Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over o.a. de geannoteerde agenda OJCS-Raad van 23 en 24 november 2023 (Kamerstuk 21501-34-410)
2023D46170 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties
de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen over de:
– brief van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, d.d. 8 november 2023,
inzake Geannoteerde agenda OJCS-Raad van 23 en 24 november 2023 (Parlisnummer 2023Z18990);
– brief van de Minister voor Langdurige Zorg en Sport, d.d. 2 november 2023, inzake
Geannoteerde Agenda Sportraad 24 november 2023 (Kamerstuk 21 501-34, nr. 407);
– brief van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, d.d. 2 november
2023, inzake Geannoteerde Agenda OJCS Raad – Onderdeel Jeugd – 23 november 2023 (Kamerstuk
21 501-34, nr. 408);
– brief van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, d.d. 5 september
2023, inzake Geannoteerde Agenda Informele Raad Cultuur in Cáceres, Spanje, 26 september
2023 (Kamerstuk 21 501-34, nr. 403).
De voorzitter van de commissie,
Michon-Derkzen
Adjunct-griffier van de commissie,
Bosnjakovic
Inhoud
I Vragen en opmerkingen uit de fracties
– Inbreng van de leden van de VVD-fractie
– Inbreng van de leden van de D66-fractie
II Reactie van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de Minister voor Langdurige
Zorg en Sport, de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Staatssecretaris
van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
I Vragen en opmerkingen uit de fracties
Inbreng van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de geannoteerde
agenda voor de OJCS-Raad en hebben hierover nog enkele vragen en opmerkingen.
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse gelezen dat de onderhandelingen met
de Raad rondom de definitieve versie van de Media Freedom Act van start zijn gegaan
en hopen tot een voorspoedige afronding van deze onderhandelingen waarbij de eerder
geuite zorgen en vragen voldoende geadresseerd worden. Op welke termijn zal het kabinet
de Kamer over de voortgang op deze punten informeren?
De leden van de VVD-fractie lezen, voor wat betreft de Nederlandse inzet tijdens het
beleidsdebat over het verbeteren van de arbeidsomstandigheden van kunstenaars en andere
culturele professionals, dat Nederland een platform voorstelt om goede voorbeelden
van arbeidsmarktomstandigheden te delen. Deze leden vragen welke voorbeelden het kabinet
zal aandragen voor dit platform.
Daarnaast hebben de leden van de VVD-fractie enkele vragen over de geagendeerde onderwerpen
op het dossier onderwijs. Wat gaat de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
in Nederland doen om de privacy in het onderwijs te verbeteren?
Op welke manier gaat de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap invulling geven
aan de raadsaanbeveling over het meer aandacht besteden aan het professionaliseren
van onderwijspersoneel en het vergroten van de capaciteiten van onderwijsinstellingen?
Hoe verwacht de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap een bijdrage te leveren
aan de ontwikkeling van een Europese aanpak omtrent de sekseverschillen in de STEAM1-disciplines?
Inbreng van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de stukken
ten behoeve van de OJCS-Raad van 23 en 24 november 2023. Zij hebben daarover nog de
volgende vragen. Waarom laat de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
zich ambtelijk vertegenwoordigen bij het onderdeel Jeugd van de OJCS-Raad en hoe weegt
hij dat tegen het belang van de geagendeerde onderwerpen?
Jeugd
De leden van de D66-fractie ondersteunen de aandacht die uitgaat naar de impact van
geestelijke gezondheidsproblemen op Europese jongeren. Het is goed om te lezen dat
de voorgestelde raadsconclusies lidstaten en de Europese Commissie uitnodigen om aandacht
te besteden aan de mentale gezondheid en het versterken van de geestelijke weerbaarheid
van jongeren. Kan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aangeven
op welke manier het kabinet opvolging zal geven aan deze oproep? Verder merken deze
leden op dat de Europese Commissie wordt verzocht om onderzoek naar de mentale gezondheid
van jongeren te bevorderen en te verspreiden, en goede praktijkvoorbeelden van de
lidstaten te verzamelen en te verspreiden. Kan de Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport voorbeelden geven van best practices uit andere lidstaten waar Nederland eventueel bij zou kunnen aansluiten?
De leden van de D66-fractie merken op dat het kabinet belang hecht aan het onderwerp
van mentale weerbaarheid onder jongeren, maar dat Nederland er ook voor pleit dat
de Raadsconclusies rekening houden met diversiteit in bevoegdheden binnen lidstaten
en het subsidiariteitsbeginsel. Is dat op dit moment voldoende volgens de Staatssecretaris
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport of stelt Nederland specifieke aanpassingen voor?
En zo ja, welke?
De leden van de D66-fractie merken op dat één van de uitkomsten van het Europees Jaar
van de Jeugd (2022) en de Conferentie over de toekomst van de EU2 het verkennen van de mogelijkheid van een EU-jeugdtest was. Het kabinet stelt daarbij
dat ze geen bezwaar heeft tegen het ontwikkelen van zo’n jeugdtest, maar deze niet
op nationaal niveau te hebben. Waarom is Nederland geen proactieve aanjager van zo’n
jeugdtest op Europees en nationaal niveau? Vindt de Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport het niet belangrijk dat de belangen van jongeren en toekomstige generaties
goed meegenomen worden in beleidskeuzes? Hoe verhoudt deze stellingname zich tot de
aangenomen motie van de leden Segers en Jetten3 over het instellen van een generatietoets? Wat is het verschil volgens de Staatssecretaris
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport tussen een jeugdtoets en een generatietoets
vanuit de positie van jongeren?
Sport
De leden van de D66-fractie onderschrijven het belang van een veilige sport voor iedereen,
waar een beleidsdebat over plaatsvindt. Voornoemde leden maken zich zorgen over de
toename van meldingen van grensoverschrijdend gedrag in de afgelopen jaren. Is deze
toename te zien in meerdere landen? Hoe wordt er invulling gegeven aan het Europese
Sportmodel uit november 2021 in concreet beleid om de sport veiliger te maken voor
iedereen? Kan de Minister voor Langdurige Zorg en Sport daar voorbeelden van geven?
De voornoemde leden onderschrijven de oproep van de Minister voor Langdurige Zorg
en Sport dat we van elkaar moeten leren in Europees verband. Kan de Minister voor
Langdurige Zorg en Sport enkele voorbeelden geven van beleid in andere Europese landen
waar Nederland een voorbeeld aan kan nemen om de sport veiliger te maken? Hoe verhoudt
deze discussie zich tot de vraag of de organisatie van grote sporttoernooien kan plaatsvinden
in landen die onveilig zijn voor (vrouwelijke of lhbti4-)sporters en zal Nederland dat punt inbrengen in de discussie?
II Reactie van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de Minister voor
Langdurige Zorg en Sport, de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
en de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I.J.M. Michon-Derkzen, voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap -
Mede ondertekenaar
C.H. Bosnjakovic , adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.