Advies Afdeling advisering Raad van State en Nader rapport : Advies Afdeling advisering Raad van State en Nader rapport
35 424 Regels voor het tijdelijk voorzien in besluitvorming via digitale weg door besturen van provincies, gemeenten, waterschappen en de openbare lichamen Bonaire en Saba (Tijdelijke wet digitale beraadslaging en besluitvorming provincies, gemeenten, waterschappen en de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba)
Nr. 4 ADVIES AFDELING ADVISERING RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT1
Hieronder zijn opgenomen het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
d.d. 30 maart 2020 en het nader rapport d.d. 30 maart 2020, aangeboden aan de Koning
door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het advies van de
Afdeling advisering van de Raad van State is cursief afgedrukt.
Bij Kabinetsmissive van 27 maart 2020, no. 2020000669, heeft Uwe Majesteit, op voordracht
van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, bij de Afdeling advisering
van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet, houdende
regels voor het tijdelijk voorzien in besluitvorming via digitale weg door besturen
van provincies, gemeenten, waterschappen en de openbare lichamen Bonaire en Saba (Tijdelijke
wet digitale beraadslaging en besluitvorming provincies, gemeenten, waterschappen
en de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba), met memorie van toelichting.
Het wetsvoorstel strekt ertoe om gedurende de uitbraak van het nieuwe corona-virus
(Covid-19) de mogelijkheid te openen dat vergaderingen van volksvertegenwoordigers
(provinciale staten, gemeenteraden, algemeen besturen van waterschappen en de eilandsraden)
via digitale weg plaatsvinden. Er kan dan tevens via digitale weg worden gestemd.
De Afdeling advisering van de Raad van State onderschrijft de noodzaak van deze maatregelen,
gelet op de beperkingen die door Covid-19 in acht moeten worden genomen. Zij heeft
waardering voor de snelheid waarmee dit wetsvoorstel tot stand is gebracht. Zij maakt
nog een enkele opmerking over het vervallen van de tijdelijke wet en de uitvoerbaarheid voor de eilandsraden.
In verband daarmee is aanpassing wenselijk van het wetsvoorstel en de toelichting.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 27 maart 2020, nr. 2020000669,
machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake
het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies,
gedateerd 30 maart, no. W04.20.0081/I bied ik U hierbij aan.
1. Vervallen van de Tijdelijke wet
Zoals de toelichting terecht stelt is dit wetsvoorstel nadrukkelijk een tijdelijke
afwijking. Het is niet bedoeld om afbreuk te doen aan het principiële uitgangspunt
dat de belangrijkste besluitvorming plaatsvindt in een openbare fysieke vergadering
van de decentrale volksvertegenwoordiging. Het uitzonderlijke karakter van de huidige
situatie rechtvaardigt een tijdelijke afwijking van deze hoofdregel.2
Het voorgaande betekent dat de tijdelijke wet dient te vervallen zodra dit mogelijk
is. Er moet immers zo snel mogelijk weer worden teruggekeerd naar het normale functioneren
van de volksvertegenwoordigingen. In dat licht valt op dat het voorstel slechts regelt
dat het vervalt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. De toelichting
merkt hierover op dat het op dit moment nog niet te voorzien valt wanneer vergaderingen
van decentrale volksvertegenwoordigingen weer normale doorgang kunnen vinden. Om te
voorkomen dat het wetsvoorstel telkens verlengd moet worden, wordt daarom geen bepaling
opgenomen die deze wet op een vooraf bepaald moment laat vervallen. Wel is in de citeertitel
van het wetsvoorstel opgenomen dat dit een tijdelijke voorziening betreft. Op het
moment dat vergaderingen weer normaal kunnen plaatsvinden, wordt deze wet bij koninklijk
besluit ingetrokken, aldus de toelichting.3
De Afdeling onderkent dat het niet wenselijk is om een wettelijke bepaling omtrent
het vervallen van de Tijdelijke wet te formuleren die uitsluitend verlenging via een
nieuwe wet mogelijk zou maken. De voorgestelde bepaling is echter onbepaald, gelet
op het principiële karakter van de maatregelen. De Afdeling adviseert daarom in de
Tijdelijke wet te bepalen dat deze op een bepaald, in het voorstel vastgelegd moment
vervalt; op 1 juni, aansluitend bij het beleid van het kabinet inzake evenementen,
of een andere beargumenteerde termijn. Vervolgens kan die termijn bij koninklijk besluit
steeds met ten hoogste zes weken worden verlengd. Dit zorgt ervoor dat met enige regelmaat
moet worden bezien of de noodmaatregelen nog noodzakelijk zijn en in stand moeten worden gehouden, zonder dat voor
verlenging steeds een nieuwe wet mogelijk is.
De Afdeling adviseert het wetsvoorstel in die zin aan te passen.
Het voorstel regelt ook voor de vergaderingen van de eilandsraden van Bonaire, Sint
Eustatius en Saba dat deze via digitale weg kunnen plaatsvinden. De toelichting gaat
echter met betrekking tot de uitvoerbaarheid van het voorstel en de ondersteuning
die daarbij van rijkswege zal worden geboden, uitsluitend in op gemeentes, provincies
en waterschappen.4 Ook bij de organisaties waarmee over het voorstel overleg is gevoerd worden de bestuurscolleges
van de eilanden, noch de eilandsraden genoemd.5 Gelet op eventueel maatwerk voor de eilanden had voorafgaand overleg wel in de rede
gelegen. Zonder dit overleg is niet duidelijk of het voor de eilandsraden mogelijk
zal zijn om deze bepalingen in de praktijk effectief toe te passen omdat, zoals de
toelichting stelt, het hiervoor in ieder geval noodzakelijk is dat ieder lid over
de technische middelen beschikt.6 Niet wordt toegelicht of, en zo ja op welke wijze de Minister de eilandsraden hierin
zal ondersteunen.
De Afdeling adviseert in de toelichting op het voorgaande in te gaan.
De Afdeling benadrukt dat deze tijdelijke wet dient te vervallen zodra dit mogelijk
is. De Afdeling adviseert in het voorstel een moment op te nemen waarop de wet vervalt,
bijvoorbeeld op 1 juni 2020, aansluitend bij het beleid van het kabinet inzake evenementen,
of een andere beargumenteerde termijn, met een mogelijkheid deze termijn steeds bij
koninklijk besluit voor een periode van ten hoogste zes weken te verlengen.
De regering onderschrijft de tijdelijkheid van onderhavig wetsvoorstel. De fysieke
vergadering blijft de hoofdregel, waar slechts in deze uitzonderlijke situatie van
afgeweken dient te worden in verband met de bescherming van de volksgezondheid. Daarom volgt de regering het advies van de Afdeling om
een termijn in de wet op te nemen. Een termijn is moeilijk vast te stellen. Nu het
gewenst is hierin niet te vaak te hoeven aanpassen en om de volksvertegenwoordigingen
in de gelegenheid te stellen zo nodig ten minste tot en met het zomerreces het besluitvormingsproces
op deze wijze in te richten, kiest de regering daarbij voor de datum van 1 september
2020. Deze termijn kan zo nodig telkens bij koninklijk besluit verlengd worden, steeds
met ten hoogste twee maanden. Daarbij dient te worden benadrukt dat het wetsvoorstel
een digitale vergadering mogelijk maakt, maar deze geenszins verplicht. Ook zonder
het vervallen van deze wet, hoort de volksvertegenwoordiging weer tot een fysieke
vergadering over te gaan zodra de situatie dat toelaat. Het moment waarop de door
het kabinet afgekondigde maatregelen vervallen dan wel wijzigen, geeft daarvoor in
de huidige onzekere omstandigheden de meeste indicatie.
De Afdeling advisering maakt voorts opmerkingen over de toepasselijkheid en de uitvoerbaarheid
van het wetsvoorstel op de openbare lichamen Bonaire en Saba. De regering heeft overwogen
dat het wetsvoorstel een mogelijkheid biedt die aan de verschillende volksvertegenwoordigingen
gelijkelijk wordt toegekend. Daarbij is onderkend dat dit niet voor alle organen op
deze korte termijn ook technisch uitvoerbaar zal zijn, gelet op de wettelijke waarborgen.
Daarom is een ondersteuningsprogramma ingericht dat decentrale overheden helpt bij
de implementatie van het wetsvoorstel. Daarbij zal uiteraard ook aandacht zijn voor
de eilandsraden.
Hoewel het voorstel op het moment dat het wetsvoorstel voor advies aanhangig werd
gemaakt nog niet officieel was geconsulteerd bij de openbare lichamen, is inmiddels
bekend dat in het openbaar lichaam Saba een eerste digitale informatiebijeenkomst
van de eilandsraad heeft plaatsgevonden en dat het initiatief voor het wetsvoorstel
wordt ondersteund. Er zijn geen signalen dat de toepasbaarheid en uitvoerbaarheid
op de openbare lichamen tot overwegende problemen zal leiden. Niettemin zal vanuit
het ministerie bijzondere aandacht naar de eilanden uitgaan.
2. Redactionele bijlage
De Afdeling verwijst naar de bij dit advies behorende redactionele bijlage.
Van de gelegenheid is gebruik gemaakt nog enkele redactionele verbeteringen door te
voeren.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft een aantal opmerkingen bij het
voorstel en adviseert daarmee rekening te houden voordat het voorstel bij de Tweede
Kamer der Staten-Generaal wordt ingediend.
De vice-president van de Raad van State,
Th.C. de Graaf
Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde voorstel van wet en de memorie van toelichting
aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops
Redactionele bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
betreffende no. W04.20.0081/I
– In art. 2.5, eerste lid, de term «schriftelijke» vervangen door: geheime.
Ondertekenaars
-
, -
Eerste ondertekenaar
Th.C. de Graaf, vicepresident van de Raad van State -
Mede ondertekenaar
R.W. Knops, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 32 | Voor |
PVV | 20 | Voor |
CDA | 19 | Voor |
D66 | 19 | Voor |
GroenLinks | 14 | Voor |
SP | 14 | Voor |
PvdA | 9 | Voor |
ChristenUnie | 5 | Voor |
50PLUS | 4 | Voor |
PvdD | 4 | Voor |
DENK | 3 | Voor |
SGP | 3 | Voor |
FVD | 2 | Voor |
Van Haga | 1 | Voor |
Van Kooten-Arissen | 1 | Voor |
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.