Lijst van vragen : Verslag houdende een lijst van vragen inzake wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (35450-XIII)
2020D21531 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat, belast met het voorbereidend
onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van
een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden. De vragen zijn op 2 juni 2020
voorgelegd aan de regering.
Onder het voorbehoud dat de regering op de gestelde vragen tijdig en genoegzaam zal
hebben geantwoord, acht de commissie de openbare beraadslaging over dit wetsvoorstel
voldoende voorbereid.
De voorzitter van de commissie, Renkema
De griffier van de commissie, Nava
Nr.
Vraag
1
Hoe verhouden de onttrekkingen Urgenda-middelen uit de Voorjaarsnota zich tot de Urgenda-middelen
uit het Jaarverslag? Waar zit overlap en waar betreft het dezelfde middelen dan wel
posten? Kunnen deze middelen, zowel betreffende de Voorjaarsnota als het Jaarverslag
en Slotwet, duidelijk onder elkaar worden gezet met toelichting?
2
Hoeveel miljoen euro wordt ingezet als nadeelcompensatie van de Hemwegcentrale, hoeveel
hiervan gaat naar de werknemers (ingezet als bijvoorbeeld sociaal plan of scholing
of iets dergelijks? Kan worden verduidelijkt waar ten aanzien van deze middelen het
verschil zit tussen het Jaarverslag en Slotwet en deze Voorjaarsnota?
3
Hoeveel miljoen euro wordt ingezet als nadeel voor bedrijven Chemelot en waarom ontvangen
deze bedrijven deze middelen? Om welke bedrijven gaat het precies? Hoeveel hiervan
gaat naar de werknemers (ingezet als bijvoorbeeld sociaal plan of scholing of iets
dergelijks)? Kan worden verduidelijkt waar ten aanzien van deze middelen het verschil
zit tussen het Jaarverslag en Slotwet en deze Voorjaarsnota?
4
Waarom zijn verschillende posten en artikelen om de industrie te ondersteunen in verduurzamingsmaatregelen
niet volledig benut? Wat betekent dit voor de verduurzamingsopgave van deze sector
en de verantwoordelijkheid die ook zij moeten nemen om hun uitstoot drastisch terug
te dringen, met andere woorden, kan deze onderuitputting worden geduid, gezien de
enorme opgave die deze sector te realiseren heeft?
5
Kunt u een totaaloverzicht geven waar SDE/ODE middelen worden uitgegeven die niet
primair gericht zijn op de productie van duurzame energie?
6
Wat voor effect verwacht u wanneer er structureel € 100 mln specifiek zou worden geïnvesteerd
in aquathermie, zowel qua energieopbrengst als CO2-winst?
7
Wat voor effect verwacht u wanneer er structureel € 100 mln specifiek zou worden geïnvesteerd
in geothermie, zowel qua energieopbrengst als CO2-winst?
8
Betreft de verlaging van de PPS-toeslag de algemene PPS-toeslag of de thematische
PPS-toeslag?
9
In welke sectoren of naar welke thema's verwacht u dat er in 2020 minder publiek-private
samenwerkingsprojecten zullen zijn?
10
Hoe worden de middelen van de Eindejaarsmarge Toekomstfonds ingezet?
11
Is het budget voor schadevergoedingen verhoogd met 110.000.000 euro vanwege een toekomstige
stuwmeerregeling? Zo ja, wanneer gaat dit plaatsvinden?
12
Hoeveel heeft de NAM vergoed van vorige stuwmeerregeling? Hoeveel gaat de NAM vergoeden
van eventuele komende stuwmeerregelingen?
13
Is de verwachting dat de schadeafhandeling zal versnellen in 2020? Zo ja, waarop is
die verwachting gebaseerd?
14
Welk percentage van alle kosten voor de schadeafhandeling komt terecht bij gedupeerden?
Hoe staan die kosten in verhouding tot alle overige kosten van de schadeafhandeling?
15
Waardoor wordt het tekort in 2020 op de uitvoeringskosten van RVO.nl veroorzaakt?
Wat zijn de verwachtingen voor 2021? Hoeveel fte telt RVO.nl op dit moment en hoeveel
fte houdt zich bezig met de coronacrisis?
16
Wat gebeurt er met begrotingsmiddelen als de tijdelijke begrotingsreserve CO2-reductie
na 2020 vervalt en de middelen niet (volledig) zijn besteed?
17
Is de gestorte 237 miljoen door de NAM als vergoeding voor schade-uitkeringen voldoende
om alle uitkeringen te dekken?
18
Hoeveel van de 237 miljoen voor schade-uitkeringen is daadwerkelijk gestort op de
rekeningen van inwoners in Groningen?
19
Waarvoor zijn de extra middelen voor de «Topsectoren overig» voor bedoeld?
20
Waarom is de inschrijving op ESA-programma's naar voren gehaald?
21
Waarom is de inschrijving op het AI-programma naar voren gehaald?
22
Welke instellingen of organisaties komen in aanmerking voor het Toekomstfondskrediet
Onderzoeksfaciliteiten?
23
Waarmee onderbouwt u uw verwachting dat er ondanks de coronacrisis behoefte is aan
extra middelen voor de Vroegefasefinanciering?
24
Wat zijn de effecten voor beleid en uitgaven rondom het toekomstfonds nu er vanaf
2023 geen aardgasbaten meer voorzien worden?
25
Aan welke voorwaarden beoordeelt u elke geplande kasschuif aan SDE/ODE-middelen?
26
Kunt u een totaaloverzicht geven van SDE/ODE-middelen die niet primair gericht worden
uitgegeven ter bevordering van de productie van duurzame energie?
27
Klopt het dat u voornemens bent 241 mln. euro aan SDE-middelen over te hevelen aan
het ministerie I&W in het kader van de scheepvaartveiligheid? Welk afwegingskader
hanteert u bij beslissingen om vanuit SDE-middelen uitgaven te doen aan flankerende
maatregelen met betrekking tot duurzame energie?
28
Voor welke rijksbrede problematiek zullen de 680 mln. euro aan middelen die vanuit
EZK worden overgeheveld naar de algemene middelen worden ingezet?
29
Kunt u uitgebreid toelichten waarom het nodig is om 680 mln. euro vanuit de SDE+ over
te hevelen naar de algemene middelen en wat hiervan de details zijn? Komt dit bedrag
uiteindelijk weer ten goede voor het stimuleren van duurzame energie? Hoe verhoudt
dit zich tot de enorme opgave en kosten die met de energietransitie gemoeid gaan?
30
Klopt het dat u voornemens bent 241 mln. euro aan SDE-middelen over te hevelen aan
het ministerie I&W in het kader van de scheepvaartveiligheid? Welk afwegingskader
hanteert u bij beslissingen om vanuit SDE-middelen uitgaven te doen aan flankerende
maatregelen met betrekking tot duurzame energie?
31
Waarvoor was de 680 mln euro gereserveerd, die in 2021 wordt overgeheveld naar de
algemene middelen als bijdrage van EZK en waardoor is deze niet uitgegeven? Welk deel
van de te behalen doelen uit het klimaatakkoord of van de energietransitie zou dit
dekken? Komt dit bedrag op den duur weer ten goede aan de SDE en het behalen van de
klimaatdoelstellingen of energietransitie?
32
Wanneer en op welke wijze kunnen mkb-bedrijven een beroep doen op de 100 mln. euro
aan middelen waarmee de ISDE wordt opgehoogd voor het stimuleren van de opwek van
duurzame energie door het mkb?
33
Klopt het dat in de SDE+-middelen een begrotingsreserve ontstaan van 3,87 mld. euro
aan het einde van 2020? Hoe is dit bedrag te verklaren?
34
Waardoor zijn de in 2019 niet-benutte Urgenda middelen ontstaan? Welke programma’s
hebben geen doorgang kunnen vinden en waarom niet? Waar zullen de volgende overgehevelde
bedragen aan besteed worden: 26,1 mln. euro (artikel 2), 12,5 mln. euro (LNV) en 27,6
mln. euro (BZK)?
35
Kan worden gespecificeerd hoe de verwachte storting van 950 mln. euro in de begrotingsreserve
duurzame energie is opgebouwd?
36
Herinnert u zich dat afgelopen jaren 398 mln. euro aan de begrotingsreserve duurzame
energie is onttrokken met de toezegging dit vanaf 2021 terug te zullen storten? Staat
deze toezegging nog?
37
Hoe ziet het besluitvormingsproces omtrent het inzetten van de middelen uit de Begrotingsreserve
Duurzame energie eruit? Waar kunnen deze middelen wel en niet voor worden ingezet?
38
Kunt u een overzicht geven van de onttrekkingen aan de begrotingsreserve duurzame
energie die in het afgelopen jaar plaats hebben gevonden en daarin aangeven waar dit
geld naar toe is gegaan?
39
Kunt u een gespecificeerde berekening delen met de Kamer op basis waarvan u 950 mln
euro in de begrotingsreserve duurzame energie wilt storten?
40
Wat is de stand van zaken van de beloofde terugstorting van 398 miljoen (uit de begrotingsreserve
duurzame energie) vanaf 2021? Wat is het voorgenomen tijdpad van de terugstorting?
41
Waaruit bestaan de geraamde onttrekkingen vanuit de begrotingsreserve maatregelen
voor CO2-reductie? Voor welke maatregelen zullen deze onttrekkingen worden ingezet
door de betreffende ministeries?
42
Kunt u een gespecificeerde berekening delen met de Kamer op basis waarvan u 950 mln.
euro in de begrotingsreserve duurzame energie wilt storten?
43
Waardoor is er 950 mln. euro aan onbenutte middelen? Welke programma’s hebben geen
doorgaan kunnen vinden? Waarvoor was dit geld gereserveerd en waar zal het aan worden
besteed? Hoeveel geld is er nodig om de klimaatdoelen en energietransitie te bekostigen?
44
Wat gebeurt er met begrotingsmiddelen als de tijdelijke begrotingsreserve CO2-reductie
na 2020 vervalt en de middelen niet (volledig) zijn besteed?
45
Wat is de juridische houdbaarheid van de tijdelijke begrotingsreserve CO2-reductie?
46
Wat gebeurt er met begrotingsmiddelen als de tijdelijke begrotingsreserve CO2-reductie
na 2020 vervalt en de middelen (deels) niet zijn besteed?
47
Kan aangegeven worden waaraan 3,3 mln. euro wordt uitgegeven voor het ACVG?
48
In hoeveel plannen van de gemeenten zijn de middelen voor de verduurzamingsopgave
opgenomen? Hoe wordt de verdeling van dat geld geregeld?
49
Kan overzichtelijk gemaakt worden hoe de geldstromen lopen betreffende het BTW-nadeel
van de NAM nu zij geen opdrachtgever meer zijn?
50
Waarom zijn de verwachte schadebetalingen en uitvoeringskosten voor Groningen verhoogd?
51
Waar zijn de extra middelen voor de Groningen op gebaseerd en voor bedoeld?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.J.T. Renkema, voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat -
Mede ondertekenaar
D.S. Nava, griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.