Verslag van een werkbezoek : Verslag van een werkbezoek aan de Republiek Korea (Zuid-Korea) door de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van 5 tot en met 10 januari 2025
36 685 Verslag van een werkbezoek van de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal aan de Republiek Korea (Zuid-Korea)
Nr. 1 VERSLAG VAN EEN WERKBEZOEK AAN DE REPUBLIEK KOREA (ZUID-KOREA) DOOR DE VOORZITTER
VAN DE TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL VAN 5 TOT EN MET 10 JANUARI 2025
Vastgesteld 27 januari 2025
Inleiding
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft van 5 tot en met 10 januari
2025 een werkbezoek gebracht aan de Republiek Korea. Het betrof een tegenbezoek op
uitnodiging van de Voorzitter van de Koreaanse Nationale Assemblee; op 26 maart 2024
heeft de toenmalige Voorzitter van het Koreaanse parlement, de heer Kim Jin-pyo, een
bezoek aan de Tweede Kamer gebracht. Het laatste bezoek van een Tweede Kamervoorzitter
aan Korea vond plaats in 1988. Naast een tegenbezoek aan zijn Koreaanse collega in
het kader van versterking van de interparlementaire banden, was een ander oogmerk
van het werkbezoek stil te staan bij de uitzending van Nederlandse militairen naar
de Koreaanse oorlog, dit jaar 75 jaar geleden. Per 1 januari 2025 neemt Nederland
met drie militairen deel aan de United Nations Command (UNC), de multinationale militaire
missie in Zuid-Korea onder leiding van de Verenigde Staten. De Voorzitter had een
ontmoeting met deze drie militairen en met de plaatsvervangend bevelhebber van de
United Nations Command, die als belangrijkste taak heeft het handhaven van de voorwaarden
van de wapenstilstandsovereenkomst in de Gedemilitariseerde Zone. Tijdens het bezoek
werd de Voorzitter op voortreffelijke wijze begeleid door de Nederlandse ambassadeur
in Korea, Peter van der Vliet, en zijn team. De Voorzitter is hen zeer erkentelijk
voor de ondersteuning, waarmee zij dit bezoek mogelijk hebben gemaakt. De Voorzitter
brengt hierbij verslag uit van het werkbezoek.
Programma
Het bezoek van de Voorzitter vond plaats in de nasleep van het uitroepen van de staat
van beleg door president Yoon Suk Yeol op 3 december 2024. De staat van beleg werd
binnen enkele uren door de Nationale Assemblee opgeheven; kort daarna besloot de Assemblee
met de schorsing van Yoon de procedure in gang te zetten die kan leiden tot het afzetten
van de president. Pogingen om president Yoon te arresteren vanwege machtsmisbruik
en het aanzetten tot rebellie waren op het moment dat de Voorzitter in Seoul arriveerde,
op niets uitgelopen. Maar een patstelling tussen president en Nationale Assemblee
bleef bestaan. Assembleevoorzitter Woo Won-shik, de counterpart van de Voorzitter,
speelde een hoofdrol in deze ontwikkelingen, onder meer door in de uren na het uitroepen
van de staat van beleg de Assemblee in spoedzitting bijeen te roepen.
Op maandag 6 januari begon het programma van het werkbezoek met een officiële ontvangst
door Speaker Woo Won-shik. De Koreaanse Voorzitter sprak over de geschiedenis van
de bilaterale relatie tussen Korea en Nederland, van de eerste contacten in de 17de eeuw tot de Nederlandse inzet in de Koreaanse oorlog, het voetbalsucces van Guus
Hiddink en het strategisch partnerschap dat in 2022 is afgesloten. In zijn toelichting
op de actuele politieke ontwikkelingen stelde hij dat de nasleep van de «martial law declaration» van president Yoon had laten zien dat Zuid-Korea een stabiele en weerbare democratie
is. Binnen enkele uren had de Nationale Assemblee de staat van beleg opgeheven en
kort daarna was Yoon geschorst als president. Hoewel de president op dat moment nog
niet gearresteerd was, verzekerde Voorzitter Woo dat de Koreaanse rechtstaat de situatie
aankon en stabiel was. Het vertrouwen in de Nationale Assemblee was recent sterk toegenomen,
zei hij. Hij herinnerde eraan dat de Republiek Korea in haar bestaan meerdere nationale
crises heeft meegemaakt en deze steeds goed heeft doorstaan. Hij vroeg de Tweede Kamervoorzitter
om in Nederland de boodschap uit te dragen dat er geen sprake is van instabiliteit
in Zuid-Korea. Hij sprak zijn commitment uit voor versterkte parlementaire relaties
tussen Korea en Nederland en verzekerde dat de huidige politieke onrust geen bedreiging
vormt voor de solide partnerschapsrelatie tussen beide landen.
Voorzitter Bosma sprak namens de Tweede Kamer condoleances uit naar aanleiding van
het recente vliegtuigongeluk met Jeju-vlucht 7C2216, waarbij 179 slachtoffers vielen.
Het was geen gemakkelijke tijd voor Korea en hij zei het dan ook op prijs te stellen
dat Speaker Woo tijd had ingeruimd om hem te ontvangen. De Voorzitter sprak zijn waardering
uit voor de rol die de Speaker had gespeeld in het waarborgen van het constitutionele
proces in de nasleep van de staatsgreep en het bijeenroepen van de Nationale Assemblee
in spoedzitting. Hij verzekerde hem ervan dat de Tweede Kamer naast het Koreaanse
volk stond in deze moeilijke tijden; de banden tussen beide landen zijn sterk en gebaseerd
op een lange geschiedenis van gedeelde ervaringen. Nederlandse soldaten hebben hun
leven gegeven voor de politieke vrijheid van de Republiek Korea en beide landen zijn
strategische partners in de breedste zin op het gebied van internationale veiligheid,
economie, geschiedenis en cultuur. Voorzitter Bosma stond stil bij de nauwe samenwerking
op het gebied van digitale technologie (kunstmatige intelligentie, mobiele communicatie,
kwantum technologie), waarover hij in april 2024 met de voorganger van de huidige
Speaker had gesproken. Hij nodigde Speaker Woo uit voor een bezoek aan Nederland.
Voorts spraken beide Voorzitters over de noodzaak van parlementen om voorbereid te
zijn op noodsituaties en crises. Los van de huidige politieke situatie in Korea, had
de Covid-pandemie in 2020 al duidelijk gemaakt dat paraatheid geboden is om het parlementaire
proces in noodsituaties te borgen. Beide Voorzitters spraken over de uitdagingen waarvoor
parlementaire organisaties zich hierbij gesteld zien.
Na de ontvangst in de Nationale Assemblee nam de Voorzitter deel aan een rondetafelgesprek
op de Korea National Diplomatic Academy, die onder leiding staat van de voormalige Koreaanse ambassadeur in Nederland, de
heer Hyoung-chan Choe. In dit gesprek met diplomatieke experts werd nader ingegaan
op de bilaterale banden, waaronder de halfgeleideralliantie van de Republiek Korea
en Nederland en het gedeelde voorzitterschap van de AI Summit. Beide landen delen voorts een belang in het beschermen van duurzame aanvoerroutes.
Er werd gesproken over de mogelijke effecten van een regering-Trump op het trilaterale
partnerschap van de Verenigde Staten, Japan en Zuid-Korea, mede in relatie tot de
strategische competitie tussen de VS en China. Ook de positie van Taiwan – net als
Zuid-Korea een belangrijke producent van halfgeleidertechnologie – is hierbij relevant.
China is al sinds 2004 de belangrijkste handelspartner voor Zuid-Korea. De experts
gaven aan dat de twee belangrijkste politieke partijen in Korea verschillend denken
over de relaties met China, Noord-Korea en Japan. Maar over de relatie met de Europese
partners en de VS bestaat consensus tussen beide partijen. Als er in de loop van 2025
een nieuwe Koreaanse regering zou aantreden, is de verwachting dan ook dat het buitenlandbeleid
op dit punt niet zal veranderen.
Aansluitend had de Voorzitter een ontmoeting met vertegenwoordigers van de Nederlandse
gemeenschap in Korea; het betrof zowel mensen uit het bedrijfsleven als influencers/analisten
die met podcasts en vlogs verslag doen van de Koreaanse samenleving.
Op dinsdag 7 januari bezocht de Voorzitter de United Nations Memorial Cemetery (UNMCK) in de zuidelijke havenstad Busan. Voorafgaand werd hij gebriefd door United States Forces Korea Command Historian Benjamin J. Harris over de Nederlandse bijdrage aan de krijgsmacht van de Verenigde
Naties, die vocht in de Koreaanse oorlog van 1950–1953. Op de begraafplaats legde
de Voorzitter namens de Tweede Kamer een krans op de Nederlandse sectie, waar 117
gesneuvelde Nederlandse soldaten begraven liggen. Tijdens een aansluitende rondleiding
bezocht hij ook de graven van Nederlandse veteranen die na hun overlijden vanuit Nederland
zijn overgevlogen om te worden bijgezet op de begraafplaats. Nederland was het vierde
land dat troepen toezegde aan de VN-macht die de Republiek Korea moest beschermen
na de invasie door Noord-Korea. Vijfenzeventig jaar na dato bestaat er in Zuid-Korea
nog veel erkenning en waardering voor deze militaire hulp die Nederland geboden heeft.
Op woensdag 8 januari bezocht de Voorzitter de Joint Security Area (JSA) in Panmunjom aan de demarcatiegrens tussen Noord- en Zuid-Korea, die is overeengekomen
bij de wapenstilstand in 1953. Hij werd daar rondgeleid door de plaatsvervangend commandant
van de United Nations Command, de Canadese luitenant-generaal Macaulay. Deze officier briefde hem over het beheer
van de JSA en het contact met Noord-Korea. Het afgelopen jaar zijn de spanningen aan
de grens toegenomen met incidenten over en weer, zoals luchtballonnen met materiaal
die beide kanten de grens over stuurden. De deelname van Noord-Koreaanse troepen aan
de Russische oorlog in Oekraïne kan ook effect hebben op de veiligheidssituatie op
het Koreaanse schiereiland. Generaal Macaulay wees erop dat het Noord-Koreaanse leger
momenteel in Oekraïne gevechtservaring opdoet, die het zich straks thuis ten nutte
kan maken. Ook ging hij ervan uit dat Noord-Korea militaire technologie van Rusland
ontvangt, bijvoorbeeld voor spionagesatellieten, in ruil voor de inzet van Noord-Koreaanse
troepen in Oekraïne. De Voorzitter bezocht ter plekke één van de barakken waar delegaties
van de UN Command en Noord-Korea met elkaar kunnen spreken over de uitvoering van de wapenstilstandsovereenkomst.
In deze barak was het mogelijk om enkele meters over de Noord-Koreaanse zijde van
de demarcatielijn te lopen, een gelegenheid waar de Voorzitter gebruik van heeft gemaakt.
Tijdens het bezoek aan de JSA sprak de Voorzitter voorts met de drie Nederlandse militairen
die per 1 januari 2025 deel uitmaken van het United Nations Command. Nederland zal
voor een periode van twee jaar, tot eind 2026, een bijdrage leveren aan deze multinationale
troepenmacht.
In de Gedemilitariseerde Zone bezocht de Voorzitter verder een observatiepost met
zicht op de Noord-Koreaanse stad Kaesong. En hij bezocht een van de door Noord-Korea
gegraven tunnels, die ooit bedoeld waren om een invasie van het Zuiden te faciliteren.
Na ontdekking van de tunnels heeft Zuid-Korea deze geblokkeerd en een enkele opengesteld
voor bezichtiging.
Op donderdag 9 januari bezocht de Voorzitter het War Memorial of Korea in Seoul, dat zowel een monument als een museum is. Alle landen die hebben bijgedragen
aan de VN-macht in de Koreaanse Oorlog, hebben er een eigen herdenkingsmonument. Een
groot deel van het museum is gewijd aan deze oorlog; er is een aparte vitrine ingeruimd
voor de Nederlandse militaire bijdrage. In de avond sprak hij met vier Amerikaanse
experts op het gebied van Korea: Andrew Yeo (Brookings Institution), Bruce Klingner
(Heritage Foundation), Syd Seiler (Center for Strategic and International Studies)
en Jenny Town (Stimson Center). Zij gaven hun analyses van de actuele politieke situatie
in Seoul. Door hun jarenlange ervaring in de onderhandelingen die verschillende Amerikaanse
regeringen met Noord-Korea hebben gevoerd, konden zij op basis daarvan een beeld schetsen
van de ontwikkelingen in dat deel van het schiereiland. De experts stelden dat de
komst van president Trump de dynamiek in de veiligheidsregio zal beïnvloeden, maar
zij verschilden van mening over de wijze waarop dat zou kunnen gebeuren.
Op vrijdag 10 januari bezocht de Kamervoorzitter het slagveld van Hoeng-seong, een
van de plaatsen waar het Nederlands Detachement Verenigde Naties in 1951 zware gevechten
heeft geleverd met het Chinese leger. Het is de plek waar bataljonscommandant Den
Ouden sneuvelde samen met zestien andere Nederlandse soldaten. Ter herinnering aan
deze veldslag staan in Hoeng-seong twee monumenten om de Nederlandse soldaten te eren.
De Voorzitter betuigde hier namens de Tweede Kamer zijn respect.
De Voorzitter, Bosma
De griffiers van de delegatie, Oskam
Westerhoff
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. (Martin) Bosma, Voorzitter van de Tweede Kamer -
Mede ondertekenaar
P. Oskam, Griffier van de Tweede Kamer -
Mede ondertekenaar
A.W. Westerhoff, griffier