Lijst van vragen : Lijst van vragen over het Bijlagenboek bij de Nota over de toestand van ’s Rijks Financiën (Kamerstuk 35300-2)
2019D37026 LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Financiën heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister
van Financiën over het Bijlagenboek bij de Nota over de toestand van ’s Rijks Financiën
(Miljoenennota 2020) (bijlagenboek Kamerstuk 35 300, nr. 2).
De voorzitter van de commissie, Anne Mulder
De adjunct-griffier van de commissie, Schukkink
Nr
Vraag
1.
Wat zijn de totale inkomsten van box 1, box 2 en box 3 van de inkomstenbelasting?
2.
Wanneer verwacht het kabinet de toegezegde uitsplitsing van de fiscale regelingen
binnen de Vennootschapsbelasting (Vpb) en de uitsplitsing tussen grootbedrijf en mkb
naar de Kamer te kunnen sturen?
3.
Waarom is ervoor gekozen om de uitgavenkaders te corrigeren voor lagere uitgaven in
2019, in plaats van de ruimte te gebruiken voor investeringen?
4.
Waarom zijn de aanpassingen aan de uitgavenplafonds en het inkomstenkader niet conform
de begrotingsregels onderbouwd? Kunt u alsnog een onderbouwing van deze aanpassingen
geven? Kunt u inzichtelijk maken hoe de wijzigingen in de uitgavenplafonds en het
inkomstenkader op de middellange termijn uitwerken in een meerjarige tabel tot 2030?
5.
Waarom is het uitgavenplafond van het budgettair kader Zorg wel verlaagd, maar is
er nog steeds € 0,4 miljard ruimte onder het plafond gehouden?
6.
Op basis van welk criterium is bepaald of voor een bepaalde uitgave, in afwijking
van de begrotingsregels, het plafond is gecorrigeerd in deze Miljoenennota?
7.
Waarom hebben extra middelen voor de woningmarkt wel tot een correctie van het plafond
geleid en zijn de middelen voor bijvoorbeeld capaciteitsdoelstellingen NAVO, de rechtspraak
of de asielketen op de reguliere wijze onder het plafond ingepast?
8.
Welke kadercorrecties worden gedaan naar aanleiding van kasschuiven en welke wegens
andere reden? Kunt u dit per kader en per oorzaak weergeven?
9.
Kunt u een uitsplitsing en toelichting geven op de posten en projecten van de reeks
«bereikbaarheid, defensie en in=uittaakstelling», in tabel 1.3 van de bijlage Miljoenennota,
waarbij er ruim € 1,8 miljard wordt doorgeschoven naar latere jaren?
10.
Kunt u van de reeks «overige uitgavenmutaties» in tabel 1.3 van de bijlage Miljoenennota,
die ertoe leidt dat het uitgavenplafond Rijksbegroting voor zo’n € 1,4 miljard wordt
verlaagd in 2019 t/m 2021, uitsplitsen in onderliggende posten? Kunt u daarbij per
mutaties aangeven wat de ratio is dat hiervoor het plafond wordt aangepast?
11.
Welke uitgaven van deze miljardenschuif gaan betaald worden van de naar 2023 doorgeschoven
€ 0,5 miljard en de naar 2024 doorgeschoven € 1,1 miljard in 2024? Welke zekerheid
is er dat voorziene doorgeschoven uitgaven voor defensie en bereikbaarheid in die
jaren wel gedaan kunnen en zullen worden? Wat betekent het doorschuiven van vertraagde
projecten voor de flexibiliteit van de begroting in een volgende regeerperiode?
12.
Klopt het dat er een in=uittaakstelling van € 913 miljoen in 2020 en € 1,0 miljard
in 2021 in de boeken was verwerkt omdat bij de vorige Miljoenennota onderuitputting
uit 2018 bij het Infrastructuurfonds en Defensie was doorgeschoven? Zijn voor het
wegstrepen van deze taakstelling de plafonds gecorrigeerd? Zo ja, wat is daarvan de
ratio en is vorig jaar bij de Miljoenennota 2019 niet direct gekozen voor correctie
van de plafonds voor kasritmemutaties?
13.
Klopt het dat van de in=uittaakstelling uit hoofde van de eindejaarsmarges nog € 556
miljoen in 2019 open staat? Zo ja, is bij het doorschuiven van middelen uit 2019 naar
latere jaren rekening gehouden met het feit dat in 2019 nog ruim een half miljard
euro onderuitputting moet worden gevonden in 2019?
14.
Wat zijn de financiële gevolgen van het recente volumebesluit Groninger gas vanaf
2022 voor de begroting?
15.
Kunt u de zin op p. 7 van de bijlage bij de Miljoenennota, «zo wordt er € 305 miljoen
aan lastenverlichtende maatregelen gedekt uit de ruimte onder het uitgavenplafond
2020», nader toelichten?
16.
Waarvoor worden de middelen voor de capaciteitsdoelen NAVO concreet ingezet? Hoe is
de hoogte van deze bedragen, die uiteindelijk oplopen tot € 461 miljoen in 2024, bepaald?
17.
Kunt u specifiek ingaan op de opmerking van de Raad van State dat het moeilijk is
een overzicht van alle aanpassingen in het inkomstenkader te krijgen, de aanpassingen
de inzichtelijkheid van de begroting niet ten goede komen en de aanpassingen afbreuk
doen aan de begrotingsregels van het kabinet?
18.
Wat is de verklaring van het grote verschil tussen de ontwerpbegroting 2020 en de
vermoedelijke uitkomsten 2019 waar het gaat om de energiebelasting? Idem voor de dividendbelasting?
19.
Welke ramingsvergelijkingen zijn recentelijk herzien? Op basis waarvan? Welke ramingsvergelijkingen
zijn, bij toetsing na realisatie, het meest en het minst valide? Waarom?
20.
Op welke manier heeft u de aanbeveling van de Commissie toetsing systematiek raming
van de belasting- en premieontvangsten over het beschikbaar stellen van meer aangifte-
en aanslaggegevens opgevolgd?
21.
Op welke manier heeft u de aanbeveling van de Commissie toetsing systematiek raming
van de belasting- en premieontvangsten over het vastleggen van verschillen tussen
geraamde en gerealiseerde budgettaire effecten van beleidsmaatregelen en de oorzaken
daarvan opgevolgd?
22.
Kan worden toegelicht wat de stand van zaken is ten aanzien van de verbeteringen in
de saldibalansen van departementen, zodat ook de bezittingen en schulden daarin worden
meegenomen? Op welke wijze zouden de saldibalansen van departementen tot meer inzicht
in de noodzakelijke investeringen in onderhoud en verwerving leiden?
23.
Kunt u precies aangeven hoeveel de afzonderlijke staatsdeelnemingen toe- of afnamen
in 2018 en 2019?
24.
Kunt u voor de Algemene Financiële Beschouwingen uitsluitsel geven of het mogelijk
is de houdbaarheidssommen van het CPB voortaan jaarlijks in de Macro Economische Verkenningen
en de Miljoenennota te actualiseren, zodat daar waar het EMU-saldo, de EMU-schuld
en de overheidsbalans geen volledige inzichten bieden in de uitdagingen voor de toekomst,
deze indicator wel in deze lacune kan voorzien?
25.
Betekent de uitleg op de bladzijde 89, 96 en 98 dat (1) sommige deelnemingen worden
geconsolideerd en de balansposten daarbij tegen een geschatte marktwaarde worden meegenomen,
(2) andere deelnemingen tegen hun beurswaarde worden opgenomen en (3) weer andere
deelnemingen tegen boekwaarde worden opgenomen? Is overwogen alle deelnemingen op
uniforme wijze te waarderen?
26.
Hoe verhoudt uw constatering dat er over het algemeen sprake is van een beheerste
groei van het financieel belang van fiscale regelingen zich met het feit dat er meer
regelingen zijn waarvan de huidige inschatting van het financieel belang sterk afwijkt
van de inschatting aan het begin van de kabinetsperiode?
27.
Waarom zijn regelingen zoals de liquidatieverliesregeling niet opgenomen in het overzicht
van fiscale regelingen, bijvoorbeeld onder de opsomming van fiscale regelingen die
gebruikt worden voor een verlaging van de lastendruk in de winstsfeer? Zijn er vergelijkbare
regelingen die nu nog niet opgenomen zijn in het overzicht van fiscale regelingen?
Zo ja, kunt per regeling aangeven waarom deze (nog) niet zijn opgenomen in het overzicht?
28.
Welke middelen uit 2018 staan er nog op de «aanvullende post»? Wat gebeurt er met
middelen uit eerdere jaren die nog niet zijn uitgegeven?
29.
Kunt u precies aangeven waarvoor de € 32,4 miljoen in 2020 op de post onverdeeld op
de begroting van het Ministerie van Justitie en Veiligheid is bedoeld? Waarom is dit
niet gebruikt om de interne problematiek te dekken?
30.
Hoe wordt de taakstelling op de begroting van het Ministerie van Justitie en Veiligheid
in 2019 gedekt? Waarom is deze taakstelling niet bij Miljoenennota ingevuld?
31.
Waarom is de naam van artikel 11 veranderd?
32.
Waarom is de asielreserve vanaf 2019 helemaal leeg? Wordt er na 2019 geen onvoorziene
fluctuatie in asielinstroom meer verwacht? Waar is deze verwachting op gebaseerd?
33.
Kunt u precies aangeven welke interne problematiek bij het Ministerie van Justitie
en Veiligheid is versleuteld en, wanneer het om verschillende posten gaat, uitsplitsen
hoe groot de problematiek per post is? Waarom is deze problematiek versleuteld en
is er niet gezocht naar gerichte dekking?
34.
Kunt u een overzicht geven van de verzamelpost problematiek LNV over 2019 en 2020?
35.
Op basis van welke informatie is de verwachting dat de verzamelpost problematiek in
2021 zal halveren en de jaren 2022 en 2023 verder zal afnemen?
36.
Welke implementatiekosten worden in 2020 opgenomen ten behoeve van het nieuwe GLB?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. (Anne) Mulder, voorzitter van de vaste commissie voor Financiën -
Mede ondertekenaar
M. Schukkink, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.