
257
‒ 16
- Energiebelasting
6.831
5.291
‒ 1.540
- Waterbelasting
368
344
‒ 24
- Brandstoffenheffingen
1
1
0
- Vliegbelasting
710
745
36
Verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken e.a.
690
612
‒ 78
Belasting op zware motorrijtuigen
213
198
‒ 14
Bankbelasting
473
601
128
Inframarginale heffing
0
179
179
Directe belastingen
147.522
157.233
9.710
Inkomstenbelasting
11.919
18.302
6.383
Loonbelasting
78.878
82.923
4.044
Dividendbelasting
6.497
6.922
425
Kansspelbelasting
958
991
33
Vennootschapsbelasting
46.241
44.556
‒ 1.686
Bronbelasting op rente en royalty's
71
125
54
Schenk- en erfbelasting
2.958
3.415
458
Overige belastingontvangsten
364
364
0
- Belasting- en premieontvangsten Caribisch Nederland
256
244
‒ 12
Totaal belastingen
269.822
274.734
4.912
Premies volksverzekeringen
42.074
38.477
‒ 3.597
Premies werknemersverzekeringen
91.047
94.012
2.965
waarvan zorgpremies
56.022
57.320
1.298
Totaal belasting- en premieontvangsten
402.943
407.224
4.281
Tabel 3.2 De belasting- en premieontvangsten in 2024 op kasbasis (in miljoenen euro)
Miljoenennota 2024
Realisatie 2024
Verschil
Indirecte belastingen
122.903
116.137
‒ 6.766
Invoerrechten
4.964
4.197
‒ 767
Omzetbelasting
80.383
78.017
‒ 2.366
Belasting op personenauto's en motorrijwielen
1.466
1.387
‒ 79
Accijnzen
13.915
12.146
‒ 1.769
- Accijns van lichte olie
5.190
4.577
‒ 613
- Accijns van minerale oliën, anders dan lichte olie
3.876
3.382
‒ 494
- Tabaksaccijns
3.519
3.014
‒ 505
- Alcoholaccijns
420
379
‒ 41
- Bieraccijns
530
460
‒ 69
- Wijnaccijns
381
334
‒ 48
Overdrachtsbelasting
3.891
3.713
‒ 178
Assurantiebelasting
3.726
3.888
162
Motorrijtuigenbelasting
4.910
4.883
‒ 27
Belastingen op een milieugrondslag
8.112
6.516
‒ 1.596
- Afvalstoffenbelasting
277
262
‒ 15
- Energiebelasting
6.762
5.193
‒ 1.568
- Waterbelasting
367
336
‒ 31
- Brandstoffenheffingen
1
1
0
- Vliegbelasting
705
724
20
Verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken e.a.
672
590
‒ 81
Belasting op zware motorrijtuigen
213
199
‒ 14
Bankbelasting
473
601
128
Inframarginale heffing
179
0
‒ 179
Directe belastingen en premies volksverzekeringen
155.115
167.334
12.219
Inkomstenbelasting
12.177
22.796
10.619
Loonbelasting
79.484
83.033
3.550
Dividendbelasting
6.497
9.396
2.899
Kansspelbelasting
1.010
1.073
63
Vennootschapsbelasting
46.475
45.097
‒ 1.379
Bronbelasting op rente en royalty's
81
95
14
Schenk- en erfbelasting
2.958
3.415
458
Solidariteitsbijdrage
6.433
2.429
‒ 4.004
Overige belastingontvangsten
364
336
‒ 28
waarvan Belasting- en premieontvangsten Caribisch Nederland
256
244
‒ 12
Totaal belastingen op kasbasis
278.382
283.807
5.425
Premies volksverzekeringen
42.684
39.025
‒ 3.659
Premies werknemersverzekeringen
91.785
94.149
2.364
Aansluiten naar EMU (KTV)
‒ 9.909
‒ 9.758
151
Totaal belasting- en premieontvangsten op EMU-basis
402.943
407.224
4.281
4 UITGAVEN EN NIET- BELASTINGONTVANGSTEN
Deze bijlage biedt een overzicht van de verschillende manieren waarop de uitgaven en de niet-belastingontvangsten van de overheid worden weergegeven. Er wordt een vergelijking gemaakt tussen de begroting van 2024 zoals gepresenteerd in de Miljoenennota 2024 en de realisatie van dat jaar in het voorliggende Financieel Jaarverslag van het Rijk 2024. De overheidsuitgaven kunnen op kasbasis, maar ook op transactiebasis worden geregistreerd. In het eerste geval worden transacties geboekt in de periode waarin betaling plaatsvindt, in het tweede geval in de periode waarin rechten en verplichtingen zijn ontstaan. Op de departementale begrotingen worden de uitgaven op kasbasis geregistreerd: welke bedragen worden daadwerkelijk van de bankrekeningen van het Rijk afgeschreven. Bij het saldo van de overheid (EMU-saldo) wordt niet uitgegaan van de uitgaven op kasbasis, maar op transactiebasis: de uitgaven worden geboekt in de periode waarin rechten en verplichtingen zijn ontstaan. Bij de tabellen hieronder worden de gebruikte begrippen verder toegelicht.
Tabel 4.1 bevat alle netto-uitgaven van de Rijksoverheid: de optelsom van de uitgaven minus de niet-belastingontvangsten. Om de uitgaven te beheersen is er een uitgavenkader. De uitgaven binnen het uitgavenkader mogen het uitgavenkader niet overschrijden. De uitgangsregel is dat alle uitgaven die relevant zijn voor het EMU-saldo ook onder het uitgavenkader vallen, tenzij hier een uitzondering voor gemaakt is. De uitgaven en ontvangsten die niet binnen het kader vallen worden in tabel 4.6 nader uitgesplitst.
In tabel 4.1 zijn de uitgaven uitgesplitst in de begrotingsgefinancierde en de premiegefinancierde uitgaven. De begrotingsgefinancierde uitgaven worden betaald uit belastingen en zijn de optelling van alle uitgaven en niet-belastingontvangsten op de departementale begrotingen. Dit zijn de uitgaven waarvoor het parlement autorisatie verleent door de begrotingswetten aan te nemen. Naast de begrotingsgefinancierde uitgaven zijn er ook premiegefinancierde uitgaven. De uitgaven aan zorg en sociale zekerheid worden voornamelijk gefinancierd uit de premies. Samen vormen de begrotingsgefinancierde en premiegefinancierde netto-uitgaven de totale netto-uitgaven.
Tabel 4.1 Netto-uitgaven naar type (in miljoenen euro)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
Bron
Begrotingsgefinancierde netto-uitgaven
Netto-uitgaven onder het uitgavenkader
240.717
225.799
‒ 14.919
Tabel 4.5
Netto-uitgaven buiten het uitgavenkader
55.368
68.435
13.067
Tabel 4.6
Totaal begrotingsgefinancierde netto-uitgaven
296.086
294.234
‒ 1.852
Tabel 4.4
Premiegefinancierde netto-uitgaven
172.927
171.159
‒ 1.768
Tabel 4.5
Totaal netto-uitgaven
469.013
465.393
‒ 3.619
Tabel 4.2 geeft alle uitgaven zoals die vermeld zijn in de individuele begrotingshoofdstukken van de Rijksbegroting. In die hoofdstukken zelf zijn de uitgaven verdeeld over verschillende beleids- en niet-beleidsartikelen, maar in de tabel wordt alleen het totaal per begrotingshoofdstuk weergegeven. Het betreft hier de kasuitgaven van de begrotingshoofdstukken. Alleen voor het begrotingshoofdstuk van Nationale Schuld zijn de bedragen op transactiebasis.
Tabel 4.2 Uitgaven begrotingen (in miljoenen euro)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
1
De Koning
56
58
3
2A
Staten-Generaal
239
271
32
2B
Overige Hoge Colleges van Staat, Kabinetten van de Gouverneurs en de Kiesraad
183
192
10
3
Algemene Zaken
97
118
21
4
Koninkrijksrelaties
223
212
‒ 11
5
Buitenlandse Zaken
12.790
11.295
‒ 1.495
6
Justitie en Veiligheid
24.116
25.483
1.368
7
Binnenlandse Zaken
11.200
10.925
‒ 275
8
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
55.467
56.464
997
9A
Nationale Schuld (Transactiebasis)
12.719
11.990
‒ 729
9B
Financiën
11.827
26.021
14.194
10
Defensie
21.298
12.467
‒ 8.832
12
Infrastructuur en Waterstaat
14.652
13.919
‒ 734
13
Economische Zaken en Klimaat
12.245
10.010
‒ 2.235
14
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
2.863
4.044
1.181
15
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
58.022
63.329
5.307
16
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
35.268
38.231
2.963
17
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
3.641
3.986
345
50
Gemeentefonds
42.874
43.836
962
51
Provinciefonds
3.341
3.954
614
55
Mobiliteitsfonds
10.246
9.709
‒ 536
58
Diergezondheidsfonds
31
35
4
60
Accres Gemeentefonds
671
0
‒ 671
61
Accres Provinciefonds
129
0
‒ 129
64
BES-fonds
71
104
33
65
Deltafonds
1.819
1.623
‒ 197
66
Defensiematerieelbegrotingsfonds
10.724
7.606
‒ 3.118
70
Nationaal Groeifonds
1.572
21
‒ 1.551
AP
Aanvullende Posten
8.946
0
‒ 8.946
90
Consolidatie1
‒ 23.698
‒ 10.408
13.290
HGIS
Internationale Samenwerking2
(9.554)
(11.258)
‒ 1.704
Totaal
333.631
345.495
11.863
1) Dit betreft een correctie voor dubbeltellingen die ontstaan door het «bruto-boeken» van bijdragen. Het bruto-boeken houdt in dat zowel het departement dat bijdraagt, als het departement dat ontvangt de uitgaven op zijn begroting opneemt. Het gaat onder andere om bijdragen via de begroting van Infrastructuur en Waterstaat aan het Mobiliteitsfonds en het Deltafonds en van de begroting van Defensie aan het Defensiematerieelbegrotingsfonds.
2) In deze tabel zijn de niet-belastingontvangsten voor Internationale Samenwerking toegerekend aan de begrotingen waarop deze worden verantwoord. De totale uitgaven voor Internationale Samenwerking zijn tussen haakjes vermeld en lopen niet mee in de totaaltelling.
Tabel 4.3 bevat alle niet-belastingontvangsten op de verschillende begrotingshoofdstukken van de Rijksbegroting. Dit betreft alle ontvangsten die geen belasting- of premie-ontvangst zijn. Denk bijvoorbeeld aan het dividend dat uitgekeerd wordt door staatsdeelnemingen, het terugbetalen van studieschulden of de opbrengst van boetes en schikkingen. Ook hier geldt dat alle bedragen op kasbasis zijn, behalve bedragen op de begroting van Nationale Schuld die deels op transactiebasis is opgesteld. Omdat hier inzicht wordt gegeven in de niet-belastingontvangsten worden de ontvangsten vanuit het uitgeven van nieuwe staatschuld niet meegeteld. Deze ontvangsten komen in bijlage 5 aan bod bij de bepaling van het EMU-saldo.
Tabel 4.3 Niet-belastingontvangsten begrotingen (in miljoenen euro)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
1
De Koning
2
2
0
2A
Staten-Generaal
4
9
5
2B
Overige Hoge Colleges van Staat, Kabinetten van de Gouverneurs en de Kiesraad
6
8
2
3
Algemene Zaken
8
9
1
4
Koninkrijksrelaties
50
165
115
5
Buitenlandse Zaken
4.076
3.710
‒ 365
6
Justitie en Veiligheid
1.484
1.853
369
7
Binnenlandse Zaken
631
1.155
524
8
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
2.038
2.383
344
9A
Nationale Schuld (Transactiebasis)
15.409
24.129
8.720
9B
Financiën
4.548
5.937
1.389
10
Defensie
229
315
86
12
Infrastructuur en Waterstaat
87
67
‒ 20
13
Economische Zaken
5.620
6.766
1.147
14
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
78
235
157
15
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
2.342
2.579
238
16
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
183
1.129
946
17
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
58
76
18
50
Gemeentefonds
0
0
0
51
Provinciefonds
0
0
0
55
Mobiliteitsfonds
10.246
9.521
‒ 725
58
Diergezondheidsfonds
32
30
‒ 1
65
Deltafonds
1.819
1.443
‒ 376
66
Defensiematerieelbegrotingsfonds
10.724
148
‒ 10.576
70
Nationaal Groeifonds
1.572
0
‒ 1.572
AP
Aanvullende Posten
0
0
0
90
Consolidatie1
‒ 23.698
‒ 10.408
13.290
HGIS
Internationale Samenwerking2
(340)
(409)
‒ 69
Totaal
37.545
51.261
13.715
1) Dit betreft een correctie voor dubbeltellingen die ontstaan door het «bruto-boeken» van bijdragen. Het bruto-boeken houdt in dat zowel het departement dat bijdraagt, als het departement dat ontvangt de uitgaven op zijn begroting opneemt. Het gaat onder andere om bijdragen via de begroting van Infrastructuur en Waterstaat aan het Mobiliteitsfonds en het Deltafonds en van de begroting van Defensie aan het Defensiematerieelbegrotingsfonds.
2) In deze tabel zijn de niet-belastingontvangsten voor Internationale Samenwerking toegerekend aan de begrotingen waarop deze worden verantwoord. De totale niet-belastingontvangsten voor Internationale Samenwerking zijn tussen haakjes vermeld en lopen niet mee in de totaaltelling.
Tabel 4.4 geeft per begrotingshoofdstuk de netto-uitgaven weer, oftewel de uitgaven (tabel 4.2) minus de niet-belastingontvangsten (tabel 4.3).
Tabel 4.4 Netto-uitgaven begrotingen (in miljoenen euro)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
1
De Koning
54
57
3
2A
Staten-Generaal
235
262
27
2B
Overige Hoge Colleges van Staat, Kabinetten van de Gouverneurs en de Kiesraad
176
184
8
3
Algemene Zaken
89
109
20
4
Koninkrijksrelaties
173
47
‒ 126
5
Buitenlandse Zaken
8.715
7.585
‒ 1.129
6
Justitie en Veiligheid
22.632
23.630
999
7
Binnenlandse Zaken
10.569
9.770
‒ 799
8
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
53.429
54.081
653
9A
Nationale Schuld (Transactiebasis)
‒ 2.690
‒ 12.139
‒ 9.449
9B
Financiën
7.279
20.084
12.804
10
Defensie
21.070
12.152
‒ 8.918
12
Infrastructuur en Waterstaat
14.566
13.852
‒ 714
13
Economische Zaken en Klimaat
6.625
3.243
‒ 3.382
14
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
2.785
3.809
1.024
15
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
55.681
60.750
5.069
16
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
35.085
37.102
2.017
17
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
3.583
3.910
327
50
Gemeentefonds
42.874
43.836
962
51
Provinciefonds
3.341
3.954
614
55
Mobiliteitsfonds
0
188
188
58
Diergezondheidsfonds
‒ 1
5
5
60
Accres Gemeentefonds
671
0
‒ 671
61
Accres Provinciefonds
129
0
‒ 129
64
BES-fonds
71
104
33
65
Deltafonds
0
180
180
66
Defensiematerieelbegrotingsfonds
0
7.458
7.458
70
Nationaal Groeifonds
0
21
21
AP
Aanvullende Posten
8.946
0
‒ 8.946
HGIS
Internationale Samenwerking11
(9.214)
(10.850)
‒ 1.636
Totaal
296.086
294.234
‒ 1.852
1) In deze tabel zijn de niet-belastingontvangsten voor Internationale Samenwerking toegerekend aan de begrotingen waarop deze worden verantwoord. De totale uitgaven voor Internationale Samenwerking zijn tussen haakjes vermeld en lopen niet mee in de totaaltelling.
X Noot
1
In deze tabel zijn de niet-belastingontvangsten voor Internationale Samenwerking toegerekend aan de begrotingen waarop deze worden verantwoord. De totale uitgaven voor Internationale Samenwerking zijn tussen haakjes vermeld en lopen niet mee in de totaaltelling.
Tabel 4.5 geeft per begrotingshoofdstuk de netto-uitgaven weer die binnen het uitgavenkader vallen. Tabel 4.6 geeft vervolgens per begrotingshoofdstuk de uitgaven weer die buiten het uitgavenkader vallen. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om uitgaven die niet meetellen in het begrotingstekort (het EMU-saldo), zoals het verstrekken van (studie)leningen, de bijdrage van het Rijk aan de sociale fondsen of de opbrengst van het verkopen van staatsdeelnemingen. Daarnaast zijn er uitgaven die wel EMU-saldorelevant zijn, maar buiten het uitgavenkader zijn geplaatst, zoals de uitgaven aan de zorgtoeslag.
Evenals bij voorgaande tabellen geldt dat de genoemde bedragen in tabel 4.5 en 4.6 op kasbasis zijn, behalve het begrotingshoofdstuk van Nationale Schuld dat deels op transactiebasis wordt opgesteld. De uitgaven aan het aflossen van en de ontvangsten uit het uitgeven van de staatsschuld zijn niet in deze tabel opgenomen, maar worden in bijlage 5 afzonderlijk toegelicht.
Tabel 4.5 Netto-uitgaven binnen het uitgavenkader (in miljoenen euro)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
Begrotingsgefinancierd
1
De Koning
54
57
3
2A
Staten-Generaal
235
262
27
2B
Overige Hoge Colleges van Staat, Kabinetten van de Gouverneurs en de Kiesraad
176
184
8
3
Algemene Zaken
89
109
20
4
Koninkrijksrelaties
169
23
‒ 145
5
Buitenlandse Zaken
3.731
2.978
‒ 753
6
Justitie en Veiligheid
19.383
20.897
1.514
7
Binnenlandse Zaken
10.602
9.820
‒ 782
8
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
50.100
52.606
2.505
9A
Nationale Schuld (Transactiebasis)
7.788
22
‒ 7.766
9B
Financiën
7.425
9.952
2.526
10
Defensie
20.015
9.794
‒ 10.221
12
Infrastructuur en Waterstaat
14.526
13.851
‒ 675
13
Economische Zaken en Klimaat
7.901
4.365
‒ 3.535
14
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
2.785
3.809
1.024
15
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
29.202
31.309
2.107
16
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
7.084
6.470
‒ 614
17
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
3.599
3.704
105
50
Gemeentefonds
42.874
43.806
932
51
Provinciefonds
3.341
3.954
614
55
Mobiliteitsfonds
‒
188
188
60
Accres Gemeentefonds
671
‒
‒ 671
61
Accres Provinciefonds
129
‒
‒ 129
64
BES-fonds
71
104
33
65
Deltafonds
‒
180
180
66
Defensiematerieelbegrotingsfonds
‒
7.334
7.334
70
Nationaal Groeifonds
‒
21
21
AP
Aanvullende Posten
8.768
‒
‒ 8.768
90
Consolidatie1
‒
‒
‒
HGIS
Internationale Samenwerking2
(8.398)
(8.185)
213
Begrotingsgefinancierde netto-uitgaven
240.717
225.799
‒ 14.919
Premiegefinancierd
40
Sociale Verzekeringen
77.657
77.936
279
41
Zorg
95.270
93.224
‒ 2.046
Premiegefinancierde netto-uitgaven
172.927
171.159
‒ 1.768
Totaal
413.644
396.958
‒ 16.686
1) Dit betreft een correctie voor dubbeltellingen die ontstaan door het «bruto-boeken» van bijdragen. Het bruto-boeken houdt in dat zowel het departement dat bijdraagt, als het departement dat ontvangt de uitgaven op zijn begroting opneemt. Het gaat voornamelijk om bijdragen via de begroting van Infrastructuur en Waterstaat aan het Mobiliteitsfonds en het Deltafonds.
2) In deze tabel zijn de niet-belastingontvangsten voor Internationale Samenwerking toegerekend aan de begrotingen waarop deze worden verantwoord. De totale uitgaven voor Internationale Samenwerking zijn tussen haakjes vermeld en lopen niet mee in de totaaltelling.
Tabel 4.6 Netto-uitgaven buiten het uitgavenkader (in miljoenen euro)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
4
Koninkrijksrelaties
5
23
19
5
Buitenlandse zaken
4.984
4.608
‒ 376
6
Justitie en Veiligheid
3.248
2.733
‒ 515
7
Binnenlandse Zaken
‒ 33
‒ 50
‒ 17
8
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
3.328
1.475
‒ 1.853
9A
Nationale Schuld (Transactiebasis)
‒ 10.478
‒ 12.161
‒ 1.683
9B
Financiën
‒ 146
10.132
10.278
10
Defensie
1.055
2.358
1.303
12
Infrastructuur en Waterstaat
40
1
‒ 39
13
Economische Zaken en Klimaat
‒ 1.276
‒ 1.122
154
15
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
26.478
29.441
2.962
16
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
28.001
30.632
2.631
17
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
‒ 16
207
223
50
Gemeentefonds
0
30
30
58
Diergezondheidsfonds
‒ 1
5
5
66
Defensiematerieelbegrotingsfonds
0
124
124
70
Nationaal Groeifonds
0
0
0
AP
Aanvullende posten
179
0
‒ 179
HGIS
Internationale Samenwerking1
(1.039)
(2.665)
‒ 1.626
Totaal netto-uitgaven buiten het kader
55.368
68.435
13.067
1) In deze tabel zijn de niet-belastingontvangsten voor Internationale Samenwerking toegerekend aan de begrotingen waarop deze worden verantwoord. De totale uitgaven voor Internationale Samenwerking zijn tussen haakjes vermeld en lopen niet mee in de totaaltelling.
Tabel 4.7 geeft de totale netto-uitgaven aan Internationale Samenwerking (HGIS) aan per begrotingshoofdstuk. Deze uitgaven aan internationale samenwerking worden gecoördineerd door het ministerie van Buitenlandse Zaken, maar worden verantwoord op de individuele begrotingen. In bovenstaande tabellen zijn deze middelen onderdeel van de totalen per begroting. Onderaan deze tabellen staat het totaal aan HGIS-uitgaven over alle begrotingen.
Tabel 4.7 Netto HGIS-uitgaven begrotingen (in miljoenen euro)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
5
Buitenlandse Zaken
2.451
2.455
4
6
Justitie en Veiligheid
1.339
1.279
‒ 59
7
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
0
0
0
8
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
112
116
4
9B
Financiën
341
288
‒ 53
10
Defensie
217
218
2
12
Infrastructuur en Waterstaat
36
33
‒ 3
13
Economische Zaken en Klimaat
31
38
7
14
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
41
43
2
15
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
1
1
0
16
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
8
8
1
17
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
3.599
3.704
105
AP
Aanvullende posten
0
0
0
Totaal kaderrelevante netto-uitgaven HGIS
8.175
8.185
10
5
Buitenlandse Zaken
0
42
42
6
Justitie en Veiligheid
0
3
3
8
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
0
1
1
9B
Financiën
0
34
34
10
Defensie
1.055
2.351
1.295
12
Infrastructuur en Waterstaat
0
1
1
13
Economische Zaken en Klimaat
0
27
27
17
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
‒ 16
207
223
Totaal niet kaderrelevante netto-uitgaven HGIS
1.039
2.665
1.626
Totaal netto-uitgaven HGIS
9.214
10.850
1.636
Tabel 4.8 Aansluiting visuele samenvatting (in miljarden euro)
2024
Bron
Netto-uitgaven visuele samenvatting
414,1
Visualisatie
Sociale Zekerheid
107,5
Sociale Zaken en Werkgelegenheid kaderrelevant
31,3
Tabel 4.5
Sociale verzekeringen premiegefinancierd
77,9
Tabel 4.5
Werkgeversbijdrage kinderopvang niet kader- wel saldorelevant
‒ 1,7
H15 artikel 7
Zorg
106,2
Volksgezondheid, Welzijn en Sport kaderrelevant
6,5
Tabel 4.5
Zorg premiegefinancierd
93,2
Tabel 4.5
Zorgtoeslag en TSZ niet kader- wel saldorelevant
6,5
H16 artikel 8
Oekraïnemiddelen VWS niet kader- wel saldorelevant
0,0
Tabel 10.1
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
52,7
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap kaderrelevant
52,6
Tabel 4.5
Overig OCW niet kader- wel saldorelevant
0,1
H8
Gemeenten en provincies
52,2
Gemeentefonds en accres Gemeentefonds kaderrelevant
43,8
Tabel 4.5
Provinciefonds en accres Provinciefonds kaderrelevant
4,0
Tabel 4.5
Btw-compensatiefonds
4,4
H9 artikel 6
Gemeentefonds niet kader-, wel saldorelevant
0,0
H50
Justitie en Veiligheid
23,6
Justitie en Veiligheid kaderrelevant
20,9
Tabel 4.5
Oekraïnemiddelen JenV niet kader- wel saldorelevant
2,7
Tabel 10.1
Defensie
19,6
Defensie kaderrelevant
9,8
Tabel 4.5
Defensiematerieelbegrotingsfonds kaderrelevant
7,3
Tabel 4.5
Oekraïnemiddelen DEF niet kader- wel saldorelevant
2,4
Tabel 10.1
Oekraïnemiddelen DMF niet kader- wel saldorelevant
0,1
Tabel 10.1
Infrastructuur en Waterstaat
14,2
Infrastructuur en Waterstaat kaderrelevant
13,9
Tabel 4.5
Mobiliteitsfonds kaderrelevant
0,2
Tabel 4.5
Deltafonds kaderrelevant
0,2
Tabel 4.5
Overig IenW niet kader- wel saldorelevant
0,0
H12
Buitenlandse Zaken
11,5
Buitenlandse Zaken kaderrelevant
3,0
Tabel 4.5
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking kaderrelevant
3,7
Tabel 4.5
EU-afdrachten Invoerrechten niet kader- wel saldorelevant
4,2
H5 artikel 3
Oekraïnemiddelen BZ niet kader- wel saldorelevant
0,4
Tabel 10.1
Oekraïnemiddelen BHOS niet kader- wel saldorelevant
0,2
Tabel 10.1
Financiën en Nationale Schuld
11,3
Financiën kaderrelevant
10,0
Tabel 4.5
Rentelasten staatsschuld niet kader- wel saldorelevant
5,8
H9A artikel 11
Rentelasten schatkistbankieren niet kader- wel saldorelevant
1,7
H9A artikel 12
Oekraïnemiddelen FIN niet kader- wel saldorelevant
0,2
H9B
BIR en overig niet kader-, wel saldorelevant
‒ 1,9
H9B
af: Btw-compensatiefonds
‒ 4,4
H9B artikel 6
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
9,9
Binnenlandse Zaken kaderrelevant
9,8
Tabel 4.5
Koninkrijksrelaties kaderrelevant
0,0
Tabel 4.5
BES-fonds kaderrelevant
0,1
Tabel 4.5
Overig BZK niet kader- wel saldorelevant
0,0
H7 artikel 12
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
3,8
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit kaderrelevant
3,8
Tabel 4.5
Diergezondheidsfonds niet kader- wel saldorelevant
0,0
Tabel 4.4
Economische Zaken en Klimaat
3,3
Economische Zaken en Klimaat kaderrelevant
4,4
Tabel 4.5
Nationaal Groeifonds kaderrelevant
0,0
Tabel 4.5
ETS en overig EZK niet kader-, wel saldorelevant (incl. NGF)
‒ 1,1
H13 en H70
Overig
‒ 1,8
Kas-transverschillen en overige posten
‒ 2,4
Tabel 5.4
Overige begrotingen
0,6
Tabel 4.5
Totale netto-uitgaven relevant voor het EMU-saldo centrale overheid
414,1
Tabel 5.1
5 EMU-SALDO EN EMU-SCHULD
Tabel 5.1 betreft een overzicht van de inkomsten, de uitgaven, het EMU-saldo en de EMU-schuld (de budgettaire kerngegevens). Het betreft de inkomsten en uitgaven van het Rijk die relevant zijn voor het EMU-saldo. Om van het EMU-saldo Rijk tot het saldo van de gehele collectieve sector te komen, wordt het EMU-saldo van de decentrale overheden meegeteld. De EMU-schuld wordt hier voor de gehele collectieve sector weergeven.
Tabel 5.1 Budgettaire kerngegevens (in miljarden euro, + = overschot)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
Inkomsten (belastingen en sociale premies)
402,9
407,2
4,3
Netto-uitgaven binnen het uitgavenkader
413,6
397,0
‒ 16,7
Overige netto-uitgaven en correcties voor het EMU-saldo
19,9
17,1
‒ 2,8
Totale netto-uitgaven en correcties voor het EMU-saldo
433,6
414,1
‒ 19,5
EMU-saldo centrale overheid
‒ 30,6
‒ 6,9
23,8
EMU-saldo decentrale overheden
‒ 1,1
‒ 3,2
‒ 2,1
EMU-saldo collectieve sector
‒ 31,7
‒ 10,1
21,6
EMU-saldo collectieve sector (in procenten bbp)
‒ 2,9%
‒ 0,9%
2,1%
EMU-schuld collectieve sector
509,5
491,6
‒ 17,9
EMU-schuld collectieve sector (in procenten bbp)
47,3%
43,3%
‒ 3,9%
Bruto binnenlands product (bbp)
1.078,3
1.134,1
55,8
Tabel 5.2 geeft de opbouw van het EMU-saldo van de collectieve sector weer. Dit EMU-saldo, ook wel het overheidssaldo genoemd, is de optelsom van alle inkomsten en uitgaven van de Rijksoverheid en de decentrale overheden. De inkomsten en uitgaven van de Rijksoverheid zijn in meer detail te vinden in bijlage 3 en 4. Om tot het EMU-saldo te komen worden enkele correcties toegepast: sommige uitgaven tellen namelijk niet mee voor het EMU-saldo (deze zijn uitgesplitst in tabel 5.3) en voor sommige posten telt een ander bedrag mee voor het EMU-saldo (op transactiebasis) dan op kasbasis in de Rijksbegroting is opgenomen (deze zijn uitgesplitst in tabel 5.4).
Tabel 5.2 EMU-saldo (in miljoenen euro, + is overschot)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
1
Belasting- en premieontvangsten
402.943
407.223
4.280
2
Totale netto-uitgaven
469.013
465.393
‒ 3.619
3
Af: niet EMU-saldo relevante uitgaven
‒ 41.482
‒ 48.899
‒ 7.418
4
Bij: Kas-transverschillen en overige posten
‒ 6.036
2.414
8.449
5
Bij: EMU-saldo decentrale overheden
‒ 1.090
‒ 3.227
‒ 2.137
6
EMU-saldo collectieve sector (1-2-3+4+5)
‒ 31.713
‒ 10.084
21.629
De uitgaven die wel op de Rijksbegroting staan, maar die niet meetellen voor het EMU-saldo, staan vermeld in tabel 5.3. Wat er wel en niet meetelt voor het EMU-saldo is vastgesteld door het Europese statistiekbureau Eurostat in de Manual on Government Deficit and Debt.
Tabel 5.3 Uitgaven niet-relevant voor het EMU-saldo (in miljoenen euro, + is uitgave)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
Verstrekking studieleningen
4.707
3.013
‒ 1.694
Aflossing studieleningen
‒ 1.379
‒ 1.614
‒ 235
Aan- en verkoop staatsdeelnemingen
549
‒ 972
‒ 1.521
Voortijdige beeindiging derivaten
0
‒ 206
‒ 206
Rente-ontvangsten derivaten
1
52
51
Uitgaven gerelateerd aan Oekraïne
0
0
0
Rijksbijdragen aan sociale fondsen (incl. rente)
51.884
56.992
5.107
Kasbeheer
‒ 13.023
‒ 21.073
‒ 8.051
Lening TenneT
0
13.100
13.100
Overig
‒ 1.258
‒ 392
866
Totaal
41.482
48.899
7.418
Tabel 5.4 geeft de posten weer die wel meetellen voor het EMU-saldo, maar die niet, of niet op dezelfde manier, in de Rijksbegroting staan. Voor een deel ervan geldt dat voor het EMU-saldo wordt gerekend met de uitgaven en ontvangsten op transactiebasis, terwijl de Rijkbegroting de uitgaven op kasbasis bijhoudt. Om tot het EMU-saldo te komen moet daarom bovenop het bedrag dat daadwerkelijk de kas heeft verlaten nog een zogenoemd kas-transverschil worden meegeteld. Daarnaast is er een aantal posten die niet op de Rijkbegroting staan, zoals het positieve of negatieve saldo van agentschappen en de kosten van zorgverzekeraars. Deze posten zijn ook meegenomen in tabel 5.4, omdat deze ook meetellen voor het EMU-saldo.
In tabel 1.2.1.1 in de hoofdtekst van dit Financieel Jaarverslag is in de verticale toelichting van het EMU-saldo een overige post van 3.297 miljoen euro opgenomen. Dit bedrag kan uit tabel 5.4 worden berekend door het Totaal Rijk en sociale fondsen (8.363 miljoen euro) te verminderen met de KTV rijksbijdragen aan decentrale overheden (4.798 miljoen euro) en de Mutatie begrotingsreserves (267 miljoen euro).
Tabel 5.4 Kas-transverschillen en overige posten (in miljoenen euro, + is saldoverbeterend)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
KTV EU-afdrachten
0
‒ 901
‒ 901
KTV Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (NOW)
0
1.156
1.156
KTV Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL)
0
‒ 39
‒ 39
KTV OV-beschikbaarheidsvergoeding
13
18
5
KTV OV-studentenkaart
‒ 1.000
0
1.000
KTV Veilingopbrengsten
284
117
‒ 167
KTV Gasbaten
‒ 580
212
792
KTV Publiek private samenwerking
199
160
‒ 39
KTV Defensie
0
1.534
1.534
KTV Prestatiebeurzen
‒ 1.895
‒ 1.639
256
KTV Rijksbijdragen aan decentrale overheden
0
4.798
4.798
Mutatie begrotingsreserves
‒ 421
‒ 153
267
Saldo agentschappen en rest centrale overheid
0
540
540
Overig
‒ 1.805
1.490
3.295
Subtotaal Rijk
‒ 5.204
7.294
12.498
Eigenrisicodragers WGA/ZW
497
503
6
Zorgbemiddeldingskosten
‒ 1.328
‒ 1.813
‒ 484
Correctie aansluiting premiegefinancierde uitgaven en ontvangsten1
0
‒ 4.055
‒ 4.055
Overige correcties
0
484
484
Subtotaal sociale fondsen
‒ 831
‒ 4.880
‒ 4.049
Totaal Rijk en sociale fondsen
‒ 6.036
2.414
8.449
1 Het stelsel van macro-economische statistieken zoals het CBS deze bijhoudt wordt de nationale rekeningen genoemd. Deze nationale rekeningen (NR) zijn afgelopen zomer gereviseerd. De wettelijke sociale premies die socialezekerheidsfondsen betalen op de uitkeringen werden voorheen gesaldeerd met de uitkeringen. Vanaf de NR-revisie worden de uitkeringen en de bijbehorende wettelijk sociale premies bruto geregistreerd: bijvoorbeeld de Zvw-premie die afgedragen wordt bij een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Dit leidt tot zowel hogere uitgaven als hogere premie-inkomsten die per saldo tegen elkaar wegstrepen. De raming van premie-inkomsten is gebaseerd op data van CPB en CBS. Daarom is hierbij uitgegaan van de bruto registratiewijze. Voor de premiegefinancierde uitgaven op de rijksbegroting wordt gewerkt volgens de gesaldeerde registratiewijze. Om te voorkomen dat deze twee verschillende registratiewijzen tot een onbedoeld technisch effect op het EMU-saldo leiden, is een correctie toegepast.
Tabel 5.5 geeft de verdeling van het EMU-saldo over de verschillende onderdelen van de collectieve sector weer. In tabel 5.6 wordt het EMU-saldo van het Rijk verder uitgesplitst.
Tabel 5.5 Opbouw EMU-saldo collectieve sector (in miljoenen euro, - is tekort)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
EMU-saldo centrale overheid
‒ 41.871
‒ 20.298
21.573
EMU-saldo sociale fondsen
11.247
13.441
2.194
EMU-saldo decentrale overheden
‒ 1.090
‒ 3.227
‒ 2.137
EMU-saldo collectieve sector
‒ 31.713
‒ 10.084
21.629
EMU-saldo collectieve sector (in procenten bbp)
‒ 2,9%
‒ 0,9%
2,1%
Tabel 5.6 EMU-saldo Rijk (in miljoenen euro, - is uitgave / tekort)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
Belastingontvangsten
269.822
274.734
4.912
Netto begrotingsgefinancierde uitgaven
‒ 296.086
‒ 294.234
1.852
Af: niet EMU-saldo relevante uitgaven
41.482
48.899
7.418
Betaalde rijksbijdrage en rente aan sociale fondsen
‒ 51.884
‒ 56.992
‒ 5.107
Kas-transverschillen en overige posten Rijk
‒ 5.204
7.294
12.498
EMU-saldo Rijk (centrale overheid)
‒ 41.871
‒ 20.298
21.573
Tabel 5.7 geeft het financieringstekort van het Rijk weer. Het financieringstekort is het bedrag dat het Rijk op kasbasis in een jaar tekort komt of over heeft. Het financieringstekort is daarmee dus ook het bedrag dat in een jaar extra moet worden geleend of, bij een overschot, waarmee schulden kunnen worden afgelost. Waar het EMU-saldo een begrip op transactiebasis is, is het financieringstekort een begrip op kasbasis. Om te komen tot het financieringstekort moeten naast de belastingontvangsten en de uitgaven op de begrotingen nog een aantal correcties worden toegepast. Ten eerste zijn de belastingen, zoals die meetellen voor het EMU-saldo, berekend op transactiebasis. Om tot de belastingen op kasbasis te komen moet het kas-transverschil hier vanaf worden getrokken. Hetzelfde geldt voor posten op de Rijksbegroting die niet op kasbasis zijn. Allereerst is dat de rente op de staatsschuld. Deze staat in de Rijksbegroting op transactiebasis, terwijl voor het financieringstekort alleen de kasuitgaven meetellen. Daarnaast wordt geld storten in (of opnemen uit) een begrotingsreserve op de begroting gezet als uitgave of ontvangst, terwijl het geld de schatkist in dat geval niet daadwerkelijk verlaat of binnenkomt. Daarom wordt voor dit type uitgaven ook gecorrigeerd om tot het financieringssaldo te komen.
Tabel 5.7 Financieringssaldo Rijksoverheid (in miljoenen euro, - is uitgave / tekort)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
Belastinginkomsten (kasbasis)
278.381
283.807
5.426
Netto begrotingsgefinancierde uitgaven
‒ 296.086
‒ 294.234
1.852
Af: kas-transverschil rentelasten
‒ 390
847
1.237
Mutatie begrotingsreserves
‒ 421
‒ 153
267
Mutaties derdenrekeningen inclusief Fortis lening
0
‒ 180
‒ 180
Financieringssaldo Rijksoverheid
‒ 18.515
‒ 9.913
8.602
Het financieringssaldo werkt één op één door in de staatsschuld. Voor een financieringstekort moet immers geleend worden op de financiële markten, terwijl een overschot gebruikt kan worden om schulden af te lossen. Tabel 5.8 geeft de ontwikkeling van de EMU-schuld weer gedurende het jaar 2024, in de eerste kolom zoals verwacht werd bij Miljoenennota 2024 en in de tweede kolom zoals daadwerkelijk gerealiseerd. De EMU-schuld betreft de hele collectieve sector, dus ook het tekort van decentrale overheden en agentschappen heeft invloed op de EMU-schuld.
Tabel 5.8 Opbouw EMU-schuld collectieve sector (in miljoenen euro, - is overschot)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
EMU-schuld begin jaar
489.927
482.228
‒ 7.699
Financieringssaldo Rijksoverheid
18.515
9.913
‒ 8.602
EMU-saldo decentrale overheden
1.090
3.227
2.137
EMU-saldo rest centrale overheid
0
‒ 540
‒ 540
Schatkistbankieren decentrale overheden
0
0
0
Overig
0
‒ 3.243
‒ 3.243
EMU-schuld einde jaar
509.532
491.585
‒ 17.947
EMU-schuldquote (in procenten bbp)
47,3%
43,3%
‒ 3,9%
Tabel 5.9 bevat de ontwikkeling van de EMU-schuldquote (de EMU-schuld in verhouding tot het bbp). Behalve het begrotingstekort of -overschot heeft ook de ontwikkeling van het bbp zelf invloed op de schuldquote. Dit is weergegeven als het noemereffect.
Tabel 5.9 Opbouw EMU-schuldquote (in procenten bbp)
MN 2024
FJR 2024
Verschil
EMU-schuldquote begin jaar
47,6%
46,6%
‒ 1,0%
Noemereffect bbp
‒ 2,2%
‒ 4,1%
‒ 1,9%
Financieringssaldo Rijksoverheid
1,7%
0,9%
‒ 0,8%
EMU-saldo decentrale overheden
0,1%
0,3%
0,2%
EMU-saldo rest centrale overheid
0,0%
0,0%
0,0%
Schatkistbankieren decentrale overheden
0,0%
0,0%
0,0%
Overig
0,0%
‒ 0,3%
‒ 0,3%
EMU-schuldquote einde jaar
47,3%
43,3%
‒ 3,9%
De tabellen 5.10 en tabel 5.11 geven een historisch overzicht van het EMU-saldo en de EMU-schuld in de afgelopen tien jaar, zowel in euro's als in procenten van het bbp.
Tabel 5.10 Historisch overzicht EMU-saldo (in miljarden euro, - is tekort)
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
2024
EMU-saldo
‒ 12,4
1,6
9,9
11,6
14,8
‒ 29,5
‒ 19,6
0,1
‒ 3,8
‒ 10,1
bbp
699,2
720,2
750,9
787,3
829,8
816,5
891,6
993,8
1.067,6
1.134,1
EMU-saldo (in procenten bbp)
‒ 1,8%
0,2%
1,3%
1,5%
1,8%
‒ 3,6%
‒ 2,2%
0,0%
‒ 0,4%
‒ 0,9%
Tabel 5.11 Historisch overzicht EMU-schuld (in miljarden euro)
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
2024
EMU-schuld
446,3
438,5
420,4
406,0
395,4
436,1
450,2
481,1
482,2
491,6
bbp
699,2
720,2
750,9
787,3
829,8
816,5
891,6
993,8
1.067,6
1.134,1
EMU-schuld (in procenten bbp)
63,8%
60,9%
56,0%
51,6%
47,7%
53,4%
50,5%
48,4%
45,2%
43,3%
Tabel 5.12 en tabel 5.13 geven een aansluiting tussen de cijfers zoals deze zijn gepresenteerd in bijlage 1 Rijksrekening en bijlage 5 EMU-saldo en EMU-schuld.
Tabel 5.12 Aansluiting uitgaven Rijksrekening en budgettaire kerngegevens (in miljarden euro)
FJR 2024
Bron
Totaal kasuitgaven begrotingen
384,7
Tabel 1.2
Rentelasten
9,5
Tabel 1.4
Totaal kasuitgaven begrotingen en rentelasten
394,2
Af: uitgaven aflossing vaste schuld
38,3
H9A artikel 11
Af: uitgaven aflossing vlottende schuld
0,0
H9A artikel 11
Af: consolidatie
10,4
Tabel 4.2
Totaal uitgaven begrotingen
345,5
Tabel 4.2
Af: niet-belastingontvangsten begrotingen
51,3
Tabel 4.3
Totaal netto-uitgaven begrotingen
294,2
Tabel 4.4
Totaal premiegefinancierde netto-uitgaven
171,2
Tabel 4.5
w.v. Sociale Verzekeringen
77,9
Tabel 4.5
w.v. Zorg
93,2
Tabel 4.5
Totaal netto-uitgaven (begrotingen en premies)
465,4
Tabel 5.1
w.v. Netto-uitgaven binnen het uitgavenkader
397,0
Tabel 4.5
w.v. Netto-uitgaven buiten het uitgavenkader
68,4
Tabel 4.6
Af: niet EMU-saldo relevante uitgaven
48,9
Tabel 5.2
Bij: kas-transverschillen en overige posten
‒ 2,4
Tabel 5.2
Totaal netto-uitgaven relevant voor EMU-saldo
414,1
Tabel 5.1
Tabel 5.13 Aansluiting ontvangsten Rijksrekening en budgettaire kerngegevens (in miljarden euro)
FJR 2024
Bron
Totaal kasontvangsten begrotingen
391,9
Tabel 1.3
Rentebaten
0,4
Tabel 1.5
Totaal kasontvangsten begrotingen en rentebaten
392,3
Af: uitgifte vaste schuld
39,3
H9A artikel 11
Af: uitgifte vlottende schuld
7,2
H9A artikel 11
Af: (Dis)agio bij inkoop schuld
0,3
H9A artikel 11
Af: consolidatie
10,4
Tabel 4.3
Af: niet-belastingontvangsten
51,3
Tabel 4.3
Totaal belastingen op kasbasis
283,8
Tabel 3.2
Premie-inkomsten op kasbasis
133,2
w.v. volksverzekeringen
39,0
Tabel 3.2
w.v. werknemersverzekeringen (EMU-basis)
94,1
Tabel 3.2
Totale inkomsten op kasbasis
417,0
Kas-transverschillen inkomsten
9,8
w.v. kas-transverschillen belastingen
9,1
Tabel 3.2
w.v. kas-transverschillen premies volksverzekeringen
0,5
Tabel 3.2
w.v. kas-transverschillen premies werknemersverzekeringen
0,1
Tabel 3.2
Totaal belastingen en premies op EMU-basis
407,2
Tabel 5.1
6 FISCALE REGELINGEN
Sinds 2002 wordt budgettaire informatie over fiscale regelingen opgenomen in de Miljoenennota en het Financieel Jaarverslag van het Rijk. In de Miljoenennota worden ook onder andere het beleidsverantwoordelijk departement en de afgeronde en geplande evaluaties vermeld. Meer beleidsmatige informatie over fiscale regelingen wordt opgenomen in de begrotingen en jaarverslagen van de verschillende vakdepartementen.
In het Financieel Jaarverslag van het Rijk wordt de realisatie weergegeven van fiscale regelingen die gebudgetteerd zijn of die zien op afdrachtvermindering. Dit betreft de afdrachtverminderingen in de loonbelasting voor zeevaart en speur- en ontwikkelingswerk (WBSO) en de investeringsfaciliteiten in de inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting waarvoor een aanmeldingsverplichting geldt, namelijk de energie-investeringsaftrek (EIA), milieu-investeringsaftrek (MIA) en willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil). De voorlopige realisaties van deze regelingen worden hier vermeld. Definitieve realisaties worden pas in de loop van 2025 bekend en worden opgenomen in de Miljoenennota 2026. Voor de overige fiscale regelingen zal in de Miljoenennota 2026 een geactualiseerde raming voor 2024 worden opgenomen, op basis van de meest recente gegevens op dat moment.
De investeringsregelingen en de afdrachtvermindering speur- en ontwikkelingswerk zijn gebudgetteerde regelingen met een systematiek van meerjarige budgetegalisatie. De afdrachtvermindering zeevaart is geen gebudgetteerde regeling. Een uitgebreidere beschrijving van deze fiscale regelingen en de ramingsmethodiek kan gevonden worden in de Miljoenennota 2025, bijlage 11.
6.1 Afdrachtverminderingen in de loonbelasting
Tabel 6.1 laat de voorlopige (geschatte) realisaties van de betreffende afdrachtverminderingen over 2024 zien. De realisaties zijn gebaseerd op geaggregeerde informatie vanuit de loonaangiften.
Tabel 6.1 Gegevens afdrachtverminderingen over 2024 (in mln. euro)1
Afdrachtvermindering
Raming 2024 (MN 2025)
Voorlopige realisatie 2024
Speur- en ontwikkelingswerk (WBSO)
1.446
1.291
Zeevaart
116
117
X Noot
1
De voorlopige realisatie 2024 betreft de stand zoals bekend begin mei 2025.
Het totale beschikbare budget voor de afdrachtvermindering speur- en ontwikkelingswerk zoals opgenomen in de Miljoenennota 2025 bedroeg 1.446 miljoen euro. De geschatte voorlopige realisatie is 1.291 miljoen euro. Met deze realisatie is er een onderuitputting van 155 miljoen euro. De onderuitputting wordt conform de geldende systematiek aan het in 2026 beschikbare budget toegevoegd. De hoogte van de verzilverde S&O-afdrachtvermindering over 2024 wordt in juli 2025 definitief vastgesteld op basis van de realisaties tot en met juni 2025. De daadwerkelijke realisatie kan daardoor nog enkele miljoenen afwijken en wordt met Prinsjesdag openbaar gemaakt.
De raming van de afdachtvermindering zeevaart in de Miljoenennota 2025 voor 2024 bedroeg 116 miljoen euro. De voorlopige realisatie van de afdrachtvermindering zeevaart voor 2024 is 117 miljoen euro. Het budgettaire belang van deze regeling is vrij constant over de jaren.
6.2 Investeringsfaciliteiten
Tabel 6.2 bevat voorlopige realisatiegegevens over het jaar 2024 voor de investeringsfaciliteiten waarvoor een aanmeldingsverplichting geldt.
Tabel 6.2 Gegevens investeringsfaciliteiten over 2024 (in mln. euro)1
Regeling
Budget 2024 (MN 2025)
Voorlopige realisatie 2024
Energie-investeringsaftrek (EIA)
259
226
Milieu-investeringsaftrek (MIA)
192
249
Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil)
25
22
X Noot
1
De voorlopige realisatie 2024 betreft de stand zoals bekend begin mei 2025.
De EIA heeft voor 2024 een budget van 259 miljoen euro. De budgetclaim van de EIA bedraagt 226 miljoen euro volgens voorlopige realisatiecijfers. Daarmee is in 2023 naar verwachting een onderuitputting van 33 miljoen euro. Hiermee wordt het tekort op de budgetreserve teruggebracht tot 74 miljoen euro. Doordat per 2024 het aftrekpercentage van de EIA structureel verlaagd is, is het de verwachting dat het tekort op de budgetreserve zal worden ingelopen.
De Vamil heeft voor 2024 een budget van 25 miljoen. Het voorlopige realisatiecijfer is 22 miljoen euro waardoor er een lichte onderuitputting is van 3 miljoen euro. De budgetreserve stijgt hierdoor naar 36 miljoen euro.
De MIA heeft voor 2024 een budget van 192 miljoen euro in de Miljoenennota 2025. De budgetclaim van de MIA bedraagt 249 miljoen euro volgens voorlopige realisatiecijfers. Daarmee is in 2024 naar verwachting een overuitputting van 57 miljoen euro. Als gevolg hiervan is op de budgetreserve er een tekort van 28 miljoen euro. In het voorjaar van 2025 is besloten om in 2025 eenmalig de budgetreserve van de Vamil toe te voegen aan de budgetreserve van de MIA. Hierdoor zal het tekort op de budgetreserve van de MIA (geheel) opgevangen worden.
7 BELEIDSMATIGE MUTATIES NA DE NAJAARSNOTA
Deze bijlage bevat een overzicht van beleidsmatige mutaties na de Najaarsnota die groter zijn dan 2 miljoen euro én leiden tot een artikeloverschrijding. Departementen rapporteren in hun Kamerstukken over de oorzaak van deze overschrijding. In de laatste drie kolommen wordt zichtbaar of de mutatie een uitgave (U) en / of verplichting (V) of ontvangst (O) is.
Tabel 7.1 Beleidsmatige mutaties na de Najaarsnota (in miljoenen euro)
Begrotingshoofdstuk
Artikel
Omschrijving
Bedrag
Kamerstuk
U
O
V
Buitenlandse Zaken
Apparaat
Technische aanpassing verantwoording externe inhuur
17,5
Kamerstuk 36600-VI-125
X
X
Defensie
Inzet
Lagere ontvangsten door verschoven cofinanciering Oekraïnesteun
‒ 117,0
Kamerstuk 36600-X-70
X
Defensie
Inzet
Versnelling steunleveringen Oekraïne tov NJN
25,0
Kamerstuk 36600-X-70
X
Defensie
Koninklijke luchtmacht
Hogere uitgaven door eindejaarsuitkering en gereedstelling
31,0
Kamerstuk 36600-X-70
X
X
Defensie
Apparaat Kerndepartement
Meer inzet van extern personeel
45,0
Kamerstuk 36600-X-70
X
Defensie
Koninklijke luchtmacht
Hogere uitgaven door meer (vlieg)opleidingen
15,0
Kamerstuk 36600-X-70
X
Defensie
Apparaat Kerndepartement
Betaling pensioengelden over 2024
100,0
Kamerstuk 36600-X-70
X
X
Defensiematerieelbegrotingsfonds
Defensiebreed Materieel
Lagere ontvangsten door minder verkoop en ontwikkeling defensiematerieel
‒ 32,0
Kamerstuk 36600-K-6
X
Defensiematerieelbegrotingsfonds
Infrastructuur en Vastgoed
Hogere realisatie instandhouding Defensievastgoed
20,0
Kamerstuk 36600-K-6
X
Defensiematerieelbegrotingsfonds
Lucht Materieel
Versnelling bestelling Medium utility helicopter
113,0
Kamerstuk 36600-K-6
X
Economische Zaken en Klimaat
Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering
Subsidie EBN onderhoudsvoorziening Piekgasinstallatie Alkmaar
30,0
Kamerstuk 36 600-XIII-56
X
Financiën
Internationale financiële betrekkingen
Bijdrage Wereldbank
7,2
Kamerstuk 36600-IX-33
X
X
Infrastructuur en Waterstaat
Handhaving en toezicht
Saldo 2024 - Overschrijding Uitgavenkader ILT
3,5
Kamerstuk 36600-XII-81
X
Infrastructuur en Waterstaat
Brede doeluitkering
Verplichtingenschuif BDU - Zuid-Holland
2,5
Kamerstuk 36600-XII-81
X
Infrastructuur en Waterstaat
Brede doeluitkering
Verplichtingenschuif BDU - Studiekosten Vlietlijn
6,2
Kamerstuk 36600-XII-81
X
Infrastructuur en Waterstaat
Brede doeluitkering
Verplichtingenschuif BDU - Toegankelijkheid MRDH
4,2
Kamerstuk 36600-XII-81
X
Infrastructuur en Waterstaat
Brede doeluitkering
Verplichtingenschuif BDU - Toegankelijkheid VRA
4,3
Kamerstuk 36600-XII-81
X
Infrastructuur en Waterstaat
Brede doeluitkering
Verplichtingenschuif BDU - Vastlegging middelen 2025
159,8
Kamerstuk 36600-XII-81
X
Infrastructuur en Waterstaat
Bijdrage investeringsfondsen
Terugboeking middelenafspraak vrachtwagenheffing
16,6
Kamerstuk 36600-XII-81
X
X
X
Infrastructuur en Waterstaat
Algemeen departement
Bijstelling covid-testen
60,7
Kamerstuk 36600-XII-81
X
Koninkrijksrelaties
Apparaat
Overboeking JenV basisdienstverlening
3,0
Kamerstuk 36600-VII-123
X
X
Koninkrijksrelaties
Bevorderen sociaaleconomische structuur
Gerechtelijke procedure eroderende klif
2,5
Kamerstuk 36600-VII-123
X
Koninkrijksrelaties
Apparaat
Overschrijding verplichtingenbudget
2,0
Kamerstuk 36600-VII-123
X
Mobiliteitsfonds
Bijdrage Mobilliteitsfonds
BTW afdracht inzake subsidie rijlandroute (A4-A44)
‒ 15,4
Kamerstuk 36600-XII-81
X
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Media
Desaldering STER-inkomsten
11,0
Jaarverslag OCW
X
X
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Onderzoek en Wetenschapsbeleid
Correctie NGF ZMS
7,1
Jaarverslag OCW
X
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Onderzoek en Wetenschapsbeleid
Correctie NGF ZMS
4,0
Jaarverslag OCW
X
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Voortgezet onderwijs
Verplichtingenruimte basisvaardigheden primair naar voortgezet onderwijs
3,8
Jaarverslag OCW
X
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Voortgezet onderwijs
Verplichtingenruimte bekostiging primair naar voortgezet onderwijs
513,6
Jaarverslag OCW
X
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Wetenschappelijk onderwijs
Garanties verleend - Bouwleningen academische ziekenhuizen
133,7
Jaarverslag OCW
X
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Apparaat Kerndepartement
Ophoging Verplichtingenbudget automatisering NLA
12,8
Kamerstuk 36600-XV-88
X
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Curatieve zorg
Ophoging verplichtingenruimte t.b.v. instellingssubsidies medisch-specialistische zorg
33,0
Kamerstuk 36600-XVI-153
X
8 RISICOREGELINGEN VAN HET RIJK 2024
In tabellen 8.1 tot en met 8.4 wordt een totaaloverzicht van verschillende soorten risicoregelingen van het Rijk weergegeven. Voor details over onderstaande garantieregelingen, achterborgstellingen en leningen wordt verwezen naar begrotingen en jaarverslagen van de betreffende vakdepartementen.
Garanties
Een garantie is een voorwaardelijke, financiële verplichting van het Rijk aan een derde buiten het Rijk. Hiermee staat de overheid garant voor bepaalde (inter)nationale financiële verplichtingen, en neemt het deze verplichtingen over als de partij waaraan de garantie is verleend deze niet langer kan nakomen. Garantieregelingen worden als verplichting opgenomen in de begroting van het betreffende vakdepartement.
Onderstaande tabel 8.1 bevat de garantieregelingen van het Rijk. Alle regelingen met een uitstaand risico kleiner dan 100 miljoen euro zijn samengevat in de post ‘overig’. Het overzicht bevat alle garanties met de stand ultimo 2024. Ontwikkelingen daarna zijn niet in het overzicht opgenomen, omdat die buiten de reikwijdte van het Financieel Jaarverslag van het Rijk 2024 vallen. Deze worden meegenomen in het overzicht van risicoregelingen van het Rijk bij de Miljoenennota 2026.
In het overzicht worden achtereenvolgens de begroting (b), het begrotingsartikel (a) en de omschrijving van de garantie weergegeven. Daarachter staat allereerst het totaalbedrag aan uitstaande garantie per eind 2023. Dit bedrag is een optelsom van alle eerdere verleende en vervallen garanties. Vervolgens worden de in 2024 verleende en vervallen garanties in aparte kolommen weergegeven. Samen tellen deze drie kolommen op tot de eindstand aan uitstaande garanties eind 2024. In de laatste twee kolommen worden tot slot de jaar- en totaalplafonds weergegeven.
Een garantieregeling van het Rijk kent in principe altijd een maximum, het garantieplafond. Dit plafond kan een jaarlijks plafond zijn (per jaar mag een maximaal bedrag aan garanties worden verleend) of een totaalplafond (er mogen nooit meer garanties verleend worden dan het plafond). In tabel 8.1 is onderscheid gemaakt tussen beide soorten plafonds. Bij internationale organisaties is gekozen het garantieplafond gelijk te stellen aan de uitstaande garanties. Hiervan is sprake bij de Europese garanties (EFSF, EFSM en ESM en NGEU) en de garanties van een aantal internationale financiële instellingen (IMF en Wereldbank). Ook bij andere regelingen waar geen plafond is afgesproken, is het totaalplafond gelijkgesteld aan de uitstaande garanties.
Uit tabel 8.1 blijkt dat het totaalbedrag aan uitstaande garanties van het Rijk in 2024 220,1 miljard euro bedraagt. In 2023 was dit bedrag 215,1 miljard euro, wat betekent dat gedurende het jaar netto voor 5,0 miljard euro aan extra garanties zijn uitgezet. Dit komt met name door twee nieuwe garanties voor Oekraïne met een omvang van 3,4 en 2,0 miljard euro. Andere grote garantieverleningen zijn onder andere op het gebied van de exportkredietverzekeringen (3,6 miljard euro), de deelneming in kapitaal IMF van DNB (2,8 miljard euro), de AfDB (0,9 miljard euro) en de FMO (0,9 miljard euro). De garantie voor het Single Resolution Fund van 4,1 miljard euro is volledig komen te vervallen.
Om de risico’s voor de overheidsfinanciën te beheersen, en een goede afweging tussen verschillende beleidsinstrumenten te bevorderen, wordt een ‘nee-tenzij’-beleid gevoerd ten aanzien van risicoregelingen. Dit beleid is vastgelegd in de begrotingsregels en houdt in dat er terughoudend wordt omgegaan met het aangaan van nieuwe, en verruimingen van bestaande regelingen. In sommige gevallen kan het verstandig zijn om nieuwe risico’s aan te gaan, bijvoorbeeld tijdens een acute crisis, maar hiervoor is een goede onderbouwing noodzakelijk. Deze controle aan de poort heeft concreet vorm gekregen in het Toetsingskader Risicoregelingen, dat eveneens is vastgelegd in de begrotingsregels. Dit toetsingskader zorgt ervoor dat we ook in onzekere tijden een degelijke afweging blijven maken. Bij consequente toepassing in de toekomst zullen de uitstaande risico’s na een crisis naar verwachting weer afnemen.
Naast de reguliere garanties zijn ook een aantal tijdelijke garanties verleend ter ondersteuning van de economie tijdens de coronacrisis. De coronagerelateerde garantieregelingen verschillen van de reguliere garantieregelingen wat betreft de financiering en de dekking. Waar uitgaven en ontvangsten van reguliere garantieregelingen op een departementale begroting plaatsvinden, geldt voor coronagerelateerde garantieregelingen dat eventuele schades worden gefinancierd vanuit de staatsschuld. Indien er een premie wordt gevraagd, vloeit deze ook in de staatsschuld.
Het grootste gedeelte van de nog resterende coronagerelateerde garanties bestaat uit de internationale garanties SURE en NGEU. Voor SURE en NGEU samen stond eind 2024 grofweg 33,2 miljard euro aan garanties uit. SURE is een garantieregeling gerelateerd aan de maatregelen die lidstaten tijdens de coronacrisis hebben genomen om inkomensverlies van burgers op te vangen en de toename in werkloosheid en de gevolgen ervan te beperken. NGEU heeft als doel de economische en sociale schade van de coronacrisis te verzachten door het stimuleren van structurele hervormingen en publieke investeringen binnen de EU. In tabel 8.1 wordt voor NGEU een negatief bedrag aan verleende garanties weergegeven. Dit is een gevolg van een daling van de rentekosten voor de mogelijk nog uit te geven leningen met 1,3 miljard euro als gevolg van de renteontwikkeling in 2024. Deze daling is gesaldeerd met een ophoging van de garantie van 584,3 miljoen euro als gevolg van een actualisatie van de data over de uitgegeven bonds en verstrekte leningen aan lidstaten.
Het uitstaande risico van de nationale coronagerelateerde risicoregelingen wordt apart weergegeven in de regel «Nationale garanties coronacrisis». Hieruit blijkt dat in 2024 142,4 miljoen euro is vervallen, waardoor er nog 46,6 miljoen euro aan nationale coronagerelateerde garanties uitstaat.
Tabel 8.1 Garantieregelingen van het Rijk (in miljoenen euro)
Uitstaande garanties
Verleende garanties
Vervallen garanties
Uitstaande garanties
Jaarplafond
Totaalplafond
b
a
Omschrijving
2023
2024
2024
2024
2024
V
3
Raad van Europa
176,7
110,7
287,4
287,4
VIII
14
Indemniteitsregeling
194,4
439,8
502,1
132,1
450,0
VIII
14
Achterborgovereenkomst Nationaal Restauratie Fonds (NRF)
373,7
97,0
62,0
408,8
500,0
IXB
2
WAKO (kernongevallen)
9.200,0
9.200,0
9.200,0
IXB
2
Single Resolution Fund
4.163,5
4.163,5
IXB
3
Financieringsmaatschappij voor ontwikkelingslanden (FMO)
14.494,1
907,5
15.401,6
15.401,6
IXB
4
Asian Infrastructure Investment Bank (AIIB)
747,4
46,8
794,1
794,1
IXB
4
DNB - deelneming in kapitaal IMF
31.584,6
2.869,6
34.454,2
34.454,2
IXB
4
EIB - pan Europees Garantiefonds
1.291,8
338,3
953,5
953,5
IXB
4
European Bank for Reconstruction and Development (EBRD)
589,1
589,1
589,1
IXB
4
European Financial Stabilisation Mechnism (EFSM)
2.435,7
254,9
2.690,6
2.690,6
IXB
4
European Financial Stability Facility (EFSF)
34.154,2
34.154,2
34.154,2
IXB
4
European Investment Bank (EIB)
11.796,0
11.796,0
11.796,0
IXB
4
European Stability Mechanism (ESM)
35.338,9
35.338,9
35.338,9
IXB
4
Headroomgarantie macro-financiële bijstand (MFB)
1.062,0
27,2
1.089,2
1.089,2
IXB
4
Kredieten EU-betalingsbalanssteun (BoP-faciliteit)
3.776,0
94,1
3.870,1
3.870,1
IXB
4
Bilaterale garantie Macro-financiële bijstand (MFB)
215,4
215,4
215,4
IXB
4
Next Generation EU (NGEU)
27.869,5
‒ 693,4
27.176,2
27.176,2
IXB
4
Support to mitigate Unemployment Risks in an Emergency (SURE)
6.143,5
159,6
5.983,9
5.983,9
IXB
4
Garantie Wereldbank - IBRD garantie kapitaal
5.304,8
520,9
5.825,7
5.825,7
IXB
4
Oekraïne Faciliteit
1.999,3
1.999,3
1.999,3
IXB
4
Macro-Financiële Bijstand - Ukraine Loan Cooperation Mechanism (MFB-ULCM)
3.416,0
3.416,0
3.416,0
IXB
4
Garantie Wereldbank - IBRD garantie Oekraïne
100,0
100,0
100,0
IXB
5
Exportkredietverzekering
17.862,8
3.453,0
3.775,2
17.540,6
10.000,0
XIII
2
Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)
213,3
18,6
33,0
198,9
400,0
XIII
2
Borgstelling MKB Kredieten (BMKB)
1.300,8
267,7
402,0
1.166,5
765,0
XIV
21
Borgstelling MKB-Landbouwkredieten
271,6
13,5
53,9
231,3
80,0
XIV
22
Garantie voor natuurgebieden en landschappen
242,7
19,6
223,1
208,3
XVI
2&3
Instellingen voor de gezondheidszorg
69,1
5,8
8,2
66,7
66,7
XVII
1
Garantie Dutch Good Growth Fund (DGGF)
101,0
19,9
12,6
108,2
675,0
XVII
5
Garanties African Development Bank (AfDB)
1.478,9
915,0
38,9
2.354,9
2.354,9
XVII
5
Garanties Asian Development Bank (AsDB)
1.272,3
20,7
1.251,6
1.251,6
XVII
5
Garanties Inter American Development Bank (IDB)
301,2
9,8
291,4
291,4
Nationale garanties coronacrisis
188,9
142,4
46,6
3.087,5
Overig
785,8
100,9
105,6
781,2
184,5
1.929,8
Totaal
215.099,7
14.884,9
9.847,3
220.137,3
11.429,5
206.150,7
Tabel 8.2 bevat de uitgaven en ontvangsten behorende bij de door het Rijk verstrekte garanties in 2023 en 2024. Alleen garanties waarbij daadwerkelijke uitgaven en ontvangsten zijn gedaan, worden weergegeven in de tabel. De in de tabel getoonde uitgaven betreffen de schade-uitkeringen op afgegeven garanties. De in de tabel getoonde ontvangsten betreffen zowel ontvangen uit premies, provisies en dergelijke als op derden verhaalde (schade-)uitkeringen.
Tabel 8.2 Uitgaven en ontvangsten op de door het Rijk verstrekte garanties (in duizenden euro)
Uitgaven
Ontvangsten
Uitgaven
Ontvangsten
b
a
Omschrijving
2023
2023
2024
2024
VI
33
Garantiestelling Faillissementscuratoren dienst JUSTIS
2.064,0
2.216,0
VII
3
Herplaatsingsgarantie
393,0
IXB
1
Garantie procesrisico's
134,0
182,0
IXB
2
Terrorismeschades (NHT)
625,0
536,0
IXB
2
WAKO (kernongevallen)
612,0
108,0
IXB
3
Financieringsmaatschappij voor ontwikkelingslanden (FMO)
500,0
1.000,0
IXB
3
Garantie KLM
11.808,0
IXB
4
EIB - pan Europees Garantiefonds
9.186,0
17.941,0
IXB
5
Exportkredietverzekering
102.368,0
106.862,0
128.838,0
131.159,0
IXB
5
Herverzekering leverancierskredieten
2.897,0
150,0
882,0
45,0
XIII
2
Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)
5.217,0
4.421,0
XIII
2
BMKB-Corona
4.536,0
43,0
2.180,0
209,0
XIII
2
Microkredieten
395,0
337,0
XIII
2
Borgstelling MKB Kredieten (BMKB)
13.763,0
19.969,0
16.830,0
16.950,0
XIII
2
MKB-financiering
448,0
455,0
XIII
2
Klein Krediet Corona
1.004,0
170,0
1.182,0
85,0
XIII
2
Groeifaciliteit
4.654,0
1.785,0
8.615,0
2.067,0
XIII
2
GO-Corona
7.400,0
3.850,0
1.012,0
XIV
21
Borgstelling MKB-Landbouwkredieten
861,0
694,0
210,0
737,0
XIV
22
Klimaatfonds groenfonds garantie
199,0
274,0
XVII
1
Garantie Faciliteit Opkomende Markten (FOM)
80,0
1.618,0
XVII
1
Garantie Dutch Trade and Investment Fund (DTIF)
5.099,0
3.134,0
7.238,0
6.149,0
XVII
1
Garantie DRIVE
5.868,0
XVII
1
Garantie Dutch Good Growth Fund (DGGF)
5.301,0
3.751,0
10.729,0
5.746,0
XVII
5
Garanties IS-NIO
3.254,0
5.990,0
Totaal
162.521,0
160.292,0
198.661,0
183.541,0
Achterborgstellingen
Naast het risico uit garantieregelingen staat het Rijk ook indirect bloot aan risico’s uit achterborgstellingen. In die gevallen wordt de daadwerkelijke garantieverplichting niet afgegeven door het Rijk, maar door een daarvoor aangewezen tussenpersoon in de vorm van een stichting. In de begroting van het betreffende vakdepartement worden achterborgstellingen daarom niet als verplichting opgenomen. Het Rijk wordt pas aangesproken zodra de tussenpersoon niet aan haar verplichtingen kan voldoen. De achterborgstellingen zijn opgenomen in tabel 8.3.
Het risico uit de achterborgstellingen (in tabel 8.3) is niet één op één te vergelijken met het risico uit de garantieregelingen (in tabel 8.1), aangezien het risico over meerdere partijen wordt gespreid. Per achterborgstelling zijn er verschillende mogelijkheden om eventuele schade te dekken. Het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) beschikt over een fondsvermogen en kan daarnaast indien nodig obligo ophalen bij deelnemende woningcorporaties. Op het gecommitteerd obligo doet het WSW alleen een beroep wanneer dat noodzakelijk is om middelen in liquide vorm beschikbaar te hebben voortvloeiend uit het risicovermogen in relatie tot geborgde verplichtingen. Ook kunnen woningcorporaties in financiële problemen onder bepaalde voorwaarden een aanvraag doen voor saneringssteun. Saneringssteun wordt bekostigd via een heffing aan corporaties en deze middelen lopen via een risicovoorziening op de begroting van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Alle woningcorporaties zijn op basis van de wet verplicht om deze heffing te betalen. Financiële problemen bij corporaties worden in eerste instantie dus betaald door de corporatiesector zelf via het fondsvermogen WSW, obligo en de saneringsheffing. Pas daarna komen het Rijk en gemeenten in beeld via de achtervang. De achtervang is nog niet eerder aangesproken.
De Stichting Waarborgfonds Zorg (WFZ) kent een soortgelijke regeling. Ook hier wordt eerst het bufferkapitaal van de stichting aangesproken om schade te dekken. Daarna moeten de zorginstellingen met een door de WFZ geborgde lening een percentage (maximaal 3% van de uitstaande garanties van de deelnemende zorginstelling) van het leningenbedrag afdragen (obligo). Mocht dit onvoldoende zijn om de verplichtingen van de WFZ na te komen, dan kan de WFZ een beroep doen op het Rijk. Bij het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) geldt geen obligoverplichting. Hier dienen huizen als onderpand, waardoor de schade zich beperkt tot eventuele restschulden na gedwongen verkoop. Het WEW teert bij verlies direct in op het bufferkapitaal.
Daarnaast worden bij twee achterborgstellingen de risico’s gedeeld met gemeenten. Zo worden de verplichtingen die het WEW voor 1 januari 2011 is aangegaan voor 50 procent gedekt door gemeenten en voor 50 procent door het Rijk. Verplichtingen aangegaan na deze datum worden volledig door het Rijk gedekt. Bij het WSW wordt de gehele positie evenredig met gemeenten gedeeld.
Tabel 8.3 Achterborgstellingen door het Rijk (in miljoenen euro)
Geborgd vermogen
Verleend
Vervallen
Geborgd vermogen
Buffer kapitaal
Obligo
b
a
Omschrijving
2023
2024
2024
2024
2024
2024
VII
3
Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW)
88.552,0
10.373,0
3.988,0
94.937,0
606,0
2.463,0
VII
3
Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW)
198.968,0
30.454,0
15.905,0
213.517,0
1.746,0
N.v.t.
XVI
2
Stichting Waarborgfonds Zorg (WfZ)
5.965,9
186,4
5.779,5
297,7
173,3
Totaal
293.485,9
40.827,0
20.079,4
314.233,5
2.649,7
2.636,3
Leningen
We spreken van een lening als het Rijk middelen verstrekt aan een derde buiten het Rijk met een afgesproken aflossingsschema en rente. Is aan een van beide voorwaarden niet voldaan, dan is sprake van een uitgave. Ook leningen vormen een risico voor het begrotingssaldo, namelijk als de ontvanger van die lening niet in staat blijkt de lening (in zijn geheel) af te lossen of de rentevergoeding te betalen. In dat geval derft het Rijk inkomsten (niet-belastingontvangsten die geraamd zijn). Die derving belast het uitgavenkader. Bij leningen die zijn afgegeven in andere valuta is er ook een wisselkoersrisico voor het Rijk.
Tijdens de coronacrisis zijn er diverse leningen afgegeven door het Rijk. Deze leningen kennen een beperkte looptijd en vaak is er geen risicovoorziening vormgegeven. Een overzicht van de uitstaande leningen van het Rijk wordt gepresenteerd in tabel 8.4. Het bedrag aan uitstaande leningen is in 2024 fors toegenomen omdat in januari een lening aan TenneT is verstrekt van 25 miljard euro en in augustus deze leenfaciliteit verder is uitgebreid met 19,4 miljard euro. Het Rijk heeft deze middelen beschikbaar gesteld zodat TenneT grote investeringen in de uitbreiding en verzwaring van het elektriciteitsnet kan realiseren.
Tabel 8.4 Door het rijk verstrekte leningen (in miljoenen euro)
Uitstaand risico
Looptijd
b
Omschrijving
2024
IV
Liquiditeitssteun Aruba
442,2
2043
IV
Liquiditeitssteun Curaçao
448,3
2024
IV
Liquiditeitssteun Sint-Maarten
155,3
2024
IXB
Lening Griekenland
2.393,1
2040
IXB
Lening TenneT
44.400
2042
IXB
Lening Oekraïne
200
2032
XIII
Invest-NL Capital N.V. SIF
64,8
2029
XIII
Corona overbruggingslening (COL-faciliteit) voor start-ups en scale-ups
230,8
2026
XIII
Lening Stichting Garantiefonds Reisgelden
138,7
2028
XIII
Hypothecaire Lening WinAir
‒ 0,4
2025
XIII
Steun aan IHC (voorheen Royal IHC)
5
onbepaalde tijd
Totaal
48.477,8
9 VERTICALE TOELICHTING
De verticale toelichting toont voor ieder begrotinghoofdstuk de budgettaire veranderingen die zich hebben voorgedaan sinds de Miljoenennota 2024. De mutaties van de Miljoenennota tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
De verticale toelichting bestaat per begroting uit twee tabellen: uitgaven en ontvangsten. De tabellen kunnen de volgende posten bevatten:
1. Meevallers
2. Tegenvallers
3. Intensiveringen
4. Ombuigingen
5. Generaal dossier
6. Kasschuiven
7. Overboekingen met andere begrotingen
8. Kadercorrecties
9. Technisch
10. Niet-kaderrelevant
Algemene Zaken en De Koning
De Koning
I De Koning: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
56
Mutaties t/m Najaarsnota
3
Stand Najaarsnota
58
Meevallers
0
Meevallers
0
Tegenvallers
0
Tegenvallers
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
58
I De Koning: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
2
Mutaties t/m Najaarsnota
0
Stand Najaarsnota
2
Meevallers
0
Meevallers
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
2
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Deze mutatie betreft de realisatie van de doorbelaste uitgaven van het Kabinet van de Koning en de Rijksvoorlichtingsdienst, die iets lager uitvalt dan de raming in de ontwerpbegroting. In de tabel is dit een nul, vanwege de afronding in miljoenen.
Tegenvallers
Conform de Wet financieel statuut Koninklijk Huis (WFSKH) is op basis van de CPI-ontwikkeling het materiële gedeelte van de B-component van de uitkering van de leden van het Koninklijk Huis naar boven bijgesteld. In de tabel is dit een nul, vanwege de afronding in miljoenen.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Deze post betreft de terugstorting van de grondwettelijke uitkering van de vermoedelijke troonopvolger (de Prinses van Oranje) die hoger uitvalt door de in de wet WFSKH vastgelegde indexatie. In de tabel is dit een nul, vanwege de afronding in miljoenen.
Algemene zaken
III Algemene Zaken: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
97
Mutaties t/m Najaarsnota
18
Stand Najaarsnota
115
Meevallers
‒ 2
Coördinatie van het algemeen communicatie en regeringsbeleid
‒ 1
CTIVD
‒ 1
Overige meevallers
0
Tegenvallers
5
Overschrijding apparaatsuitgaven
5
Overige tegenvallers
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
118
III Algemene Zaken: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
8
Mutaties t/m Najaarsnota
1
Stand Najaarsnota
9
Meevallers
0
Meevallers
0
Technisch
0
Technisch
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
9
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Coördinatie van het algemeen communicatie en regeringsbeleid
Er is vooral sprake van vertraging in uitgaven bij de Rijksvoorlichtingsdienst door vertraagde communicatieprojecten bij het meerjarenprogramma van de Voorlichtingsraad.
CTIVD
De meevaller bij de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veilig heidsdiensten (CTIVD) komt door de vertraging in uitbreiding van de capaciteit, voornamelijk door huisvestingsproblematiek.
Overige meevallers
Deze post bestaat uit enkele mutaties waaronder een langere doorlooptijd bij het invullen van vacatures bij de Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB) en vertraagde betalingen bij de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR).
Tegenvallers
Overschrijding apparaatsuitgaven
De overschrijding wordt vooral verklaard door hogere uitgaven aan ICT. Dit houdt verband met noodzakelijke voorzieningen aan een datacenter, de versterking van AZ-next en ICT-voorzieningen in verband met de verhuizing van het ministerie.
Overige tegenvallers
De overige tegenvaller betreft een correctie van een afrondingsverschil. In de tabel is dit een nul, vanwege de afronding in miljoenen.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Deze post bestaat uit enkele mutaties waaronder hogere ontvangsten door voornamelijk hogere overheadvergoeding van Dienst Publiek en Communicatie (DPC), ontvangen creditfacturen en een ontvangst voor de kabinetsformatie. In de tabel is dit een nul, vanwege de afronding in miljoenen.
Technisch
Deze ontvangsten houden verband met doorbelastingen van de uitgaven van de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD) aan Hoofdstuk I De Koning voor de uitgaven voor het Koninklijk Huis en het Kabinet van de Koning (KvdK). In de tabel is dit een nul, vanwege de afronding in miljoenen.
Buitenlandse Zaken (inclusief BHOS)
Buitenlandse Zaken
V Buitenlandse zaken: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
12.790
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 1.347
Stand Najaarsnota
11.443
Meevallers
‒ 142
Meevallers
‒ 142
Tegenvallers
28
Tegenvallers
28
Generaal dossier
‒ 4
Bni-afdrachten
‒ 4
Niet-kaderrelevant
‒ 29
Invoerrechten
‒ 12
Europese Vredesfaciliteit
‒ 31
Overig niet-kaderrelevant
14
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
11.295
V Buitenlandse zaken: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
4.076
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 354
Stand Najaarsnota
3.722
Meevallers
15
Meevallers
15
Tegenvallers
1
Tegenvallers
1
Generaal dossier
‒ 27
Perceptiekostenvergoeding
6
Overig generaal dossier
‒ 33
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
3.710
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Meevallers
Dit betreft o.a. een meevaller van 62,8 miljoen euro door vertraagde investeringsbudgetten en van 15,2 miljoen euro doordat de Nederlandse contributie aan VN-crisisbeheersingsoperaties in 2024 lager is uitgevallen dan begroot. Verder is er o.a. onderuitputting bij consulaire informatie-systemen en bijstand (9,7 miljoen euro), op het Europees Vredesfaciliteit (7,6 miljoen euro), op het budget voor de OESO vanwege een vooruitbetaling die niet heeft plaatsgevonden (7,7 miljoen euro), en op het Stabiliteitsfonds (14 miljoen euro).
Tegenvallers
Tegenvallers
De tegenvaller ziet met name op de overschrijding van 20,9 miljoen euro op het apparaatsbudget. Hiertoe behoort ook budget dat op verzoek van de ADR is overgeheveld vanaf art. 2 (8 miljoen euro) en art. 4 (8,5 miljoen euro) naar het apparaatsartikel. Daarnaast is de 1,6 miljoen euro aan contributie voor het Comprehensive Nuclear-Test Ban Treaty Organisation (CTBTO) voor 2025 in december al betaald.
Generaal dossier
Bni-afdrachten
Dit betreft de realisatie van de bni-afdracht. De bni-afdracht is in totaal 4 miljoen euro lager uitgevallen dan waar rekening mee werd gehouden bij de 2e suppletoire begroting.
Niet-kaderrelevant
Invoerrechten
Dit betreft de realisatie van de invoerrechten. De realisatie op de invoerrechten valt 17 miljoen euro lager uit dan ten tijde van de 2e suppletoire begroting werd geraamd.
Europese Vredesfaciliteit
Het budget van de Europese Vredesfaciliteit gelabeld als Oekraine middelen kent een onderuitputting van 31 miljoen euro. De bijdrage hieraan door Nederland is minder gebleken dan begroot.
Overig niet-kaderrelevant
Dit betreft een saldo van overuitputting op o.a. het Stabiliteitsfonds (10,4 miljoen euro), het Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen MATRA (2,8 miljoen euro), het Mensenrechtenfonds (1,5 miljoen euro) en onderuitputting op Accountability middelen (649 duizend euro).
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Meevallers
Dit betreft o.a. een restitutie van middelen uit het stopgezette ANA Trust Fund van de NAVO, aanvullend op de restitutie die bij de 2e suppletoire begroting was geboekt. Daarnaast is er een meevaller van 6 miljoen euro op de visa inkomsten.
Tegenvallers
Tegenvallers
Dit betreft een saldo van o.a. van tegenvallende ontvangsten door koersverschillen en diverse ontvangsten op het apparaatsbudget.
Generaal dossier
Invoerrechten
Dit betreft de realisatie van de invoerrechten-ontvangsten. De ontvangsten op de invoerrechten vallen 6 miljoen euro hoger uit dan ten tijde van de 2e suppletoire begroting werd geraamd.
Overig generaal dossier
Dit betreft de realisatie van de overige ontvangsten van de EU, die ca. 33 lager is uitgevallen. De begrote terugbetaling van de Commissie met betrekking tot de LWTS-verrekening zijn namelijk niet ontvangen in 2024. Naar verwacthing vindt de verrekening in 2025 plaats.
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
XVII Buitenlandse handel en ontwikkelingshulp: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
3.641
Mutaties t/m Najaarsnota
328
Stand Najaarsnota
3.969
Meevallers
‒ 263
Realisatie BHO
‒ 263
Tegenvallers
287
Realisatie BHO
287
Niet-kaderrelevant
‒ 7
Oekraïne
‒ 7
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
3.986
XVII Buitenlandse handel en ontwikkelingshulp: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
58
Mutaties t/m Najaarsnota
12
Stand Najaarsnota
70
Meevallers
15
Realisatie BHO
15
Tegenvallers
‒ 6
Realisatie BHO
‒ 6
Niet-kaderrelevant
‒ 3
Ontvangsten NIO
‒ 3
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
76
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Mee- en tegenvallers
Realisatie BHO
Er is een overschrijding op de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (BHO). Door bijvoorbeeld (geo)politieke ontwikkelingen en uitvoeringsmogelijkheden in landen waarin programma’s worden uitgevoerd kunnen er gedurende het jaar vertragingen optreden. Anticiperend op deze mogelijke vertragingen, plant BHO daarom meer programma’s of bijdragen dan waarvoor budget beschikbaar is ("overprogrammering"). De mogelijke vertragingen hebben zich dit jaar in mindere mate voorgedaan. Daarnaast waren er op enkele individuele programma's hogere uitgaven dan eerder geraamd. Zo zijn koersverschillen hoger uitgevallen dan begroot en zijn er hogere uitvoeringskosten voor de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Ook is er bij een aantal programma's het betaalritme aangepast, waarbij uitgaven gepland voor 2025 nog dit jaar zijn gedaan. De overschrijdingen zal binnen de budgettaire systematiek van de HGIS gedekt worden.
Niet-kaderrelevant
Oekraïne
Het Ukraine Partnership Facility 2 (UPF 2) is tot en met 30 januari 2025 opengesteld voor aanvragen door bedrijven t/m 30 januari 2025. Hierdoor zijn de middelen in 2024 niet tot besteding gekomen. Deze middelen worden met de Voorjaarsnota weer toegevoegd aan de begroting.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Mee- en tegenvallers
Realisatie BHO
Dit betreft het saldo van alle ontvangstenrealisaties. Er is onder andere een meevaller op de ontvangsten van het Dutch Good Growth Fund (DGGF) en een tegenvaller door wisselkoersen.
Niet-kaderrelevant
Ontvangsten NIO
Dit betreft de realisatie van de ontvangsten aan leningen uit de portefeuille van de Nederlandse Investeringsbank voor Ontwikkelingslanden (NIO).
Justitie en Veiligheid
VI Justitie en Veiligheid: Uitgaven
VI Justitie en Veiligheid: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
24.116
Mutaties t/m Najaarsnota
1.748
Stand Najaarsnota
25.864
Meevallers
‒ 337
Beheer meldkamers
‒ 5
Implementatie nieuwe Wetboek voor Strafvordering
‒ 6
Regeling WTS
‒ 6
Rechtsbijstand
‒ 14
Apparaatsartikel
‒ 18
Artikel nog onverdeeld
‒ 20
Versterking vreemdelingenketen
‒ 22
Samenwerkingsverbanden asielketen
‒ 48
Onderuitputting arbeidsvoorwaardenmiddelen
‒ 96
Overige meevallers
‒ 102
Tegenvallers
57
Tegenvallers
57
Generaal dossier
‒ 24
Tegenvaller: subsidie Seamless Flow
4
Meevaller: COA
‒ 8
Meevaller: doorstroomlocaties
‒ 17
Overig generaal dossier
‒ 4
Overboekingen met andere begrotingen
‒ 3
Overboekingen met andere begrotingen
‒ 3
Technisch
0
Technisch
0
Niet-kaderrelevant
‒ 73
Meevaller: opvang ontheemden Oekraïne
‒ 70
Overig niet-kaderrelevant
‒ 3
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
25.484
VI Justitie en Veiligheid: Ontvangsten
VI Justitie en Veiligheid: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
1.484
Mutaties t/m Najaarsnota
320
Stand Najaarsnota
1.804
Meevallers
64
Apparaatsontvangsten
10
Leges Justis
6
Overige meevallers
48
Tegenvallers
‒ 51
Autoriteit persoonsgegevens
‒ 5
Migratie ontvangsten
‒ 17
Overige tegenvallers
‒ 29
Generaal dossier
22
Meevaller: boeteraming
47
Tegenvaller: afpakraming
‒ 23
Overig generaal dossier
‒ 2
Technisch
0
Technisch
0
Niet-kaderrelevant
14
Meevaller: voorschot gemeenten en regio's opvang Oekraïners
10
Overig niet-kaderrelevant
3
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
1.853
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Beheer meldkamers
Er is sprake van een meevaller van circa 5,3 miljoen euro op informatiebeveiliging.
Implementatie nieuwe Wetboek voor Strafvordering
Omdat er nog wetsvoorstellen in procedure zijn, konden nog niet alle beschikbare middelen aan organisaties worden toegewezen. Dit betreft middelen voor proces- , opleidingen- en ICT aanpassingen.
Regeling WTS
Er is sprake van een meevaller van circa 6,2 miljoen euro bij de regeling Wet tegemoetkoming schade bij rampen (Wts). Dit komt omdat er minder aanvragen in 2024 zijn gedaan dan bij Najaarsnota werd voorzien.
Rechtsbijstand
Er is sprake van een meevaller van circa 14 miljoen euro, omdat bij de raming voor de Najaarsnota van de in 2024 benodigde rechtsbijstandsmiddelen nog geen rekening was gehouden met de ontvangen compensatie voor de uitvoering van de Herstelregelingen Kinderopvangtoeslag en de Regeling Mijnbouwschade Groningen.
Apparaatsartikel
Op het apparaatsartikel zijn diverse mee- en tegenvallers. Dit leidt per saldo tot een meevaller van circa 17,7 miljoen euro. Dit komt vooral door een meevaller van circa 8,5 miljoen euro voor JusticeLink door vertraagde overheveling naar het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) en een meevaller circa 6,3 miljoen euro bij Europol/Eurojust door vertraging bij projecten.
Artikel nog onverdeeld
Er is sprake van vrijval van de resterende middelen op het artikel nog onverdeeld van circa 19,7 miljoen euro, omdat het niet nodig bleek middelen gedurende het jaar in te zetten.
Versterking vreemdelingenketen
De middelen voor de subsidie voor het Entry Exit System (EES) fase 2 konden niet tijdig worden beschikt (12,5 miljoen euro). Daarnaast betreft deze post een technische correctie van 4 miljoen euro voor de subsidie voor Seamless Flow, aangezien deze ten laste is gekomen van het subsidiebudget voor asiel. De resterende meevaller ter hoogte van circa 5 miljoen is het gevolg van het niet starten van de procesbeschikbaarheidslocatie in 2024 en een onderbesteding op overlast.
Samenwerkingsverbanden asielketen
Dit betreft o.a. de bonussen met betrekking tot de spreidingswet die niet meer in 2024 konden worden uitgekeerd (circa 31 miljoen euro). Deze zullen op een later moment tot uitbetaling komen. Het resterende saldo ter hoogte van circa 17,7 miljoen euro betreft middelen voor gemeenten voor de opvang die niet tot besteding zijn gekomen.
Onderuitputting arbeidsvoorwaardenmiddelen
Op de jaarlijkse loonontwikkelingsbijstelling is incidenteel circa 96 miljoen euro voor arbeidsvoorwaardenmiddelen niet tot besteding gekomen in 2024.
Overige meevallers
Vanwege het afsluiten van de cao Rechterlijke Macht 2024-2025 in 2025, zijn de arbeidsvoorwaardenmiddelen ter hoogte van circa 10 miljoen euro niet in 2024 tot betaling gekomen. Daarnaast betreft dit een saldo van diverse meevallers van 5 miljoen euro en lager. Zo is er o.a. een meevaller voor de vervanging van noodhulpvoertuigen van het Nederlandse Rode Kruis (circa 4,1 miljoen euro), een meevaller door vertraging bij de aanbesteding van tolk- en vertaaldiensten (circa 2,5 miljoen euro) en bij de middelen die voor DG COVID-19 (circa 5,7 miljoen euro) waren gereserveerd omdat de bijbehorende werkzaamheden in 2024 zijn afgerond.
Tegenvallers
Tegenvallers
Deze post betreft diverse tegenvallers van onder de 5 miljoen euro. Dit omvat onder andere een tegenvaller op de schadeloosstellingen van circa 3,7 miljoen euro, een tegenvaller van circa 3 miljoen euro op uitgaven aan gerechtsdeurwaarders voor toevoegingszaken binnen de sociale advocatuur en een tegenvaller voor het OM Aruba en OM Caribisch Nederland ter hoogte van circa 2,2 miljoen euro.
Generaal dossier
Tegenvaller: subsidie Seamless Flow
Dit betreft een technische correctie met betrekking tot de subsidie voor Seamless Flow. Zie ook meevaller versterking vreemdelingenketen.
Meevaller: COA
Dit betreft een meevaller van circa 8 miljoen euro, vanwege een iets lagere bezetting in de asielopvang dan geraamd.
Meevaller: doorstroomlocaties
Dit betreft een meevaller van circa 16,5 miljoen euro in 2024 doordat er minder doorstroomlocaties zijn geopend dan verwacht bij Najaarsnota.
Overig generaal dossier
Deze post betreft diverse mee- en tegenvallers van onder de 3 miljoen euro. Dit wordt met name veroorzaakt door het niet besteden van circa 2,3 miljoen euro voor activiteiten in het kader van de MH17-ramp.
Overboekingen met andere begrotingen
Dit betreft een overboeking naar de begroting van Koninkrijksrelaties (circa 3 miljoen euro) voor de basis dienstverlening van de shared service organisaties (SSC’s) die zijn gevestigd in het Caribisch deel van het Koninkrijk.
Technisch
Deze post bestaat uit enkele kleine technische mutaties en betreft veelal correcties en herschikkingen van budgetten binnen de JenV-begroting.
Niet-kaderrelevant
Meevaller: opvang ontheemden Oekraïne
Er is sprake van een meevaller van circa 70 miljoen euro vanwege een lager aantal gemeentelijke opvangplekken voor ontheemden uit Oekraïne dan bij Najaarsnota verwacht.
Overig niet-kaderrelevant
Deze post bestaat uit verschillende meevallers in het kader van de opvang van ontheemden uit Oekraïne, waaronder een meevaller omdat o.a. een aantal projecten, verrekeningen en onderzoeken zijn vertraagd (circa 1,1 miljoen euro) en lager uitvallende kosten voor de coördinatie en informatievoorziening van circa 1 miljoen euro.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Apparaatsontvangsten
Het saldo van de apparaatsontvangsten leidt tot een meevaller van circa 9,9 miljoen euro. Dit komt o.a. door een verrekening van circa 4,9 miljoen euro met de uitvoeringsorganisaties die betalen voor de facilitaire dienstverlening aan het Dienstencentrum van JenV.
Leges Justis
Er zijn meer aanvragen bij de Dienst Justis gedaan, waardoor de inkomsten uit leges circa 6 miljoen euro hoger zijn.
Overige meevallers
Dit betreft het saldo van overige meevallers onder de 5 miljoen euro. Zo is er bijvoorbeeld sprake van een meevaller van circa 4,6 miljoen euro doordat facturen voor toezicht en tuchtrecht over 2023 en 2024 in 2024 zijn betaald. Ook is er sprake van hogere griffierechten-ontvangsten (3,2 miljoen euro) vanwege een hogere instroom van zaken en zijn er meer uitstaande vorderingen rondom gedetacheerd personeel ontvangen (circa 2,6 miljoen euro).
Tegenvallers
Autoriteit persoonsgegevens
Het bedrag aan geïnde boetes van circa 4,9 miljoen euro is lager dan verwacht.
Migratie ontvangsten
Vanwege een administratieve omissie is de asielreserve in 2024 niet overgeboekt van de reserve naar de JenV-begroting (9 miljoen euro). Daarnaast is de facturatie aan Eurostar vertraagd (5,8 miljoen euro) en zijn er geen ontvangsten uit de ETIAS verordening (2 miljoen euro) door uitstel van de implementatiedatum.
Overige tegenvallers
Deze post betreft diverse tegenvallers van onder de 5 miljoen euro. Zo is er bijvoorbeeld sprake van minder materiële ontvangsten bij het Openbaar Ministerie (circa 2,4 miljoen euro).
Generaal dossier
Meevaller: boeteraming
Doordat er relatief meer boetes zijn uitgedeeld waarvoor een hoger boetebedrag geldt en er meer op OM-afdoeningen is ontvangen, is er een incidentele meevaller van circa 47 miljoen euro.
Meevaller: afpakraming
Er is een tegenvaller op de afpakraming van circa 23 miljoen euro. Bij Najaarsnota is de oorspronkelijke raming reeds verlaagd door het uitblijven van grote schikkingen. Deze ramingsbijstelling blijkt onvoldoende te zijn geweest.
Overig generaal dossier
Deze post betreft diverse mee- en tegenvallers van onder de 3 miljoen euro. Er is o.a. een tegenvaller op de ontvangsten van 3 miljoen euro bij het COA.
Technisch
Technisch
Deze post bestaat uit enkele kleine technische mutaties en betreft veelal correcties en herschikkingen van budgetten binnen de JenV-begroting.
Niet-kaderrelevant
Meevaller: voorschot gemeenten en regio's opvang
De meevaller van circa 10 miljoen euro is ontstaan omdat gemeenten en regio’s in 2023 een hoger betaald voorschot hebben ontvangen dan waar zij op basis van hun verantwoording recht op hebben. Deze gemeenten en regio’s betalen het te veel ontvangen voorschot in 2024 terug.
Overig niet-kaderrelevant
Er is o.a. een meevaller omdat eerder verleende voorschotten voor subsidies in het kader van de opvang van Oekraïense ontheemden zijn teruggevorderd, dit leidt tot een meevaller van circa 3,4 miljoen euro.
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (inclusief Staten-Generaal, Hoge Colleges van Staat, Koninkrijksrelaties en BES-fonds)
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
VII Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties: Uitgaven
VII Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
11.200
Mutaties t/m Najaarsnota
366
Stand Najaarsnota
11.566
Meevallers
‒ 660
Ouderenhuisvesting
‒ 11
Grootschalige Rijksprojecten
‒ 11
Kwijtschelding publieke schulden
‒ 14
Externe inhuur
‒ 15
Forfaitaire som Hof van Justitie
‒ 15
Schuldregeling ex-partners
‒ 16
Personeel
‒ 20
Stimuleringsregeling Flex- en Transformatiewoningen
‒ 29
Rijksvastgoedbedrijf Flexwoningen
‒ 29
Huurtoeslag
‒ 370
Overige meevallers
‒ 132
Tegenvallers
35
Tegenvallers
35
Overboekingen met andere begrotingen
‒ 16
Afdrachten BTW-compensatiefonds
‒ 16
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
10.925
VII Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties: Ontvangsten
VII Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
631
Mutaties t/m Najaarsnota
521
Stand Najaarsnota
1.152
Meevallers
89
Woningmarkt (huurtoeslag)
59
Generieke Digitale Infrastructuur
13
Overige meevallers
16
Tegenvallers
‒ 86
Financiële herplaatsingsgarantie
‒ 10
Rijksorganisatie voor Informatiehuishouding
‒ 15
Vertraagde plaatsing flexwoningen
‒ 54
Overige tegenvallers
‒ 7
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
1.155
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
De onderstaande meevallers geven substantiële onderuitputting (10 miljoen euro of meer) op de verschillende begrotingsreeksen weer. De tabel is exclusief onderuitputting die al bij de Najaarsnota is afgeboekt.
Ouderenhuisvesting
De Regeling ontmoetingsruimten in ouderenhuisvesting (SOO) heeft circa 11 miljoen euro aan onderuitputting. Het aantal omgevingsvergunningen is lager dan vooraf ingeschat.
Grootschalige Rijksprojecten
Het Rijksvastgoedbedrijf is in 2024 gestart met Fase 1 van het grootschalige woningbouwproject Zuiderhage in Lelystad. In 2024 zijn uitgaven gerealiseerd die nog ten laste van een andere bijdrage aan het RVB ging omtrent woningbouw. Om die reden heeft dit op deze post nog niet tot zichtbare uitgaven geleid.
Kwijtschelding publieke schulden
In het kader van de toeslagenaffaire verstrekt BZK middelen aan medeoverheden om publieke schulden van gedupeerden kwijt te schelden. Deze regeling kent aanzienlijke onderuitputting.
Externe inhuur
De onderschrijding wordt voornamelijk veroorzaakt doordat facturen voor externe inhuur eind 2024 pas in 2025 zijn ontvangen en worden betaald.
Forfaitaire som Hof van Justitie
Er waren middelen gereserveerd in het geval het Europese Hof van Justitie over zou gaan tot vaststelling van een forfaitaire som vanwege de te late omzetting van de Europese Open Data Richtlijn in Nederlandse wetgeving. Dit is echter niet gebeurd in 2024.
Schuldregeling ex-partners
In het kader van de toeslagenaffaire verstrekt BZK middelen aan medeoverheden om publieke schulden van ex-partners gedupeerden kwijt te schelden. Ook hierop was aanzienlijke onderuitputting.
Personeel
Dit komt grotendeels door de afspraken uit het CAO-akkoord. Er was een incidentele meevaller van in 2024 omdat de nieuwe CAO-afspraken pas vanaf halverwege 2024 in gingen. Hierdoor was niet de volledige loonruimte in dit jaar benut.
Stimuleringsregeling Flex- en Transformatiewoningen
De Stimulerings regeling Flex- en Transformatiewoningen heeft 29 miljoen euro onderuitputting bij het Financieel Jaarverslag Rijk. Dit komt onder meer door vertraging van bouwwerkzaamheden, waardoor een groot deel van de aangegane verplichtingen naar verwachting pas in 2025 worden uitgekeerd. Door minder aanvragen was bij de najaarsnota reeds 70 miljoen euro van deze regelingen ingezet voor ander beleid, waardoor de onderuitputting op de uitgaven aan de regeling circa 100 miljoen euro bedraagt.
Rijksvastgoedbedrijf Flexwoningen
Er zijn minder ingekochte flexwoningen geplaatst dan verwacht. Hierdoor doet het Rijksvastgoedbedrijf circa 29 miljoen euro minder uitgaven. Omdat de inkomsten circa 54 miljoen euro hierdoor lager zijn dan begroot bedraagt de onderuitputting in het kader van flexwoningen gesaldeerd slechts enkele miljoenen euro bij het Financieel Jaarverslag Rijk.
Huurtoeslag
De onderuitputting op de uitgaven aan de huurtoeslag (370 miljoen euro) was veruit de grootste meevaller op de BZK begroting. In 2023 bedroeg de onderuitputting 320 miljoen euro. De lagere uitgaven kwamen voornamelijk doordat de inkomensontwikkeling hoger was dan verwacht. Inclusief de meevaller op de ontvangsten van de huurtoeslag bedraagt de onderuitputting op de huurtoeslag 425 miljoen euro.
Overige meevallers
Dit betreffen diverse posten met onderuitputting van minder dan 10 miljoen euro.
Overboekingen met andere begrotingen
Diverse afdrachten BTW-compensatiefonds
Aan het einde van 2024 heeft BZK verschillende afdrachten aan het BTW-compensatiefonds gedaan. De grootste afdracht is voor Regiodeals (11 miljoen euro).
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Woningmarkt (huurtoeslag)
De ontvangsten op het artikel woningmarkt zijn 59 miljoen hoger dan geraamd. Hiervan is 55 miljoen toerekenbaar aan de huurtoeslag. Dit komt door hervatting van de gepauzeerde invorderingen tijdens de coronacrisis en door minder nabetalingen.
Generieke Digitale Infrastructuur
Er zijn meer ontvangsten geweest van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) dan begroot.
Overige meevallers
Dit betreffen verschillende posten met meevallers van kleiner dan 10 miljoen
Tegenvallers
Financiële herplaatsingsgarantie
Door minder dan verwachte matching van flexwoningen met afnemers, had BZK lagere ontvangsten in 2024.
Rijksorganisatie voor Informatiehuishouding
In verband met het opnieuw inrichten van de projectadministratie bij de Rijksorganisatie voor Informatiehuishouding (RvIHH) zijn niet alle facturen tijdig verstuurd. De niet ontvangen ontvangsten schuiven door naar 2025 .
Vertraagde plaatsing flexwoningen
Omdat er minder flexwoningen zijn geplaatst dan verwacht heeft BZK minder onvangsten dan begroot. Om dezelfde reden zijn er ook substantieel minder uitgaven.
Overige Tegenvallers
DIt betreffen verschillende tegenvallers op de ontvangsten van minder dan 10 miljoen euro.
Staten-Generaal
IIA Staten-Generaal: Uitgaven
IIA Staten-Generaal: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
239
Mutaties t/m Najaarsnota
42
Stand Najaarsnota
281
Meevallers
‒ 10
Parlementaire enquêtes
‒ 1
Schadeloosstelling
‒ 1
Apparaat Eerste Kamer
‒ 2
Apparaat Tweede Kamer
‒ 3
Overige meevallers
‒ 2
Tegenvallers
0
Tegenvallers
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
271
IIA Staten-Generaal: Ontvangsten
IIA Staten-Generaal: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
4
Mutaties t/m Najaarsnota
5
Stand Najaarsnota
8
Meevallers
0
Meevallers
0
Tegenvallers
0
Tegenvallers
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
9
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Dit betreffen meevallers van 1 miljoen euro of meer. De tabel is exclusief onderuitputting die al bij de Najaarsnota is afgeboekt.
Parlementaire enquêtes
De parlementaire enquête Corona was in 2024 nog in de opstart fase. Dit heeft geresulteerd in een onderbenutting op dit artikelonderdeel.
Schadeloosstelling
Het element van pensioenpremies (inhouding op de bezoldiging) was niet goed doorgerekend, waardoor er onbedoeld met te hoge kosten was gerekend
Apparaat van de Eerste Kamer
Het apparaat van de Eerste Kamer kent een onderuitputting van 2,2 miljoen euro. De facilitaire en huisvestingsuitgaven zijn meegevallen. Daarnaast duurde het langer om personeel aan te trekken.
Apparaat van de Tweede Kamer
Het apparaat van de Tweede Kamer kent een onderuitputting van 3,2 miljoen euro. Bij de voorjaarsnota zijn intensiveringen gedaan die niet volledig tot besteding zijn gekomen. Daarnaast is externe inhuur aangetrokken die voor een deel pas in het komende jaar tot uitgaven leiden.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Dit betreffen diverse kleinere meevallers van minder dan 1 miljoen euro.
Tegenvallers
Dit betreffen enkele kleinere tegenvallers van minder dan 1 miljoen euro.
Overige Hoge Colleges van Staat
IIB Overige Hoge Colleges van Staat: Uitgaven
IIB Overige Hoge Colleges van Staat, Kabinetten en de Kiesraad: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
183
Mutaties t/m Najaarsnota
13
Stand Najaarsnota
196
Meevallers
‒ 7
Bestuursrechtspraak Raad van State
‒ 4
Overige meevallers
‒ 3
Tegenvallers
4
Gemeenschappelijke diensten Raad van State
3
Overige tegenvallers
1
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
192
IIB Overige Hoge Colleges van Staat: Ontvangsten
IIB Overige Hoge Colleges van Staat, Kabinetten en de Kiesraad: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
6
Mutaties t/m Najaarsnota
1
Stand Najaarsnota
7
Meevallers
1
Meevallers
1
Tegenvallers
0
Tegenvallers
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
8
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Dit betreffen meevallers van 1 miljoen euro of meer. De tabel is exclusief onderuitputting die al bij de Najaarsnota is afgeboekt.
Bestuursrechtspraak Raad van State
De Raad van State heeft zich in 2024 ingespannen om meer juristen te werven, dat heeft in 2024 niet tot volledige uitputting van het budget geleid.
Overige meevallers
Verschillende Hoge Colleges van Staat hadden een (beperkte) onderuitputting. Dit geldt voornamelijk voor de Nationale Ombudsman en de Kanselarij der Nederlandse Orden, beide met ongeveer een miljoen euro onderuitputting.
Tegenvallers
Gemeenschappelijke diensten Raad van State
De realisatie is hoger dan verwacht door hogere uitgaven aan projecten op het gebied van ICT en IV en uitgaven voor de aanschaf van middelen voor beveiliging en ICT.
Overige tegenvallers
Dit betreffen enkele beperkte tegenvallers van minder dan 1 miljoen euro.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Dit betreffen verschillende kleine meevallers, elk van minder dan 1 miljoen euro.
Tegenvallers
Dit betreffen enkele zeer beperkte tegenvallers.
Koninkrijksrelaties
IV Koninkrijksrelaties: Uitgaven
IV Koninkrijksrelaties: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
223
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
‒ 19
Stand Najaarsnota
205
Mee- en tegenvallers
‒ 5
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO)
‒ 4
Overige mee- en tegenvallers
‒ 1
Intensiveringen en ombuigingen
0
Schikking
4
Schikking
‒ 4
Overboekingen met andere begrotingen
2
SSO-CN
2
Generaal dossier
11
Wisselkoers realisatie
11
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
212
IV Koninkrijksrelaties: Ontvangsten
IV Koninkrijksrelaties: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
50
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
118
Stand Najaarsnota
168
Mee- en tegenvallers
‒ 9
Rente Covidlening
‒ 9
SSO-CN
‒ 1
Niet-plafondrelevant
7
Aflossing leningen
7
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
165
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Mee- en tegenvallers
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO)
De budgetten van de Tijdelijke Werkorganisatie (TWO) kennen per saldo onderuitputting, doordat er zowel minder opdrachten als subsidies zijn verstrekt aan derden partijen dan aanvankelijk werd verondersteld.
Overige mee- en tegenvallers
Deze post is opgebouwd uit verschillende realisaties op de begroting van Koninkrijksrelaties.
Intensiveringen en ombuigingen
Schikking
Voor het komen tot een schikking tussen Sint Eustatius en de eigenaar van een aantal percelen op Sint Eustatius wordt een financiële bijdrage verstrekt aan Sint Eustatius. Deze middelen zullen aan Sint Eustatius worden verstrekt via een renteloze lening (1,892 mln.) en een bijzondere uitkering (1,892 mln.). De dekking hiervoor is gevonden binnen Artikel 1 en Artikel 4.
Overboekingen met andere begrotingen
SSO-CN
Dit betreft een afdracht van JenV voor de basisdienstverlening van Shared Service Organisatie Caribisch Nederland (SSO-CN) en een correctie aan FIN vanwege een verkeerd gehanteerde koers.
Generaal dossier
Wisselkoers realisatie
Sinds begrotingsjaar 2023 worden alle koersresultaten van dit hoofdstuk separaat geadministreerd in artikel 6. Dit betreft de wisselkoerseffecten op van hoofdstuk Koninkrijksrelaties in 2024. Door nadelige koersverschillen vallen de uitgaven en verplichtingen hoger uit dan initieel begroot.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Mee- en tegenvallers
Rente Covidlening
De rentepercentages zijn naar beneden bijgesteld. Dit heeft gezorgd voor minder ontvangsten.
SSO-CN
Enkele facturen zijn niet in 2024 betaald. Deze worden alsnog in 2025 betaald.
Niet-plafondrelevant
Aflossing leningen
Dit zijn meerontvangsten door een hogere aflossingen op een lening.
BES-fonds
BES-fonds: Uitgaven
H BES-fonds: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
71
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
33
Stand Najaarsnota
104
Mee- en tegenvallers
‒ 3
Vrije uitkering
‒ 3
Generaal dossier
3
Wisselkoers realisatie
3
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
104
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Uitgaven
Mee- en tegenvallers
Vrije uitkering
Een deel van de vrije uitkering is dit jaar niet uitbetaald.
Generaal dossier
Wisselkoers realisatie
Dit betreft de wisselkoerseffecten op het BES-fonds in 2024. Door nadelige koersverschillen vallen de uitgaven en verplichtingen hoger uit dan initieel begroot.
Ontvangsten
Voor het BES-fonds zijn er geen ontvangsten.
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
VIII Onderwijs, Cultuur en Wetenschap: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
55.467
Mutaties t/m Najaarsnota
1.644
Stand Najaarsnota
57.111
Meevallers
‒ 324
SLOA
‒ 3
Kennisnet
‒ 4
Zij-instroom
‒ 4
Maatschappelijke Diensttijd
‒ 6
Apparaat
‒ 13
School en Omgeving
‒ 27
Schoolmaaltijden
‒ 32
Bekostiging primair onderwijs
‒ 38
NGF openstaande verplichting
‒ 40
Studiefinanciering (R)
‒ 55
Overige subsidies en opdrachten funderend onderwijs
‒ 56
Overige meevallers
‒ 46
Tegenvallers
29
Bekostiging voortgezete onderwijs
24
Studiefinanciering (R)
3
Overige tegenvallers
3
Generaal dossier
‒ 5
COVID-19
‒ 5
Overboekingen met andere begrotingen
0
Veegbrief Commissaris voor de media
0
Desalderingen
17
Ster-inkomsten
11
Museaal Aankoopfonds - Aankoop Van Gogh
3
Overige desalderingen
3
Technisch
0
Technisch
0
Niet-kaderrelevant
‒ 365
Oekraïne - Nieuwkomersbekostiging
‒ 22
Studiefinanciering (N)
‒ 343
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
56.464
VIII Onderwijs, Cultuur en Wetenschap: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
2.038
Mutaties t/m Najaarsnota
415
Stand Najaarsnota
2.453
Meevallers
63
Ontvangsten bekostiging primair onderwijs
37
Ontvangsten bekostiging voortgezet onderwijs
16
Ontvangsten Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
4
Studiefinanciering (R)
3
Overige meevallers
4
Tegenvallers
‒ 23
Realisatie ontvangsten lesgeld
‒ 3
Studiefinanciering (R)
‒ 19
Overige tegenvallers
‒ 1
Desalderingen
17
Ster-inkomsten
11
Museaal Aankoopfonds - Aankoop Van Gogh
3
Overige desalderingen
3
Niet-kaderrelevant
‒ 127
Studiefinanciering (N)
‒ 127
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
2.383
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
SLOA
De uitgaven voor Cito en SLO in 2024 vallen voor 2,8 miljoen euro lager uit dan verwacht doordat de LPO over het jaar 2024 niet is uitgegeven.
Kennisnet
Er was meer budget beschikbaar dan dat nodig was voor de subsidie aan Kennisnet (4,3 miljoen euro).
Zij-instroom
Er is een meevaller van 4,4 miljoen euro doordat er minder is aangevraagd op de verschillende regelingen dan verwacht. Deze meevaller is additioneel op de 10,7 miljoen euro aan onderuitputting op dit budget die met Najaarsnota 2024 is verwerkt.
Maatschappelijke Diensttijd
Er is een meevaller van 6,1 miljoen euro op de Maatschappelijke Diensttijd, voornamelijk doordat niet alle geplande activiteiten zijn voortgezet na de aankondiging van de bezuiniging op het programma in het Hoofdlijnenakkoord en de daarmee gepaarde afbouw van het programma. Deze meevaller is additioneel op de 25,0 miljoen euro aan onderuitputting op dit budget die met Najaarsnota 2024 is verwerkt.
Apparaat
Er is een meevaller 12,7 miljoen euro op het budget voor apparaat, voornamelijk door overgebleven loonbijstelling, onderuitputting op de middelen uit het CA van Rutte-IV voor de Inspectie van het Onderwijs en moeilijk in te vullen vacatures. Deze meevaller is additioneel op de 4,2 miljoen euro aan onderuitputting op dit budget die met Najaarsnota 2024 is verwerkt.
School en Omgeving
Er is een meevaller van 27,1 miljoen euro op het programma School en Omgeving, waarvan 19,6 miljoen euro in het primair onderwijs en 7,5 miljoen euro in het voortgezet onderwijs. In 2023 waren de aanvragen lager dan verwacht; de onderuitputting die hieruit volgt werkt twee jaar door, door het meerjarige karakter van de regeling. Deze meevaller is additioneel op de 158,0 miljoen euro aan onderuitputting op dit budget die met Najaarsnota 2024 is verwerkt.
Schoolmaaltijden
Er is een meevaller van 32,1 miljoen euro op het programma Schoolmaaltijden, waarvan 19,5 miljoen euro in het primair onderwijs en 12,6 miljoen euro in het voortgezet onderwijs. Scholen in de doelgroep hebben niet voor het maximale bedrag per leerling een aanvraag gedaan. Deze meevaller is additioneel op de 30,0 miljoen euro aan onderuitputting op dit budget die met Najaarsnota 2024 is verwerkt.
Bekostiging primair onderwijs
De meevaller van totaal 38,1 miljoen euro op de bekostiging in het primair onderwijs is voornamelijk ontstaan door een meevaller op de reguliere nieuwkomersregeling van 28,2 miljoen euro. In de prognose voor 2024 werd een hoger aantal nieuwkomersleerlingen verwacht dan dat er uiteindelijk waren. Daarnaast is er een meevaller ontstaan op de kleine scholentoeslag van 8,0 miljoen euro doordat er minder kleine scholen waren dan voorzien.
NGF openstaande verplichting
Er is in totaal 40,0 miljoen euro onderuitputting op diverse NGF-projecten waaronder Ontwikkelkracht (18,3 miljoen euro), Innovatieprogramma Onderwijshuisvesting (12,8 miljoen euro) en Techkwadraat (4,5 miljoen euro). Het voornemen is om middelen via de 100% Eindejaarsmarge toe te voegen aan de OCW-begroting 2025. Deze meevaller is additioneel op de 109,7 miljoen euro aan onderuitputting op dit budget die met Najaarsnota 2024 is verwerkt.
Studiefinanciering (R)
Er is per saldo een meevaller op de uitgaven van het budget voor studiefinanciering van in totaal 51,1 miljoen euro. Op de post voor overige relevante uitgaven aan studiefinanciering is er een meevaller van 41,7 miljoen euro, voornamelijk door vertraging op de afhandeling van het herstel van de kinderopvangtoeslag waardoor nog niet alle kwijtscheldingen bij DUO zijn voltooid. Daarnaast zijn er meevallers op artikel 12 ‘Tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten’ van in totaal 3,4 miljoen euro doordat er minder scholieren in het voortgezet onderwijs zijn van 18 jaar en ouder die een tegemoetkoming ontvingen dan verwacht. Deze meevaller is additioneel op de per saldo meevaller van 57,0 miljoen euro op de relevante uitgaven van studiefinanciering die met Najaarsnota 2024 is verwerkt.
Overige subsidies en opdrachten funderend onderwijs
Er is een meevaller op de overige subsidies en opdrachten in het funderend onderwijs van 55,1 miljoen euro, waarvan 29,4 miljoen euro in het primair onderwijs en 25,6 miljoen euro in het voortgezet onderwijs. De meevaller in het primair onderwijs wordt onder andere verklaard doordat de LPO niet kon worden uitgekeerd (13,4 miljoen euro). De meevaller in het voortgezet onderwijs wordt onder andere verklaard doordat enkele subsidies en opdrachten lager uitvallen dan begroot, bijvoorbeeld de opdrachten in het kader van staatsexamens aan DUO (4 miljoen euro), subsidies in het kader van onderwijshuisvesting (1,9 miljoen euro). Deze meevaller is additioneel op de onderuitputting van 78,7 miljoen euro die met Najaarsnota 2024 is verwerkt.
Overige meevallers
De overige 48,0 mln. aan meevallers wordt verklaard door kleinere posten, met name op subsidieregelingen waaronder Humanistisch vormend en godsdienstonderwijs (2,5 miljoen euro door minder aanvragen dan het beschikbare budget), Verbreden inzet cultuur (2,2 miljoen euro doordat een deel van de LPO niet is uitgegeven en er minder projectsubsidies zijn doorgegaan dan gepland) en Tegemoetkoming tweede lerarenopleiding (2,0 miljoen euro).
Tegenvallers
Bekostiging voortgezet onderwijs
Er is een tegenvaller op de bekostiging van het voortgezet onderwijs van 23,6 miljoen euro. Dit wordt onder andere verklaard doordat er meer nieuwkomers in aanmerking zijn gekomen voor nieuwkomersbekostiging in 2023 dan oorspronkelijk geraamd (7,6 miljoen euro). Daarnaast viel het leerling\afhankelijke deel van de aanvullende bekostiging voor startende scholen hoger uit dan geraamd (7,6 miljoen euro).
Studiefinanciering (R)
Het budget voor de aanvullende beurs (gift) wordt met 2,7 miljoen euro omhoog bijgesteld. Dit komt voornamelijk doordat het aantal studenten die de aanvullende beurs direct als gift ontvangen naar boven is bijgesteld. Deze tegenvaller is additioneel op de totale per saldo meevaller op de relevante uitgaven van studiefinanciering die met Najaarsnota 2024 is verwerkt.
Overige tegenvallers
Er zijn meerdere kleinere tegenvallers van in totaal 3,0 miljoen euro, waaronder op het budget voor Stelseltaken openbare bibliotheekvoorzieningen (0,7 miljoen euro).
Generaal dossier
COVID-19
Er is een meevaller van 5,0 miljoen euro op de generale budgetten voor COVID-19, bestaande uit 4,7 miljoen euro op het Nationaal Onderwijs Programma en 0,3 miljoen euro op het budget voor ventilatie in scholen.
Overboekingen met andere begrotingen
Veegbrief Commissaris voor de media
Vanuit het ministerie van VWS is een eenmalige compensatie van 0,2 miljoen euro overgeboekt naar Artikel 14 (Cultuur). Dit bedrag is bestemd voor incidentele kosten van het Commissariaat voor de Media (CvdM) in verband met het toezicht op de toegankelijkheidsvoorschriften uit de Europese Toegankelijkheidsrichtlijn.
Desalderingen
Ster-inkomsten
Er is een desaldering van 11,0 miljoen euro op de Ster-inkomsten wegens hogere Ster-inkomsten dan verwacht.
Museaal Aankoopfonds - Aankoop Van Gogh
Er is een desaldering van het Museaal Aankoopfonds van 2,9 miljoen euro. Het Mondriaan Fonds verstrekt, met instemming van OCW, aan het Noordbrabants Museum een bijdrage uit het Museaal Aankoopfonds (MAF) van 2,9 miljoen euro voor de aanschaf van het schilderij Kop van een vrouw van Vincent van Gogh.
Overige desalderingen
Er zijn twee overige desalderingen, namelijk van ontvangsten bij de lerarenbeurs als gevolg van intrekkingen bij de lerarenbeurs (1,8 miljoen euro) en een terugstorting aan het Participatiefonds (PF) van 1,2 miljoen euro, omdat op basis van het reglement van het fonds is vastgesteld dat deze kosten niet ten laste van het Participatiefonds hadden moeten komen.
Technisch
Er zijn meerdere technische correcties doorgevoerd die geen budgettaire effecten hebben.
Niet-kaderrelevant
Studiefinanciering (N)
Er is per saldo een meevaller op de niet-kaderrelevante uitgaven van studiefinanciering. Dit komt grotendeels doordat studenten minder hebben geleend dan verwacht. Dit geldt onder andere voor de rentedragende lening (241,7 miljoen euro) en het collegegeldkrediet (11,1 miljoen euro). Ook is er minder gebruik gemaakt van de aanvullende beurs prestatiebeurs (80,5 miljoen euro) en de basisbeurs prestatiebeurs (43,0 miljoen euro). Tot slot is er een tegenvaller van 35,3 miljoen euro op de overige niet-kaderrelevante uitgaven aan studiefinanciering.
Ontvangsten
Meevallers
Ontvangsten bekostiging primair onderwijs
De ontvangsten vielen in 2024 hoger uit dan gebudgetteerd (36,6 miljoen euro). Voornamelijk vanwege niet gerealiseerde uitgaven door het Jeugdeducatiefonds (JEF) rond het programma Schoolmaaltijden in 2023, omdat scholen minder hebben aangevraagd dan geraamd (17,6 miljoen euro). Na de verantwoording over de projectsubsidie in 2023 is het budget lager vastgesteld.
Ontvangsten bekostiging voortgezet onderwijs
De ontvangsten vielen in 2024 hoger uit dan gebudgetteerd (16,4 miljoen euro). Dit wordt grotendeels verklaard door de ontvangen bedragen van 11,2 miljoen euro en 1,3 miljoen euro vanwege niet gerealiseerde uitgaven door het Jeugdeducatiefonds (JEF) en het Nederlandse Rode Kruis inzake het programma schoolmaaltijden in 2023, omdat scholen minder hebben aangevraagd dan geraamd. Na de verantwoording over de projectsubsidies in 2023 zijn deze lager vastgesteld.
Ontvangsten Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
De ontvangsten vielen 3,7 miljoen euro hoger uit dan gebudgetteerd vanwege een incidentele extra afrekening van verschillende projectsubsidies van Tel Mee met Taal (1,7 miljoen euro), en verschillende afrekeningen van subsidies (2,0 miljoen euro).
Ontvangsten Studiefinanciering (R)
De kaderrelevante ontvangsten aan studiefinanciering zijn 2,6 miljoen euro hoger dan gebudgetteerd doordat uit de realisatiegegevens van DUO blijkt dat de ontvangsten aan de kortlopende vorderingen hoger zijn dan geraamd.
Overige meevallers
Op de overige artikelen zijn de ontvangsten aangesloten op de realisatie resulterend in een meevaller van 3,5 miljoen euro.
Tegenvallers
Realisatie ontvangsten lesgeld
De ontvangsten van het lesgeld zijn 3,1 miljoen euro naar beneden bijgesteld op basis van de realisatiegegevens van DUO.
Studiefinanciering (R)
De ontvangen rente is 19,0 miljoen euro lager dan gebudgetteerd, omdat de renteontvangsten lager zijn dan geraamd.
Overige tegenvallers
Op zijn overige tegenvallers op de ontvangsten van 0,6 miljoen euro.
Desalderingen
Ster-inkomsten
Er is een desaldering van 11,0 miljoen euro op de Ster-inkomsten wegens hogere Ster-inkomsten dan verwacht.
Museaal Aankoopfonds - Aankoop Van Gogh
Er is een desaldering van het Museaal Aankoopfonds van 2,9 miljoen euro. Het Mondriaan Fonds verstrekt, met instemming van OCW, aan het Noordbrabants Museum een bijdrage uit het Museaal Aankoopfonds (MAF) van 2,9 miljoen euro voor de aanschaf van het schilderij Kop van een vrouw van Vincent van Gogh.
Overige desalderingen
Er zijn twee overige desalderingen, namelijk van ontvangsten bij de lerarenbeurs als gevolg van intrekkingen (1,8 miljoen euro) en een terugstorting aan het participatiefonds (PF) van 1,2 miljoen euro, omdat op basis van het reglement van het fonds vastgesteld dat deze kosten niet ten laste van het Participatiefonds hadden moeten komen.
Niet-kaderrelevant
Studiefinanciering (N)
Er is 127,4 miljoen euro minder aan niet-kaderrelevante ontvangsten op het budget voor studiefinanciering ontvangen dan gebudgetteerd. In 2023 is er in de laatste maanden extra veel afgelost. Hier is dit jaar ook rekening mee gehouden, maar dat bleek niet het geval.
Financiën (incl. Nationale Schuld)
Financiën
IXB Financiën: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
11.827
Mutaties t/m Najaarsnota
14.454
Stand Najaarsnota
26.281
Meevallers
‒ 198
Meevaller apparaat
‒ 11
Meevaller Belastingdienst
‒ 27
Meevaller vertragingsrente Traditionele Eigen Middelen
‒ 35
Meevaller apparaat Toeslagen
‒ 42
Programmamiddelen Toeslagen Herstel
‒ 79
Overige meevallers
‒ 3
Intensiveringen
7
Bijdrage Wereldbank
7
Overboekingen met andere begrotingen
46
Overboekingen BCF
46
Technisch
‒ 69
Afdrachten Staatsloterij
16
Storting begrotingsreserve ekv
‒ 15
Btw-compensatiefonds
‒ 73
Overig technisch
3
Niet-kaderrelevant
‒ 47
Schade-uitkering ekv
‒ 8
Meevaller belasting- en invorderingsrente
‒ 38
Overig niet-kaderrelevant
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
26.021
IXB Financiën: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
4.548
Mutaties t/m Najaarsnota
1.016
Stand Najaarsnota
5.564
Meevallers
92
Meevaller niet-belastingontvangsten
43
Meevaller apparaatsontvangsten Belastingdienst
34
Schaderestituties ekv
6
Overige meevallers
10
Tegenvallers
0
Tegenvallers
0
Generaal dossier
‒ 44
Dividenden staatsdeelnemingen
‒ 44
Technisch
4
Afdrachten Staatsloterij
16
Premies ekv
‒ 15
Overig technisch
3
Niet-kaderrelevant
322
Verkoop aandelen ABN AMRO
251
Meevaller belasting- en invorderingsrente
170
Schaderestituties ekv
16
Dividenden financiële staatsdeelnemingen
‒ 12
Renteontvangsten lening TenneT
‒ 110
Overig niet-kaderrelevant
7
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
5.937
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Meevaller apparaat
De apparaatsuitgaven van het kerndepartement vallen 11 miljoen euro lager uit dan eerder voorzien. Dit komt met name door openstaande vacatures, met name bij de Concerndirectie Informatievoorziening en Openbaarmaking van het kerndepartement. Hiernaast zijn er lagere materiële uitgaven doordat er minder gebruik is gemaakt van o.a. dienstverlening van de ADR.
Meevaller Belastingdienst
Onderuitputting bij de Belastingdienst van 27 miljoen euro die wordt veroorzaakt door met name lagere uitgaven aan (schade)vergoedingen voor compensatie FSV. Daarnaast was er minder inhuur nodig door onder andere betere werving en zijn niet alle geplande ICT-projecten tot betaling gekomen wat leidde tot minder uitgaven.
Meevaller vertragingsrente Traditionele Eigen Middelen
De betaalde vertragingsrente over nabetalingen Traditionele Eigen Middelen valt 35 miljoen euro lager uit, doordat de Europese Commissie in 2024 niet alle verzoeken tot betaling van vertragingsrente heeft ingediend.
Meevaller apparaat Toeslagen
De apparaatsuitgaven van Toeslagen vallen 42 miljoen euro lager uit dan eerder voorzien. Dit wordt met name veroorzaakt door vertraging van de uitvoering van de programma’s Herstel Toeslagen (circa 31 miljoen euro). Verder is er sprake van meer bezetting door intern personeel en minder gebruik van externe inhuur, dit leidt tot circa 7 miljoen euro aan lagere uitgaven.
Programmamiddelen Toeslagen Herstel
Onderuitputting van 79 miljoen euro op programmamiddelen van Toeslagen Herstel. Dit komt met name doordat de uitvoering van de aanvullende schaderoutes door de Stichting Gelijkwaardig Herstel minder snel verloopt dan eerder verondersteld.
Overige meevallers
Dit betreft enkele beperkte meevallers waarvan voornamelijk lagere programmauitgaven.
Intensiveringen
Bijdrage Wereldbank
De bijdrage aan de Wereldbank valt 7 miljoen euro hoger uit door uitgaven aan de Arrears Clearance voor de International Development Association (IDA20). Door een aanpassing van de betalingssystematiek bij de Wereldbank kunnen deze uitgaven niet meer vanuit de BZ-begroting gedaan worden. Daarom worden deze middelen overgemaakt naar de Wereldbank vanaf de begroting van Financiën. Deze mutatie is in de Veegbrief gemeld1.
Overboekingen met andere begrotingen
Overboekingen BCF
Dit betreft verschillende overboekingen van andere begrotingen naar het Btw-compensatiefonds (BCF).
Technisch
Afdrachten Staatsloterij
De post afdrachten Staatsloterij is met 16 miljoen euro bijgesteld, omdat de afdrachten uit de Staatsloterij hoger waren dan begroot. Om te voldoen aan de Wet op de kansspelen wordt in de begroting en verantwoording een technische post voor afdrachten Staatsloterij opgenomen bij zowel de uitgaven, betalingsverplichtingen als de ontvangsten ter hoogte van de afdrachten van de Staatsloterij.
Storting begrotingsreserve ekv
Door lagere premie-ontvangsten van de exportkredietverzekering (ekv) is er 15 miljoen euro minder in de begrotingsreserve gestort.
Btw-compensatiefonds
De bijdrage aan provincies en gemeenten is 73 miljoen euro lager uitgevallen, omdat er minder btw is gedeclareerd dan geraamd. Het is op voorhand niet exact vast te stellen hoe veel btw provincies en gemeenten declareren. Overschotten op dit artikel worden bij de Voorjaarsnota verrekend met het Gemeente- en Provinciefonds.
Overig technisch
Dit betreft een totaal van meerdere beperkte desalderingen en daarnaast enkele technische mutaties die per saldo op nul sluiten.
Niet-kaderrelevant
Schade-uitkering ekv
Er is 8 miljoen euro minder schade uitgekeerd dan begroot. Bij de ekv zijn schades moeilijk te ramen vanwege het onvoorspelbare karakter van de ekv-portefeuille. Het al dan niet materialiseren van één schadezaak kan een grote impact hebben op de realisatie ten opzichte van het begrote bedrag. In de laatste maanden hebben zich minder schades gematerialiseerd dan begroot.
Meevaller belasting- en invorderingsrente
De uitgaven belasting- en invorderingsrente bij de Belastingdienst en de Douane vallen 38 miljoen euro lager uit. De reguliere uitgaven aan belasting- en invorderingsrente waren lager dan verwacht. Daarnaast zijn de kosten van het project herstel invorderingsrente circa 9 miljoen euro lager uitgevallen.
Overig niet-kaderrelevant
Dit betreft enkele niet-kaderrelevante mutaties die per saldo op nul sluiten.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Meevaller niet-belastingontvangsten
Een meevaller op de niet-belastingontvangsten van artikel 1 (Belastingen) bij zowel doorbelasten kosten vervolging (17 miljoen euro) als boetes en schikkingen (26 miljoen euro). De realisaties liggen hoger dan voorgaande jaren door economische ontwikkelingen.
Meevaller apparaatsontvangsten Belastingdienst
De apparaatsontvangsten zijn 34 miljoen euro hoger uitgevallen dan begroot. Het verschil wordt met name veroorzaakt door een incidentele ontvangst van ca. 22 miljoen euro ter afsluiting van een zaak van de Rijksadvocaat. Het betreft een unieke en eenmalige civielrechtelijke zaak waarbij de Belastingdienst in het gelijk is gesteld ten aanzien van het innen van belastingmiddelen over de grens. Daarnaast zijn er 9 miljoen euro meer ontvangsten vanuit het UWV gerelateerd aan de Ziektewet en transitievergoedingen.
Schaderestituties ekv
De gerealiseerde schaderestituties ekv zijn 6 miljoen euro hoger dan begroot. Dit komt doordat de ekv een vraaggestuurd instrument is. Op basis van daadwerkelijk opgelopen (niet-definitieve) schades en de inzet op het verhalen van de schade bij tegenpartijen kan de uiteindelijke stand van de recuperaties afwijken van de ramingen.
Overige meevallers
Dit betreft enkele beperkte meevallers waaronder een ontvangst uit de KLM Surviving Clause Framework Agreement (5 miljoen euro).
Tegenvallers
Dit betreft een beperkte coronagerelateerde tegenvaller binnen de exportkredietverzekeringen (premies herverzekering leverancierskredieten).
Generaal dossier
Dividenden staatsdeelnemingen
De dividendraming wordt met 44 miljoen euro naar beneden bijgesteld. Het verschil tussen de raming en realisatie komt met name door de teruggave van de dividendbelasting niet meer in 2024 is ontvangen.
Technisch
Afdrachten Staatsloterij
De post afdrachten Staatsloterij is met 16 miljoen euro bijgesteld, omdat de afdrachten uit de Staatsloterij hoger waren dan begroot. Om te voldoen aan de Wet op de kansspelen wordt in de begroting en verantwoording een technische post voor afdrachten Staatsloterij opgenomen bij zowel de uitgaven, betalingsverplichtingen als de ontvangsten ter hoogte van de afdrachten van de Staatsloterij.
Premies ekv
De premie-ontvangsten van de ekv zijn 15 miljoen euro lager dan begroot. De ekv is een vraag gestuurd instrument, waardoor realisaties kunnen afwijken van de ramingen.
Overig technisch
Dit betreft een totaal van meerdere beperkte desalderingen en daarnaast enkele technische mutaties die per saldo op nul sluiten.
Niet-kaderrelevant
Verkoop aandelen ABN AMRO
De Staat bouwt, via NL Financial Investments (NLFI), haar belang in ABN AMRO af. De ontvangsten zijn 251 miljoen euro hoger uitgevallen als gevolg van de lopende verkoop van aandelen ABN AMRO door de Staat en de inkoop van aandelen door ABN AMRO. Deze mutatie is in de Veegbrief gemeld2.
Meevaller belasting- en invorderingsrente
De ontvangsten aan belasting- en invorderingsrente bij de Belastingdienst en de Douane zijn 170 miljoen euro hoger uitgevallen dan eerder geraamd. De hogere ontvangsten aan belastingrente deden zich met name voor bij de vennootschapsbelasting (78 miljoen euro). De hogere ontvangsten aan invorderingsrente komen vooral door de hogere ontvangsten over coronaschulden (41 miljoen euro).
Schaderestituties ekv
De gerealiseerde schaderestituties ekv zijn 16 miljoen euro hoger dan begroot. Dit komt doordat de ekv een vraaggestuurd instrument is. Op basis van daadwerkelijk opgelopen (niet-definitieve) schades en de inzet op het verhalen van de schade bij tegenpartijen kan de uiteindelijke stand van de recuperaties afwijken van de ramingen.
Dividenden financiële staatsdeelnemingen
De dividendraming wordt met 12 miljoen euro naar beneden bijgesteld op basis van de gerealiseerde dividenduitkeringen.
Renteontvangsten lening TenneT
De renteontvangsten vallen 110 miljoen euro lager uit dan begroot. Dit komt doordat TenneT conform afspraak een deel van de rente over 2024 in 2025 betaalt. In de raming was geen rekening gehouden met het deel van de realisatie van de ontvangsten over 2024 die in 2025 zouden vallen.
Overig niet-kaderrelevant
Meerdere niet-kaderrelevante ontvangsten waaronder hogere renteontvangsten op de lening aan Griekenland (5 miljoen euro).
Nationale Schuld
IXA Nationale schuld: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
45.486
Mutaties t/m Najaarsnota
4.050
Stand Najaarsnota
49.536
Technisch
0
Technisch
0
Niet-kaderrelevant
756
Aflossing vaste schuld
730
Rente vlottende schuld
147
Rentelasten kasbeheer
129
Rente vaste schuld
14
Voortijdige beëindiging derivaten
8
Rente derivaten
‒ 31
Verstrekte leningen
‒ 241
Overig niet-kaderrelevant
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
50.292
IXA Nationale schuld: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
66.693
Mutaties t/m Najaarsnota
3.422
Stand Najaarsnota
70.115
Technisch
0
Technisch
0
Niet-kaderrelevant
827
Mutatie in rekening courant en deposito
5.282
Ontvangsten bij voortijdige beëindiging
296
Rente vlottende schuld
195
Rentebaten kasbeheer
10
Voortijdige beëindiging derivaten
8
Uitgifte vaste schuld
‒ 661
Mutatie vlottende schuld
‒ 4.308
Overig niet-kaderrelevant
5
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
70.942
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Technisch
Deze post bestaat uit diverse technische mutaties die onder de ondergrens vallen.
Niet-kaderrelevant
Aflossing vaste schuld
Eind 2024 hebben drie vervroegde aflossingen van staatsobligaties plaatsgevonden. Hierdoor vielen de aflossingen van de vaste schuld per saldo 730 miljoen euro hoger uit dan begroot bij de tweede suppletoire begroting.
Rente vlottende schuld
De rentelasten op de vlottende schuld zijn 147 miljoen euro hoger uitgevallen doordat er in de laatste maanden van het jaar een groter beroep is gedaan op de geldmarkt. Daarnaast hebben transacties op de geldmarkt ten behoeve van kortetermijnfinanciering geleid tot extra rentelasten.
Rentelasten kasbeheer
De rentelasten op het kasbeheer zijn 129 miljoen euro hoger uitgevallen, met name doordat er meer middelen door de deelnemers van schatkistbankieren werden aangehouden op de rekeningen-courant en in deposito’s dan waarmee rekening werd gehouden in de tweede suppletoire begroting.
Rente vaste schuld
De rentelasten op de vaste schuld zijn 14 miljoen euro hoger uitgevallen, met name als gevolg van het wisselkoersresultaat van de vaste schuld in Amerikaanse dollars.
Voortijdige beëindiging derivaten
Het Agentschap heeft in 2024 rentederivaten voortijdig beëindigd. Bij de voortijdige beëindiging van renteswaps wordt de netto contante waarde van de toekomstige rentestromen in één keer betaald of ontvangen in het jaar waarin de voortijdige beëindigingen van derivaten plaatsvinden. Dit heeft geleid tot 8 miljoen euro aan uitgaven.
Rente derivaten
De rentelasten op derivaten zijn 31 miljoen euro lager uitgevallen als gevolg van de lager dan verwachte rentepercentages die op de variabele delen van de rentederivaten zijn gerealiseerd.
Verstrekte leningen
Het bedrag aan verstrekte leningen is in totaal 241 miljoen euro lager dan bij de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Dit komt doordat het aantal leningen verstrekt aan agentschappen en Rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT's) lager is uitgevallen dan begroot.
Overig niet-kaderrelevant
Deze post bestaat uit diverse niet-kaderrelevante mutaties die onder de ondergrens vallen.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Technisch
Deze post bestaat uit diverse technische mutaties die onder de ondergrens vallen.
Niet-kaderrelevant
Mutatie in rekening courant en deposito
Door de sociale fondsen, RWT’s, agentschappen en decentrale overheden is meer geld op de rekeningen-courant en in deposito’s aangehouden dan bij de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Het saldo van de deelnemers is circa 5,3 miljard euro meer toegenomen dan begroot.
Ontvangsten bij voortijdige beëindiging
In 2024 is voor in totaal 5,8 miljard euro aan staatsobligaties voortijdig afgelost. Door de stijging van de marktrente in de afgelopen jaren, is de prijs waartegen obligaties zijn ingekocht lager dan de nominale waarde. Het verschil heeft geresulteerd in een ontvangst van 296 miljoen euro.
Rente vlottende schuld
De rentebaten op vlottende schuld zijn 195 miljoen euro hoger uitgevallen, met name doordat meer middelen in de geldmarkt zijn uitgezet dan waarmee rekening werd gehouden in de begroting.
Rentebaten kasbeheer
De rentebaten op het kasbeheer zijn 10 miljoen euro hoger uitgevallen, met name doordat een correctiebetaling heeft plaatsgevonden door ING Bank. Het ministerie van Financiën krijgt rente vergoed op de betaalrekeningen die bij ING Bank worden aangehouden voor het betalingsverkeer van het Rijk. Door een technische fout bij ING Bank is er in de afgelopen jaren te weinig rente ontvangen. Dit is met een eenmalige correctie van circa 7 miljoen euro in 2024 ontvangen.
Voortijdige beëindiging derivaten
Het Agentschap heeft in 2024 rentederivaten voortijdig beëindigd. Bij de voortijdige beëindiging van renteswaps wordt de netto contante waarde van de toekomstige rentestromen in één keer betaald of ontvangen in het jaar waarin de voortijdige beëindigingen van derivaten plaatsvinden. Dit heeft geleid tot ruim 8 miljoen euro aan ontvangsten.
Uitgifte vaste schuld
Het kastekort is ultimo 2024 lager uitgevallen dan bij de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Hierdoor was 661 miljoen euro minder schulduitgifte op de kapitaalmarkt nodig dan voorzien.
Mutatie vlottende schuld
De eindstand van de uitstaande schuld op de geldmarkt is het gevolg van meerdere ontwikkelingen gedurende het jaar, waarvan de ontwikkeling van het kassaldo, de keuze voor de omvang van de financiering op de kapitaalmarkt, het onderpand in contanten dat is ontvangen voor de derivaten en de vervroegde aflossingen de belangrijkste zijn. In 2024 is aan het eind van het jaar de financieringsbehoefte naar beneden bijgesteld, met name als gevolg van een lager kastekort, waardoor uiteindelijk een kleiner een beroep is gedaan op de geldmarkt.
Overig niet-kaderrelevant
Deze post bestaat uit diverse niet-kaderrelevante mutaties die onder de ondergrens vallen.
Defensie (inclusief Defensiematerieelbegrotingsfonds)
Defensie
X Defensie: Uitgaven
X Defensie: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
21.298
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 8.920
Stand Najaarsnota
12.378
Meevallers
‒ 182
Meevallers
‒ 182
Tegenvallers
50
Tegenvallers
50
Intensiveringen
173
Betaling pensioengelden 2024
153
Veegbriefmutaties
20
Technisch
0
Technisch
0
Niet-kaderrelevant
47
Oekraïne
47
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
12.467
X Defensie: Ontvangsten
X Defensie: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
229
Mutaties t/m Najaarsnota
239
Stand Najaarsnota
467
Meevallers
16
Meevallers
16
Tegenvallers
‒ 4
Tegenvallers
‒ 4
Niet-kaderrelevant
‒ 165
Oekraïne
‒ 165
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
315
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Dit betreft de onderuitputting die zich na de Najaarsnota heeft voorgedaan. Dit is met name te vinden op apparaatsuitgaven (105 miljoen euro) doordat de personele vulling achterblijft ten opzicht van het formatiebudget. Verder zijn uitgaven aan schadevergoedingen (Nationaal fonds ereschuld en Chroom 6) voor 26 miljoen euro, de contributiebijdrage aan NAVO (exploitatie NAVO hoofdkwartieren en instandhouding AWACs) voor 13 miljoen euro, en uitgaven voor artikel 1 inzet bij missies en operaties voor 23 miljoen euro lager uitgevallen doordat er minder gebruik van is gemaakt dan bij Najaarsnota geraamd.
Tegenvallers
Dit betreft overrealisatie die zich na de Najaarsnota heeft voorgedaan. Dit is met name te vinden op de budgetten van gereedstelling omdat meer (vlieg)oefeningen hebben plaatsgevonden (26 miljoen euro) en de bijdrage aan TNO (13 miljoen euro) hoger is uitgevallen omdat er programmafinanciering is verleend dan bij Najaarsnota geraamd. Verder is de overige personele exploitatie bij Commit 8,3 miljoen euro hoger vanwere arbeidsvoorwaardelijke uitgaven voor duurzaamheid en extra uitgaven voor dienstreizen wegens hogere prijzen.
Betaling pensioengelden 2024
De betaling van pensioengelden over 2024 vindt plaats in december in plaats van januari (153 miljoen euro).
Veegbriefmutaties
Dit betreft de mutaties die in de Veegbrieven zijn opgenomen en die tot een overschrijding op het betreffende artikel hebben geleid ten opzichte van de stand bij Najaarsnota. Op artikel 4 Koninklijke luchtmacht heeft het o.a. betrekking op hogere personele uitgaven door een hogere eindejaarsuitkering (15 miljoen euro).
Technisch
Dit betreft herschikkingen waarmee budget wordt gealloceerd en gelabeld naar waar de realisatie zich heeft voorgedaan. Dit is budgettair neutraal op artikelniveau.
Oekraïne
Dit betreft de realisatie van Oekraïnemiddelen. De steun is 47 miljoen euro hoger uitgevallen dan bij Najaarsnota geraamd omdat enkele leveringen alsnog hebben kunnen plaatsvinden in 2024, met name munitie. De kasschuif zoals doorgevoerd bij Najaarsnota wordt daarmee deels teruggedraaid tot een bedrag van 703 miljoen euro.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Dit betreft hogere ontvangsten dan bij Najaarsnota geraamd, met name hogere terugontvangsten uit FMS casussen (aanbestedingsproces materieel in VS).
Tegenvallers
Dit betreft lagere ontvangsten dan bij Najaarsnota geraamd, met name lagere vergoedingen afkomstig uit gebruik van Nederlands materieel of diensten door bondgenoten bij internationale samenwerkingen.
Oekraïne
Dit betreft de realisatie van cofinanciering op Oekraïnesteun. De leveringen aan Oekraïne die in gezamenlijkheid met andere bondgenoten worden opgesteld, zijn vertraagd naar 2025 (48 miljoen euro) of komen te vervallen (117 miljoen euro). Dit laatste betrof een munitielevering die niet doorgaat.
Defensiematerieelbegrotingsfonds
Defensiematerieelbegrotingsfonds: Uitgaven
K Defensiematerieelbegrotingsfonds: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
10.724
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 2.405
Stand Najaarsnota
8.319
Meevallers
‒ 687
Meevallers
‒ 687
Tegenvallers
45
Tegenvallers
45
Intensiveringen
113
Intensiveringen
113
Kadercorrecties
‒ 10
Valutakoersontwikkeling
‒ 10
Technisch
0
Technisch
0
Niet-kaderrelevant
‒ 174
Oekraïne
‒ 174
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
7.606
Defensiematerieelbegrotingsfonds: Ontvangsten
K Defensiematerieelbegrotingsfonds: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
10.724
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 9.853
Stand Najaarsnota
870
Meevallers
3
Meevallers
3
Tegenvallers
‒ 30
Tegenvallers
‒ 30
Technisch
‒ 696
Administratieve aanpassing boekingswijze begrotingsfondsen
‒ 696
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
148
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Dit betreft de onderuitputting die zich na de Najaarsnota heeft voorgedaan. Dit is met name te vinden op verwerving van nieuw en vervangend defensiematerieel (ca. 500 miljoen euro) en instandhouding (ca. 130 miljoen euro) doordat de defensiemarkt zeer krap is en lange levertijden kent. Verder zijn uitgaven aan Kennis en innvotie ca. 50 miljoen euro lager uitgevallen doordat defensie grote knelpunten ervaart in de inkoopketen bij het Defensie Ondersteuningscommando.
Tegenvallers
Dit betreft overrealisatie die zich na de Najaarsnota heeft voorgedaan, met name om de staat van het vastgoed (23 miljoen euro) in stand te houden of te verbeteren.
Intensiveringen
Dit betreft de mutaties die in de Veegbrieven zijn opgenomen en die tot een overschrijding op het betreffende artikel hebben geleid ten opzichte van de stand bij Najaarsnota. Op artikel 4 Lucht materieel is 113 miljoen euro meer uitgegeven door de versnelde bestelling van de Medium Utility Helikopters (MUH).
Valutakoersontwikkeling
Ontwikkelingen in de wisselkoersen van US Dollars en Zweedse Kronen leiden tot een teruggave van de compensatie die Defensie heeft ontvangen voor valutaschommelingen. Jaarlijks worden op basis van het Centraal Economisch Plan van het Centraal Planbureau de verwachte effecten van de wisselkoersmutaties verwerkt op het Defensiematerieelbegrotingsfonds. Bij Slotwet worden de gerealiseerde standen verwerkt. Defensie is met name gevoelig voor schommelingen in wisselkoersen bij aanschaf en in mindere mate bij instandhouding van materieel.
Technisch
Dit betreft herschikkingen waarmee budget wordt gealloceerd en gelabeld naar waar de realisatie zich heeft voorgedaan. Dit is budgettair neutraal op artikelniveau.
Oekraïne
Dit betreft de realisatie van Oekraïnemiddelen die aan Defensie zijn toegekend ter vervanging van uit eigen voorraad geleverd materieel. De steun is 174 miljoen euro lager uitgevallen in 2024 dan bij Najaarsnota geraamd omdat de start van de vervanging van enkele leveringen is verschoven naar 2025.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Dit betreft hogere ontvangsten dan bij Najaarsnota geraamd, met name hogere vergoedingen afkomstig uit gebruik van Nederlands materieel of diensten door bondgenoten bij internationale samenwerkingen.
Tegenvallers
Dit betreft lagere ontvangsten dan bij Najaarsnota geraamd, met name als gevolg van minder verkopen van materieel en geen ontvangsten uit royalties (circa 20 miljoen euro). Daarnaast zijn er ook minder auto’s ingeruild omdat de aankopen van nieuwe personenvoertuigen is vertraagd (circa 10 miljoen euro).
Administratieve aanpassing boekingswijze begrotingsfondsen
Dit betreft een administratieve aanpassing om de uitkering van de eindejaarsmarge 2023 niet langer via zowel de uitgaven als de ontvangsten op te boeken. De administratieve boekingswijze op begrotingsfondsen is per Miljoenennota 2025 aangepast. Omwille van administratieve eenvoud en transparantie vinden mutaties op het Defensiematerieelbegrotingsfonds voortaan niet meer plaats via de ontvangstenkant.
Infrastructuur en Waterstaat (inclusief Mobiliteitsfonds en Deltafonds)
Infrastructuur en Waterstaat
XII Infrastructuur en Waterstaat: Uitgaven
XII Infrastructuur en Waterstaat: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
14.652
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 702
Stand Najaarsnota
13.951
Meevallers
‒ 113
Meevaller BVOV
‒ 3
Meevaller innovatie subsidie duurzame binnenvaart
‒ 3
Meevaller Stint
‒ 4
Meevaller bedrijvenregeling
‒ 5
Meevaller subsidie elektrisch vervoer
‒ 8
Meevaller NGF DMI
‒ 9
Meevaller subsidie laad en aanzet
‒ 17
Overige meevallers
‒ 64
Tegenvallers
92
Tegenvaller bijdrage medeoverheden
14
Tegenvaller verduurzaming logistiek
6
Overige tegenvallers
71
Intensiveringen
15
Intensiveringen
15
Ombuigingen
‒ 8
Ombuigingen
‒ 8
Overboekingen met andere begrotingen
‒ 1
Overboekingen met andere begrotingen
‒ 1
Technisch
‒ 16
Mutaties met Mobiliteitsfonds
3
XII Infrastructuur en Waterstaat: Ontvangsten
XII Infrastructuur en Waterstaat: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
87
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 6
Stand Najaarsnota
80
Meevallers
14
Meevallers
14
Tegenvallers
‒ 27
Tegenvallers
‒ 27
Technisch
0
Technisch
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
67
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
MeevallersMeevaller Beschikbaarheidsvergoeding OVDe uiteindelijke realisatie op de Beschikbaarheidsvergoeding OV blijkt in 2024 iets lager dan was voorzien. Het overschot wordt conform afspraken teruggegeven aan het generale beeld.
Meevaller innovatie voorziening duurzame binnenvaartEen deel van de betaling van deze subsidieregeling is vertraagd. Deze betaling zal in 2025 alsnog plaatsvinden.
Meevaller StintDit betreft een meevaller op het budget voor de schadevergoeding van de Stint. Het uitgekeerde bedrag aan schadevergoedingen is lager uitgevallen dan initieel is begroot. De schadevergoedingen worden toegekend in rechtszaken. Een deel van deze rechtszaken loopt door tot in 2025, hierdoor worden desze schadevergoedingen niet meer in 2024 toegekend.
Meevaller bedrijvenregelling De initiële inschatting die intern is gemaakt voor de hoogte van de vaststellingen van de bevoegde gezagen was aanzienlijk hoger dan later het geval bleek te zijn.
Meevaller subsidie elektrisch vervoerNiet alle middelen die beschikbaar zijn gesteld voor subsidieregelingen voor elektrisch vervoer zijn aangevraagd.
Meevaller NGF Dutch Metropolitan InnovationsBij de opdrachten voor Dutch Metropolitan Innovations is vertaging ontstaan bij de ontwikkeling van de innovatievoorstellen, waardoor de implementatie ook later plaats zal vinden.
Meevaller laad en aanzetDe subsidieregeling Laad- en AanZET wordt zowel gefinancierd door het budget voor duurzame mobiliteit (DuMo) als door Vrachtwagenheffing. Het DuMo-budget is eerst belast, waardoor er minder is uitgegeven bij Vrachtwagenheffing. In de komende jaren wordt het budget van Vrachtwagenheffing ingezet voor de regeling. Er is minder uitgegeven aan deze regeling, doordat er minder inschrijvingen op deze regeling zijn geweest dan was verwacht. Het DuMo-budget is eerst belast, waardoor er minder is uitgegeven bij Vrachtwagenheffing. In de komende jaren wordt het budget van Vrachtwagenheffing ingezet voor de regeling.
Overige meevallers Dit zijn kleinere meevallers. Het gaat onder andere om enkele projecten uit het NGF en Klimaatfonds die vertraging oplopen (onder andere zero-emissie binnenvaart en laadinfra). Ook zijn er meevallers op apparaatskosten.
Tegenvallers Tegenvaller bijdrage medeoverhedenDit betreft het saldo op de bijdragen aan medeoverheden op artikel 14.3. De tegenvaller van 14,5 mln. euro is ontstaan doordat de bevoorschotting is verhoogd an 25% naar 75% om tot volledige uitputting van het begrotingsartikel te komen.
Tegenvaller verduurzaming logistiekDit betreft het saldo op de opdrachten van artikel 14.03. Er zijn diverse mee- en tegenvallers die worden veroorzaakt door vertraging bij het aangaan van opdrachten en opdrachten die eerder voltooid en betaald zijn.
Overige tegenvallersDit zijn kleinere tegenvallers. Het gaat hier onder andere om tegenvallende kosten voor de renovatie van het KNMI, kosten o.g.v. Bodemsanering in 2024 waarvan was gepland dat deze in 2025 zouden worden betaald, en extra werkzaamheden voor het Exploitatie Maatschappij Krimpen (EMK) terrein in Krimpen aan den Ijssel.
Ombuigingen
De mutaties vallend onder dit kopje bestaan uit interne herschikkingen om budget op andere artikelen aan te vullen.
Intensiveringen
De budgetten die zijn omgebogen op andere artikelen zijn gebruikt om tekorten op bepaalde posten op te vullen. Er is bijvoorbeeld extra budget gegaan naar TVOV omdat een betaling aan vervoersregio Amsterdam hoger uitvalt, naar materieel i.v.m. benodigde verplichte ICT licenties, en naar personele uitgaven omdat er extra budget benodigd was om de salarisboeking voor december te kunnen vervullen.
Overboekingen met andere begrotingen Dit betreft met name overboekingen naar het Mobiliteitsfonds en het Deltafonds. Het gaat onder andere om een overheveling voor vrachtwagenheffing en topsector logistiek.
Technisch Mutaties met Mobiliteitsfonds Deze mutaties worden toegelicht op het Mobiliteitsfonds.
Terugboeking overschotten vrachtwagenheffing (VWH)In de huidige systematiek vindt de verantwoording van bepaalde uitgaven voor de uitvoering van het programma Vrachtwagenheffing plaats op de begroting Hoofdstuk XII Infrastructuur en Waterstaat (HXII). De budgetten hiervoor zijn vrijgemaakt op het Mobiliteitsfonds en worden overgeheveld naar HXII, zodat aldaar de uitgaven kunnen worden verantwoord. Op de naar de begroting van Hoofdstuk XII overgehevelde budgetten doen zich in 2024 mogelijk lagere uitgaven voor dan van tevoren gepland, door eventuele niet uitgevoerde werkzaamheden of vertragingen. Voor de hiervoor genoemde posten geldt dat de dit jaar niet-bestede middelen van 18,2 mln. euro worden teruggeboekt naar het Mobiliteitsfonds.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Mee- en tegenvallers Dit betreft kleinere tegenvallers. Het gaat onder andere om ontvangsten voor de Provincie Zuid-Holland en de gemeente Krimpen aan de IJssel die niet meer zijn ontvangen (circa 3,5 miljoen euro) als gevolg van vertraging van het project Exploitatie Maatschappij Krimpen (EMK). Ook zijn er minder ontvangsten binnengekomen op het artikel openbaar vervoer en spoor en het artikel wegen en verkeersveiligheid.
Technisch Generale meevaller BVOV (beschikbaarheidsvergoeding openbaar vervoer) Middelen voor de BVOV die niet zijn gebruikt vallen vrij ten gunste van het generale beeld.
Mobiliteitsfonds
Mobiliteitsfonds: Uitgaven
A Mobiliteitsfonds: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
10.246
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 359
Stand Najaarsnota
9.887
Meevallers
‒ 282
Voordelig saldo spoorwegen planuitwerking en verkenning
‒ 23
Voordelig saldo hoofdwegennet vernieuwing
‒ 31
Voordelig saldo woningbouw middelen
‒ 24
Voordelig saldo hoofdvaarwegennet aanleg
‒ 26
Voordelig saldo hoofdwegennet verkenning en planuitwerking
‒ 23
Voordelig saldo hoofdwegennet aanleg
‒ 31
Overige meevallers
‒ 124
Tegenvallers
42
Nadelig saldo hoofdwegennet aanleg
11
Overige tegenvallers
30
Technisch
63
Technisch
63
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
9.709
Mobiliteitsfonds: Ontvangsten
A Mobiliteitsfonds: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
10.246
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 359
Stand Najaarsnota
9.887
Meevallers
5
Meevallers
5
Tegenvallers
‒ 13
Tegenvallers
‒ 13
Desalderingen
‒ 16
Mutaties met Infrastructuur en Waterstaat
‒ 16
Technisch
79
Mutaties met infrastructuur en Waterstaat
18
Technisch
61
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
9.948
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
MeevallersVoordelig saldo spoorwegen planuitwerking en verkenning Het voordelig saldo op de planuitwerking en verkenningen op Spoorwegen wordt met name veroorzaakt door het project Grensoverschrijdend Spoor. De SPUK voor Emmen-Rheine van circa €14 miljoen wordt niet meer in 2024 uitbetaald aan de provincie Drenthe en wordt naar verwachting in 2025 beschikt.
Voordelig saldo woningbouw middelen Het voordelig saldo heeft te maken met het niet volledig beschikken van de SPUKs Korte Termijn Woningbouwmiddelen (€ 7,3 miljoen) en Mobiliteitspakketten (€ 16,8 miljoen). De middelen worden beschikt in 2025.
Voordelig saldo hoofdvaarwegennet aanlegOp het hoofdproduct Hoofdvaarwegennet Realisatie is er een overschot van 21,3 mln. euro. De grootste afwijkingen betreffen de projecten: Lemmer Delfzijl (8,2 mln. euro).
Voordelig saldo Hoofdwegennet verkenning en planuitwerking Dit betreft een voordelig saldo op de planuitwerking en verkenningen van het hoofdwegennet van € 22 miljoen. Het wordt voornamelijk veroorzaakt door het programma Publiek Vervoer en Voorbereiding Vrachtwagenheffingskosten. Bij Publiek vervoer komt dit doordat eind 2024 het initiële contract is aangegaan voor de pilot publiek vervoer Zeeland. De kosten vielen aanzienlijk lager uit. Het gevolg was dat in 2024 geen kosten werden gemaakt en de kasbudgetten doorschuiven naar 2025. In de loop van 2025 en verder zullen nieuwe contracten worden afgesloten. Bij de kosten voor de voorbereiding vrachtwagenheffing waren er initieel meer kosten geraamd dan uiteindelijk nodig was in 2024. De overige middelen schuiven door naar 2025.
Voordelig saldo Hoofdwegennet VernieuwingHet voordelig saldo van € 25 mln. Euro op Vernieuwing is het gevolg van vertragingen op diverse Vervangings- en Renovatieprojecten. Zo is het kasbudget bij de planning van het project N99-Kooijbrug doorgeschoven naar achter omdat de herberekeningen en het controleren van de raming langer duurde dan gepland (16 mln. euro). Ook bij de Blankenburgverbinding en de renovatie van de N3 Papendrechtse brug is minder gerealiseerd dan begroot. Dit wordt veroorzaakt doordat bij de projecten Barneveld-Nijkerk, Waterberg-Apeldoorn en Muiderberg en Watergraafsmeer meer voorbereidingstijd nodig was omdat de aannemer gebruik maakt van een blokplanning en er maar één uitvoeringsteam beschikbaar was. Daarnaast is een deel van de Reservering Vernieuwing ook doorgeschoven naar 2025 omdat die niet meer benodigd werd geacht in 2024. Hoofdzakelijk komt dit doordat het project Brienenoordbrug stil ligt. Daarnaast is de realisatie van de N99 Balgzandbrug en de reservering m.b.t. jaarlijkse incidenten van de N3 renovatie Papendrechtsebrug doorgeschoven naar 2025 en verder.
Voordelig saldo Hoofdwegennet aanlegHet voordelig saldo van € 31 miljoen wordt met name verklaard door het aanlegprojecten: Schiphol/Amsterdam/Almere (SAA) en Geluidsaneringsprogramma-weg. De reservering voor SAA wordt doorgeschoven naar 2025. Dit jaar was dit bedrag gereserveerd voor de Vaststellingsovereenkomsten excessieve prijsstijgingen van het project A9 Badhoevedorp (A9 BaHo), echter is met de aannemer afgesproken dat het project dit in 2026 of 2027 zal betalen. Bij Geluidsaneringsprogramma- weg is er minder verplicht doordat bij de gevelisolatieprojecten veel minder objecten in uitvoering komen dan was geraamd en de regio's kampen met vertragingen door onvoldoende capaciteit bij de aannemer. Doordat er minder verplichtingen zijn aangegaan hebben er ook lagere kasuitgaven plaatsgevonden.
Overige meevallers Dit betreft veel verschillende kleinere meevallers. Het gaat onder andere om het voordelig saldo van € 11,6 miljoen op vernieuwing van hoofdvaarwegennet. Dit is het gevolg van diverse Vervangings- en Renovatieprojecten. Zo zijn de geplande werkzaamheden door de aannemer ten behoeve van de Spijkenisserbrug (4,5 mln. euro) en de daarmee gepaarde betalingen doorgeschoven naar 2025. Ook bij de Krammerssluizen is 1 termijnstaat verplaatst naar 2025, waardoor de budgetbehoefte ook in 2025 nodig is. En daarnaast het voordelig saldo op Zuidasdok van € 11,4 miljoen. Dit is voornamelijk het resultaat van de OV Terminal 1. Een belangrijke buitendienststelling waarin werkzaamheden aan perrons zouden worden uitgevoerd is in Q3 2024 alsnog over de jaargrens heen geschoven van november 2024 naar januari 2025. Dit heeft tot vertraging in de ruwbouw geleid waardoor niet zeker was of de oorspronkelijke datum gehaald kon worden. De verplaatsing heeft geen gevolgen voor de rest van de planning.
TegenvallersNadelig saldo hoofdwegennet aanleg Het betreft extra kasbehoefte voor het project Zuidelijke Ringweg Groningen (ZRG) voor het betalen van de vaststellingsovereenkomst die oorspronkelijk gepland stonden in 2025, maar waarvan de betaling naar 2024 wordt gehaald. Het zijn afrekeningen met de aannemer die in 2024 worden gedaan van circa € 11 miljoen. In juni 2025 wordt aansluitend een afkoop gedaan van het geschil.
TechnischDit betreffen desalderingen voor bijvoorbeeld: een terugbetaling van de te hoge bevoorschotting aan ProRail (ca. 58 mln. euro) van het 2e halfjaar 2023. In lijn met CW2001 wordt dit in 2024 als ontvangst verantwoord. Om het uitgavenbudget in stand te houden worden tegelijktertijd de uitgaven opgehoogd (ca. 58 mln. euro). Hiernaast zijn er nog een aantal andere eindafrekeningen voor bijvoorbeeld het RDW en het CJIB.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
MeevallersDoordat er op het VBS-tarief extra ontvangsten zijn geweest, is op het Hoofdvaarwegennet € 2,3 mln. euro meer ontvangen dan voorzien. Daarnaast zijn er extra ontvangsten vanuit de EU binnengekomen voor ERTMS (€ 7 mln.). Hiernaast zijn er nog een aantal kleine meevallers op de ontvangsten.
Tegenvallers
De 13 mln. aan tegenvallende ontvangsten wordt onder andere veroorzaakt door €11,6 mln. lagere ontvangsten voor IenW voor de HSL heffing, vanwege een lopend gesprek met NS over de hoogte van de heffing per jaar. Hiernaast waren er een aantal kleinere tegenvallers. Een voorbeeld is €1 mln. lagere tol ontvangsten doordat de Blankenburgverbinding later open is gegaan dan verwacht,
Desalderingen Mutaties met Infrastructuur en WaterstaatDeze mutaties zijn technisch nodig om het fonds in evenwicht te houden. De inhoudelijke mutaties zijn toegelicht bij de uitgaven (zie overboekingen met andere begrotingen).
Technisch Dit betreffen desalderingen voor bijvoorbeeld: een terugbetaling van de te hoge bevoorschotting aan ProRail (ca. 58 mln. euro) van het 2e halfjaar 2023. In lijn met CW2001 wordt dit in 2024 als ontvangst verantwoord. Om het uitgavenbudget in stand te houden worden tegelijktertijd de uitgaven opgehoogd (ca. 58 mln. euro). Hiernaast zijn er nog een aantal andere eindafrekeningen voor bijvoorbeeld het RDW en het CJIB.
Mutaties met Infrastructuur en WaterstaatDit betreft de terugboeking van de middelen voor Vrachtwagenheffing van de begroting van Infrastructuur en Waterstaat naar het Mobiliteitsfonds. Dit is conform afspraak met Financiën.
Deltafonds
Deltafonds: Uitgaven
J Deltafonds: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
1.819
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 171
Stand Najaarsnota
1.648
Meevallers
‒ 73
Voordelig saldo investeren in waterveiligheid
‒ 32
Voordelig saldo investeren in waterkwaliteit
‒ 32
Overige meevallers
‒ 9
Tegenvallers
48
Nadelig saldo overprogrammering
32
Overige tegenvallers
16
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
1.623
Deltafonds: Ontvangsten
J Deltafonds: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
1.819
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 171
Stand Najaarsnota
1.648
Meevallers
2
Meevallers
2
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
1.651
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Mee- en tegenvallersVoordelig saldo Investeren in waterveiligheidDit betreft vertraagde uitgaven van circa 32 miljoen euro op artikel investeren in waterveiligheid. Het wordt grotendeels veroorzaakt door het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) en HWBP 2 waarvoor betreffende declaraties nog niet zijn ontvangen (ca. 19 mln. Euro). Daarnaast is de realisatie voor studiekosten achtergebleven bij de raming (ca. 6 mln. euro).
Voordelig saldo Investeren in waterkwaliteit
Voor de Kaderrichtlijn water (KRW) zijn minder middelen nodig dan begroot (ca. 12 mln. euro) door vertragingen in het vergunningenprocedures bij de partnerprojecten, benodigde hernieuwde berekeningen rondom stikstof, en de uitspraak van het Europees Hof dat er geen tijdelijke achteruitgang van waterkwaliteit mag zijn in de aanlegfase. Hiernaast zorgt de nieuwe Omgevingswet voor vertraging in de planfase. Bij de Programma Aanpak Grote Wateren heeft budget niet tot volledige realisatie geleid (ca. 12 mln. euro) vanwege onder andere het aanhouden of cancelen projecten waaronder Duurzame Visserij. Zandbaan en Noord Hollandse Markermeerkust. Tevens zijn op basis van opdrachtbrieven de geplande kasritmes bijgesteld. Daarnaast is de realisatie voor studiekosten achtergebleven bij de raming (ca. 6 mln. euro).
Nadelig saldo overprogrammeringOp het Deltafonds is er sprake van overprogrammering. Dit houdt in dat er meer programma wordt gepland, dan dat er kasbudget is. In dit geval is de programmering lager dan de overprogrammering waardoor er een voordelig saldo ontstaat. Dit is in totaal 32 mln. Euro. Dit is het overschot op het Deltafonds van programmering dat niet in 2024 heeft plaats kunnen vinden.
Overige mee- en tegenvallers Dit betreffen mee- en tegenvallers met beperkte omvang op de overige artikelen van het Deltafonds.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Mee- en tegenvallersDit wordt bijna volledig veroorzaakt door hogere ontvangsten op het artikel Investeren in Waterveiligheid van circa 2 miljoen. Deze hogere ontvangst is grotendeels het gevolg van meer ontvangsten in het kader van het Bestuursakkoord Water en een hogere ontvangst bij de Maaswerken als gevolg van vergoeding voor gemaakte kosten in begeleiden van onder andere vastgoed.
Economische Zaken en Klimaat (inclusief Nationaal Groeifonds)
Economische Zaken en Klimaat
Economische Zaken en Klimaat: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
12.245
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 1.393
Stand Najaarsnota
10.851
Meevallers
‒ 1.474
Corona
‒ 32
Onderuitputting Klimaatfondsmiddelen
‒ 60
Tijdelijke prijsplafond energie kleinverbruikers 2023
‒ 95
Onderuitputting NGF-projecten
‒ 189
Een veilig Groningen met perspectief
‒ 283
Nadeelcompensatie kolencentrales
‒ 497
Overige meevallers
‒ 319
Tegenvallers
120
Subsidie EBN onderhoudsvoorziening Piekgasinstallatie Alkmaar
30
Lening Nuclear Research and consultancy Group
25
Overige tegenvallers
65
Generaal dossier
‒ 257
Norg Akkoord
‒ 257
Overboekingen met andere begrotingen
‒ 8
Technisch
809
Storting begrotingsreserve duurzame energie
809
Overig technisch
0
Niet-kaderrelevant
‒ 30
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
10.010
Economische Zaken en Klimaat: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
5.620
Mutaties t/m Najaarsnota
1.120
Stand Najaarsnota
6.740
Meevallers
412
Ontvangsten SDE, SDE+ en SDE++
257
Een veilig Groningen met perspectief
43
Terugbetalingen TEK
36
Overige meevallers
76
Tegenvallers
‒ 125
Corona
‒ 27
Bijdrage NAM Nationaal Programma Groningen
‒ 30
Overige tegenvallers
‒ 68
Generaal dossier
‒ 224
Lagere gasbaten
‒ 224
Technisch
‒ 19
Niet-kaderrelevant
‒ 18
Correctiebetalingen ODE
‒ 38
Overig niet-kaderrelevant
20
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
6.766
Uitgaven
Meevallers
Onderuitputting Klimaatfondsmiddelen
Er is sinds de Najaarsnota per saldo 31 miljoen euro aan onderuitputting gerealiseerd op de verscheidene regelingen op de begroting van EZK die uit het Klimaatfonds zijn gefinancierd. Dit zijn in de regel relatief kleine bedragen per regeling en dit heeft voornamelijk te maken met uitbetalingen die niet meer in 2024 hebben plaatsgevonden en daardoor over de jaargrens heen schuiven. Dit geldt bijvoorbeeld voor verschillende subsidies aan Energie Beheer Nederland (EBN) voor onderzoek (-12 miljoen euro) en voor de correctieregeling duurzame warmte (-2 miljoen euro). Ook op het opschalingsinstrument waterstof is onderuitputting van 6 miljoen euro, vanwege vertraging in de uitrol van het waterstofnetwerk op land.
Corona
Bij een aantal corona-regelingen is minder uitgegeven dan geraamd. De Garantie Ondernemersfinanciering Corona (-15 miljoen euro) is recent gesloten en er is geen beroep meer gedaan op uitbetaling in 2024. Daarnaast is er een verlaging van het budget (-15 miljoen euro) van de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) op basis van actuele ramingen van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).
Tijdelijke prijsplafond energie kleinverbruikers 2023
Het tijdelijke prijsplafond energie kleinverbruikers is met ingang van 2024 niet meer van kracht. Leveranciers leveren maandelijks nog jaar- en eindnota’s aan, zodat RVO de definitieve kosten van het prijsplafond kan verrekenen met het door de leverancier ontvangen subsidievoorschot. Dit leidt in sommige gevallen tot ontvangsten en in andere gevallen tot uitgaven. Ten opzichte van de Najaarsnota is in 2024 een meevaller van 95 miljoen euro gerealiseerd.
Onderuitputting NGF-projecten
Bij de Nationaal Groeifonds-projecten op de EZK-begroting is 188 miljoen euro minder uitgegeven dan hiervoor stond geraamd bij Najaarsnota. Dit wordt veelal veroorzaakt doordat de projecten vertraging hebben opgelopen in de uitvoering. Bij het project Groenvermogen (-78 miljoen euro) komt deze vertraging bijvoorbeeld doordat regelingen waar dit project parallel van gebruik maakt, later zijn opengesteld dan verwacht.
Een veilig Groningen met perspectief
Op het begrotingsartikel Een veilig Groningen met perspectief is in totaal minder uitgegeven dan begroot bij Najaarsnota. Dit ziet met name op de versterkingsoperatie, omdat er in 2024 minder adressen zijn versterkt dan eerder begroot. Ook bij diverse andere regelingen is er minder uitgegeven dan geraamd, zoals bij duurzaam herstel en de waardevermeerderingsregeling. Op de schadeafhandeling is meer uitgegeven dan begroot in 2024. De voornaamste reden hiervoor is het inhaaleffect van de in 2023 opgelopen werkvoorraad en het feit dat er in 2024 meer schademeldingen afgehandeld konden worden dan eerder gedacht. Dit geldt zowel voor de fysieke schadevergoeding als voor de immateriële schadevergoeding.
Nadeelcompensatie kolencentrales
Deze storting in de begrotingsreserve duurzame energie (497 miljoen euro) bestaat uit de nadeelcompensatie van de productiebeperking van de kolencentrales. Deze is in 2024 niet tot uitkering gekomen vanwege uitblijvende staatssteungoedkeuring door de Europese Commissie.
Overige meevallers
Op verschillende dossiers is minder uitgegeven dan geraamd. Zo zijn er minder betalingen gedaan voor de subsidieregelingen SDE (-54 miljoen euro), Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (-26 miljoen euro) en BMKB (-25 miljoen euro).
Tegenvallers
Subsidie EBN onderhoudsvoorziening Piekgasinstallatie Alkmaar
EBN heeft een subsidie van 30 miljoen euro voor het treffen van een onderhoudsvoorziening voor de Piekgasinstallatie (PGI) Alkmaar. Deze subsidie heeft EBN nodig voor het contracteren van de PGI Alkmaar voor de gasopslagen in de komende jaren.
Lening Nuclear Research and Consultancy Group
Als gevolg van een gemiste productiecyclus in het najaar van 2024 zet KGG een liquiditeitsfaciliteit van 25 miljoen euro op voor de Nuclear Research and Consultancy Group (NRG). Dit heeft in 2024 tot hogere uitgaven geleid dan bij Najaarsnota voorzien. Met deze faciliteit kan NRG naar verwachting de periode tot de fusie met Pallas overbruggen.
Overige tegenvallers
Op verschillende dossiers zijn er kleine tegenvallers. Dit gaat bijvoorbeeld om hogere kosten voor RVO (12 miljoen euro) en een hogere voorschotbetaling aan het innovatieve elektrolyseproject Djewels (8 miljoen euro).
Generaal dossier
Norg Akkoord
Het Norg Akkoord is een akkoord tussen de Staat en NAM waarbij de Staat jaarlijks een vergoeding betaalt voor de inzet van de gasberging in Norg. Hierdoor kon de gaswinning uit het Groningenveld eerder naar nul worden teruggebracht. In 2024 zijn hiervoor de laatste betalingen gedaan. De kasuitgaven in 2024 zijn daarom verrekend met een eerdere voorschotbetaling uit 2019. Hierdoor ontstaat in 2024 een meevaller van 257 miljoen euro.
Overboekingen met andere begrotingen
Deze post bestaat uit verschillende stortingen in het Btw-compensatiefonds (12 miljoen euro). Daarnaast wordt er een overboeking van de VWS-begroting naar de EZK-begroting gedaan voor het programma Coalitie Leefstijl in de Zorg wat door de Nederlandse organisatie voor Toegepast natuurwetenschappelijk onderzoek (TNO) wordt uitgevoerd (4 miljoen euro).
Technisch
Storting begrotingsreserve duurzame energie
De storting in de begrotingsreserve duurzame energie bestaat uit de nadeelcompensatie van de productiebeperking van de kolencentrales (497 miljoen euro). Deze is in 2024 niet tot uitkering gekomen vanwege uitblijvende staatssteungoedkeuring door de Europese Commissie. Het overige deel bestaat uit terugontvangsten van beschikkingen op de subsidieregelingen SDE (257 miljoen euro) en vertraging in de realisatie van bestaande SDE-beschikkingen (54 miljoen euro).
Overig technisch
Deze post bestaat uit afrondingsverschillen om te zorgen dat de uitgaven op artikelniveau in de begroting gelijk zijn aan de verwerkte uitgaven in de financiële administratie.
Niet-kaderrelevant
Deze uitgaven bestaan uit lagere kosten voor de subsidie aan EBN voor het vullen van de gasopslagen (-18 miljoen euro) en een lager uitgevallen lening op het Toekomstfonds (-10 miljoen euro).
Ontvangsten
Meevallers
Ontvangsten SDE, SDE+ en SDE++
Er zijn voor de SDE, SDE+ en de SDE++ meer ontvangsten binnengekomen dan oorspronkelijk geraamd. Dit betreft terugvorderingen van eerder verstrekte middelen aan exploitanten die gebruik maken van de SDE-regelingen. In de raming werd er vanuit gegaan dat dit in termijnen zou gebeuren, maar vaak vindt de terugbetaling in één keer plaats.
Een veilig Groningen met perspectief
Vanwege hoger gerealiseerde kosten zijn er ook meer ontvangsten van de NAM voor de versterkingsoperatie en de schadeafhandeling.
Terugbetalingen TEK
De Tegemoetkoming Energiekosten (TEK) moet door verschillende bedrijven terugbetaald worden. Er is minder gebruik gemaakt van de betalingsregeling waardoor de meeste bedrijven in 2024 terugbetaald hebben; hierdoor zijn de ontvangsten hoger dan geraamd.
Overige meevallers
Er zijn diverse kleine meevallers aan de ontvangstenkant. Zo zijn de ontvangsten op de Rijksoctrooiwet hoger uitgevallen dan initieel geraamd (8 miljoen euro).
Tegenvallers
Bijdrage NAM Nationaal Programma Groningen
De NAM heeft de factuur voor de bijdrage aan het Nationaal Programma Groningen slechts deels betaald waardoor er minder ontvangsten zijn dan eerder begroot.
Corona
Er is onder andere minder subsidie terugbetaald voor de Tegemoetkoming Vaste Lasten dan geraamd (24 miljoen euro). Dit komt mede door de lopende beroeps- en bezwaarprocedures.
Overige tegenvallers
Deze post bestaat uit diverse kleinere tegenvallers. Zo zijn er minder ontvangsten op de Borgstelling MKB-kredieten door tegenvallend gebruik (-17 miljoen euro). Ook vallen de High Trust-ontvangsten lager uit dan geraamd (-14 miljoen euro). Deze ontvangsten bestaan voornamelijk uit door de Autoriteit Consument en Markt (ACM) ontvangen boetes. Het aantal en de hoogte van door de ACM opgelegde boetes fluctueren.
Generaal dossier
Lagere gasbaten
De dividenduitkering EBN is lager dan verwacht. Dit wordt veroorzaakt door een hogere voorziening die EBN heeft moeten treffen voor de uitvoer van de wettelijke opruimverplichtingen. De ontvangsten Mijnbouwwet zijn hoger dan geraamd. Per saldo leidt dit tot lagere gasbaten in 2024.
Technisch
Deze post bestaat onder andere uit een onttrekking van 19 miljoen euro uit de begrotingsreserve Garantie Ondernemersfinanciering (GO), omdat er in 2024 een tekort van 19 miljoen euro was op de GO. Daarnaast bestaat deze post uit afrondingsverschillen om te zorgen dat de uitgaven op artikelniveau in de begroting gelijk zijn aan de verwerkte uitgaven in de financiële administratie.
Niet-kaderrelevant
Correctiebetalingen ODE
Er zijn voor de ODE diverse correcties geweest waardoor middelen moesten worden teruggestort van eerder geïnde ODE-heffingen. Vandaar dat er een negatieve bijstelling op de ontvangsten heeft plaatsgevonden.
Overig niet-kaderrelevant
Diverse bijstellingen leiden per saldo tot een meevaller van 23 miljoen euro. Het gaat onder andere om een meevaller op de ETS-rechten (28 miljoen euro) en een tegenvaller op de COVA-heffing. Vanwege de lagere opbrengsten voor de COVA-heffing dalen ook de bijbehorende uitgaven. Ten slotte hebben bedrijven minder coronasteun terugbetaald dan verwacht (-5 miljoen euro).
Nationaal Groeifonds
Nationaal Groeifonds: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
1.572
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 1.481
Stand Najaarsnota
91
Meevallers
‒ 71
Onderuitputting
‒ 71
Tegenvallers
1
Realisatie subsidieroute
1
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
21
Nationaal Groeifonds: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
1.572
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 1.572
Stand Najaarsnota
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
0
Uitgaven
Meevallers
Onderuitputting
Op het Nationaal Groeifonds is 71 miljoen euro afgeboekt. Dit betreft de uitvoeringskosten die zijn gereserveerd voor het fonds maar nog niet in het juiste kasritme staan.
Tegenvallers
Realisatie subsidieroute
Een project uit de subsidieroute heeft een kleine overschrijding in 2024. Bij Voorjaarsnota 2025 wordt de begrotingsstand met dit bedrag naar beneden bijgesteld.
Ontvangsten
Geen mutaties
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (inclusief Diergezondheidsfonds)
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
XIV Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit: Uitgaven
XIV Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
2.863
Mutaties t/m Najaarsnota
1.367
Stand Najaarsnota
4.230
Meevallers
‒ 237
Reallocatie opdrachten RVO
‒ 11
Meevaller identificatie en registratie dieren
‒ 18
Vertraging vestigingssteun en extensiveringsregeling
‒ 46
Lbv-plus en Lbv
‒ 83
Overige meevallers
‒ 80
Tegenvallers
40
Reallocatie opdrachten RVO
11
Overige tegenvallers
29
Overboekingen met andere begrotingen
0
Overboekingen met andere begrotingen
0
Technisch
12
Desaldering subsidie kennisbasis
8
Overig technisch
4
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
4.044
XIV Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit: Ontvangsten
XIV Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
78
Mutaties t/m Najaarsnota
133
Stand Najaarsnota
211
Meevallers
24
Terugbetaling Maatregel Gerichte Aankoop
6
Terugontvangsten subsidievoorschotten OVK
4
Overige meevallers
14
Tegenvallers
‒ 9
Vertraging visserij
‒ 3
Overige tegenvallers
‒ 6
Technisch
9
Desaldering subsidie kennisbasis
8
Overig technisch
1
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
235
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Reallocatie opdrachten RVO
Per abuis is 11 miljoen euro voor opdrachten aan RVO vanuit een verkeerd instrument betaald. Bij slotwet is dit budget naar het juiste instrument gerealloceerd.
Meevaller identificatie en registratie dieren
Dit betreft een meevaller ten opzichte van de najaarsnota op de indentificatie en registratie dieren van 18 miljoen euro. Bij najaarsnota was budget gereserveerd voor een tegenvaller, die zich achteraf niet bleek voor te doen.
Vertraging vestigingssteun en extensiveringsregeling
Dit betreft meevallers die in de uitvoering door RVO zijn onstaan door uitstel of minder aanvragen dan verwacht. De meevallers doen zich onder andere voor bij de subsidieregeling voor vestiging van jonge landbouwers (25 miljoen euro), bij de samenwerkingsmaatregel extensivering (Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, 10 miljoen euro), de tegemoetkomingsregeling afbouw derogatie (5 miljoen euro) en tot slot bij de uitvoeringskosten voor de specifieke uitkering voor het legaliseren van PAS-melders (RPMP, 5 miljoen euro).
Lbv-plus en Lbv
Bij de Lbv-plus en Lbv zijn betalingen die begroot waren voor 2024 doorgeschoven naar 2025. Daarom is 41 miljoen euro voor de Lbv-plus en 42 miljoen euro voor de Lbv niet tot besteding gekomen.
Overige meevallers
Dit betreft een opsomming van een groot aantal kleine meevallers, waarvan de grootste 5 miljoen bedraagt op het apparaatsbudget door niet ingevulde vacatures.
Tegenvallers
Reallocatie opdrachten RVO
Per abuis is 11 miljoen euro voor opdrachten aan RVO vanuit een verkeerd instrument betaald. Bij slotwet is dit budget naar het juiste instrument gerealloceerd.
Overige tegenvallers
Dit betreft een groot aantal kleine tegenvallers, waarvan de grootste 2 miljoen euro bedraagt voor meer opdrachten aan de NVWA op het gebied van natuur en visserij.
Technisch
Desaldering subsidie kennisbasis
LVVN is overgestapt van jaarplannen naar meerjarige verplichtingen voor kennisbasisonderzoek dat door Wageningen University & Research uitgevoerd wordt. Om dit budgettair te verwerken is 8 miljoen euro aan terugontvangsten uit eerdere jaren toegevoegd aan de opdracht voor 2024.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Terugbetaling Maatregel Gerichte Aankoop
De provincie Groningen heeft 6 miljoen euro teruggestort uit budget dat zij hadden ontvangen voor de Maatregel Gerichte Aankoop.
Terugontvangsten subsidievoorschotten OVK
RVO heeft 4 miljoen euro teruggestort dat zij hadden ontvangen voor de regeling ongedekte vaste kosten land-en tuinbouw (OVK).
Tegenvallers
Vertraging visserij
Door vertraging in de werkzaamheden van het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij is er 3 miljoen euro minder aan Europese ontvangsten binnengekomen dan begroot.
Technisch
Desaldering subsidie kennisbasis
LVVN is overgestapt van jaarplannen naar meerjarige verplichtingen voor kennisbasisonderzoek dat door Wageningen University & Research uitgevoerd wordt. Om dit budgettair te verwerken is 8 miljoen euro aan terugontvangsten uit eerdere jaren toegevoegd aan de opdracht voor 2024.
Diergezondheidsfonds
Diergezondheidsfonds: Uitgaven
F Diergezondheidsfonds: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
31
Mutaties t/m Najaarsnota
10
Stand Najaarsnota
41
Niet-kaderrelevant
‒ 6
Niet-kaderrelevant
‒ 6
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
35
Diergezondheidsfonds: Ontvangsten
F Diergezondheidsfonds: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
32
Mutaties t/m Najaarsnota
28
Stand Najaarsnota
59
Niet-kaderrelevant
‒ 1
Niet-kaderrelevant
‒ 1
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
58
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Sociale Zekerheid
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
XV Sociale Zaken en Werkgelegenheid: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
58.022
Mutaties t/m Najaarsnota
5.534
Stand Najaarsnota
63.556
Meevallers
‒ 233
Kinderopvangtoeslag
‒ 48
Onderuitputting
‒ 54
Onderuitputting MDIEU
‒ 36
Overige meevallers
‒ 15
Wet op het Kindgebonden Budget
‒ 80
Tegenvallers
6
Tegenvallers
6
Niet-kaderrelevant
0
Rijksbijdrage Zelfstandige en Zwanger regeling
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
63.329
XV Sociale Zaken en Werkgelegenheid: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
2.342
Mutaties t/m Najaarsnota
205
Stand Najaarsnota
2.547
Meevallers
21
Onderuitputting
10
Overige meevallers
10
Tegenvallers
‒ 12
Tegenvallers
‒ 12
Niet-kaderrelevant
24
Werkgeversbijdrage Kinderopvang
24
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
2.579
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Kinderopvangtoeslag
De uitgaven aan de Kinderopvangtoeslag zijn lager uitgevallen dan begroot. Een verklaring hiervoor is dat de nabetalingen in 2024 over eerdere toeslagjaren lager zijn uitgekomen dan verwacht.
Onderuitputting
Onder deze post valt de verwerkte onderuitputting op verschillende budgetten. Op het budget voor Arbeidsmarktdienstverlening is sprake van 12 miljoen euro onderuitputting. Ook is er sprake van 12 miljoen euro onderuitputting op personele uitgaven aan eigen personeel. Deze onderbesteding wordt onder andere veroorzaakt doordat er in de raming van de uitgaven onvoldoende rekening is gehouden met het effect van het individueel keuzebudget (IKB) en sociale lasten. Ook zijn vacatures minder goed ingevuld. Ongeveer 8 miljoen euro onderuitputting wordt veroorzaakt door de Stimuleringsregeling LLO in MKB (SLIM), waar de geschatte hoeveelheid vaststellingen en voorschotten te hoog blijkt te zijn geweest. Verder is er 6 miljoen euro onderbesteding op het budget voor re-integratie Wajong. Dit komt omdat het re-integratiebudget van het UWV anders is verdeeld binnen de arbeidsongeschiktheidsregelingen dan begroot. Tot slot is er sprake van 6 miljoen euro onderuitputting doordat DUO minder leningen heeft verstrekt aan statushouders voor inburgering. Een oorzaak kan zijn dat statushouders minder snel worden gehuisvest dan de taakstelling en/of verwachting is.
Onderuitputting MDIEU
Deze post bevat de onderuitputting op de subsidieregeling Maatwerkregeling Duurzame Inzetbaarheid & Eerder Uittreden (MDIEU). De beoordeling van de aanvragen in 2024 heeft enige vertraging opgelopen. Deze beoordelingen worden in 2025 voortgezet. Daarnaast is het laatste aanvraagtijdvak voor sectoren van 2024 niet volledig uitgeput. Tot slot heeft de aanvullende bevoorschotting bij lopende projecten vertraging opgelopen, welke naar verwachting in 2025 worden uitgevoerd.
Overige meevallers
Deze post bevat meevallers met een beperkte budgettaire omvang. Circa 10 miljoen euro hiervan wordt veroorzaakt door correcties op bij Najaarsnota geboekte lagere uitgaven. Deze lagere uitgaven waren bij Najaarsnota per abuis geboekt als onderuitputting. Het betrof echter realisaties op inkomensregelingen, dit wordt niet gekwalificeerd als onderuitputting. Dit is nu gecorrigeerd, waarmee de overige meevallers hoger uitvallen en de onderuitputting lager.
Wet op het Kindgebonden Budget
De uitgaven aan de Wet op het Kindgebonden budget (WKB) zijn lager uitgevallen dan geraamd bij Najaarsnota. Dit komt onder andere omdat zowel de nabetalingen als de voorschotten in 2024 lager zijn uitgekomen dan verwacht.
Tegenvallers
Deze post bevat tegenvallers met een beperkte budgettaire omvang. De voornaamste tegenvaller wordt veroorzaakt door hoger gerealiseerde uitgaven aan de Ziekteverzekering Caribisch Nederland.
Niet-kaderrelevant
Rijksbijdrage Zelfstandige en Zwanger regeling
Deze post bevat een zeer beperkte (afgerond op 0) mutatie op de Rijksbijdrage voor de Zelfstandige en Zwanger (ZEZ) regeling.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Onderuitputting
Onder deze post valt de verwerkte onderuitputting op verschillende ontvangstenbudgetten. Hieronder vallen hogere boete-ontvangsten bij de Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA).
Overige meevallers
Deze post bevat meevallers met een beperkte budgettaire omvang. De meevallers onder deze post worden voornamelijk veroorzaakt door een meevaller van 9 miljoen euro op de terugontvangsten van de Kinderbijslag (AKW). Deze meevaller volgt op de definitieve afrekening over 2023.
Tegenvallers
Deze post bevat tegenvallers met een beperkte budgettaire omvang. Bijna het gehele bedrag wordt veroorzaakt door lagere terugontvangsten kinderopvangtoeslag. Bij het bepalen van het definitieve recht van huishoudens kwam het totale bedrag aan terugvorderingen lager uit dan eerder verwacht, met name voor de toeslagjaren 2022 en 2023.
Niet-kaderrelevant
Werkgeversbijdrage Kinderopvang
Deze post bevat de realisaties van de Werkgeversbijdragen aan de Kinderopvang. Werkgevers dragen een vast percentage (0,5%) van de totale loonsom af als bijdrage voor de kinderopvang. Doordat de loonsom hoger was dan bij Najaarsnota was voorzien, zijn ook de ontvangsten werkgeversbijdrage hoger uitgekomen.
Sociale Verzekeringen
Sociale Verzekeringen: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
77.872
Mutaties t/m Najaarsnota
163
Stand Najaarsnota
78.035
Meevallers
‒ 23
Onderuitputting
3
Wet op arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)
‒ 19
Overige meevallers
‒ 7
Tegenvallers
150
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)
31
Ziektewet
30
Uitvoeringskosten SVB
27
Algemene Ouderdomswet (AOW)
26
Algemene nabestaandewet (ANW)
10
Overige tegenvallers
26
Kadercorrecties
‒ 17
Ziektewet Eigenrisicodragerschap
0
Werkloosheidswet (WW)
‒ 17
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
78.145
Sociale verzekeringen: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
215
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 17
Stand Najaarsnota
198
Kadercorrecties
11
Ontvangsten Uitvoeringsfonds voor de overheid
11
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
209
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Onderuitputting
Deze post omvat de technische correctie van per abuis geboekte onderuitputting bij Najaarsnota. Deze lagere uitgaven waren bij Najaarsnota per abuis geboekt als onderuitputting. Het betrof echter realisaties op inkomensregelingen, dit wordt niet gekwalificeerd als onderuitputting. Dit is nu gecorrigeerd, waarmee de overige meevallers hoger uitvallen en de onderuitputting lager.
Wet op arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (WAO)
Gedurende 2024 valt het gebruik van de Wet op arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (WAO) lager uit dan bij Najaarsnota voorzien, wat resulteert in een meevaller. Deze meevaller wordt voornamelijk veroorzaakt doordat het aantal uitkeringsjaren in 2024 neerwaarts is bijgetsteld, op basis van realisaties.
Overige meevallers
Deze post bevat meevallers met een beperkte budgettaire omvang. 3 miljoen euro hiervan wordt veroorzaakt door lager gerealiseerde uitgaven aan de Wet Betaald Ouderschapsverlof (WBO). Daarnaast omvat deze post de hogere meevallers die resulteren uit de technische correctie van per abuis geboekte onderuitputting bij Najaarsnota.
Tegenvallers
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)
Deze post omvat een tegenvaller. Uit de realisaties van 2024 blijkt dat er een stuk meer mensen een nieuwe WIA-uitkering hebben gekregen dan eerder verwacht. Een deel hiervan is het gevolg van long-covid, groei in psychische aandoeningen en de 60+ maatregel. Dit geldt zowel voor de IVA als WGA.
Ziektewet (ZW)
Uit de verwerking van de realisatiecijfers van de Ziektewet volgt een tegenvaller ten opzichte van Najaarsnota. Dit komt onder andere omdat de gemiddelde jaaruitkering hoger is uitgekomen dan eerder verwacht. Dit kan komen omdat het gemiddelde loon van werknemers sterker toe is genomen dan eerder verwacht, met een hogere gemiddelde ZW-uitkering tot gevolg.
Uitvoeringskosten SVB
Op basis van het definitieve jaarverslag van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) is gebleken dat de uitvoeringskosten van de SVB voor het uitvoeren van de verschillende regelingen, hoger zijn uitgevallen dan eerder verwacht.
Algemene Ouderdomswet (AOW)
De realisatie van de uitkeringslasten van de Algemene Ouderdomswet (AOW) zijn 26 miljoen euro hoger dan werd geraamd bij Najaarsnota 2024. De voornaamste verklaring is de getroffen voorziening oninbare vorderingen. De voorziening wordt in 2024 voor het eerst bepaald en voorziet in het niet volledig terugontvangen van de totale openstaande vorderingen post. Dit leidt tot hogere uitgaven in 2024.
Algemene Nabestaandewet (ANW)
De uitkeringslasten voor de Algemene Nabestaandewet (Anw) zijn in 2024 hoger uitgekomen dan eerder verwacht. De voornaamste reden hiervoor is een extra voorziening voor oninbare vorderingen. De voorziening wordt in 2024 voor het eerst bepaald en voorziet in het niet volledig terugontvangen van de totale openstaande vorderingen post. Dit leidt tot hogere uitgaven in 2024.
Overige tegenvallers
Deze post bevat tegenvallers met een beperkte budgettaire omvang. Tegenvallers bestaan onder andere uit hoger gerealiseerde uitgaven aan verlofregelingen, onder andere aan de Zelfstandige en Zwanger-regeling (ZEZ). Ook zijn er hogere uitgaven gerealiseerd aan de Compensatieregeling transitievergoeding (CRTV). Dit komt onder andere door een hogere gemiddelde prijs van de uitbetalingen dan eerder verwacht.
Kadercorrecties
Ziektewet Eigenrisiscodragerschap
Deze post omvat een zeer beperkte (afgerond op 0) realisatie op de uitgaven aan Eigenrisicodragers in de Ziektewet. Mutaties met betrekking tot Eigenrisicodragerschap (ERD) worden met een kadercorrectie verwerkt.
Werkloosheidswet (WW)
Op basis van realisatiecijfers van het UWV zijn de uitgaven aan de Werkloosheidswet (WW) bijgesteld. De bijstelling wordt grotendeels verklaard door een lager dan verwacht aantal faillissementsuitkeringen. Daarnaast was er een zeer lichte stijging van het aantal WW-uitkeringsjaren ten opzichte van de verwachting bij de Najaarsnota.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Kadercorrecties
Werkloosheidswet
Deze post betreft een kadercorrectie voor gerealiseerde Uitvoeringsfonds voor de overheid (Ufo) ontvangsten binnen de Werkloosheidswet (WW). Op basis van realisatiecijfers heeft UWV de ontvangsten Ufo voor 2024 met 11 miljoen euro naar boven bijgesteld. Deze ontvangsten worden met een kadercorrectie verwerkt.
Koppeling Uitkeringen
Koppeling Uitkeringen: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
1.846
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 1.846
Stand Najaarsnota
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
0
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Stand Najaarsnota
Er zijn geen wijzigingen geweest op het hoofdstuk Koppeling Uitkeringen na de Najaarsnota.
Zorg
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Volksgezondheid, Welzijn en Sport: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
35.268
Mutaties t/m Najaarsnota
3.234
Stand Najaarsnota
38.502
Meevallers
‒ 250
Onderuitputting artikelonderdeel gezondheidsbeleid
‒ 13
Onderuitputting artikelonderdeel langdurige zorg
‒ 13
Onderuitputting artikelonderdeel ziektepreventie
‒ 14
Onderuitputting opleidingen en arbeidsmarkt
‒ 27
Realisatie Covid
‒ 45
Onderuitputting apparaat
‒ 51
Overige meevallers
‒ 87
Tegenvallers
92
Onderuitputting apparaat
15
Onderuitputting opleidingen en arbeidsmarkt
12
Onderuitputting artikelonderdeel ziektepreventie
4
Onderuitputting artikelonderdeel gezondheidsbeleid
3
Realisatie Covid
2
Onderuitputting artikelonderdeel langdurige zorg
1
Overige tegenvallers
56
Intensiveringen
9
Intensiveringen
9
Ombuigingen
‒ 3
Ombuigingen
‒ 3
Overboekingen met andere begrotingen
‒ 4
Overboekingen met andere begrotingen
‒ 4
Technisch
4
Technisch
4
Niet-kaderrelevant
‒ 120
Realisatie Oekraïne
‒ 2
Realisatie Zorgtoeslag
‒ 119
Overig niet-kaderrelevant
2
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
38.231
Volksgezondheid, Welzijn en Sport: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
183
Mutaties t/m Najaarsnota
840
Stand Najaarsnota
1.023
Meevallers
118
Ontvangsten Volksgezondheid
78
Ontvangsten Covid
4
Overige meevallers
36
Tegenvallers
‒ 2
Tegenvallers
‒ 2
Technisch
4
Technisch
4
Niet-kaderrelevant
‒ 14
Ontvangsten Zorgtoeslag
‒ 14
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
1.129
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Onderuitputting artikelonderdeel gezondheidsbeleid
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 10,4 miljoen euro onderuitputting op het artikelonderdeel gezondheidsbeleid (13,1 miljoen euro aan meevallers en 2,7 miljoen euro aan tegenvallers). Dit betreft voornamelijk 8 miljoen euro aan resterende middelen voor ZonMw, waarvan de grootste post bestaat uit 6,8 miljoen euro voor het programma Ondersteuning regionale samenwerking.
Onderuitputting artikelonderdeel langdurige zorg
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 12,1 miljoen euro onderuitputting op het artikelonderdeel langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten (12,6 miljoen euro aan meevallers en miljoen euro aan tegenvallers). Hierbij gaat het onder andere om 6,6 miljoen euro aan onderuitputting op de stimuleringsregeling zorggeschikte woningen en 2,6 miljoen euro aan lagere uitvoeringskosten voor de SVB.
Onderuitputting artikelonderdeel ziektepreventie
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 10,5 miljoen euro onderuitputting op het artikelonderdeel Ziektepreventie (14,2 miljoen euro aan meevallers en 3,7 miljoen euro aan tegenvallers). Hierbij gaat het onder andere om 5,5 miljoen euro aan niet uitgegeven middelen voor het Asset programma doordat het kasritme in de begroting niet aansloot bij de uitgaven en 3,3 miljoen euro aan onderuitputting op het opdrachtenbudget voor ZonMw.
Onderuitputting opleidingen en arbeidsmarkt
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 15,1 miljoen euro onderuitputting op het artikelonderdeel opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt (26,9 miljoen euro aan meevallers en 11,8 miljoen euro aan tegenvallers). Vanuit het investeringsakkoord Opleiden in de Wijkverpleging (IOW) was in 2024 een bedrag van 50 miljoen euro beschikbaar voor het geven van een impuls aan het anders en meer opleiden in de wijkverpleging. Doordat er minder aanvragen voor deze subsidieregeling waren dan verwacht valt er 11,5 miljoen euro vrij.
Realisatie Covid
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 42,7 miljoen euro aan vrijvallende Covid middelen (44,6 miljoen euro aan meevallers en 1,9 miljoen euro aan tegenvallers). Dit is het gevolg van de afloop van de corona pandemie. Zo vallen de gereserveerde middelen voor de afkoop van testcontracten vrij (26,8 miljoen euro) en is er bijvoorbeeld minder dienstverlening vanuit GGD GHOR nodig geweest dan vooraf was begroot (5,3 miljoen euro).
Onderuitputting apparaat
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 36,4 miljoen euro aan onderuitputting op het apparaatsbudget (63,4 miljoen euro aan meevallers en 15,0 miljoen euro aan tegenvallers). Dit betreft onder andere openstaande vacatureruimte (5,1 miljoen euro) en een achterstand in de facturatie door een nieuw systeem (4,8 miljoen euro). Verder zijn het vooral kleinere posten die optellen tot een groter bedrag.
Overige Meevallers
Op veel andere budgetten vond er onderuitputting plaats voor per saldo 31,0 miljoen euro (84,5 miljoen euro aan meevallers en 53,5 miljoen euro aan tegenvallers). Hierbij gaat het onder andere om diverse subsidie- en opdrachtenbudgetten en lagere uitgaven bij informatiebeleid.
Tegenvallers
Onderuitputting apparaat
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 36,4 miljoen euro aan onderuitputting op het apparaatsbudget (51,4 miljoen euro aan meevallers en 15,0 miljoen euro aan tegenvallers). Dit betreft onder andere openstaande vacatureruimte (5,1 miljoen euro) en een achterstand in de facturatie door een nieuw systeem (4,8 miljoen euro). Verder zijn het vooral kleinere posten die optellen tot een groter bedrag.
Onderuitputting opleidingen en arbeidsmarkt
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 15,1 miljoen euro onderuitputting op het artikelonderdeel opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt (26,9 miljoen euro aan meevallers en 11,8 miljoen euro aan tegenvallers). Vanuit het investeringsakkoord Opleiden in de Wijkverpleging (IOW) was in 2024 een bedrag van 50 miljoen euro beschikbaar voor het geven van een impuls aan het anders en meer opleiden in de wijkverpleging. Doordat er minder aanvragen voor deze subsidieregeling waren dan verwacht valt er 11,5 miljoen euro vrij.
Onderuitputting artikelonderdeel ziektepreventie
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 10,5 miljoen euro onderuitputting op het artikelonderdeel Ziektepreventie (14,2 miljoen euro aan meevallers en 3,7 miljoen euro aan tegenvallers). Hierbij gaat het onder andere om 5,5 miljoen euro aan niet uitgegeven middelen voor het Asset programma doordat het kasritme in de begroting niet aansloot bij de uitgaven en 3,3 miljoen euro aan onderuitputting op het opdrachtenbudget voor ZonMw.
Onderuitputting artikelonderdeel gezondheidsbeleid
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 10,4 miljoen euro onderuitputting op het artikelonderdeel gezondheidsbeleid (13,1 miljoen euro aan meevallers en 2,7 miljoen euro aan tegenvallers). Dit betreft voornamelijk 8 miljoen euro aan resterende middelen voor ZonMw, waarvan de grootste post bestaat uit 6,8 miljoen euro voor het programma Ondersteuning regionale samenwerking.
Realisatie Covid
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 42,7 miljoen euro aan vrijvallende Covid middelen (44,6 miljoen euro aan meevallers en 1,9 miljoen euro aan tegenvallers). Dit is het gevolg van de afloop van de corona pandemie. Zo vallen de gereserveerde middelen voor de afkoop van testcontracten vrij (26,8 miljoen euro) en is er bijvoorbeeld minder dienstverlening vanuit GGD GHOR nodig geweest dan vooraf was begroot (5,3 miljoen euro).
Onderuitputting artikelonderdeel langdurige zorg
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 12,1 miljoen euro onderuitputting op het artikelonderdeel langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten (12,6 miljoen euro aan meevallers en 0,5 miljoen euro aan tegenvallers). Hierbij gaat het onder andere om 6,6 miljoen euro aan onderuitputting op de stimuleringsregeling zorggeschikte woningen en 2,6 miljoen euro aan lagere uitvoeringskosten voor de SVB.
Overige tegenvallers
Op veel andere budgetten vond er onderuitputting plaats voor per saldo 31,0 miljoen euro (84,5 miljoen euro aan meevallers en 53,5 miljoen euro aan tegenvallers). Hierbij gaat het onder andere om diverse subsidie- en opdrachtenbudgetten en lagere uitgaven bij informatiebeleid.
Intensiveringen
Bij de veegbrief is voor 8,8 miljoen euro aan intensiveringen gemeld. De grootste posten hierbij zijn een ophoging van 6,2 miljoen euro van het beschikbare budget van de IGJ en een per saldo neutrale correctie van 2,1 miljoen euro van reguliere middelen naar NGF-middelen.
Ombuigingen
Bij de veegbrief is voor 2,6 miljoen euro aan ombuigingen gemeld. Dit betreft grotendeels een per saldo neutrale correctie van 2,1 miljoen euro van reguliere middelen naar NGF-middelen.
Overboekingen met andere begrotingen
Er is voor 4,1 miljoen euro overgeheveld naar andere begrotingen, waarvan 3,9 miljoen euro is overgeboekt naar TNO voor de laatste tranche voor 2024 m.b.t. Leefstijl in de Zorg.
Technisch
In verband met de verhoging van de subsidies Regionale Centra Prenatale Screening zijn de uitgaven in 2024 4,3 miljoen euro hoger dan eerder geraamd. Daarnaast zijn de ontvangsten over de verstrekte voorschotten over 2023 hoger uitgevallen. De hogere uitgaven en hogere ontvangsten zijn met elkaar gedesaldeerd.
Niet-kaderrelevant
Realisatie Oekraïne
Binnen de SOV-regeling was een budget van 15,0 miljoen euro beschikbaar voor vergoeding van medisch noodzakelijke zorg aan ontheemden uit Oekraïne. De realisatie valt 2,4 miljoen euro lager uit.
Realisatie Zorgtoeslag
Op basis van gegevens van de Dienst Toeslagen zijn de uitgaven Zorgtoeslag 119,3 miljoen euro lager dan eerder geraamd.
Overig niet-kaderrelevant
Op basis van gegevens van de Belastingdienst zijn de uitgaven in het kader van de Tegemoetkoming Specifieke Zorgkosten 2,2 miljoen euro hoger dan eerder geraamd.
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Ontvangsten Volksgezondheid
Er is sprake van 77,9 miljoen euro aan hogere ontvangsten op het artikel volksgezondheid. Deze ontvangsten zijn met name ontstaan door een terugboeking vanuit ZonMw (66,4 miljoen euro). Verder is 5,4 miljoen euro ontvangen voor de eindafrekening bevolkingsonderzoeken in 2023 aangezien de verstrekte voorschoten hoger waren dan de realisatie en waren de ontvangsten op de bestuurlijke boetes hoger dan geraamd (2,2 miljoen euro).
Ontvangsten Covid
De afrekening van de Covid-19 meerkostenregeling heeft geleid tot 4,5 miljoen euro aan additionele ontvangsten.
Overige meevallers
Het saldo van mee- en tegenvallers komt uit op 33,9 miljoen euro aan additionele ontvangsten (35,6 miljoen euro aan meevallers en 1,7 miljoen euro aan tegenvallers). Hierbij gaat het onder andere om door het CAK en het CJIB gerealiseerde ontvangsten van burgers met een betalingsachterstand in de premiebetaling Zvw (5,5 miljoen euro), ontvangsten van de SVB na vaststelling van de uitvoeringskosten trekkingsrecht PGB over de jaren 2021 en 2022 (3,3 miljoen euro) en diverse terug ontvangsten op subsidiebudgetten.
Tegenvallers
Dit betreft 1,7 miljoen euro aan lagere ontvangsten door diverse kleine tegenvallende ontvangsten.
Technisch
In verband met de verhoging van de subsidies Regionale Centra Prenatale Screening zijn de uitgaven in 2024 4,3 miljoen euro hoger dan eerder geraamd. Daarnaast zijn de ontvangsten over de verstrekte voorschotten over 2023 hoger uitgevallen. De hogere uitgaven en hogere ontvangsten zijn met elkaar gedesaldeerd.
Niet-kaderrelevant
Ontvangsten Zorgtoeslag
Op basis van gegevens van de Dienst Toeslagen zijn de ontvangsten Zorgtoeslag 14,2 miljoen euro lager dan eerder geraamd.
Zorg
Zorg: Uitgaven
Premiegefinancierd Budgettair Kader Zorg: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
100.964
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 1.832
Stand Najaarsnota
99.132
Meevallers
‒ 163
Actualisatie Wlz binnen contracteerruimte
‒ 6
Actualisatie Q4 Wlz buiten contracteerruimte
‒ 16
Diversen
‒ 35
Actualisatie Q4 Zvw
‒ 107
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
98.969
Zorg: Ontvangsten
Premiegefinancierd Budgettair Kader Zorg: Ontvangsten
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
5.695
Mutaties t/m Najaarsnota
47
Stand Najaarsnota
5.742
Meevallers
4
Actualisatie Q4 Wlz
4
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
5.746
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Actualisatie Wlz binnen contracteerruimte
Op basis van het februari-advies van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) over de benutting van het Wlz-kader is een meevaller van 5,9 miljoen euro verwerkt.
Actualisatie Q4 Wlz buiten contracteerruimte
Op basis van actualisatiecijfers van het Zorginstituut over de verwachte Wlz-uitgaven buiten de contracteerruimte is een meevaller verwerkt van 16 miljoen euro.
Diversen
Op het artikel nominaal en onverdeeld is 34,8 miljoen euro niet tot besteding gekomen. De vrijval zit op de onverdeelde groeiruimte Zvw (27,8 miljoen euro), pandemische paraatheid (3,2 miljoen euro), voorwaardelijke toelating (2,9 miljoen euro) en verwarde personen (0,9 miljoen euro).
Actualisatie Q4 Zvw
Op basis van de actualisatiecijfers van het Zorginstituut over de verwachte Zvw-uitgaven is een per saldo meevaller verwerkt van 106 miljoen euro. De voornaamste onderschrijding zat op de sectoren grensoverschrijdende zorg met het buitenland niet in het macroprestatiebedrag (149,4 miljoen euro), huisartsenzorg (27,3 miljoen euro) en de multidisciplinaire zorgverlening (22,3 miljoen euro). Op een aantal sectoren trad er een overschrijding op, onder andere op de medisch specialistische zorg (96,7 miljoen euro), apotheekzorg (14,6 miljoen euro) en de grensoverschrijdende zorg met het buitenland in het macroprestatiebedrag (12,9 miljoen euro).
Ontvangsten
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Actualisatie Q4 Wlz
Dit betreft de actualisering van de opbrengst eigen bijdragen in de Wlz op basis van cijfers van het Zorginstituut. De ontvangsten zijn 3,9 miljoen euro hoger uitgevallen dan eerder geraamd.
Gemeentefonds en Provinciefonds (inclusief accres)
Gemeentefonds
Gemeentefonds: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
42.874
Mutaties t/m Najaarsnota
1.098
Stand Najaarsnota
43.972
Meevallers
‒ 136
Algemene uitkering
‒ 134
Overige meevallers
‒ 2
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
43.836
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Algemene uitkering
Op de algemene uitkering is in 2024 134 miljoen euro minder uitbetaald dan het beschikbare budget. Dit betreft de wijziging betalingsverloop waarmee betalingen worden doorgeschoven naar het volgende begrotingsjaar. Bij het gemeentefonds is op de verschillende uitkeringen per definitie geen sprake van onderuitputting en zijn verplichtingen leidend. Dit betekent dat verplichtingen altijd volledig tot uitbetaling zullen komen. Kasmiddelen die in het betreffende begrotingsjaar niet tot uitbetaling zijn gekomen, zullen in een volgend begrotingsjaar alsnog tot uitbetaling komen.
Overige meevallers
In 2024 is er ook sprake van een overige meevaller, dit betreft 2 miljoen euro. Dit bestaat uit niet ingezette onderzoeksgelden die bestemd zijn voor onderzoek naar en onderhoud van de verdeelsystematiek van het Gemeentefonds. De middelen kunnen tot een maximum van 1 miljoen euro meegenomen worden naar het volgende begrotingsjaar, het overige valt vrij.
Accres Gemeentefonds
Accress Gemeentefonds: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
671
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 671
Stand Najaarsnota
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
0
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Provinciefonds
Provinciefonds: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
3.341
Mutaties t/m Najaarsnota
614
Stand Najaarsnota
3.954
Meevallers
0
Meevallers
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
3.954
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Er is geen sprake van vermeldingswaardige onderuitputting in 2024.
Accres Provinciefonds
Accres PROVINCIEFONDS: UITGAVEN
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
129
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 129
Stand Najaarsnota
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
0
Uitgaven
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Prijsbijstelling
Prijsbijstelling: uitgaven
Prijsbijstelling: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
1.941
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 1.941
Stand Najaarsnota
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
0
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Arbeidsvoorwaarden
Arbeidsvoorwaarden: Uitgaven
Arbeidsvoorwaarden: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
4.627
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 4.627
Stand Najaarsnota
0
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
0
Mutaties t/m Najaarsnota 2024
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Op Arbeidsvoorwaarden hebben zich sinds het uitkeren van de loonbijstellingsmiddelen bij Voorjaarsnota 2024 in het jaar 2024 geen wijzigingen in de uitgaven meer voorgedaan.
Aanvullende Post
Aanvullende Post
Aanvullende Post: Uitgaven
In miljoenen euro
2024
Stand Basisstand Miljoenennota
532
Mutaties t/m Najaarsnota
‒ 5.698
Stand Najaarsnota
‒ 5.166
Meevallers
‒ 25
Meevaller Stelpost
‒ 25
In=uittaakstelling
4.279
Invulling in=uittaakstelling
4.279
Tegenvallers
912
Niet ingevulde in=uittaakstelling
912
Stand Financieel Jaarverslag Rijk
0
Uitgaven
De mutaties tot en met de Najaarsnota 2024 staan toegelicht in de Bijlage Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota 2024, bij de Miljoenennota 2025 en bij de Najaarsnota 2024.
Meevallers
Meevaller Stelpost
In 2024 heeft geen overheveling van de Aanvullende Post plaatsgevonden van de gereserveerde 25 miljoen euro voor het uitwerken van asielmaatregelen uit het Hoofdlijnenakkoord. De uitwerking van de maatregelen hebben namelijk niet tot budgettaire consequenties geleid voor het begrotingsjaar 2024. Deze 25 miljoen euro is daarom afgeboekt.
In=uittaakstelling
Invulling in=uittaakstelling
Bij de Miljoenennota 2025 is de in=uittaakstelling ingevuld met circa 0,09 miljard euro. Bij de Najaarsnota is de in=uittaakstelling3 vervolgens met circa 3,2 miljard euro ingevuld. Bij het Financieel jaarverslag Rijk is de in=uittaakstelling met circa 4,3 miljard euro ingevuld.
Tegenvallers
Niet ingevulde in=uittaakstelling
Voor 2024 werd verwacht dat circa 8,5 miljard euro aan middelen niet tot besteding zou komen, zogeheten onderuitputting. Hiervan heeft zich circa 7,6 miljard euro aan onderuitputting gerealiseerd. Het restant van circa 0,9 miljard euro leidt tot een verslechtering van het EMU-saldo.
10 UITGAVENOVERZICHT OEKRAÏNE
Tabel 10.1 Uitgavenoverzicht Oekraïne
In miljoenen euro
2024
Justitie en Veiligheid
2.733
Gemeentelijke en particuliere opvang
2.378
Regeling Medische zorg Ontheemden (RMO)
184
Veiligheidsregio's en GGD'en
110
Directoraat Generaal Oekraïne en Nationale Opvangorganisatie (NOO)
23
Subsidies NGO's
20
Uitvoeringskosten IND
9
Uitvoeringskosten NIDOS
5
Accountability
3
Tolken
1
Basisregistratie Personen (BRP)
1
Defensie
2.482
Militaire goederen
2.482
Buitenlandse Zaken incl. BHO
641
Oekraïne-faciliteit EU
294
Steunpakket Oekraïne Voorjaarsnota 2024
175
Eerste steunpakket BZ/BHO 2024
100
Europese Vredesfaciliteit
85
Accountability
8
Specifieke steun BZ/BHO
7
Tweede steunpakket BZ/BHO 2023
2
Derde steunpakket BZ/BHO 2023
2
Kasschuif Ukraine Partnership Facility (UPF)
‒ 33
Financiën
186
EBRD Crisis Response Special Fund
75
Storting BCF voor opvang Oekraïense ontheemden
52
Begrotingssteun via EU
34
EBRD Kapitaalverhoging
25
LNG invoercapaciteit in de Eemshaven
4
Lening aan Oekraïne via IMF
0
Premieontvangsten garantie Gasunie
‒ 4
Economische Zaken en Klimaat
110
Gasopslag Bergermeer
83
Energiehulp (vanuit steunpakketten BZ/BHO)
25
Eerste steunpakket BZ/ BHO 2024
2
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
76
Nieuwkomersonderwijs
75
Eerste steunpakket BZ/BHO 2023
1
Gemeentefonds
30
Meerkostenregeling gemeentelijke zorg
30
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
9
Zorg aan onverzekerden (SOV)
9
Infrastructuur en Waterstaat
1
Tweede steunpakket BZ/BHO 2023
1
Totaal
6.269
11 TOESLAGEN HERSTEL
Het overzicht de gerealiseerde uitgaven laat een totaal overzicht zien van alle uitgaven in 2024 aan de Hersteloperatie Toeslagen. De laatste stand van het budget is toegelicht in bijlage 4 van de Voorjaarsnota 2025. Er is minder uitgegeven dan dat er budget was, doordat het ritme van de uitbetaling van de programmamiddelen verschilde van de raming. De verwachting is dat deze middelen in latere jaren tot besteding zullen komen.
Tabel 11.1 Realisatie Toeslagen Herstel 2024
In miljoenen euro
Budget
Realisatie
Verschil
Programma
1.343
1.114
‒ 229
w.v. 30k, IB, aanvullende compensatie (incl. uitvoering VSO-route) en overig
513
419
‒ 94
w.v. Kindregeling
118
136
18
w.v. Kwijtschelden publieke schulden (incl. uitvoering; rijksbreed)
388
257
‒ 131
w.v. Kwijtschelden private schulden (incl. uitvoering)
63
55
‒ 8
w.v. Ex-partners (10k)
31
31
0
w.v. Ondersteuning door gemeenten
125
119
‒ 6
w.v. Reservering ondersteuning rechtsbijstand
10
7
‒ 3
w.v. Dwangsommen
65
61
‒ 4
w.v. Ouders in het buitenland (incl. uitvoering)
15
16
1
w.v. Uithuisplaatsingen kinderen (incl. uitvoering; JenV)
12
12
0
w.v. Schade-expert pool
4
1
‒ 3
Apparaat Financiën
498
481
‒ 17
Totaal
1.840
1.595
‒ 245
12 OPVOLGING INTERDEPARTEMENTALE BELEIDSONDERZOEKEN (IBO'S)
Doorgaans vindt elk jaar een aantal Interdepartementale Beleidsonderzoeken (IBO's) plaats naar belangrijke beleidsonderwerpen. De taakopdrachten van IBO's worden gepubliceerd als bijlage bij de Miljoenennota.
Hieronder wordt ingegaan op de doorwerking van de IBO's die de afgelopen jaren zijn afgerond op basis van, onder andere, de kabinetsreacties op de onderzoeken. Voor een volledig en actueel overzicht van alle gepubliceerde IBO’s, zie het overzicht Ingepland en uitgevoerd onderzoek op evaluaties.rijksfinancien.nl.
Breder instrumentarium woningbouw en grond – Op grond kun je bouwen (2024)
Op 24 juni 2024 is het IBO-rapport «Op grond kun je bouwen» vanwege de demissionaire status van het kabinet zonder kabinetsreactie aan de Tweede Kamer aangeboden. De kabinetsreactie volgde in november 2024.4 Het kabinet onderschrijft de constatering dat wonen een zorg is van de overheid. De ketenbenadering die in het IBO wordt benoemd spreekt het kabinet aan en is zowel in het hoofdlijnenakkoord als in het regeerprogramma terug te lezen. Het kabinet kondigt aan met een nieuw ontwerp Nota Ruimte te komen in de zomer van 2025. Daarin worden de resultaten van dit IBO meegenomen. Bovendien komt het kabinet, in lijn met het advies van de IBO, met een realisatiestimulans om de bouw te bevorderen en worden meerdere beleidsopties zoals een grondfaciliteit en een planbatenheffing verkend.
Problematische schulden – Naar een beter werkende schuldenketen (2024)
Op 27 juni 2024 is het IBO-rapport «Naar een beter werkende schuldenketen» vanwege de demissionaire status van het kabinet zonder kabinetsreactie aan de Tweede Kamer aangeboden. De kabinetsreactie volgde in oktober 2024.5 Het kabinet introduceert hierin een pakket aan maatregelen ten aanzien van het ontstaan, de invordering en het oplossen van schulden dat voortbouwt op het IBO. Het kabinet zal tot een ontwikkelagenda komen voor een integraal schuldenoverzicht om mensen te helpen meer grip en overzicht te krijgen op de persoonlijke financiële situatie. Daarnaast zet het kabinet in op vroegsignalering. Gemeenten kunnen contact zoeken met mensen bij signalen van partners, met als doel om problematische schulden te voorkomen. Ook heeft het kabinet aangekondigd leeftijdsverificatie voor Koop nu, betaal later-diensten bij wet te verplichten. Deze verplichting wordt meegenomen in de implementatie van het Consumer Credit Directive II. Het wetsvoorstel ter implementatie wordt naar verwachting in maart geconsulteerd. In de lagere regelgeving behorende bij dit wetsvoorstel wordt gekeken naar een mogelijke verlaging van de ondergrens voor raadpleging van Bureau Kredietregistratie en een mogelijke verlaging van de verificatiegrens als onderdeel van de kredietwaardigheidsbeoordeling. Het voorstel voor deze lagere regelgeving wordt naar verwachting rond de zomer geconsulteerd.
Pensioenopbouw – Pensioenopbouw in balans (2024)
Op 27 juni 2024 is het IBO-rapport «Pensioenopbouw in balans» vanwege de demissionaire status van het kabinet zonder kabinetsreactie aan de Tweede Kamer aangeboden. De kabinetsreactie op het IBO volgde in november 2024.6 In deze reactie is tevens een reactie opgenomen op de adviezen van de Stichting van de Arbeid en de Taskforce Inkomen voor Later. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft dankzij het IBO meer inzicht gekregen in de pensioenopbouw van verschillende typen huishoudens. De Minister is in lijn met het IBO van mening dat er nu geen aanvullende drastische wijzigingen in het pensioenstelsel moeten worden ingezet. Wel wil het kabinet een aantal maatregelen nemen die zijn gericht op vergroten van werkzekerheid, bevorderen van pensioenopbouw bij zelfstandigen, monitoring van pensioenopbouw bij specifieke groepen en verbeteren van informatievoorziening. Ten slotte volgt het kabinet het advies van het IBO op om vervolgonderzoek uit te voeren om toekomstig pensioenbeleid te richten op netto vervangingsratio’s in plaats van bruto vervangingsratio’s, de eerste resultaten worden in de loop van 2025 verwacht.
Doelmatig hoger onderwijs – Talent op de juiste plek (2024)
Op 17 juli 2024 is het IBO-rapport «Talent op de juiste plek» vanwege de demissionaire status van het kabinet zonder kabinetsreactie aan de Tweede Kamer aangeboden. In de kabinetsreactie op het rapport uit oktober 20247 staat dat de komende tijd de focus wordt gelegd op de volgende drie opgaven: 1) het uitwerken van de langstudeermaatregel; 2) het bezien van bekostiging in het kader van een stabiele lange termijn van financiering en; 3) het stimuleren van samenwerking tussen en profilering door instellingen. De eerste opgave is inmiddels ingehaald door politieke ontwikkelingen en daardoor niet meer van toepassing.
Bedrijfsfinanciering – Kies voor baten (2024)
Op 28 juni 2024 is het IBO-rapport «Kies voor baten» vanwege de demissionaire status van het kabinet zonder kabinetsreactie aan de Tweede Kamer aangeboden. De kabinetsreactie volgde op 6 december 2024.8 Het kabinet laat weten twee knelpunten uit het IBO, het tekort aan durfkapitaal voor latere groeifase van scale-ups en de beperkte toegang van mkb-bedrijven tot kleine kredietverlening, te onderzoeken. Dit kabinet heeft de slagkracht van Invest-NL vergroot met 900 miljoen euro. Daarnaast zet het kabinet in op een versterking van de private financieringsmarkt, en verkenning van een aanpassing van de garantstelling op financiering via het Borgstellingskrediet voor Het Midden en Klein Bedrijf om kleinere kredieten toegankelijker te maken. Bovendien heeft het kabinet besloten om de Groeifaciliteit te beëindigen, onder meer vanwege de uitkomsten van het IBO, het lage gebruik van de regeling en de lage kosten-baten verhouding.
Klimaat – Scherpe doelen, scherpe keuzes (2023)
Het IBO-rapport «Scherpe doelen, scherpe keuzes» is op 13 maart 2023 direct na afronding, zonder kabinetsreactie aan de Tweede Kamer aangeboden. In het voorjaar van 2023 heeft het kabinet een besluit genomen over een integraal pakket aanvullende klimaatmaatregelen, waar zowel is gekeken naar normering, beprijzing als subsidiëring (via het Klimaatfonds). Daarin zijn de resultaten van dit IBO meegenomen.
Biodiversiteit – Snel aan de slag! (2023)
Op 5 september 2023 is het IBO-rapport «Snel aan de slag!» aan de Tweede Kamer aangeboden. Vanwege de demissionaire status van het kabinet is er geen kabinetsreactie meegestuurd.
Toekomstbestendigheid van het mbo – Samen gericht opleiden voor wendbare vakmensen (2023)
Op 13 november 2023 is het IBO-rapport «Samen gericht opleiden voor wendbare vakmensen» aan de Tweede Kamer aangeboden. Vanwege de demissionaire status van het kabinet is er geen kabinetsreactie meegestuurd. Inmiddels werkt het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan de uitwerking van het beschikbaar stellen van de 90 miljoen euro aan krimpmiddelen in de periode 2025 ‒ 2027 en wordt gewerkt een pact Opleiden voor de arbeidsmarkt van de toekomst, waarin scholen en werkgevers afspraken vastleggen over de opleidingen die de scholen gaan aanbieden. Hierin worden verschillende resultaten van het IBO meegenomen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. Heinen, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.