Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over deelname NFIA in het tax committee van het AmCham (Kamerstuk 32637-376)
2020D07777 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Financiën heeft op 21 februari 2020 enkele vragen en opmerkingen
aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat voorgelegd over de op 2 juli 2019
door hem toegezonden brief inzake «Deelname Netherlands Foreign Investment Agency (NFIA) in het tax committee van de American
Chamber of Commerce in the Netherlands (AmCham) (Kamerstuk 32 637, nr. 376).
De voorzitter van de commissie, Anne Mulder
Adjunct-griffier van de commissie, Freriks
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de VVD
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de brief «Deelname
NFIA in het tax committee van het AmCham» en hebben enkel een aantal opmerkingen.
De leden van de VVD-fractie zijn van mening dat de dialoog tussen de overheid en de
praktijk gevoerd moet blijven worden. In het belang van een goed vestigingsklimaat
hecht de VVD-fractie aan de functie van de Netherlands Foreign Investment Agency (NFIA)
en de rol die de NFIA speelt ten bate van onze economische ontwikkeling. Goede promotie
en een uitgebreid netwerk heeft een positieve invloed op de aantrekkingskracht van
het Nederlandse vestigingsklimaat. De NFIA opereert transparant en bemoeit zich niet
inhoudelijk met andere activiteiten. Hierbij moeten de relaties zakelijk en professioneel
blijven. De leden van de VVD-fractie ondersteunen de lijn van het kabinet ten behoeve
van de invulling van de NFIA.
Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van D66
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de beantwoording van de schriftelijke
vragen van de leden Van Weyenberg (D66) en Leijten (SP) over ambtenaren die deelnemen
aan belastingcommissies van lobbyclubs van buitenlandse bedrijven. Deze leden delen
dat een dialoog tussen de overheid en maatschappelijke organisaties, belangenorganisaties
en bedrijven waardevol is, maar zijn van mening dat Nederlandse ambtenaren niet als
vaste deelnemer aan overleggen van belastingcomités van lobbyclubs zouden moeten deelnemen.
Deelt de Minister de mening dat het ongewenst is dat Nederlandse ambtenaren, in welke
rol dan ook, als vaste deelnemer deelnemen aan overleggen van lobbyclubs, bijvoorbeeld
lobbyclubs van buitenlandse bedrijven? Zo nee, waarom niet? Aanvullend hebben deze
leden de volgende opmerkingen en vragen.
De leden van de D66-fractie merken op dat de Minister spreekt van een toehoordersrol,
maar ook aangeeft dat er naast een signaalfunctie sprake is van een promotiefunctie.
Hoe verhouden deze functies zich eigenlijk tot elkaar? Hoe weet een ambtenaar nu welke
functie hij aan moet nemen? Vervult één en dezelfde persoon zowel een signaal- als
promotiefunctie, of zijn deze functies strikt gescheiden? De leden van de D66-fractie
lezen dat de desbetreffende toehoorder zou bijdragen aan het creëren van draagvlak
onder de andere deelnemers van het overleg. Deze leden vragen of het creëren van draagvlak
volgens de Minister beter past bij de signaalfunctie of promotiefunctie en of het
creëren van draagvlak past bij de rol van toehoorder.
De leden van de D66-fractie constateren dat het Ministerie van Economische Zaken en
Klimaat (EZK) en AmCham meerdere malen samen dinerbijeenkomsten hebben georganiseerd.
Ook constateren deze leden dat het Ministerie van EZK deze diners vroeger in zijn
geheel financierde.1 Deze leden vragen in welke jaren het Ministerie van EZK en/of de NFIA financieel
heeft bijgedragen aan deze diners. Kunt u een uitputtend overzicht geven van de jaarlijkse
financiële bijdragen aan het organiseren van deze diners? Hoe zijn deze bijdragen
terug te vinden in de eerdere begrotingen van het Ministerie van EZK? Hoe oordeelt
u over de bijdragen van het ministerie aan de organisatie van deze diners? Kunt u
ook aangeven met welke belangenorganisaties het Ministerie van EZK nog meer dergelijke
dinerbijeenkomsten organiseert en heeft georganiseerd? Welke financiële bijdragen
heeft het Ministerie van EZK en/of de NFIA hiervoor geleverd? De leden van de D66-fractie
vragen op basis van welke criteria is overgegaan tot het geheel of gedeeltelijk financieren
van dergelijke dinerbijeenkomsten. Deze leden vragen hoe het besluit, om dergelijke
dinerbijeenkomsten te financieren, is gecommuniceerd met de Tweede Kamer. De leden
van de D66-fractie vragen waarom de Minister bij de eerdere beantwoording enkel wijst
op incidentele deelnamekosten tussen 2015 en 2017 voor diners waar de NFIA aan deelnam
en een éénmalige financiële bijdrage voor een netwerkseminar in 2015. Waarom heeft
de Minister niet direct inzicht gegeven in de bijdragen van het Ministerie van EZK
aan de organisatie van de dinerbijeenkomsten die het ministerie geheel of gedeeltelijk
heeft gefinancierd?
De leden van de D66-fractie lezen in de begroting dat de dienstverlening van de NFIA
bestaat uit «advies, informatievoorziening en praktische assistentie en discrete toegang
tot een breed netwerk van zakelijke partners en overheden».2 Ook andere bronnen1 wijzen op de snelle assistentie die de NFIA kan bieden wanneer
bedrijven een uitbreiding of vertrek overwegen. Kunt u uiteenzetten over wat voor
informatie en assistentie dit gaat? Kunt u nader toelichten waarom deze toegang discreet
moet zijn?
De leden van de D66-fractie lezen dat de verslagen van de reguliere overleggen van
het belastingcomité van AmCham van de vaste deelnemer van de NFIA niet openbaar zijn.
Deze leden vragen of deze verslagen wel aanwezig zijn. Deze leden vragen de Minister
om de Kamer te informeren over de, niet bedrijfsvertrouwelijke, hoofdpunten uit deze
overleggen. De leden van de D66-fractie vragen of, in aanvulling op de deelname van
de NFIA aan de tax committee, de rijksoverheid in enige vorm deelneemt aan andere
reguliere overleggen van AmCham.
De leden van de D66-fractie constateren dat de executive director van AmCham zitting
neemt in de werkgroep Vestigingsklimaat die wordt voorgezeten door een ambtenaar.3 Is deze werkgroep Vestigingsklimaat een ambtelijke werkgroep? Zitten hier meer vertegenwoordigers
van externe belangenorganisaties en commerciële organisaties in? Is deze werkgroep
nog steeds actief? Sinds wanneer neemt AmCham zitting in deze werkgroep? Is deze werkgroep
onderdeel van het Internationaal Strategisch Overleg Nederland of gaat het om een
andere werkgroep? De leden van de D66-fractie vragen of er ook vergelijkbare ambtelijke
werkgroepen zijn voor de aanpak van belastingontwijking- en ontduiking, één van de
andere fiscale prioriteiten van dit kabinet. Deze leden vragen of daar ook externe
belangenorganisaties, waaronder ngo’s die zich inzetten voor het beperken van belastingontwijking
en -ontduiking, vertegenwoordigd zijn. De leden van de D66-fractie vragen of Nederlandse
ambtenaren als vaste deelnemer, in welke rol dan ook, deelnemen aan reguliere overleggen
van maatschappelijke organisaties en belangenorganisaties die zich inzetten voor de
aanpak van belastingontwijking- en ontduiking. Deze leden vragen of de Minister kan
bevestigen dat de aanpak van belastingontwijking- en ontduiking net als lagere lasten
op arbeid, en aantrekkelijk vestigingsklimaat, verdere vergroening en goede uitvoerbaarheid
van het belastingstelsel de vijf beleidsprioriteiten van dit kabinet zijn als het
gaat om het belastingstelsel.
Tot slot lezen de leden van de D66-fractie in de begroting van het Ministerie van
EZK dat de evaluatie van de NFIA in 2019 zou worden afgerond.4 Klopt het dat deze evaluatie nog niet is afgerond? Wanneer wordt de evaluatie en
de kabinetsappreciatie naar de Tweede Kamer gestuurd? Op welke wijze wordt daarbij
ingegaan op de doelstellingen, doeltreffendheid en doelmatigheid van de NFIA? Welk
deel van de bijdragen aan agentschappen en RVO, zoals opgenomen in de begroting van
EZK, is gereserveerd voor de NFIA? Hoe heeft deze bijdragen zich over de periode van
2010 tot en met heden ontwikkeld?
Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van GL
De leden van de fractie van GroenLinks vragen de Minister of hij in beeld kan brengen
hoe het speelveld eruitziet op fiscaal lobbygebied. Hoe vaak spreekt de NFIA bijvoorbeeld
met ngo’s en andere organisaties die pleiten voor eerlijkere belastingen voor multinationals?
Hoe vaak spreekt de NFIA met lobbyisten die pleiten voor lagere belastingen voor multinationals?
Kunnen deze vragen ook beantwoord worden voor ambtenaren in het algemeen (EZK, Financiën,
etc.)?
De leden van de fractie van GroenLinks vragen de Minister of hij het speelveld op
fiscaal lobbygebied evenwichtig vindt. Zo ja, waarom?
Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de SP
De leden van de SP-fractie lezen in de reactie van de Minister dat de NFIA tot taak
heeft buitenlandse bedrijven te helpen en te adviseren over hun activiteiten in Nederland
en dat goede contacten met diverse partijen daarbij vereist zijn. Deze leden verbazen
zich erover dat advisering aan de Amerikaanse, Japanse, Duitse, Britse, Franse, Chinese,
Zuid-Afrikaanse en Poolse kamers van koophandel over het Nederlandse fiscale klimaat
daaronder wordt geschaard. Zij merken op dat de toehoordersrol waarover de Minister
spreekt als het gaat om de aanwezigheid bij overleggen van de Amerikaanse kamer van
koophandel ruim wordt opgevat als hier ook aan duiding van ontwikkelingen op het gebied
van het vestigingsklimaat wordt gedaan. Zij vragen de Minister in welke mate regeringsbeleid
in de afgelopen jaren is beïnvloed door wat het NFIA heeft vernomen bij deze bijeenkomsten,
bijvoorbeeld bij de grillige beleidskeuzes omtrent de afschaffing van de dividendbelasting.
Deze leden vragen de Minister waarom een dergelijke bijzondere positie is gecreëerd
voor deze groep bedrijven en of hij van mening is dat een dergelijke toehoordersrol
ook zou moeten gecreëerd voor burgers die ontevreden zijn over de ontwikkelingen van
het Nederlandse fiscale vestigingsklimaat.
De leden van de SP-fractie vragen de Minister, in reactie op de beantwoording van
vragen van de leden Van Weyenberg en Leijten, om een uiteenzetting van de frequentie
van deelname aan de belastingoverleggen van de verschillende buitenlandse kamers van
koophandel en sinds wanneer aan deze overleggen wordt deelgenomen. Tevens vragen deze
leden in hoeverre de Nederlandse Kamer van Koophandel dergelijke overleggen in het
buitenland organiseert en in hoeverre aan politieke beïnvloeding wordt gedaan. Welke
verslaglegging wordt gedaan, hoe wordt de informatie gedeeld met de diverse betrokken
departementen en hoe wordt politieke controle van deze processen mogelijk gemaakt?
Deze leden vragen om het geheim verklaren van deze informatie nader te beargumenteren
indien zij deze vragen niet wenst te beantwoorden.
De leden van de SP-fractie vragen de regering in hoeverre de multinationale ondernemingen
die bij de diverse belastingoverleggen aanwezig zijn om over het Nederlandse fiscale
vestigingsklimaat te praten met vertegenwoordigers van de Nederlandse rijksoverheid
ook reeds vertegenwoordigd zijn via de werkgeverskoepels VNO-NCW en MKB-Nederland
en het zeer uitgebreide landschap van vakorganisaties dat Nederland rijk is en waarom
deze een andere behandeling krijgen. Welk deel van deze bedrijven is niet dusdanig
substantieel gevestigd in Nederland dat het zich enkel bij de belastingoverleggen
van de Kamers van Koophandel heeft aangesloten en deelt zij daarmee de conclusie dat
deze bedrijven enkel in Nederland gevestigd zijn om fiscale redenen?
De leden van de SP-fractie vragen de regering of uit de contacten van het NFIA met
de diverse kamers van koophandel contacten tussen bedrijven en departementen zijn
voortgekomen en of het NFIA advies heeft gegeven aan deelnemers aan de belastingoverleggen
over verlaging van de grondslag voor de vennootschapsbelasting.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. (Anne) Mulder, voorzitter van de vaste commissie voor Financiën -
Mede ondertekenaar
J.F.C. Freriks, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.