Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden : Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden
36 250 XIV Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2022 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)
Nr. 3
VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 15 december 2022
De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, belast met het voorbereidend
onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm
van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.
De vragen zijn op 5 december 2022 voorgelegd aan de Minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit. Bij brief van 9 december 2022 zijn ze door de Ministers van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit en voor Natuur en Stikstof beantwoord.
Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van
het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
De voorzitter van de commissie, Geurts
De griffier van de commissie, Jansma
Vragen en antwoorden
1
Klopt het dat extern salderen in het kader van stikstof altijd gebeurt op basis van
de natuurvergunning? Kan er voor de uitbreiding of nieuwvestiging van bedrijven ook
extern worden gesaldeerd met de omgevingsvergunning? Waarom wel of waarom niet?
Antwoord
Extern salderen in het kader van stikstof gebeurt op basis van een natuurvergunning
of op basis van een andere milieutoestemming wanneer de saldogever nog niet over een
natuurvergunning (Wnb-vergunning) hoefde te beschikken. Extern salderen is bedoeld
om de stikstofeffecten op Natura 2000-gebieden te mitigeren. De wettelijke basis om
dit te doen is de Wet natuurbescherming en de Algemene wet bestuursrecht. De voorgenomen
vergunningplicht voor intern salderen zorgt ervoor dat activiteiten die op basis van
een andere milieutoestemming opereren vaker een natuurvergunning nodig zullen hebben.
Dit zal er op termijn toe leiden dat extern salderen alleen nog op basis van een natuurvergunning
gebeurt.
2
Indien extern salderen met een omgevingsvergunning mogelijk is, zou het dan in theorie
kunnen dat bijvoorbeeld een stoppende veehouder zijn natuurvergunning aan het ene
project verkoopt en zijn omgevingsvergunning aan een ander, waarbij in beide gevallen
extern wordt gesaldeerd? Zo ja, heeft u signalen ontvangen dat dit in de praktijk
ook gebeurt?
Antwoord
Extern salderen wordt getoetst door het bevoegd gezag. Die houdt in de gaten dat dit
ordentelijk en volgens de beleidsregels gebeurt. Bij extern salderen wordt de natuurvergunning
(of andere milieutoestemming) van de saldogever ingetrokken en de activiteit beëindigd,
zodat dubbel gebruik niet mogelijk is.
3
Kunt u uitsluiten dat ondernemers die hun bedrijf inkrimpen of stoppen dubbel kunnen
verdienen aan hun vergunningen, namelijk door zowel met hun natuurvergunning als hun
omgevingsvergunning extern te salderen? Zo ja, waarom?
Antwoord
Extern salderen wordt getoetst door het bevoegd gezag. Die houdt in de gaten dat dit
ordentelijk en volgens de beleidsregels gebeurt. Bij extern salderen wordt de natuurvergunning
(of andere milieutoestemming) van de saldogever ingetrokken en de activiteit beëindigd,
zodat dubbel gebruik niet mogelijk is.
4
Klopt het dat de tweede tranche van de Maatregel Gerichte Aankoop nog niet is geopend
en dat bijna 185 miljoen euro wordt doorgeschoven naar 2023? Wat is de reden hiervoor?
Wanneer wordt deze subsidieregeling opengesteld en wanneer vinden naar verwachting
de eerste betalingen uit deze regeling plaats?
Antwoord
De MGA1 is verlengd geweest in 2022 en over de MGA2 loopt nog overleg met de provincies
over de toepassing, met inachtneming van de leerervaringen van de MGA1 en de vormgeving
binnen de staatsteunkaders. Begin 2023 verwacht ik hier duidelijkheid over.
5
Klopt het dat uit ex-ante onderzoek is gebleken dat het verdunnen van mest met water
minder stikstofreductiepotentieel heeft dan oorspronkelijk aangenomen? Zo ja, waarom
is er dan alsnog 22 miljoen euro hiervoor doorgeschoven naar latere jaren in plaats
van het hele budget te besteden aan effectievere maatregelen? Wat gebeurt er met de
33,1 miljoen euro die uit de regeling waterbassins is gehaald?
Antwoord
De voorlopige resultaten van het ex-ante onderzoek laten zien dat de maatregel betreffende
het verdunnen van mest minder effectief is. Het is echter nog wachten op de definitieve
resultaten van dit onderzoek. Zodra deze resultaten beschikbaar zijn, zullen deze
aan de Tweede Kamer worden gestuurd. Parallel hieraan wordt momenteel ook gekeken
naar mogelijk effectievere maatregelen en ook waar de overgebleven financiële middelen
uit 2022 (€ 33,1 miljoen) het beste voor kunnen worden ingezet. Besluitvorming over
het doorschuiven van de middelen naar 2023 vindt plaats met de Voorjaarsnota 2023.
6
Staat het Omschakelfonds momenteel open? Zo ja, hoeveel geld is er al uitgegeven uit
het fonds en welke budgetten zijn hiervoor begroot in de komende jaren?
Antwoord
Ja, het Pilot-Investeringsfonds Duurzame Landbouw (IDL), onderdeel van het Omschakelprogramma,
staat op dit moment open. Recent heb ik het fonds verlengd t/m juni 2023, en daarvoor
12 mln. additioneel fondsvermogen beschikbaar gesteld, waarmee het totale fondsvermogen
op 21 mln. uitkomt.
Tot op heden is er voor een bedrag van € 15.529.775 aan aanvragen goedgekeurd door
de beoordelingscommissie van het IDL, daarvan is € 6.853.250 daadwerkelijk al uitgeboekt
naar agrarische ondernemers.
Na het aflopen van de pilot in juni 2023, is er geen budget meer beschikbaar voor
het Omschakelprogramma. Bij het indienen van het Nationaal Strategisch Plan (NSP)
was het noodzakelijk om een budget voor de uitvoeringskosten van het Gemeenschappelijk
Landbouwbeleid (GLB) beschikbaar te stellen. De dekking voor dit budget komt uit de
stikstofenveloppe, Rutte III-middelen voor bronmaatregelen voor het Omschakelprogramma
(zie Kamerstuk 36 120-XIV, nr. 1). Met de Voorjaarsnota 2023 wordt heroverwogen een alternatieve dekkingsbron voor
te stellen. De Kamer zal met Voorjaarsnota 2023 geïnformeerd worden of, en zo ja,
welke alternatieve dekkingsbron is gevonden.
7
Kunt u een overzicht geven van hoeveel structurele financiële ondersteuning nationale
parken in Europees Nederland per hectare hebben ontvangen en hoeveel dit is geweest
in Caribisch Nederland in de afgelopen vijf jaar, los van incidentele ondersteuning
door de COVID-19 pandemie of projectfinanciering?
Antwoord
In Europees Nederland is nauwelijks sprake van structurele financiering door het Rijk
voor de Nationale Parken. De beheerkosten van deze parken worden voor 84% gefinancierd
door betrokken provincies, het restant is voor rekening van de beheerder. Voor educatie
en communicatie is de afgelopen jaren jaarlijks € 1 miljoen ingezet en verdeeld over
alle parken. Voor Caribisch Nederland is dit niet anders; de rijksoverheid geeft geen
structurele financiële ondersteuning aan nationale parken en natuurparken in Caribisch
Nederland op land en in de territoriale wateren. Het openbaar lichaam is verantwoordelijk
voor het beheer van de parken en financiert dit grotendeels middels het heffen van
een gebruiksbelasting. Het nationaal park Sababank is gelegen in de Exclusieve Economische
zone (EEZ) en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) is verantwoordelijk
voor het beheer van dit park (220.000 ha). De kosten van het beheer bedragen circa
€ 200.000 per jaar en die kosten worden gedragen door de LNV-begroting.
8
Zijn pluimveerechten en varkensrechten onderling verhandelbaar? Zo nee, zijn deze
ooit onderling verhandelbaar geweest?
Antwoord
Voor het houden van varkens zijn varkensrechten nodig en voor het houden van pluimvee
zijn pluimveerechten nodig. Bedrijven kunnen op grond van artikel 25 Meststoffenwet
onder voorwaarden pluimveerechten en varkensrechten verhandelen met andere bedrijven.
Daarbij geldt dat varkensrechten niet kunnen worden uitgewisseld voor pluimveerechten
of vice versa. In het verleden bestonden er ongedeelde mestproductierechten voor varkens/kippen,
op basis waarvan zowel kippen als varkens konden worden gehouden (varkensrechten zijn
in 1998 geïntroduceerd en pluimveerechten in 2001).
9
Kan een ondernemer met een ruime natuurvergunning deze gewoon volledig gaan benutten,
ook wanneer hier bijvoorbeeld een extra stal voor moet worden gebouwd of is er dan
sprake van intern salderen? Kunt u gedetailleerd uitleggen hoe dit in zijn werk gaat?
Antwoord
Nee, een initiatiefnemer met een ruime natuurvergunning kan deze niet zomaar volledig
gaan benutten, omdat initiatiefnemers vaak te maken hebben met beperkingen vanuit
andere regelgeving, zoals dierrechten, fosfaatrechten, mestverwerking en milieuregelgeving,
of vanuit financiële en economische omstandigheden. Bij het bouwen van een extra stal
kan sprake zijn van intern salderen. Na de inwerkingtreding van het aangekondigde
wetsvoorstel moet voor intern salderen een vergunning worden aangevraagd en gaan bevoegde
instanties hier voorwaarden aan stellen, bijvoorbeeld aan de ruimte waarmee intern
gesaldeerd mag worden.
10
Hoeveel budget is jaarlijks gereserveerd ter ondersteuning van wildopvangorganisaties?
Welke subsidies of andere vormen van ondersteuning worden hiervoor uitgetrokken?
Antwoord
Er is geen budget gereserveerd ter ondersteuning van wildopvangorganisaties. Wel ga
ik in gesprek met de wildopvangorganisaties om in kaart te brengen of en op welke
manier hun opgaves geadresseerd kunnen worden.
11
Hoeveel budget is gereserveerd voor dierenhulporganisaties?
Antwoord
Er is geen budget gereserveerd voor dierenhulporganisaties. Wel wordt soms subsidie
gegeven aan bepaalde initiatieven zoals het meldpunt hulp voor dieren uit Oekraïne.
12
Hoeveel budget is gereserveerd ter ondersteuning voor dierenasielopvang?
Antwoord
Er is geen budget gereserveerd voor dierenasielen. Dierenasielen ontvangen financiering
vanuit gemeenten vanwege de gemeentelijke zorgplicht voor gevonden huisdieren.
13
Hoeveel boerenbedrijven zijn tot op heden opgekocht in het kader van stikstof? Kunt
u per provincie uitsplitsen om hoeveel bedrijven het gaat? Om hoeveel dieren gaat
het?
Antwoord
In het kader van de 1e tranche van de maatregel gerichte aankoop (MGA-1) lijken met
53 veehouderijen koopovereenkomsten te zijn afgesloten in de provincies Limburg (25),
Gelderland (7), Noord-Brabant (8), Overijssel (6), Drenthe (4), Friesland (2) en Groningen
(1).
De regeling is op 1 december jl. gesloten. Ik ga nu met de provincies de definitieve
balans opmaken ten aanzien van de opbrengst van de regeling en zal uw Kamer daarover
zo spoedig mogelijk berichten.
14
Kunt u toelichten hoeveel boeren het afgelopen jaar zijn uitgekocht en hoeveel grond
hiermee is gemoeid? Hoeveel grond is hierbij vrijgekomen?
Antwoord
In vier provincies (Friesland, Drenthe, Overijssel en Limburg) is in kader van MGA-1
in totaal 153 hectare grond aangekocht; deze wordt direct ingezet voor het Natuur
Netwerk Nederland of wordt ingezet als ruilgrond.
Met de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen (Srv) zijn in totaal 277 varkenshouderijlocaties
beëindigd in de provincies Gelderland (28), Limburg (55), Noord-Brabant (171), Overijssel
(20) en Utrecht (3). De Srv is gefinancierd met middelen uit het coalitieakkoord Rutte
III (€ 120 miljoen), Urgenda (€ 60 miljoen) en middelen uit de structurele aanpak
stikstof (circa € 100 miljoen). Alleen de stikstofwinst die met de middelen uit de
structurele aanpak stikstof is gerealiseerd is (deels) ingeboekt in het Stikstofregistratiesysteem
(SSRS). De stikstofwinst die met de middelen uit het coalitieakkoord en met Urgendamiddelen
is geboekt is volledig ten goede gekomen aan natuur.
15
Hoe verloopt de fiscale afhandeling van de stakingswinst voor vissers die gebruik
maken van de saneringsregeling?
Antwoord
De fiscale afhandeling verloopt voor vissers net als bij iedere andere ondernemer/onderneming.
16
In welke mate komen vissers, die gebruik maken van de saneringsregeling, door de fiscale
afhandeling van de stakingswinst in financiële problemen?
Antwoord
Tot dusver hebben wij geen signalen ontvangen dat vissers door de fiscale afhandeling
van de saneringsregeling in financiële problemen komen.
17
Welke mogelijkheden zijn er om de fiscale afhandeling van de stakingswinst voor vissers
aan te passen? In welke mate kan de belasting op de stakingswinst in delen worden
betaald of worden kwijtgescholden?
Antwoord
Wij zien geen aanleiding om de fiscale afhandeling van de stakingswinst specifiek
voor vissers aan te passen. Voor wat betreft een eventuele betalingsregeling of kwijtschelding
dient de visser zich te wenden tot de bevoegde belastinginspecteur. Wat mogelijk is
voor de visser, is afhankelijk van de specifieke feiten en omstandigheden. Wel blijf
ik uiteraard in gesprek met de sector, ook over deze materie.
18
Hoe wordt voorkomen dat vissers, die gebruik maken van de saneringsregeling, een flinke
schuld overhouden door de fiscale afhandeling van de stakingswinst?
Antwoord
Het is niet mijn verwachting dat een visser die gebruik maakt van de saneringsregeling
met een schuld achterblijft. Ik veronderstel dat een visser geen gebruikmaakt van
de saneringsregeling als hij daardoor achterblijft met een grote schuld.
19
Hoe komt het dat het opdrachtenbudget van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
(NVWA) met 16,9 miljoen euro lager uitvalt?
Antwoord
Een bedrag van € 15,1 miljoen heeft betrekking op de coalitieakkoord middelen voor
het versterken van de NVWA en het verkleinen van de onbalans tussen taken en middelen.
Ondanks het ambitieniveau van de NVWA laat de huidige arbeidsmarkt het niet toe om
het volle bedrag dat in 2022 beschikbaar is gekomen, te kunnen inzetten. Bovendien
zijn de middelen beschikbaar gekomen nadat het jaarplan is opgesteld waardoor niet
maximaal geanticipeerd kon worden op deze additionele middelen.
Er is daarnaast een geprognotiseerde onderuitputting voor 2022 op het opdrachtgevers
budget van per saldo € 1,8 miljoen. Deze onderuitputting is het saldo van niet benodigde
loon en prijsbijstelling in het lopende jaar en enkele tegenvallers.
20
Waaruit bestaat de verhoging van de loon- en prijsbijstelling van 6,1 miljoen euro
bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)?
Antwoord
De loon-en prijsbijstelling heeft betrekking op het totale opdrachtenpakket van het
Ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit aan de Rijksdienst voor Ondernemend
Nederland (RVO). Deze bijstelling op de agentschapsbijdrage RVO wordt toebedeeld als
compensatie voor indexatie van lonen en prijzen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.L. Geurts, voorzitter van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Mede ondertekenaar
R.P. Jansma, griffier
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.