Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
35 210 XIII Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII) voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 en 2
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van
artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel
strekt ertoe om voor het jaar 2019 wijzigingen aan te brengen in:
1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat;
2. de begrotingsstaat inzake de agentschappen van het Ministerie Economische Zaken en
Klimaat;
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van
deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1. LEESWIJZER
Opbouw 1e suppletoire begroting 2019
Deze 1e suppletoire begroting geeft een geactualiseerd beeld van de begrotingsuitvoering
2019. Onderdeel B, de begrotingstoelichting, is als volgt opgebouwd:
1) Leeswijzer.
2) Overzicht belangrijkste suppletoire uitgaven- en ontvangstenmutaties. De belangrijkste
verplichtingenmutaties zijn toegelicht in de artikelen.
3) De beleidsartikelen. Voor ieder beleidsartikel is de tabel «Budgettaire gevolgen van
beleid» opgenomen. Hierin zijn de begrotingsmutaties voor de verplichtingen, uitgaven
en ontvangsten weergegeven.
4) De niet-beleidsartikelen. In de budgettaire tabellen zijn de begrotingsmutaties voor
de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten opgenomen.
5) De agentschappen. In deze 1e suppletoire begroting zijn de aanpassingen in de agentschapsparagraaf van de Rijksdienst
voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) opgenomen.
Ondergrenzen toelichtingen
Voor het toelichten van de begrotingsmutaties zijn in deze eerste suppletoire begroting
de ondergrenzen gehanteerd zoals opgenomen in de onderstaande tabel.
Omvang begrotingsartikel
(stand ontwerpbegroting)
in € mln
Beleidsmatige mutaties
(ondergrens in € mln)
Technische mutaties
(ondergrens in € mln)
< 50
1
2
=> 50 en < 200
2
4
=> 200 en < 1.000
5
10
=> 1.000
10
20
In sommige gevallen, waar politiek relevant, worden ook posten toegelicht beneden
deze ondergrenzen.
2. OVERZICHT BELANGRIJKSTE SUPPLETOIRE UITGAVEN- EN ONTVANGSTENMUTATIES
Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2019
(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Art. nr.
Uitgaven 2019
Vastgestelde begroting 2019
4.609.162
Belangrijkste suppletoire mutaties:
Agentschap Telecom
1
4.111
Uitvoeringskosten RVO.nl
2
13.537
Bijdrage aan TNO
2
7.036
Topsectoren overig
2
18.305
Eindejaarsmarge Toekomstfonds
3
93.551
DEI-Tenders aardgasloze woningen, wijken en gebouwen
4
10.459
Kasschuif ETS
4
– 14.100
Eindejaarsmarge Groningen
5
28.197
Nationaal Programma Groningen
5
44.400
Uitvoeringskosten schadeafhandeling
5
53.006
Informatiebeveiliging
40
3.900
Loon- en prijsbijstelling
41
46.951
Overige mutaties
Div.
– 8.486
Totaal
300.867
Stand 1e suppletoire begroting 2019
4.910.029
Toelichting
Agentschap Telecom
Het budget voor Agentschap Telecom wordt met € 4,1 mln verhoogd. € 2,7 mln hiervan
betreft de verhoging van de jaarlijkse opdrachten aan het agentschap. De resterende
€ 1,4 mln is het gevolg van centralisatie op artikel 1 binnen de EZK-begroting van
de budgetten voor de toezichts- en inspectietaken van Agentschap Telecom.
Uitvoeringskosten RVO.nl
De hogere bijdrage aan RVO.nl wordt veroorzaakt door de hogere uitvoeringskosten samenhangend
met het opdrachtenpakket voor 2019. Deze verhoging betreft onder meer de opdrachten
in het kader van Green Deals, Maatschappelijk verantwoord Inkopen (MVI), Programma
verduurzaming industrie, MKB!dee, Startup Delta en Ruimte in regels.
Bijdrage aan TNO
Het budget voor TNO wordt met € 7 mln verhoogd door een bijdrage van € 4,2 mln van
het Ministerie van SZW voor kennisontwikkeling van de Inspectie SZW door TNO en het
Maatschappelijk Programma Arbeidsomstandigheden, een bijdrage van € 1,8 mln van het
Ministerie van J&V voor werkzaamheden op het beleidsterrein van J&V en € 1 mln voor
de uitvoering van het amendement Amhaouch/Wörsdörfer (Kamerstuk 35 000 XIII, nr. 13).
Topsectoren overig
Voor de compensatie van de TO2-instituten wordt € 14 mln structureel aan de EZK-begroting
toegevoegd. Daarnaast wordt in 2019 € 5 mln aan de begroting toegevoegd oplopend naar
€ 10 mln structureel vanaf 2021 om een impuls te geven aan investeren in sleuteltechnologieën
en ruimtevaart.
Eindejaarsmarge Toekomstfonds
De niet benutte middelen van het Toekomstfonds in 2018 worden conform de fondsconstructie
toegevoegd aan het budget voor 2019. Het betreft begrotingsgeld voor onder meer het
Co-investeringsvehicle met het Europees Investeringsfonds (EIF), het Innovatiekrediet,
de Seed Capital regeling, Vroegefasefinanciering en Fundamenteel en toegepast onderzoek.
DEI-Tenders aardgasloze woningen, wijken en gebouwen
Het Ministerie van Binnenlandse Zaken draagt € 10,5 mln bij aan twee tenders binnen
de Demonstratieregeling Energie-Innovatie (DEI) voor «Aardgasloze woningen, wijken
en gebouwen».
Kasschuif ETS
Het voor dit jaar voorziene beroep op de regeling is lager dan budgettair beschikbaar.
Die budgettaire ruimte wordt doorgeschoven naar 2021.
Eindejaarsmarge Groningen
De niet benutte middelen van het meerjarenprogramma Nationaal Coördinator Groningen
worden toegevoegd aan de begroting 2019. Het betreft de regelingen Verduurzaming (€ 16,3
mln) en Fonds achterstallig onderhoud (€ 3,8 mln) en het onderzoeksbudget (€ 4,9 mln)
en het werkbudget van de NCG (€ 3,2 mln).
Nationaal Programma Groningen
Dit betreft een toevoeging van € 44,4 mln vanuit de Aanvullende Post voor het Nationaal
Programma Groningen, bestemd voor de projecten die uit de ronde 2019 komen.
Uitvoeringskosten schadeafhandeling
De toename van de uitvoeringskosten van de schadeafhandelingen door RVO.nl houdt verband
met het grote aantal schadeafhandelingen dat voor 2019 staat gepland. In de uitvoeringskosten
zitten zowel uurgebonden kosten RVO als de kosten voor de taxateurs. Deze kosten worden
door EZK weer verhaald op de NAM.
Informatiebeveiliging
Het op orde brengen en houden van informatiebeveiliging is rijksbreed een belangrijk
aandachtspunt. In haar verantwoordingsonderzoek over 2017 kwalificeerde de Algemene
Rekenkamer het onderwerp informatiebeveiliging nog als een onvolkomenheid voor EZ
(nu EZK en LNV). Vanwege de extra gezamenlijke inspanningen van EZK en LNV op dit
terrein is deze onvolkomenheid over 2018 komen te vervallen. Inspanningen op dit gebied
blijven echter noodzakelijk. Er is daarom een gezamenlijk departementsbreed traject
van EZK en LNV om de informatiebeveiliging op orde te houden. Deze mutatie bevat de
bijdrage van LNV hieraan.
Loon- en prijsbijstelling
Bij Voorjaarsnota 2019 is loon- en prijsbijstellingstranche 2019 voor EZK uitgedeeld.
De loonbijstelling betreft de vergoeding voor de stijging van de contractloonontwikkeling
en de stijging van de sociale lasten en pensioenpremies voor de overheidswerkgevers.
De prijsbijstelling betreft de verwerking van de stijging van de diverse prijsindexen.
Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2019
(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Art. nr.
Ontvangsten 2019
Vastgestelde begroting 2019
4.179.847
Belangrijkste suppletoire mutaties:
Octrooiontvangsten
2
4.000
ETS-ontvangsten
4
80.000
Bijdrage NAM
5
71.306
Aardgasbaten
5
– 100.000
Overige mutaties
16.079
Totaal
71.385
Stand 1e suppletoire begroting 2019
4.251.232
Toelichting
Octrooiontvangsten
De octrooiontvangsten zijn met € 4 mln verhoogd, omdat op basis van de realisaties
van de afgelopen jaren de verwachting is dat ook in 2019 de octrooiontvangsten hoger
zullen uitvallen als gevolg van meer verleende octrooien en langere instandhouding
van octrooien.
ETS-ontvangsten
De meevaller bij de ETS-ontvangsten is ontstaan doordat de verwachte gemiddelde prijs
van ETS-rechten in 2019 sterk is gestegen.
Bijdrage NAM
De hogere uitvoeringskosten (€ 53 mln) van de schadeafhandelingen worden doorberekend
aan de NAM. Daarnaast worden de kosten (€ 18,3 mln) over het 4e kwartaal 2018 gedeclareerd bij de NAM.
Aardgasbaten
In de raming van de gasbaten zijn de volgende wijzigingen doorgevoerd: bijstelling
op basis van de meest recente prijsverwachting en de versnelling van de afbouw van
de gaswinning in Groningen conform Kamerbrief van 8 februari 2019 (Kamerstuk 33 529, nr. 580). Bovendien worden voortaan de gasbaten op € 10 mln afgerond.
3. DE BELEIDSARTIKELEN
Budgettaire gevolgen van beleid,
1. Goed functionerende economie en markten
(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2019
(1)
Mutaties via NvW, moties en amende
menten
(2)
Vastgestelde begroting 2019
(3)=(1+2)
Mutaties 1e suppletoire begroting
(4)
Stand 1e suppletoire begroting
(5)=(3+4)
Mutatie 2020
Mutatie 2021
Mutatie 2022
Mutatie 2023
VERPLICHTINGEN
197.060
197.060
12.649
209.709
1.347
1.351
1.468
1.652
Waarvan garantieverplichtingen
Waarvan overige verplichtingen
197.060
197.060
12.649
209.709
1.347
1.351
1.468
1.652
UITGAVEN
196.389
196.389
4.271
200.660
3.039
3.043
3.078
3.344
Waarvan juridisch verplicht (percentage)
96%
96%
97%
Subsidies
400
400
143
543
Digitalisering regionale radio
Cybersecurity
400
400
143
543
Opdrachten
11.545
11.545
72
11.617
139
143
178
444
Onderzoek en Opdrachten
2.543
2.543
74
2.617
– 97
– 117
– 82
PIANOo/TenderNed
Beleidsvoorbereiding en evaluaties Frequenties en Veiligheid
6.347
6.347
141
6.488
236
260
260
444
Digital trust centre
1.122
1.122
– 143
979
Cybersecurity
1.533
1.533
1.533
Bijdragen aan agentschappen
26.846
26.846
4.056
30.902
2.900
2.900
2.900
2.900
Agentschap Telecom
18.090
18.090
4.111
22.201
2.900
2.900
2.900
2.900
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
8.756
8.756
– 55
8.701
DICTU
Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s
153.794
153.794
30
153.824
30
30
30
30
Metrologie
9.338
9.338
– 36
9.302
– 36
– 36
– 36
– 36
Raad voor Accreditatie
195
195
66
261
66
66
66
66
ACM
714
714
714
CBS
143.547
143.547
143.547
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties
3.804
3.804
– 30
3.774
– 30
– 30
– 30
– 30
Nederlands Normalisatie Instituut (NEN)
1.130
1.130
1.130
Internationale organisaties
2.674
2.674
– 30
2.644
– 30
– 30
– 30
– 30
ONTVANGSTEN
31.062
31.062
872
31.934
872
872
872
872
Ontvangsten ACM
162
162
162
High Trust
30.200
30.200
30.200
Diverse ontvangsten
700
700
872
1.572
872
872
872
872
Toelichting op de verplichtingen
De verhoging van het verplichtingbudget met € 12,7 mln wordt met name veroorzaakt
door de gunning van de bemiddelingsdienst voor doven en slechthorenden. De gunning
betreft 6 jaar en om deze verplichting (€ 10,6 mln) in 2019 vast te kunnen leggen
wordt het benodigde verplichtingbudget uit de jaren 2020 t/m 2024 naar voren gehaald
op instrument Beleidsvoorbereiding en evaluaties Frequenties en Veiligheid.
Toelichting op de uitgaven
De verhoging van het kasbudget in 2019 met € 4,3 mln wordt met name veroorzaakt door
de bijdrage aan Agentschap Telecom. Dit budget wordt verhoogd met € 2,7 mln voor de
jaarlijkse opdrachten aan het agentschap (€ 1,5 mln structureel vanaf 2020). Verder
wordt er vanwege de centralisatie van de budgetten voor de toezichts- en inspectietaken
van het agentschap € 1,4 mln structureel overgeboekt van artikel 2 Bedrijvenbeleid:
innovatie en duurzaam ondernemen naar artikel 1 Goed functionerende economie en markten.
Budgettaire gevolgen van beleid,
2. Bedrijvenbeleid: innovatie en duurzaam ondernemen
(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2019
(1)
Mutaties via NvW, moties en amendementen
(2)
Vastgestelde begroting 2019
(3)=(1+2)
Mutaties 1e suppletoire begroting
(4)
Stand 1e suppletoire begroting
(5)=(3+4)
Mutatie 2020
Mutatie 2021
Mutatie 2022
Mutatie 2023
VERPLICHTINGEN
2.087.514
47.900
2.135.414
62.550
2.197.964
19.723
29.460
20.932
19.758
Waarvan garantieverplichtingen
1.300.000
0
1.300.000
0
1.300.000
0
0
0
0
Waarvan overige verplichtingen
787.514
47.900
835.414
62.550
897.964
19.723
29.460
20.932
19.758
UITGAVEN
889.968
47.700
937.668
37.338
975.006
34.482
30.897
21.982
20.808
Waarvan juridisch verplicht (percentage)
88%
84%
82%
Garanties
57.092
– 200
56.892
56.892
BMKB
36.375
36.375
36.375
Storting reserve BMKB
Groeifaciliteit
8.972
– 200
8.772
8.772
Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)
11.745
11.745
11.745
Garanties MKB Financiering
Subsidies
102.419
43.900
146.319
– 1.964
144.355
10.052
3.192
– 2.048
– 2.617
MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)
34.747
34.747
– 5.556
29.191
240
– 500
– 1.500
– 895
Eurostars
17.958
17.958
– 839
17.119
Bevorderen Ondernemerschap
14.301
14.301
4.764
19.065
3.412
3.692
– 548
– 1.722
Groene Groei en Biobased Economy
152
152
Cofinanciering EFRO, inclusief INTERREG
27.464
27.464
– 120
27.344
Bijdrage aan ROM's
5.507
5.507
5.507
Verduurzaming industrie
43.900
43.900
– 365
43.535
6.400
Overige subsidies
2.442
2.442
2.442
Opdrachten
19.578
19.578
– 1.735
17.843
– 2.524
– 2.019
– 1.004
– 1.609
Onderzoek en opdrachten
3.898
3.898
– 45
3.853
– 20
– 15
Caribisch Nederland
1.237
1.237
– 47
1.190
– 32
– 32
– 32
– 32
ICT beleid
5.871
5.871
– 954
4.917
– 2.472
– 2.472
– 2.472
– 2.472
Regeldruk
2.206
2.206
– 167
2.039
Mainport Rotterdam
Regiekosten regionale functie
650
650
650
Invest-NL i.o.
543
543
Cybersecurity
3.216
3.216
3.216
Small Business Innovation Research
2.500
2.500
– 1.065
1.435
500
1.500
895
Bijdragen aan agentschappen
94.099
94.099
15.150
109.249
1.775
1.315
775
775
Bijdrage RVO.nl
78.499
78.499
13.537
92.036
1.775
1.315
775
775
Bijdrage Agentschap Telecom
1.949
1.949
– 1.444
505
Bijdrage Logius
887
887
887
Invest-NL i.o.
12.764
12.764
3.057
15.821
Bijdragen aan ZBO's/RWT’s
296.809
296.809
7.512
304.321
4.409
4.409
259
259
Bijdrage aan TNO
152.551
152.551
7.036
159.587
4.150
4.150
Kamer van Koophandel
120.821
120.821
476
121.297
259
259
259
259
Bijdrage aan NWO-TTW
23.437
23.437
23.437
Bijdragen aan medeoverheden
Sterke Regio's en Nota Ruimte
Bijdragen aan (inter-) nationale organisaties
319.971
4.000
323.971
18.375
342.346
20.770
24.000
24.000
24.000
Internationaal Innoveren
41.336
5.000
46.336
– 2.126
44.210
– 735
PPS-toeslag (voorheen TKI-toeslag)
142.950
142.950
740
143.690
65
TO2 (Deltares, MARIN en NLR)
45.355
45.355
1.000
46.355
Topsectoren overig
7.285
– 1.000
6.285
18.305
24.590
21.440
24.000
24.000
24.000
Ruimtevaart (ESA)
68.610
68.610
300
68.910
Bijdrage NBTC
8.860
8.860
8.860
Bijdragen organisaties
5.575
5.575
156
5.731
ONTVANGSTEN
113.157
113.157
11.333
124.490
BMKB
33.000
33.000
33.000
Groeifaciliteit
8.000
8.000
8.000
Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)
13.000
13.000
13.000
Luchtvaartkredietregeling
9.906
9.906
9.906
Rijksoctrooiwet
36.312
36.312
4.000
40.312
Eurostars
5.094
5.094
5.094
Joint Strike Fighter
5.000
5.000
5.000
Diverse ontvangsten
2.845
2.845
7.333
10.178
Toelichting op de verplichtingen
De verhoging van het verplichtingbudget met € 62,6 mln wordt met name veroorzaakt
door:
– Bijdrage RVO € 13,5 mln. Deze mutatie betreft onder meer de uitvoeringskosten voor:
CETAM, Green Deals, Maatschappelijk verantwoord Inkopen (MVI), Eureka, Programma verduurzaming
industrie, MKB!dee, Nationaal Landingspunt, Startup Delta, Ideas from Europe, Fast
Lane, Hannover Messe, Holland Lounge en Ruimte in regels.
– PPS toeslag € 12,0 mln. In 2018 kon een project niet meer tijdig verleend worden terwijl
er budget voor gereserveerd stond. Deze niet benutte verplichtingenruimte uit 2018
wordt nu aan de begroting voor 2019 toegevoegd.
– Bijdrage TNO € 7,0 mln. Deze mutatie betreft een bijdrage van het Ministerie van SZW
(€ 4,2 mln) voor kennisontwikkeling van de Inspectie SZW door TNO en het Maatschappelijk
Programma Arbeidsomstandigheden, een bijdrage van het Ministerie van J&V (€ 1,8 mln)
voor werkzaamheden op beleidsterrein J&V en € 1,0 mln voor de uitvoering van het amendement
Amhaouch/Wörsdörfer.
– MIT – € 6,3 mln. Deze mutatie betreft het overboeken van budget naar het Provinciefonds
ten behoeve van de uitvoering van het decentrale deel van de MIT.
– Bevorderen Ondernemerschap € 5,1 mln. Ten behoeve van de regeling beleidsexperiment
Menselijk kapitaal is € 5,1 mln overgeheveld vanuit beleidsartikel 3 in het kader
van de middelen voor het MKB-actieplan.
– Verduurzaming industrie € 11,8 mln. Er is een bijdrage van € 5,1 mln ontvangen van
het Ministerie van I&W voor de demoregeling CO2 reductie industrie. Daarnaast is € 16,7 mln van de niet benutte middelen in 2018
toegevoegd aan het budget voor 2019. Er is € 10 mln overgeheveld naar artikel 4 voor
een bijdrage aan de programmatische aanpak waterstof.
– Topsectoren overig € 19 mln. Voor de compensatie van de TO2-instituten wordt € 14
mln structureel aan de EZK-begroting toegevoegd. Daarnaast wordt in 2019 € 5 mln aan
de EZK-begroting toegevoegd oplopend naar € 10 mln structureel vanaf 2021 om een impuls
te geven aan investeringen in sleuteltechnologieën en ruimtevaart. Met deze middelen
worden meerjarenprogramma’s op sleuteltechnologieën ontwikkeld waarin overheden, bedrijven
en kennisinstellingen samenwerken. Dat is nodig om in de verdere ontwikkeling, diffusie
en opschalingsfasen concurrerend te zijn en te blijven ten opzichte van andere landen.
Toelichting op de uitgaven
De verhoging van het kasbudget met € 37,3 mln wordt met name veroorzaakt door:
– Bevorderen Ondernemerschap (€ 4,8 mln). Deze mutatie betreft onder meer de desaldering
een bijdrage van het Ministerie van Defensie en de provincie Noord-Brabant (samen
€ 3,3 mln) in het kader van een lening voor het realiseren van een logistieke oplossing
voor de Europese distributie van reserve-onderdelen voor de F-35 in Woensdrecht (zie
ook ontvangsten). Daarnaast is een kasschuif doorgevoerd van € 1,3 mln ten gunste
van 2019.
– Verduurzaming industrie – € 0,4 mln. Deze mutatie betreft onder meer de uitvoeringskosten
(– € 3,8 mln), een bijdrage van het Ministerie van I&W voor de demoregeling CO2 reductie industrie (€ 5,1 mln), een overboeking naar artikel 4 voor een bijdrage
aan de programmatische aanpak waterstof (– € 10,0 mln) en een verhoging van € 1 mln
als gevolg van het uitvoeringsbudget Verduurzaming industrie dat in 2018 niet is benut
en in 2019 opnieuw beschikbaar wordt gesteld. Daarnaast is € 6,9 mln van de niet benutte
middelen in 2018 toegevoegd aan het budget voor 2019.
– MIT – € 5,6 mln. Dit betreft onder meer een overboeking van € 6,3 mln naar het Provinciefonds
ten behoeve van de uitvoering van het decentrale deel van de MIT en voor € 1 mln een
tijdelijke toevoeging vanuit het SBIR-budget.
– Bijdrage RVO € 13,5 mln. Deze mutatie betreft onder meer de uitvoeringskosten voor:
CETAM, Green Deals, Maatschappelijk verantwoord Inkopen (MVI), Eureka, Programma verduurzaming
industrie, MKB!dee, Nationaal Landingspunt, Startup Delta, Ideas from Europe, Fast
Lane, Hannover Messe, Holland Lounge en Ruimte in regels.
– Bijdrage TNO € 7,0 mln. Zie toelichting onder verplichtingen.
– Topsectoren overig € 18,3 mln: zie toelichting onder verplichtingen.
Toelichting op de ontvangsten
De verhoging van het ontvangstbudget met € 11,3 mln is het gevolg van een verhoging
van de raming van de octrooiontvangsten met € 4 mln, een terugontvangst van € 3,0
mln op het opdrachtpakket 2017 van RVO, een bijdrage van het Ministerie van Defensie
en de provincie Noord-Brabant (samen € 3,3 mln) in het kader van een lening voor het
realiseren van een logistieke oplossing voor de Europese distributie van reserve-onderdelen
voor de F-35 in Woensdrecht en een verhoging van de ontvangsten met € 1 mln als gevolg
van een terugbetaling van een lening door LIOF.
Toelichting op de begrotingsreserves
Voor de begrotingsreserves worden nu nog geen stortingen en onttrekkingen voorzien.
Begrotingsreserve Borgstelling MKB-kredieten (BMKB)
Bedragen x € 1.000
Stand 1/1/2019
91.456
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2019
91.456
Begrotingsreserve Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)
Bedragen x € 1.000
Stand 1/1/2019
67.112
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2019
67.112
Begrotingsreserve Groeifaciliteit
Bedragen x € 1.000
Stand 1/1/2019
22.779
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2019
22.779
Begrotingsreserve Garantie MKB-faciliteiten
Bedragen x € 1.000
Stand 1/1/2019
9.261
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2019
9.261
Budgettaire gevolgen van beleid,
3. Toekomstfonds
(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Ontwerp
begroting 2019
(1)
Mutaties via NvW, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2019 (3)=(1+2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(4+5)
Mutatie 2020
Mutatie 2021
Mutatie 2022
Mutatie 2023
VERPLICHTINGEN
149.275
– 4.000
145.275
89.133
234.408
– 4.800
– 4.600
– 800
1.300
Waarvan garantieverplichtingen
Waarvan overige verplichtingen
149.275
– 4.000
145.275
89.133
234.408
– 4.800
– 4.600
– 800
1.300
UITGAVEN
181.977
– 4.000
177.977
85.521
263.498
– 4.820
– 4.780
1.300
Waarvan juridisch verplicht (percentage)
65%
67%
66%
Leningen
174.284
– 4.000
170.284
81.351
251.635
– 6.335
– 6.295
– 1.515
– 215
I Startups/MKB-FINANCIERING
Volledig revolverend
Dutch Venture Initiative/Fund of Funds
25.851
25.851
3.192
29.043
Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen
Co-investment venture capital instrument/EIF
10.154
10.154
10.154
20.308
Gedeeltelijk revolverend
Innovatiekrediet
52.997
52.997
4.632
57.629
Risicokapitaal (Seed Capital)
34.971
– 2.000
32.971
25.397
58.368
1.551
1.051
1.020
320
Vroege fasefinanciering
15.335
15.335
4.582
19.917
– 535
– 535
– 535
– 535
Start ups/MKB
10.928
10.928
– 4.642
6.286
– 4.820
– 4.780
NL-Californië Duurzaam E-mobility fund
2.539
2.539
– 2.539
– 2.531
– 2.031
– 2.000
II INVESTERINGEN IN FUNDAMENTEEL EN TOEGEPAST ONDERZOEK
Met vermogensbehoud
Fundamenteel en toegepast onderzoek
18.500
– 2.000
16.500
38.668
55.168
Oncode Institute
2.500
2.500
1.885
4.385
Smart Industry
509
509
22
531
III Staatsobligaties Toekomstfonds
Subsidies
1.081
1.081
1.412
2.493
IV Reëel rendement voor onderzoek
V Overige subsidies
Smart Industry
281
281
1.404
1.685
Haalbaarheidsstudies TO2 innovatieve starters
800
800
8
808
Bijdragen aan agentschappen
6.612
6.612
2.758
9.370
1.515
1.515
1.515
1.515
Bijdrage Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
6.612
6.612
2.758
9.370
1.515
1.515
1.515
1.515
ONTVANGSTEN
28.500
28.500
28.500
MKB-FINANCIERING BESTAAND INSTRUMENTARIUM
Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen
Fund of Funds (DVI I/Business Angels)
2.900
2.900
2.900
Innovatiekredieten
17.000
17.000
17.000
Seed Capital
8.600
8.600
8.600
Vroege fasefinanciering
MKB-FINANCIERING INCIDENTELE MIDDELEN
Ontvangsten DVI II
Ontvangsten fundamenteel en toegepast onderzoek
Fundamenteel en toegepast onderzoek
Renteontvangsten Toekomstfonds
Toelichting op de verplichtingen
De verhoging van het verplichtingbudget met € 89,1 mln bestaat voor € 99,3 mln aan
budget dat niet in 2018 tot besteding is gekomen en in 2019 weer aan de begroting
wordt toegevoegd. Conform de systematiek van het fonds worden niet benutte middelen
in enig jaar weer toegevoegd aan de begroting van het daarop volgende jaar. Deze toevoeging
betreft het budget voor onder meer het Innovatiekrediet, de Seed Capital regeling,
Vroegefasefinanciering, Fundamenteel en toegepast onderzoek en Oncode Institute. Hiernaast
wordt er onder meer een bijdrage verleend aan het Ministerie van OCW voor de onderzoeksinfrastructuur
(– € 2,0 mln), is er een overboeking naar artikel 2 voor MKB!dee (– € 5,1 mln) in
het kader van het MKB-actieplan en zijn de verplichtingen voor Vroegefasefinanciering
met € 2,6 mln verlaagd omdat de verplichting aan NWO-TTW voor de uitvoering van de
regeling voor het eerste halfjaar 2019 al in 2018 is aangegaan.
Toelichting op de uitgaven
De verhoging van het kasbudget met € 85,5 mln bestaat voor € 93,6 mln aan budget dat
niet in 2018 tot besteding is gekomen en in 2019 weer aan de begroting wordt toegevoegd.
Conform de systematiek van het Toekomstfonds worden niet benutte middelen in enig
jaar toegevoegd aan de begroting van het daarop volgende jaar. Deze toevoeging betreft
het budget voor onder meer het Co-investeringsvehicle met het EIF, het Innovatiekrediet,
de Seed Capital regeling, Vroegefasefinanciering en Fundamenteel en toegepast onderzoek.
Hiernaast wordt er onder meer een bijdrage verleend aan het Ministerie van OCW voor
de onderzoeksinfrastructuur (– € 2,0 mln) en is er een overboeking naar artikel 2
voor MKB!dee (– € 4,7 mln) in het kader van het MKB-actieplan.
Vanuit het budget voor de Seed Capital regeling, Vroegefasefinanciering en Fundamenteel
en toegepast onderzoek is in totaal € 2 mln toegevoegd aan de bijdrage RVO voor het
uitvoeren van deze regelingen. Het budget voor NL-Californië Duurzaam E-mobility fund
is toegevoegd aan de Seed Capital regeling.
Toelichting ijklijn gasbaten
Het Toekomstfonds wordt mede gevoed met eventuele meevallers uit de aardgasbaten.
Er is sprake van meevallers wanneer de gerealiseerde aardgasbaten in een bepaald jaar
hoger zijn dan de aardgasbaten zoals die voor dat betreffende jaar geraamd zijn in
de Miljoenennota 2015. Deze raming wordt herijkt als er beleidsmatige aanpassingen
van de gasproductie plaatsvinden (Kamerstuk 34 000 XIII, nr. 5).
De relevante ijklijn die van invloed is voor de bepaling van de voeding van het Toekomstfonds
is vastgelegd en toegelicht in de EZK-begroting 2019 (p. 78 en 79).
Het kabinet heeft in februari 2019 besloten tot versnelde afbouw van de gaswinning
in Groningen. De versnelling van het basispad wordt met name veroorzaakt door de geplande
extra inkoop van stikstof door GTS en de versnelde afbouw van de export naar Duitsland.
Naar aanleiding van de bovengenoemde wijziging bij Voorjaarsnota 2019 is er sprake
van meevallers voor het Toekomstfonds wanneer de gerealiseerde gasbaten in een bepaald
jaar hoger zijn dan de gasbaten zoals in onderstaande tabel is opgenomen (stand actuele
ijklijn aardgasbaten Voorjaarsnota 2019).
Bedragen x € 1 mln
2018
2019
2020
2021
2022
2023
Ijklijn aardgasbasten Miljoenennota 2019
5.650
5.650
4.500
850
1.050
150
Bijstelling n.a.v. beleidsmatige aanpassingen (volume-effect) bij Voorjaarsnota 2019
– 30
– 120
– 180
– 130
– 130
Actuele ijklijn aardgasbaten Voorjaarsnota 2019
5.620
4.380
670
920
20
Deze actuele ijklijn wijkt af van de raming van de aardgasbaten op beleidsartikel
5 omdat voor het Toekomstfonds alleen de beleidsmatige aanpassingen van de gasproductie
van toepassing zijn. Bij het vaststellen van de gasbatenraming op beleidsartikel 5
spelen onder andere de beursprijs van TTF-gas, de euro/dollar koers en de olieprijs
een rol. Deze blijven bij de berekening van de ijklijn voor het Toekomstfonds buiten
beschouwing.
Budgettaire gevolgen van beleid,
4. Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering
(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Ontwerp
begroting 2019
(1)
Mutaties via NvW, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2019
(3)=(1+2)
Mutaties 1e suppletoire begroting
(4)
Stand 1e suppletoire begroting
(5)=(3+4)
Mutatie 2020
Mutatie 2021
Mutatie 2022
Mutatie 2023
VERPLICHTINGEN
10.605.329
81.400
10.686.729
4.618
10.691.347
4.553
17.957
3.557
4.373
Waarvan garantieverplichtingen
71.300
71.300
– 3.420
67.880
Waarvan overige verplichtingen
10.534.029
81.400
10.615.429
8.038
10.623.467
4.553
17.957
3.557
4.373
UITGAVEN
2.799.175
79.100
2.878.275
10.275
2.888.550
4.553
17.957
3.557
4.373
Waarvan juridisch verplicht (percentage)
95%
92%
95%
Subsidies
2.558.099
79.100
2.637.199
– 3.450
2.633.749
– 7.260
10.094
– 4.306
– 4.706
Topsectoren Energie
86.490
35.000
121.490
– 15.188
106.302
– 6.256
– 2.800
– 2.800
– 2.800
– Tenderregeling Energie-innovatie (TSE)
36.490
35.000
71.490
– 13.228
58.262
– 4.296
– 840
– 840
– 840
– SDE+projecten (Hernieuwbare Energie Regeling)
50.000
50.000
– 1.960
48.040
– 1.960
– 1.960
– 1.960
– 1.960
Energie-efficiency
2.368
2.368
– 135
2.233
Green Deals
500
500
500
Klimaat en Energieakkoord
44.100
6.600
50.700
30.365
81.065
4.156
700
– Demonstratie-regeling Energie Innovatie (DEI)
41.200
– 200
41.000
32.165
73.165
3.456
– Subsidieregeling Duurzame Scheepsbouw (SDS)
2.900
400
3.300
– 1.800
1.500
700
700
– Projecten Klimaat- en Energieakkoord
0
6.400
6.400
6.400
MEP
47.025
47.025
47.025
SDE
652.451
652.451
– 300
652.151
– 300
– 300
– 300
– 300
SDE+
1.550.434
1.550.434
– 4.555
1.545.879
– 4.860
– 1.606
– 1.606
– 1.606
Storting in begrotingsreserve duurzame energie
Storting in begrotingsreserve maatregelen voor CO2-reductie
Aardwarmte
0
15.000
15.000
15.000
ISDE-regeling
100.000
100.000
100.000
Compensatie Energie-intensieve bedrijven (ETS)
61.000
61.000
– 10.995
50.005
14.100
CCS
3.080
3.080
– 715
2.365
400
Subsidieregeling Energiebesparing en duurzame energie sportaccommodaties (EDS)
Hoge Flux Reactor
7.651
7.651
– 401
7.250
Elektrisch rijden
Caribisch Nederland
3.000
3.000
3.000
Overige subsidies
0
22.500
22.500
– 1.526
20.974
Leningen
Pallas
Garanties
4.700
4.700
80
4.780
Verliesdeclaraties Aardwarmte
0
0
3.500
3.500
Storting in begrotingsreserve Aardwarmte
4.700
4.700
– 3.420
1.280
Opdrachten
12.357
12.357
– 2.810
9.547
– 600
– 600
– 600
– 600
Onderzoek mijnbouw-bodembeweging
1.816
1.816
– 300
1.516
– 200
– 200
– 200
– 200
SodM onderzoek
2.500
2.500
2.500
Joint implementation
Uitvoeringsagenda Klimaat
823
823
823
Klimaat mondiaal
359
359
359
Onderzoek en opdrachten
6.859
6.859
– 2.510
4.349
– 400
– 400
– 400
– 400
Bijdragen aan agentschappen
53.069
53.069
18.638
71.707
8.963
9.963
9.963
9.779
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
40.621
40.621
20.311
60.932
9.700
9.700
9.700
9.700
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
720
720
100
820
KNMI
1.193
1.193
924
2.117
184
184
184
0
NEa
7.875
7.875
– 1.580
6.295
– 921
79
79
79
RIVM
1.467
1.467
– 1.467
0
Rijkswaterstaat
1.193
1.193
350
1.543
Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s
130.010
130.010
1.950
131.960
– 5.620
Doorsluis COVA heffing
111.000
111.000
111.000
TNO Kerndepartement
17.269
17.269
1.950
19.219
– 5.620
TNO SodM
1.741
1.741
1.741
Bijdragen aan mede-overheden
24.356
24.356
– 416
23.940
Uitkoopregeling
24.356
24.356
– 416
23.940
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties
16.584
16.584
– 3.717
12.867
9.070
– 1.500
– 1.500
– 100
ECN/NRG
15.135
15.135
– 3.717
11.418
9.070
– 1.500
– 1.500
– 100
Internationale contributies
1.449
1.449
1.449
ONTVANGSTEN
2.232.211
2.232.211
87.874
2.320.085
154.500
84.500
64.500
144.500
COVA
111.000
111.000
111.000
Opbrengst heffing ODE (SDE+)
1.730.000
1.730.000
1.730.000
ETS-ontvangsten
300.000
300.000
80.000
380.000
150.000
80.000
60.000
140.000
Onttrekking begrotingsreserve duurzame energie
78.000
78.000
78.000
Ontvangsten zoutwinning
2.511
2.511
2.511
Diverse ontvangsten
10.700
10.700
7.874
18.574
4.500
4.500
4.500
4.500
Toelichting op de verplichtingen
Voor een toelichting op de verplichtingen wordt verwezen naar de toelichting op de
uitgaven. De verlaging van de garantieverplichtingen heeft vooral betrekking op lagere
verwachte storting van provisies die in 2019 worden ontvangen op basis van de garantieregeling
geothermie.
Toelichting op de uitgaven
Tenderregeling energie-innovatie
Vanuit het budget voor de Tenderregeling Energie-Innovatie (TSE), waar de Klimaatenveloppemiddelen
aan zijn toegevoegd, wordt per saldo € 12,1 mln overgeheveld naar het budget voor
de Demonstratieregeling Energie-Innovatie (DEI). Daarnaast wordt uit de klimaatenveloppemiddelen
€ 1 mln overgeheveld naar artikel 2 Bedrijvenbeleid: innovatie en duurzaam ondernemen
voor de pilot en demoregeling CO2-reductie Industrie.
Demonstratieregeling Energie-Innovatie (DEI)
Zie de toelichting bij de Tenderregeling Energie-Innovatie. Naast de daar genoemde
€ 12,1 mln die naar de DEI is overgeheveld wordt voor een aantal aparte tenders binnen
de DEI budget overgeheveld vanuit artikel 2 (€ 9,6 mln) en vanuit de begroting van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (€ 10,5 mln).
SDE+
Ten behoeve van de hogere kosten die met de uitvoering van de SDE+ gepaard gaan door
de toename in het aantal verstrekte subsidies is € 2,6 mln budget overgeheveld naar
het RVO-uitvoeringsbudget. Daarnaast is € 1,8 mln overgeheveld naar de begroting van
Infrastructuur en Waterstaat als bijdrage in de kosten die Rijkswaterstaat moet maken
voor de aanleg van een extra radartoren bij Wemeldinge (Zeeland) die noodzakelijk
is omdat de aanleg van windmolenparken in Zeeland leidt tot een verminderde radardekking.
ETS
Het in 2018 niet-gebruikte budget (€ 3,1 mln) is toegevoegd aan het budget 2019. Vanwege
de voorziene benutting van de ETS-middelen is tevens een kasschuif doorgevoerd. Het
budget 2019 wordt daartoe verlaagd met € 14,1 mln door een kasschuif naar het jaar
2021, omdat in dat jaar hogere ETS-uitgaven worden verwacht.
RVO
Om het tekort op de uitvoeringskosten van RVO te dekken is in totaal € 20,3 mln budget
toegevoegd aan het budget hiervoor. Naast het tekort op de uitvoering van de lopende
regelingen gaat het dan om uitvoeringskosten die gemoeid zijn met de besteding van
de Klimaatenveloppemiddelen (ook van de middelen die overgekomen zijn van respectievelijk
het Ministerie van BZK, artikel 2 en het nieuwe Expertisecentrum Warmte), uitvoeringskosten
van de Tenderregeling Energie-Innovatie (TSE), de Subsidieregeling Duurzame Scheepsbouw
(SDS), de Hernieuwbare Energie Regeling (HER), de Renewable Energy Directive (RED)
en het Extractive Industries Transparency Initiative (EITI), alsmede om additionele
uitvoeringskosten voor de SDE+-regeling en de ondersteuning RCR-projecten.
Toelichting op de ontvangsten
ETS-ontvangsten
Ten opzichte van eerdere ramingen is de verwachte gemiddelde prijs van ETS-rechten
in 2019 sterk gestegen (van € 16,32 naar € 20,41 per ETS-recht). Hierdoor is ten opzichte
van de eerdere ramingen een meevaller voorzien.
Diverse ontvangsten
De verhoging van de ontvangstentaakstelling voor «diverse ontvangsten» (€ 7,9 mln)
hangt samen met een verhoging van de verwachte onttrekking aan de reserve aardwarmte
(€ 3,5 mln), een terugontvangst van RVO van te veel betaalde uitvoeringskosten 2018
(€ 1,8 mln) en een extra verwachte terugbetaling van in het verleden verstrekte subsidievoorschotten
(€ 6,7 mln). Hiertegenover staan lagere ontvangsten van provisies op basis van de
garantieregeling aardwarmte (€ 3,4 mln) en lagere ontvangsten van aan initiatiefnemers
van energieprojecten doorberekende planschade-uitkeringen (€ 0,7 mln).
Toelichting op de begrotingsreserves
Begrotingsreserve Duurzame energie
Bedragen x € 1.000
Stand 1/1/2019
2.239.406
+ Geraamde storting
180.000
– Geraamde onttrekking
– 78.000
Stand (raming) per 31/12/2019
2.341.406
De begrotingsreserve voor duurzame energie is bestemd voor onbesteed gebleven middelen
als gevolg van vertraging bij of het niet doorgaan van projecten waaraan subsidie
is toegekend op basis van de MEP, de SDE, de SDE+, de HER of de ISDE. Via de reserve
blijven deze middelen ook in de toekomst beschikbaar voor het stimuleren van hernieuwbare
energieproductie. In 2019 zal naar verwachting zo’n € 180 mln onbenutte (kas)middelen
in de begrotingsreserve gestort worden. De verwachte onttrekking van € 78 mln betreft
de tranche 2019 van de tijdelijke onttrekking aan de begrotingsreserve die bij de
behandeling van de Voorjaarsnota 2015 aan de orde is geweest (zie hiervoor onder meer
het antwoord op vraag 5 en 6 in Kamerstuk 34 210 XIII, nr. 4, blz. 5 – 7).
Begrotingsreserve Aardwarmte
Bedragen x € 1.000
Stand 1/1/2019
21.554
+ Geraamde storting
1.280
– Geraamde onttrekking
– 3.500
Stand (raming) per 31/12/2019
18.182
De begrotingsreserve voor de garantieregeling Aardwarmte is bedoeld om het budget
voor het mogelijk uitbetalen van verliesdeclaraties meerjarig in te kunnen zetten
en een eventuele mismatch in de tijd tussen inkomsten (premies) en uitgaven (verliesdeclaraties)
op te vangen. Om gebruik te kunnen maken van de garantieregeling Aardwarmte betalen
marktpartijen een kostendekkende premie aan de uitvoerder van de regeling (RVO.nl)
die wordt gestort in de begrotingsreserve. De uit te betalen verliesdeclaraties worden
onttrokken aan de reserve.
Begrotingsreserve ECN verstrekte leningen
Bedragen x € 1.000
Stand 1/1/2019
6.600
+ Geraamde storting
0
– Geraamde onttrekking
0
Stand (raming) per 31/12/2019
6.600
De middelen in de begrotingsreserve risicopremie ECN/NRG zullen worden aangesproken
als ECN – al dan niet tijdelijk – (gedeeltelijk) niet kan voldoen aan de terugbetalingsverplichtingen
volgens de afgesloten leningsovereenkomst.
Begrotingsreserve Maatregelen voor CO2-reductie
Bedragen x € 1.000
Stand 1/1/2019
500.000
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2019
500.000
Het kabinet zal additionele maatregelen nemen om aanvullende CO2-reductie te realiseren. Omdat de aard en timing van de eventuele aanvullende maatregelen
nog onzeker is, heeft het kabinet besloten deze eventuele maatregelen via een tijdelijke
begrotingsreserve mogelijk te maken. De reserve loopt tot en met 2020. De reserve
is in 2018 eenmalig gevuld met € 500 mln. Het Ministerie van Economische Zaken en
Klimaat coördineert de set aan maatregelen om CO2 te reduceren. Andere departementen zoals LNV, IenW en BZK kunnen ook een beroep doen
op deze middelen voor CO2-reducerende maatregelen.
De Tweede Kamer zal met een Incidentele Suppletoire Begroting (ISB) over de voorgestelde
maatregelen en budgettaire gevolgen worden geïnformeerd.
Budgettaire gevolgen van beleid,
5. Een veilig Groningen met perspectief
(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Ontwerp
begroting 2019
(1)
Mutaties via NvW, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2019 (3)=(1+2)
Mutaties 1e suppletoire begroting
(4)
Stand 1e suppletoire begroting
(5)=(3+4)
Mutatie 2020
Mutatie 2021
Mutatie 2022
Mutatie 2023
VERPLICHTINGEN
140.111
140.111
106.922
247.033
4.067
4.067
4.066
Waarvan garantieverplichtingen
Waarvan overige verplichtingen
140.111
140.111
106.922
247.033
4.067
4.067
4.066
UITGAVEN
140.471
140.471
106.922
247.393
4.067
4.067
4.066
Waarvan juridisch verplicht (percentage)
77%
77%
77%
Subsidies
25.790
25.790
58.615
84.405
4.067
4.067
4.066
Verduurzamingsopgave uit aardgasbaten
10.273
10.273
4.067
14.340
4.067
4.067
4.066
Verduurzamingsopgave overig (plafond relevante uitgaven)
10.517
10.517
6.364
16.881
Bijdrage aan Nationaal Programma Groningen
0
0
44.400
44.400
Instrumentarium woningmarkt
5.000
5.000
3.784
8.784
Inkomensoverdrachten
57.500
57.500
0
57.500
Schadevergoedingen
57.500
57.500
0
57.500
Opdrachten
13.105
13.105
8.146
21.251
Onderzoek en compensatie gemeenten en provincie
7.111
7.111
4.883
11.994
Werkbudget
5.994
5.994
3.263
9.257
Bijdragen aan agentschappen
44.076
44.076
40.161
84.237
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
41.991
41.991
40.161
82.152
Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen
2.085
2.085
0
2.085
Totaal ontvangsten
1.749.491
1.749.491
– 28.694
1.720.797
20.000
– 40.000
– 50.000
– 90.000
Schadevergoedingen
57.500
57.500
5.300
62.800
Uitvoeringskosten Schade
41.991
41.991
66.006
107.997
Aardgasbaten
1.650.000
1.650.000
– 100.000
1.550.000
20.000
– 40.000
– 50.000
– 90.000
Toelichting op de verplichtingen
Voor een toelichting op de verplichtingen wordt verwezen naar de toelichting op de
uitgaven.
Toelichting op de uitgaven
Subsidies
De niet benutte middelen in 2018 voor verduurzamingsopgave uit aardgasbaten (€ 16,3
mln) en instrumentarium woningmarkt (€ 3,8 mln) zijn aan het budget van 2019 toegevoegd.
Daarnaast is € 12,2 mln budget voor verduurzamingsopgave uit aardgasbaten van 2019
doorgeschoven naar de jaren 2020, 2021 en 2022. Dit zijn de uitgaven voor de waardevermeerderingsregeling
(maximaal € 4.000 subsidie bij € 1.000 schade). De nieuwe reeks geeft de inschatting
weer van het gebruik van dit subsidie instrument in relatie tot het aantal verwachte
schademeldingen.
Voor het Nationaal Programma Groningen wordt € 44,4 mln opgevraagd van de middelen
die hiervoor op de Aanvullende Post staan gereserveerd. Deze middelen zijn bestemd
voor projecten voor het Nationaal Programma Groningen.
Op het artikel verduurzamingsopgave overig staan de middelen die bedoeld zijn voor
het verduurzamen van woningen tot maximaal € 7.000 wanneer deze worden versterkt.
Voorzien is dat de versterking in 2019 wordt versneld. De in 2018 niet benutte € 6,4
mln is daarom toegevoegd aan het budget.
Opdrachten
De niet benutte middelen in 2018 voor onderzoek (€ 4,9 mln) en het werkbudget NCG
(€ 3 mln) zijn aan het budget van 2019 toegevoegd.
Bijdrage Baten-Lastendiensten
De hogere bijdrage aan RVO.nl wordt veroorzaakt door hogere uitvoeringskosten van
de schadeafhandeling (€ 53 mln), als gevolg van het grote aantal schadeafhandelingen
dat voor 2019 gepland staat. Deze uitvoeringskosten worden gedeclareerd bij de NAM.
Aan de andere kant wordt het teveel betaalde voorschot voor de afhandeling van het
schadeproces Groningen in 2018 in mindering gebracht op de opdracht van 2019.
Toelichting op de ontvangsten
De bijdrage van de NAM voor uitvoeringskosten van de schadeafhandeling neemt in 2019
met € 66 mln toe. RVO.nl voert de schadeafhandeling uit. EZK is opdrachtgever voor
RVO.nl en declareert de hogere uitvoeringskosten van € 53 mln bij de NAM. Daarnaast
betaalt de NAM in 2019 nog € 13 mln voor de uitvoeringskosten over het 4e kwartaal 2018.
In 2019 wordt nog € 5,3 mln van de NAM ontvangen voor de schadebetalingen over het
4e kwartaal 2018.
Aardgasbaten
De aardgasbaten worden bijgesteld op basis van de huidige (meerjarige) prijsverwachting.
Daarnaast heeft de MR 8 februari 2019 besloten tot versnelde afbouw van de gaswinning
in Groningen. De versnelling van het basispad wordt met name veroorzaakt door de geplande
extra inkoop van stikstof door GTS en de versnelde afbouw van de export naar Duitsland.
Vanaf 2022 komt de gaswinning onder het door Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) geadviseerde
niveau van 12 mld Nm3, door de ingebruikname van de stikstofinstallatie in Zuidbroek.
Dit versnelde volumebesluit wordt nu ook verwerkt in de raming van de aardgasbaten.
Tot en met 2018 werden de gasbaten afgerond op € 50 mln. Omdat de gasbaten echter
steeds verder afnemen, worden deze voortaan op € 10 mln afgerond.
4. DE NIET-BELEIDSARTIKELEN
40. Apparaat
(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2019
(1)
Mutaties via NvW, moties en amendementen
(2)
Vastgestelde begroting 2019
(3)=(1+2)
Mutaties 1e suppletoire begroting
(4)
Stand 1e suppletoire begroting
(5)=(3+4)
Mutatie 2020
Mutatie 2021
Mutatie 2022
Mutatie 2023
VERPLICHTINGEN
278.382
278.382
9.589
287.971
– 307
– 3.449
– 13.848
– 17.435
UITGAVEN
278.382
278.382
9.589
287.971
– 307
– 3.449
– 13.848
– 17.435
Personele uitgaven
190.251
190.251
3.198
193.449
– 3.280
– 4.481
– 14.880
– 18.371
– waarvan eigen personeel
165.146
165.146
3.236
168.382
808
– 533
– 583
– 678
– waarvan externe inhuur
7.607
7.607
– 254
7.353
14
14
14
14
– waarvan overige personele uitgaven
17.498
17.498
216
17.714
– 4.102
– 3.962
– 14.311
– 17.707
Materiële uitgaven
88.131
88.131
6.391
94.522
2.973
1.032
1.032
936
– waarvan ICT1
20.278
20.278
0
20.278
0
– waarvan bijdrage aan SSO’s (exclusief DICTU)
15.738
15.738
32
15.770
68
– waarvan SSO DICTU
26.285
26.285
2.726
29.011
171
– waarvan overige materiële uitgaven
25.830
25.830
3.633
29.463
2.734
1.032
1.032
936
ONTVANGSTEN
25.426
25.426
25.426
– waarvan ACM
18.134
18.134
18.134
– waarvan SoDM
3.150
3.150
3.150
– waarvan CPB
1.643
1.643
1.643
– waarvan kerndepartement
2.499
2.499
2.499
X Noot
1
Het totaal van de ICT-uitgaven van het kerndepartement en de buitendiensten bestaat
uit de ICT-uitgaven geraamd onder de post materiële uitgaven en de bijdrage aan de
SSO DICTU.
Toelichting op de verplichtingen en uitgaven
Personele uitgaven
Er is € 3,2 mln toegevoegd aan de budgetten voor het eigen personeel van het Ministerie
van EZK. Dit is met name voor de versterking van de directie Top en de directie Ondernemerschap
(€ 0,9 mln), de voorlichting over de Brexit (€ 1,1 mln), extra capaciteit voor de
invoering van AVG (€ 0,3 mln), en personeelsgerelateerde uitgaven.
Materiële uitgaven
Aan de materiële budgetten van het kerndepartement is € 6,4 mln toegevoegd. Hiervan
is € 3,9 mln een bijdrage voor informatiebeveiliging. Het op orde brengen en houden
van informatiebeveiliging is rijksbreed een belangrijk aandachtspunt. In haar verantwoordingsonderzoek
over 2017 kwalificeerde de Algemene Rekenkamer het onderwerp informatiebeveiliging
nog als een onvolkomenheid voor EZ (nu EZK en LNV).
Vanwege de extra gezamenlijke inspanningen van EZK en LNV op dit terrein is deze onvolkomenheid
over 2018 komen te vervallen.
Inspanningen op dit gebied blijven echter noodzakelijk. Er is daarom een gezamenlijk
departementsbreed traject van EZK en LNV om de informatiebeveiliging op orde te houden.
Deze mutatie bevat de bijdrage hieraan.
Ook is er een extra bijdrage aan DICTU voor de ontwikkeling van het project Rijkszaak
fase 3 (€ 2 mln). Daarnaast zijn er extra kosten voor rijksbrede trajecten zoals Duurzame
Digitale Informatiehuishouding (€ 0,1 mln) en de rijksbrede kunstvoorziening (€ 0,1
mln).
41. Nog onverdeeld
(Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2019
(1)
Mutaties via NvW, moties en amendementen
(2)
Vastgestelde begroting 2019
(3)=(1+2)
Mutaties 1e suppletoire begroting
(4)
Stand 1e suppletoire begroting
(5)=(3+4)
Mutatie 2020
Mutatie 2021
Mutatie 2022
Mutatie 2023
VERPLICHTINGEN
0
0
46.951
46.951
56.664
54.679
52.885
51.743
UITGAVEN
0
0
46.951
46.951
56.664
54.679
52.885
51.743
Prijsbijstelling
0
0
20.398
20.398
21.109
19.913
18.177
17.857
Loonbijstelling
0
0
25.210
25.210
24.295
23.611
23.708
23.886
Onvoorzien
0
0
1.343
1.343
260
155
Nog te verdelen
0
0
11.000
11.000
11.000
10.000
Toelichting
Loon- en prijsbijstelling
Bij Voorjaarsnota 2019 is de loon- en prijsbijstellingstranche 2019 uitgedeeld. De
loonbijstelling betreft de vergoeding voor de stijging van de contractloonontwikkeling
en de stijging van de sociale lasten voor de overheidswerkgever. De prijsbijstelling
betreft de verwerking van de stijging van de diverse prijsindexen. De loon- en prijsbijstellingstranche
2019 zal bij de eerst volgende begrotingsronde uitgedeeld worden aan de relevante
loon- en prijsgevoelige onderdelen.
Nog te verdelen
Als uitkomst van de voorjaarsbesluitvorming 2018 stond er nog een taakstellende reeks
van € 11 mln in de jaren 2020 t/m 2022, € 10 mln in 2023, € 5 mln in 2024 en daarna
€ 10 mln per jaar. In de Voorjaarsnota 2019 wordt deze taakstelling ingevuld.
5. DE AGENTSCHAPPEN
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl)
Exploitatieoverzicht baten-lastenagentschap RVO.nl
Suppletoire begroting 2019 (Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Omschrijving
(1)
Vastgestelde begroting
(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting
(3)=(1)+(2)
Totaal geraamd
Baten
Omzet moederdepartement
197.997
97.546
295.543
Omzet overige departementen
288.298
75.350
363.648
Omzet derden
27.710
7.843
35.553
Rentebaten
0
0
0
Vrijval voorzieningen
0
0
0
Bijzondere baten
0
0
0
Totaal baten
514.005
180.739
694.744
Lasten
Apparaatskosten
502.601
176.729
679.330
– Personele kosten
296.800
64.363
361.163
Waarvan eigen personeel
243.456
45.606
289.062
Waarvan externe inhuur
41.012
14.421
55.433
Waarvan overige personele kosten
12.332
4.336
16.668
– Materiële kosten
205.801
112.365
318.166
Waarvan apparaat ICT
0
0
0
Waarvan bijdrage aan SSO's
112.500
39.558
152.058
Waarvan overige materiële kosten
93.301
72.807
166.108
Rentelasten
25
9
34
Afschrijvingskosten
11.379
4.001
15.380
– Materieel
2.121
746
2.867
Waarvan apparaat ICT
0
0
0
Waarvan overige materiële afschrijvingskosten
2121
746
2867
– Immaterieel
9.258
3.255
12.513
Overige lasten
0
0
0
– Dotaties voorzieningen
0
0
0
– Bijzondere lasten
0
0
0
Totaal lasten
514.005
180.739
694.744
Saldo van baten en lasten
0
0
0
Toelichting op de baten
Omzet moederdepartement
De totale mutatie in de omzet vanuit het moederdepartement bedraagt € 97,5 mln. Deze
mutatie is opgebouwd uit de volgende onderdelen:
– De omzet DG Bedrijfsleven & Innovatie (B&I) stijgt met € 15,3 mln in het kader van
de uitvoering van diverse programma's. Ten eerste is een bijdrage van € 3,8 mln voor
het programma Verduurzaming Industrie (Klimaatopgave) toegevoegd. Daarnaast is de
reguliere RVO-opdracht 2019 van verhoogd met € 5,0 mln. De overige mutaties betreffen
onder andere extra bijdragen voor CETAM, Green Deals, Ruimte In Regels, MKB!dee en
andere regelingen (totaal € 6,5 mln).
– De omzet DG Klimaat en Energie (K&E), voormalig DG Energie, Telecom & Mededinging
(ETM), neemt toe met € 29,2 mln. Dit betreft een aanpassing aan de definitieve opdracht
2019 voor een bedrag van € 19,6 mln. Ook is sprake van overheveling van budgetten
voor Hernieuwbare Energie (HER) en Topsectoren Energie (TSE) naar de SDE+-regeling
(€ 7,2 mln) en extra bijdragen aan de Demonstratieregeling Energie-Innovatie (DEI),
Meerjarige Missiegedreven Innovatie Programma (MMIP) en diverse andere regelingen
(totaal € 2,4 mln).
– De opdracht aan de Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen (TCMG) van DG Groningen
Bovengronds neemt toe met € 53,0 mln. Ten tijde van het opzetten van de organisatie
is uitgegaan van een in zeer hoge mate standaard ingericht productieproces, waardoor
de begroting initieel op € 41,9 mln was geraamd. Voortschrijdend inzicht leert dat
er meer gerichte deskundigheid noodzakelijk was voor het vinden van een balans tussen
snelheid en zorgvuldigheid in het oplossen van vraagstukken. Hiertoe bleken meer schade-experts
benodigd, welk aantal begin 2019 ook nog eens verhoogd is om de voorraad aanvragen
weg te werken. Verder zijn de investeringen in ICT hoger doordat een eigen applicatie
is ontwikkeld voor het efficiënter kunnen laten plaatsvinden van schadebeoordelingen.
Omzet overige departementen
De totale mutatie in de omzet van overige departementen bedraagt € 75,4 mln. Deze
mutatie is opgebouwd uit de volgende onderdelen:
– De omzet vanuit het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) stijgt
met € 47,1 mln door meerwerk op o.a. het Meststoffen 6e Actieprogramma en het Fosfaatstelsel, bijstelling aan de definitieve opdracht 2019
en extra bijdragen aan Bureau Beheer Landbouwgronden, Ondersteunend Bureau Dierproeven
en diverse andere regelingen.
– De omzet vanuit het Ministerie van Buitenlandse Zaken stijgt met € 12,3 mln omdat
de definitieve opdracht 2019 hoger is uitgevallen dan oorspronkelijk geraamd. Ten
tijde van het opstellen van de begroting was de omvang van de opdracht nog niet volledig
bekend.
– De opdracht vanuit het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK)
stijgt met € 7,3 mln doordat de definitieve opdracht hoger is dan geraamd en door
de aanvullende opdrachten voor o.a. Aardgasvrij, Maatschappelijk Vastgoed, RVV Verduurzaming
en E-factureren KAI.
– De omzet van de andere departementen stijgt met € 8,6 mln door bijstelling van de
definitieve opdrachten. De grootste mutaties vinden plaats bij het Ministerie van
Infrastructuur en Waterstaat (IenW; € 3,6 mln) en het Ministerie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport (VWS; € 2,2 mln). De overige departementen zorgen voor een stijging
van de omzet van € 2,8 mln.
Omzet derden
De totale mutatie in omzet derden bedraagt € 7,8 mln. Deze mutatie is opgebouwd uit
de volgende onderdelen:
– De omzet vanuit de provincies stijgt met € 8,8 mln doordat deze in lijn is gebracht
met de definitieve opdrachtverlening 2019.
– De leges mest en overige regelingen agro worden vanaf 2019 niet langer door RVO.nl
geïnd (daling van € 2,3 mln). Deze taak is overgegaan naar het Ministerie van LNV.
– De opdracht vanuit de Europese Unie (EU) en overige derden opdrachtgevers is in lijn
gebracht met de definitieve opdrachtverlening 2019 (stijging van € 1,3 mln).
Bijzondere baten
Zoals ook het geval ten tijde van de ontwerpbegroting 2019 verwacht RVO.nl geen ontvangsten
in het kader van bijzondere baten.
Toelichting op de lasten
De baten en lasten stijgen per saldo met € 180,7 mln. De toename van het opdrachtvolume
zoals hierboven toegelicht leidt tot hogere uitvoeringskosten. Dit vertaalt zich in
een stijging van de personele kosten (€ 64,4 mln), met name hogere kosten voor ambtelijk
personeel (€ 45,6 mln), en materiële kosten (€ 112,4 mln). De materiële kosten zijn
onder te verdelen in directe en indirecte kosten, waarbij de directe materiële kosten
verband houden met de uitvoering van opdrachten. De toename van het opdrachtenpakket
leidt daardoor tot een stijging van € 72,8 mln aan overige materiële kosten. Dit geldt
ook voor de toename in de bijdrage aan SSO’s (€ 39,6 mln).
Kasstroomoverzicht RVO.nl
Suppletoire begroting 2019 (Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Omschrijving
(1)
Vastgestelde begroting
(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting
(3)=(1)+(2)
Stand 1e suppletoire begroting
1.
Rekening-courant RHB 1 januari 2019
60.086
65.820
125.906
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)
511.005
183.739
694.744
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)
– 502.626
– 176.737
– 679.363
2.
Totaal operationele kasstroom
8.379
7.001
15.380
Totaal investeringen (-/-)
– 12.500
1.500
– 11.000
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)
0
0
0
3.
Totaal investeringskasstroom
– 12.500
1.500
– 11.000
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)
0
0
0
Eenmalige storting door het moederdepartement (+)
0
0
0
Aflossingen op leningen (-/-)
– 7.999
323
– 7.676
Beroep op leenfaciliteit (+)
12.500
– 1.500
11.000
4.
Totaal financieringskasstroom
4.501
– 1.177
3.324
5.
Rekening-courant RHB 31 december 2019 (=1+2+3+4)
60.466
73.144
133.610
Toelichting op het kasstroomoverzicht
In het kasstroomoverzicht vinden, naast de hogere operationele ontvangsten door een
groter opdrachtenpakket, op basis van de mutaties in baten en lasten geen substantiële
wijzigingen plaats ten opzichte van ontwerpbegroting 2019.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.