Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda Energieraad 19 december 2023 (Kamerstuk 21501-33-1049)
2023D48503 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat heeft een aantal vragen en opmerkingen
aan de Minister voor Klimaat en Energie voorgelegd over de Geannoteerde agenda Energieraad
19 december 2023 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 1049) en de Antwoorden op vragen commissie over o.a. de geannoteerde Agenda formele Energieraad
17 oktober 2023 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 103).
De fungerend voorzitter van de commissie,
Stoffer
Adjunct-griffier van de commissie,
Reinders
Inhoudsopgave
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
II Antwoord / Reactie van de Minister
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
De leden van de GroenLinks- PvdA-fractie steunen het voorstel om in te stemmen met
de verlenging van de noodverordening, maar hebben hier nog wel vragen over. De Minister
geeft aan dat dat de appreciaties zoals eerder gestuurd naar de Kamer nog steeds geldig
zijn aangezien er geen inhoudelijke wijzingen zijn doorgevoerd. In kader van het dynamisch
prijslimiet heeft de Minister zich kritisch geuit over het markcorrectiemechanisme
(MCM), en aangeven het belangrijk te vinden dat er een impact assessment wordt uitgevoerd.
Verder geeft de Minister aan dat de verwachting is dat de verlenging breed zal worden
gesteund. Deze leden vragen in dit licht op welke wijze de Minister zich heeft ingezet
voor de impactanalyse, zoals aangegeven in voorgaande appreciatie.1 Gelden dezelfde inhoudelijke bezwaren als eerdere appreciaties? Wat is de voortgang
van het impact assessment? Vermoed de Minister dat deze noodverordeningen in de toekomst
opnieuw worden verlengd?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie zijn van mening dat de vergunningsverlening
van hernieuwbare energieprojecten dient te worden versneld. Echter, de Minister geeft
aan dit pas voor te stellen wanneer andere lidstaten wijzigingsvoorstellen doen. Deze
leden zijn van mening dat de Minister hiervoor proactief zou moeten inzetten, ondanks
de verwachting dat de verlenging van de noodverordeningen ongewijzigd worden verlengd.
Deelt de Minister deze mening? Is de Minister bereid zich hiervoor in te zetten als
er geen wijzigingsvoorstellen worden gedaan? Zo nee, waarom?
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de
Energieraad van 19 december 2023. Deze leden onderschrijven dat een verlenging van
de bestaande noodverordeningen wenselijk is. Wel benadrukken zij het belang van leveringszekerheid
en een toename van de Europese en Nederlandse energie-onafhankelijkheid.
De leden van de VVD-fractie lezen dat het kabinet zal instemmen met het verlengen
van de noodverordeningen waarbij er staat dat er geen inhoudelijke wijzigingen plaatsvinden.
Deze leden vragen hoe het kabinet dit standpunt rijmt met de additionele solidariteitsmaatregelen
die nu voorgesteld worden voor landen met LNG-installaties. Waarom kiest het kabinet
ervoor om met deze verstrekkende maatregel in te stemmen die Nederland ruimte ontneemt
om zelf te handelen in een gascrisis?
De leden van de VVD-fractie hebben dan ook ernstige zorgen over de extra verplichtingen
betreffende LNG-faciliteiten en de verplichting om gas te leveren aan andere lidstaten.
Dit gezien de schaalgrootte van de LNG-faciliteiten in Nederland. Deze leden vragen
daarom welke negatieve gevolgen verwacht worden bij deze maatregel en welke gevolgen
dit geeft voor de sector. Verder vragen deze leden welke gevolgen de verordening heeft
voor het vullen van gasopslagen en mogelijke strategische reserves. Zij vragen ook
hoe dit aansluit op de prioritering binnen het bescherm- en herstelplan gas (BHG).
Deze leden vinden het dan ook vreemd dat het kabinet hiermee instemt gegeven haar
bredere standpunt.
De leden van de VVD-fractie zijn tevreden dat de Noodverordening Versoepelde vergunningverlening
verlengd wordt en de inzet op uitbreiding van versnelde en vereenvoudigde vergunningverlening
met waterstofprojecten. Kan de Minister aangeven gezien de lange implementatieduur
hoe deze vereenvoudigde vergunningverlening wordt bewerkstelligd? Hoe past de Minister
deze versnelling al toe in Nederland? Kan deze ook op het elektriciteitsnet toegepast
worden? Welke elementen van deze noodverordening zouden ook wenselijk zijn op de lange
termijn?
De leden van de VVD-fractie zijn nog steeds van mening dat het marktcorrectiemechanisme
er niet had moeten komen en vragen de Minister of hij nog mogelijkheden ziet om de
komende periode – mogelijk via additionele impact assessments – de risico’s van het
marktcorrectiemechanisme verder te verminderen. Deze leden gaan ervan uit dat als
er niet voldaan wordt aan de randvoorwaarden van het kabinet bij de eenjarige verlenging
van het MCM het kabinet dan ook tegen deze verlenging zal stemmen.
De leden van de VVD-fractie vragen verder of het kabinet bereid is om het afsluiten
van langetermijninkoopcontracten te agenderen bij de update omtrent de externe energiebetrekking
en ook als mogelijk onderwerp voor het Belgische voorzitterschap? Daarnaast vragen
deze leden of gezamenlijke kennis- en innovatieontwikkeling op het gebied van SMR’s
samen met België mogelijk is.
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met instemming kennisgenomen van de door de Minister
voor Klimaat en Energie opgestelde geannoteerde agenda voor de Energieraad van 19 december
2023. Zij hebben hierover nog enkele vragen.
De leden van de D66-fractie onderschrijven de kritiekpunten die de Minister aanlevert
op het verlengen van de noodverordeningen, maar steunen hem eveneens in het besluit
om akkoord te gaan met verlenging. De Minister stelt dat het marktcorrectiemechanisme
niet tot negatieve effecten heeft geleid. Maar kan de Europese Commissie ook aantonen
dat er sprake is van positieve effecten die de noodzakelijkheid van voortzetting ondersteunen?
De leden van de D66-fractie zijn van mening dat de gang van zaken, waarbij het Europees
parlement feitelijk buitenspel wordt gezet, zeer ongewenst is. Zij vragen de Minister
om dit stevig kenbaar te maken tijdens de Energieraad en hierbij aan te geven dat
een dergelijke werkwijze de democratische legitimiteit van de Europese Unie kan schaden.
De leden van de D66-fractie vragen tot slot om, indien van toepassing sinds de brief
van 8 september 2023 (Kamerstuk 22 112, nr. 3767), een update te geven over de stand van zaken van het uittredingsproces uit het Energiehandvestverdrag.
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
De leden van de BBB-fractie hebben kennisgenomen van de Geannoteerde Agenda Raad voor
de Energieraad. Deze leden hebben een aantal vragen.
De leden van de BBB-fractie lezen dat de verlenging van de drie noodverordeningen
geschiedt op basis van artikel 122 VWEU. Dit geeft de Raad de mogelijkheid om ten
tijde van crises op voordracht van de Commissie noodmaatregelen te treffen zonder
dat hier instemming van het Europees parlement voor nodig is. Nederland is hier geen
voorstander van, en is van mening dat er een gedegen juridische analyse moet komen.
Komen er hier nog vervolgstappen op? Gaat Nederland vragen naar deze juridische analyse
en zal deze worden teruggekoppeld aan de Kamer zodra deze afgerond is?
De leden van de BBB-fractie lezen dat de Nederlandse kritiek op aangaande de Noodverordening
solidariteit bevorderen. In het verleden werd er voorbijgegaan aan het feit dat lidstaten
geen gas inkopen en ook niet over mogelijkheden beschikken om bedrijven voor te schrijven
hoe en waar zij hun gas inkopen. Ook was er kritiek over extra solidariteitsverplichtingen
voor lidstaten met LNG-installaties, dit omdat de uitvoering daarvan erg complex is
door onder meer de hiervoor noodzakelijke afspraken over transit door andere lidstaten
naar een lidstaat die op deze een bepaling een beroep doet. De kritiekpunten gelden
nog steeds voor Nederland, maar stemt wederom in. Bleek de kritiek van een jaar geleden
terecht? Hoe heeft zich dit in de praktijk geuit en is dit het waard om alsnog voor
te stemmen, los van het krachtenveld en een gezamenlijke aanpak niet in de weg willen
staan? Ook hebben deze leden nog een vraag over het decarbonisatiepakket. Vermeld
staat dat er goed bekeken gaat worden of er vanaf de inwerkintreding van het pakket
geen overlap gaat ontstaan tussen verordeningen. Hoe gaat dit bekeken worden en kan
de Kamer deze bevindingen dan ook inzien?
De leden van de BBB-fractie lezen aangaande de Noodverordening Marktcorrectiemechanisme
dat Nederland getracht heeft extra parameters in te bouwen die zorgen dat het instrument
enkel in uiterste gevallen ingezet kan worden. Ook valt de lezen dat Nederland (indien
het krachtenveld niet op de hand van Nederland is) zou kunnen instemmen met een verlenging
van een jaar mits er geen aanpassingen worden gedaan anders dan allicht enkele technische
aanpassingen. Welke parameters heeft Nederland toentertijd ingebouwd en gaan deze
mee indien Nederland opnieuw gaat instemmen, of moet daar opnieuw over onderhandeld
worden?
II Antwoord / reactie van de Minister
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Chris Stoffer, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
R.D. Reinders, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.