Verslag (initiatief)wetsvoorstel (nader) : Verslag
35 238 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht in verband met het via een centraal elektronisch systeem geautomatiseerd ontsluiten van identificerende gegevens alsmede enkele andere gegevens door banken en andere betaaldienstverleners (Wet verwijzingsportaal bankgegevens)
Nr. 5
VERSLAG
Vastgesteld 22 augustus 2019
De vaste commissie voor Financiën, belast met het voorbereidend onderzoek van bovenstaand
wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.
Onder het voorbehoud dat de regering de vragen en opmerkingen in dit verslag afdoende
zal beantwoorden, acht de commissie hiermee de openbare behandeling van het voorstel
van wet voldoende voorbereid.
De Voorzitter van de vaste commissie voor Financiën, Anne Mulder
De Adjunct-griffier van de commissie, Freriks
Inhoudsopgave
INLEIDING
2
ALGEMEEN DEEL
3
1. Inleiding
3
2. Aanleiding en doel van het wetsvoorstel
3
2.1 Wenselijkheid van geautomatiseerde ontsluiting
3
2.2. Europese verplichting
4
2.3. Het verwijzingsportaal bankgegevens
4
2.4. Identificerende en andere gegevens
4
2.5. Aansluiting op het verwijzingsportaal bankgegevens: private partijen
5
2.6. Aansluiting op het verwijzingsportaal bankgegevens: bevoegde overheidsinstanties
5
2.7 Het beheer van het portaal
5
3. Wet op het financieel toezicht (Wft)
5
3.1 Motivering keuze
5
3.2. Wettelijke grondslagen voor vorderen en opvragen gegevens
5
3.3. Toezicht
6
4. Gegevensbescherming
6
4.1. Verwerking van persoonsgegevens in het portaal
6
4.2. Toepasselijke regelgeving bescherming persoonsgegevens
6
4.3. Gegegevensbeschermingseffectbeoordeling (PIA)
7
4.4. Algemeen
7
4.5. Verwerkingsverantwoordelijkheid en relatie met verwerker
7
4.6 Dataminimalisatie
7
4.7. Gebruik burgerservicenummer
7
4.8. Overige maatregelen
7
4.9. Rechten van betrokkenen
8
5. Uitvoeringsgevolgen
8
5.1. Gevolgen voor ICT
8
5.2. BIT advies
8
6. Regeldruk
9
7. Consultatie en advies
9
7.1. Internetconsultatie
9
7.2. Consultatiereacties
9
7.3. Advies Adviescollege toetsing regeldruk
9
7.4. Advies Autoriteit Persoonsgegevens
9
8. Overgangsrecht en inwerkingtreding
10
9. Transponeringstabel
10
ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
10
BIJLAGE – Gegevensbeschermingseffectbeoordeling Rijksdienst (PIA) Verwijzingsportaal
Bankgegevens
10
OVERIG
10
INLEIDING
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorliggende
wetsvoorstel. Zij zien in dit wetsvoorstel een belangrijke bijdrage aan de bestrijding
van witwassen en terrorismefinanciering. Zij hebben hierover een aantal vragen.
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van onderhavig
wetsvoorstel. Zij zien de meerwaarde in van een centraal verwijzingsportaal dat opsporingsautoriteiten
in staat stelt snel en efficiënt bankgegevens op te vragen of te vorderen indien dit
nodig wordt geacht. De leden van de CDA-fractie hebben nog vragen over het wetsvoorstel.
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de Wet verwijzingsportaal bankgegevens.
Zij hebben hierover nog enkele vragen.
De leden van de fractie van GroenLinks hebben met interesse kennisgenomen van het
wetsvoorstel en hebben daarbij nog enkele vragen.
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de Wet verwijzingsportaal bankgegevens.
ALGEMEEN DEEL
De leden van de fractie van GroenLinks vragen hoe en wanneer de doelmatigheid van
het VB wordt geëvalueerd. Op basis van welke criteria?
De leden van de SP-fractie vragen de regering waarom niet al eerder besloten is om
dit proces te automatiseren. Zij vragen de regering welke verdere uitbreidingen van
het verwijzingsportaal bankgegevens (VB) gewenst of bedacht zijn.
Voorts vragen leden van de SP-fractie vragen hoe en wanneer de doelmatigheid van het
VB geëvalueerd zal worden. Waarom is er voor gekozen om een evaluatie in te stellen
via AMvB? Waarom kan dat niet in de wetstekst zelf toegevoegd worden?
1. Inleiding
–
2. Aanleiding en doel van het wetsvoorstel
De leden van de VVD-fractie wijzen op de toegevoegde waarde van het op een gestandaardiseerde
wijze aanleveren en opslaan van identificerende en andere gegevens. Zo kan mismatch
voorkomen worden, omdat de ene instantie namen met een volledige voornaam opslaat
en andere alleen met een voorletter. In hoeverre draagt dit wetsvoorstel bij aan uniformering
en standaardisering? Wat wordt er bedoeld met dat dit wetsvoorstel «»(in beginsel)»»
uniformeert?
Hoeveel tijd gaat er verloren met het handmatig opvragen van deze gegevens? Hoeveel
tijd wordt er dus gewonnen met dit wetsvoorstel?
De leden van de SP-fractie erkennen dat sneller uitwisselen effectief kan zijn voor
de opsporing van witwassen en terrorismefinanciering, toch vragen zij waar de stelling
dat transparantie een afschrikwekkende werking heeft op gebaseerd is.
2.1. Wenselijkheid van geautomatiseerde ontsluiting
De leden van de VVD-fractie begrijpen dat dit wetsvoorstel niet zo zeer de opsporings-
en controlebevoegdheden van de respectievelijke overheidsorganen verandert, maar vooral
de techniek en elektronische procedure waarmee die bevoegdheden worden uitgeoefend.
Kan de regering deze globale duiding bevestigen?
De leden van de VVD-fractie vragen zich verder af wat het portaal verandert aan de
internationale uitwisseling van gegevens. Nu elke EU-lidstaat beschikt over een vergelijkbaar
systeem, zou het gemakkelijk moeten worden internationale opsporingsverzoeken te accommoderen.
Hoe ziet de regering zich dit ontwikkelen?
De leden van de D66-fractie lezen dat het huidige proces van vorderen of opvragen
van gegevens te langzaam is. Hoelang duurt het momenteel gemiddeld om bij vordering
of opvraging te beschikken over de gevraagde gegevens? Hoe vaak komt het nu voor dat
er fouten staan in de opgevraagde gegevens? Met hoeveel denkt de regering dit te kunnen
versnellen en verbeteren door de voorgestelde automatische koppeling?
De leden van de fractie van GroenLinks vragen de regering iets meer context te schetsen
over het aantal vorderingen en verzoeken dat jaarlijks (handmatig) plaatsvindt. Kan
dat per partij worden uitgesplitst?
De leden van de SP-fractie vragen de regering hoe zij gaat beoordelen welke stijging
in het bevragen van informatie onwenselijk is. Wat zou zij vinden van een situatie
waar de standaard werkwijze behelst dat ieders gegevens opgevraagd worden?
2.2. Europese verplichting
De leden van de fractie van GroenLinks vragen of dit wetsvoorstel voldoet aan alle
eisen van de Europese richtlijn.
2.3. Het verwijzingsportaal bankgegevens
De leden van de fractie van GroenLinks vragen de regering of is overwogen om een systeem
met fiattering binnen het VB daadwerkelijk te testen, om vast te kunnen stellen of
er daadwerkelijk sprake zou zijn van vertraging en in hoeverre dit opweegt tegen de
risico’s van fiattering buiten het VB.
2.4. Identificerende en andere gegevens
De leden van de VVD-fractie zijn tevreden dat het wetsvoorstel bijdraagt aan efficiëntere
doorzoekingsmogelijkheden. De leden van de VVD-fractie vragen of er nog andere manieren
zijn, naast het zoeken op het Burgerservicenummer (BSN), om effectieve en efficiënte
gegevensopsporing te bevorderen.
De leden van de CDA-fractie constateren dat er bij of krachtens algemene maatregel
van bestuur zal worden uitgewerkt welke soorten gegevens via het verwijzingsportaal
beschikbaar en opvraagbaar zullen zijn. Ook lezen deze leden dat welke gegevens een
aangesloten overheidsinstantie in een concreet geval kan opvragen of vorderen af zal
hangen van de grondslag waarvoor die gebruikt wordt. De leden van de CDA-fractie begrijpen
dat in het kader van doelbinding en de algemene verordening gegevensbescherming (AVG)
het van belang is dat duidelijk is omschreven wanneer een overheidsinstantie gebruik
mag maken van informatie in het verwijzingsportaal. Deze leden vragen de regering
of er rekening is gehouden met omstandigheden dat een overheidsinstantie op basis
van verschillende bevoegdheden verschillende informatie kan opvragen en deze zelf
kan combineren tot een overzicht. Acht de regering dit wenselijk? En is dit toegestaan
op basis van de AVG, zo vragen leden van de CDA-fractie. Ook vragen de leden van de
CDA-fractie hoe een zoekopdracht concreet in zijn werk gaat. Kan een overheidsinstantie
op basis van enkele identificerende gegevens binnen het verwijzingsportaal alle overige,
nog ontbrekende gegevens opzoeken?
2.5. Aansluiting op het verwijzingsportaal bankgegevens: private partijen
De leden van de VVD-fractie vragen of en hoe dit wetsvoorstel kan bijdragen aan de
onderlinge samenwerking tussen de Nederlandse banken. Zij wijzen daarbij op de «verlanglijst
tegen witwassen en terrorismefinanciering», waarin wordt gepleit voor meer mogelijkheden
om gezamenlijk te werken aan «customer due diligence» en transactiemonitoring.
De leden van de fractie van GroenLinks vragen of de regering kan bevestigen dat dit
wetsvoorstel er op geen enkele manier toe leidt dat private partijen meer persoonsgegevens
van burgers in kunnen zien. Klopt het dat private partijen geen gebruik kunnen maken
(als opvragende partij) van het VB?
2.6. Aansluiting op het verwijzingsportaal bankgegevens: bevoegde overheidsinstanties
De leden van de VVD-fractie vragen of er ook andere instanties zijn geweest die interesse
hebben getoond om aan te sluiten.
De leden van de D66-fractie lezen dat een aantal partijen toegang krijgen tot de portaal,
waaronder de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en de Inspectie Leefomgeving
en Transport. Kan de regering aangeven wat hun rol is bij het opsporen en bestrijden
van terrorismefinanciering en witwassen? Kan de regering voor alle in de memorie van
toelichting genoemde organisaties aangeven bij hoeveel zaken van terrorismefinanciering
en witwassen zij de afgelopen tien jaar jaarlijks betrokken zijn geweest?
De leden van de fractie van GroenLinks constateren dat het VB ook gebruikt kan worden
om misbruik met toeslagen te voorkomen. In hoeverre had dit wetsvoorstel de problemen
bij de Belastingdienst in het kader van de fouten die zijn gemaakt bij de kinderopvangtoeslag
kunnen vergroten of verkleinen?
2.7. Het beheer van het portaal
De leden van de CDA-fractie lezen dat het portaal zal worden beheerd door de Justitiële
Informatiedienst. Verdere invulling zal gebeuren via algemene maatregel van bestuur,
zo constateren de leden van de CDA-fractie. Deze leden vragen de regering hoe ver
de Justitiële Informatiedienst is met de voorbereiding op de inrichting van het portaal.
Loopt de Informatiedienst hierbij tegen bepaalde knelpunten aan of is de ontwikkeling
tot nu toe goed verlopen? Ook vragen de leden van de CDA-fractie of de ontwikkeling
intern is gedaan of dat er externe partijen betrokken waren bij de ontwikkeling.
3. Wet op het financieel toezicht (Wft)
3.1. Motivering keuze
–
3.2. Wettelijke grondslagen voor vorderen en opvragen gegevens
–
3.3. Toezicht
De leden van de VVD-fractie vragen waarom er een extra FTE nodig is voor een systeem
dat als doel stelt om uitvraging efficiënter te maken.
4. Gegevensbescherming
De leden van de VVD-fractie benadrukken het belang van adequate gegevensbescherming
en vragen welke aanvullende vormen van gegevensbescherming overwogen zijn.
De leden van de fractie van GroenLinks vragen of de regering kan bevestigen dat er,
behalve het BSN, niks verandert aan de hoeveelheid gegevens die wordt gedeeld en dat
het hier alleen gaat om een digitalisering en niet om een verdere inperking van de
privacy.
De leden van de SP-fractie zien meerwaarde in het VB maar realiseren zich ook dat
het kwetsbaar is als gegevens van iemand worden verzameld, zonder dat hiervoor concrete
aanleiding is, of als blijkt dat die aanleiding onterecht is. Welke mogelijkheden
zijn er voor mensen om de gegevensverzameling die via het VB heeft plaatsgevonden
te laten vernietigen? Is het mogelijk om mensen op enig moment op de hoogte te stellen
van het feit dat er gegevens verzameld zijn via het VB? Erkent de regering dat de
gegevens altijd tot iemand behoren en dat diegene moet kunnen weten dat er door overheidsdiensten
aan gegevensverzameling is gedaan? Kan de regering hierop in gaan?
4.1. Verwerking van persoonsgegevens in het portaal
De leden van de VVD-fractie lezen dat de persoonsgegevens van de gebruikers van het
portaal worden opgeslagen. Kan de regering aangeven of deze gegevens te allen tijde
herleid kunnen worden tot specifieke personen? Deze leden willen er zeker van zijn
dat toegangscodes e.d. in de praktijk niet vrijelijk worden gedeeld met collega’s
of tijdelijke medewerkers. Wordt bijvoorbeeld overwogen het BSN van de bevoegde medewerkers
als identificatie te gebruiken?
De leden van de D66-fractie lezen dat de ervaring in andere landen is dat er na automatisering
vaker, maar gerichtere gegevens worden opgevraagd. Kan de regering dit cijfermatig
onderbouwen? Welke landen hebben automatisering al ingevoerd en met hoeveel zijn daardoor
de aantallen aanvragen toegenomen? Kan de regering het aannemelijk maken dat in die
landen gerichtere uitvragen hebben geleid tot danwel het opvragen van minder persoonsgegevens,
danwel betere resultaten in opsporing van witwassen en terrorismefinanciering?
De leden van de SP-fractie vragen de regering of zij in zullen gaan op het advies
van de Raad van State om wel geïntegreerde fiattering door te voeren. Hoe groot zou
de vertraging hiervan zijn op het systeem? Hoe heeft de regering het belang hiervan
afgewogen?
De leden van de SP-fractie vragen de regering hoe gebruikers van het portaal de verstrekte
gegevens op zullen slaan en verwerken binnen de aangesloten instantie? Hoe werkt het
door in dossiervorming als de gegevens slechts beperkte tijd beschikbaar zijn in het
portaal?
4.2. Toepasselijke regelgeving bescherming persoonsgegevens
–
4.3. Gegegevensbeschermingseffectbeoordeling (PIA)
–
4.4. Algemeen
De leden van de D66-fractie lezen dat overleg met de bankensector is voorzien over
het verhoogde risico tot gegevensverwerking. Heeft dit overleg inmiddels plaatsgevonden
en zo ja, wat zijn hiervan de conclusies? De aan het woord zijnde leden lezen voorts
in het rapport van de Raad van State dat ook zij vraagt om betere waarborgen om onnodige
gegevensverstrekking tegen te gaan. Desalniettemin verwerpt de regering fiattering.
Kan het kabinet dit nader onderbouwen? Welke mogelijkheden ziet de regering om het
risico van onnodige gegevensverstrekking te verlagen? Deze leden vragen de regering
om de proportionaliteit van voorgestelde maatregel nader te onderbouwen, mede in het
licht van het recht op anonimiteit en bescherming van de persoonlijke levenssfeer.
De aan het woord zijnde leden lezen voorts dat het Ministerie van Justitie zal nagaan
of het portaal bevoegd is gebruikt en met inachtneming van de juiste procedures. Wordt
dit voor elke zaak achteraf bekeken?
4.5. Verwerkingsverantwoordelijkheid en relatie met verwerker
–
4.6. Dataminimalisatie
–
4.7. Gebruik burgerservicenummer
De leden van de VVD-fractie vragen waarom er bij deze gelegenheid niet voor is gekozen
banken in hun bedrijfsvoering en onderlinge communicatie vrijuit gebruik te laten
maken van het burgerservicenummer. De huidige beperking hieraan doet in hun ogen geen
recht aan de bijzondere positie van de banken en hun wettelijke taken.
De leden van de SP-fractie erkennen dat het gebruik van het BSN zaken erg vergemakkelijkt.
Zij vragen de regering hoe de groeiende problematiek van identiteitsfraude is betrokken
bij het opzetten van de VB. Kan zij hierop ingaan?
4.8. Overige maatregelen
De leden van de CDA-fractie lezen dat er verschillende beveiligingsmaatregelen en
-systemen worden ingericht om de veiligheid van het portaal te waarborgen. Zo komt
er een beveiligde verbinding tussen het verwijzingsportaal en de banken, kan het koppelvlak
van de bank alleen via het verwijzingsportaal bevraagd worden en worden er penetratietesten
vereist die de bank dient uit te voeren. De leden van de CDA-fractie vragen in hoeverre
er wordt toegezien dat banken deze maatregelen treffen? Ligt de verantwoordelijkheid
hiervoor bij de De Nederlandsche Bank (DNB)?
De leden van de fractie van GroenLinks vragen de regering of zij nog uitbreidingen
van het verwijzingsportaal op het oog heeft en zo ja, welke en met welk doel.
4.9. Rechten van betrokkenen
De leden van de D66-fractie lezen dat een betrokkene het recht heeft om aan bank en
overheid te vragen welke gegevens zij van hem of haar hebben. Welke rechten heeft
een betrokkene wanneer hij of zij van mening is dat gegevens onterecht zijn gedeeld
of iemand onterecht inzage heeft gekregen? Hoe zou een betrokkene dit kunnen ontdekken,
en welke vervolgstappen zou een betrokkene daarna kunnen nemen?
De leden van de SP-fractie constateren dat de regering kiest voor een bestuursrechtelijk
handhavingskader. Hierover hebben zij wat vragen. Allereerst betreffende de personen
van wie de gegevens worden verzameld: betekent het bestuursrechtelijk handhavingskader
dat een individu geen recht kan halen via een strafrechtprocedure, mocht diegene het
oneens zijn met de gegevensverzameling? Is dat wenselijk?
In het geval dat een organisatie of instelling weigert mee te werken aan het VB, dan
is in eerste instantie een bestuursrechtelijk handhavingskader logisch. Maar stel
dat een organisatie stelselmatig de regels aan zijn laars lapt, dan moet een strafrechtprocedure
uiteindelijk toch tot de mogelijkheden behoren? Hoe kijkt de regering hiertegen aan?
De leden van de SP-fractie vragen de regering of het mogelijk is om in een tripartiet
overleg tussen partijen te bezien welk strafrechtelijk kader in verschillende situaties
het meest wenselijk is. Ook in ogenschouw nemende de toenemende maatschappelijke kritiek
dat financiële instellingen er wel erg makkelijk met boetes of schikkingen vanaf komen,
terwijl verantwoordelijken vrolijk blijven zitten. Zij vragen de regering een uitgebreid
antwoord hierop.
De leden van de SP-fractie vragen zich af wat er gebeurt bij grootschalige data-lekken
van dossiers met via het VB verzamelde informatie. Is dat aan betreffende instanties
om dat te melden? Hoe worden de burgers van wiens gegevens gelekt zijn geinformeerd?
5. Uitvoeringsgevolgen
5.1. Gevolgen voor ICT
–
5.2. BIT advies
De leden van de VVD-fractie hechten grote waarde aan het advies van het Bureau ICT-toetsing
(BIT) en vragen zich af of een uitstel van een half jaar voldoende is om te voldoen
aan de adviezen van het BIT. Dit geldt in het bijzonder het punt van de informatiebeveiliging.
Kan de regering toezeggen dat het portaal bij ingebruikname op dit volkomen «in control»
is?
De leden van de D66-fractie lezen dat aan een belangrijk deel van de adviezen van
het BIT is voldaan. Aan welk deel is nog niet voldaan en hoe wil het kabinet dit ondervangen?
De leden van de fractie van GroenLinks vragen de regering hoe groot het risico is
dat hackers uit het binnen- of buitenland in het VB kunnen komen. Wat is het ergste
dat er kan gebeuren als hackers ongemerkt toegang zouden krijgen?
De leden van de SP-fractie constateren dat er hard gewerkt wordt aan de aanbevelingen
van het advies van het BIT uit december 2018. De leden vragen de regering om het BIT
om een nieuw advies te vragen als de aanbevelingen zijn uitgevoerd, vooral om te kijken
of het goed is uitgevoerd. Is de regering bereid dit te doen?
De leden van de SP-fractie constateren dat het BIT pleit voor een uitwijkmogelijkheid
en dat hier opvolging aan wordt gegeven. Hoe wordt dat precies vorm gegeven?
6. Regeldruk
In een schatting is naar voren gekomen dat de incidentele kosten voor de banksector
iets meer dan € 11.5 miljoen bedragen, zo lezen de leden van de CDA-fractie. De structurele
kosten voor de bankensector worden op € 814.633 geschat. De leden van de CDA-fractie
vragen de regering of de banken hebben aangegeven hoe zij deze kosten zullen dragen.
Verwacht de regering dat dit gevolgen zal hebben voor de klanten van banken en of
zij meer zullen gaan betalen voor het houden van een rekening, zo vragen de leden
van de CDA-fractie. Ook vragen de leden van de CDA-fractie of deze kosten voor kleinere
organisaties niet veel zwaarder zullen wegen dan voor de grootbanken. In hoeverre
wordt daar rekening mee gehouden?
7. Consultatie en advies
De leden van de D66-fractie vragen de regering nader toe te lichten op welke wijze
het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer geconsulteerd is, en welke reacties hier
zijn opgehaald?
De leden van de fractie van GroenLinks vragen de regering aan welke opmerkingen/suggesties
van de Raad van State niet (volledig) is voldaan en waarom niet.
7.1. Internetconsultatie
De leden van de fractie van GroenLinks vragen de regering wat de belangrijkste kritiekpunten
waren van de Stichting Privacy First. Hoe is hierop gereageerd door de regering? Aan
welke opmerkingen/suggesties van de Stichting Privacy First is niet (volledig) voldaan
en waarom niet?
7.2. Consultatiereacties
De leden van de VVD-fractie lezen dat de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) nogmaals
heeft gepleit voor toegang tot de Basisregistratie Persoonsgegevens (BRP). Zij begrijpen
de afweging van de regering om dat niet in het voorliggende wetsvoorstel te regelen,
maar zouden graag vernemen in welke context en op welke termijn de regering hierover
een standpunt gaat innemen. Gezien de wettelijke taken die banken moeten uitvoeren,
zien deze leden hiervan de meerwaarde.
7.3. Advies Adviescollege toetsing regeldruk
–
7.4. Advies Autoriteit Persoonsgegevens
De leden van de fractie van GroenLinks vragen de regering aan welke opmerkingen/suggesties
van de Autoriteit Persoonsgegevens niet (volledig) is voldaan en waarom niet.
8. Overgangsrecht en inwerkingtreding
–
9. Transponeringstabel
–
ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
Artikel 3:267i
De leden van de SP-fractie vragen de regering naar de reden voor het gebruik van een
delegatiebepaling in artikel 3:267I, lid 4 Wft. Zij vragen om hierop een voorhangbepaling
toe te passen gezien de omvangrijke aard van dit artikel.
BIJLAGE – Gegevensbeschermingseffectbeoordeling Rijksdienst (PIA) Verwijzingsportaal
Bankgegevens
De leden van de fractie van GroenLinks vragen de regering waarom er in de bijlage
wordt gesproken over een opslagperiode van vijf minuten, terwijl er in de memorie
van toelichting (pagina 13) wordt gesproken over ongeveer drie minuten. Welke van
de twee is het?
OVERIG
De leden van de SP-fractie vragen de regering wat de hoogte is van de Europese subsidie
voor de VB en of deze structureel is bij doorlopende kosten. Zij vragen of de regering
ook de volledige of gedeeltelijke kosten van het opzetten van de VB zou kunnen doorberekenen
aan de financiële sector.
De leden van de SP-fractie vragen of en hoe bij het ontwerp van het VB en de te volgen
protocollen lering is getrokken uit het Centraal Informatiepunt Onderzoek Telecommunicatie.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. (Anne) Mulder, voorzitter van de vaste commissie voor Financiën -
Mede ondertekenaar
J.F.C. Freriks, adjunct-griffier
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen | Vergissing |
---|---|---|---|
VVD | 32 | Voor | |
PVV | 20 | Voor | Vergissing |
CDA | 19 | Voor | |
D66 | 19 | Voor | |
GroenLinks | 14 | Voor | |
SP | 14 | Voor | |
PvdA | 9 | Voor | |
ChristenUnie | 5 | Voor | |
50PLUS | 4 | Voor | |
PvdD | 4 | Voor | |
DENK | 3 | Voor | |
SGP | 3 | Voor | |
FVD | 2 | Voor | |
Van Haga | 1 | Voor | |
Van Kooten-Arissen | 1 | Voor |
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.