Brief regering : Voortgang Bestuursakkoorden Bonaire, Sint Eustatius en Saba en andere belangrijke onderwerpen
36 600 IV Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2025
Nr. 56
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 mei 2025
In deze brief informeer ik uw Kamer over de voortgang van de bestuurlijke afspraken
met Bonaire, Sint Eustatius en Saba. De bestuurlijke afspraken vormen een belangrijk
instrument om resultaten te boeken op het gebied van goed bestuur, solide overheidsfinanciën
en economische ontwikkeling en zelfredzaamheid. Daarnaast informeer ik u over het
integraal wegingsmoment koopkracht Caribisch Nederland en een aantal door uw Kamer
ingediende moties.
1. Voortgang bestuursakkoorden
De bestuursakkoorden hebben als doel om concrete stappen op de terreinen goed bestuur,
solide overheidsfinanciën en economische ontwikkeling te zetten, inclusief afspraken
over wat hiervoor nodig is, wanneer dit wordt gerealiseerd en de planning om het werk
te faseren. Eind 2023 zijn bestuursakkoorden met Sint Eustatius en Saba afgesloten
en op 29 mei 2024 is met Bonaire een nieuw bestuursakkoord afgesloten. De bestuursakkoorden
lopen tot 2027.
De meerjarige afspraken in de bestuursakkoorden zijn nader uitgewerkt in (twee)jaarlijkse
uitvoeringsagenda’s. De voortgang van de uitvoeringsagenda’s wordt per kwartaal met
Bonaire, Sint Eustatius en Saba besproken. Ik houd in de gaten wat wel en niet goed
gaat en maak dit bespreekbaar met de eilandbesturen.
1.1. Bonaire
Het bestuurscollege van Bonaire heeft laten zien dat veel van de acties uit het bestuursakkoord
2024–2027 momenteel in voorbereiding zijn. Tegelijkertijd blijft de voortgang op een
aantal prioritaire doelstellingen nog achter bij de ambities. Ik constateer dat er
weinig zichtbare en voor inwoners merkbare resultaten zijn bereikt. In het bestuurlijk
overleg met het bestuurscollege van Bonaire heb ik hierover mijn zorg uitgesproken.
Het is daarnaast van groot belang dat het bestuurscollege verbeterstappen laat zien
op de interne financiële processen, dit is een kritiek punt met het oog op toekomstbestendige
overheidsfinanciën. Zo is het College financieel toezicht BES (Cft BES) kritisch geweest
in zijn adviezen van het afgelopen jaar en voelde zich genoodzaakt zich van een oordeel
te onthouden over de vierde uitvoeringsrapportage van 2024 vanwege de gebrekkige informatievoorziening.
Het Cft BES herhaalde daarbij zijn zorgen over de uitvoerbaarheid van de begrotingsambities
van Bonaire en ziet een zorgelijke toename van niet-uitgegeven middelen. In dit kader
heeft het Cft BES onlangs met Bonaire afgesproken het openbaar lichaam te ondersteunen
om het financieel beheer te verbeteren. In aanvulling hierop heb ik met Bonaire afgesproken
dat een plan met concrete verbetervoorstellen wordt gemaakt om de financiële functie
op orde te brengen.
Ik wil opmerken dat er ook er een aantal positieve stappen is gezet, bijvoorbeeld
dat de gezaghebber is gestart met een eilandelijk aanpak versterking goed bestuur,
de nieuwe bibliotheek is geopend met verbeterde dienstverlening en dat er 13 mln.
euro is toegekend voor het uitvoeren van de Regio Deal Bonaire. Met de Regio Deal
Bonaire wordt o.a. geïnvesteerd in gebiedsontwikkeling (Antriol en Nort’i Saliña),
openbaar vervoer, logistiek, schoolbereikbaarheid en verduurzaming van scholen.
Daarnaast heb ik samen met het bestuurscollege vastgesteld dat meer focus en verdere
prioritering noodzakelijk is met meer aandacht voor de uitvoering. De afspraken zijn
aangescherpt, met aandacht voor wat concreet gerealiseerd moet worden in 2025 en realistische
stappen daarnaartoe. Deze afspraken zien onder andere op:
− De realisatie van een containerdepot;
− De realisatie van een betaalbare en effectieve busverbinding (openbaar vervoer) op
het eiland;
− Uitvoering van de eilandelijke aanpak goed bestuur;
− De versterking van het VTH-stelsel voor natuur, milieu en bouwen;
− Opstellen en uitvoeren van een plan voor de borging en verbetering van de financiële
processen binnen het openbaar lichaam.
De uitwerking en voortgang van deze afspraken wordt in het volgende kwartaal vastgesteld.
Ik zal uw Kamer hierover vóór de zomer opnieuw informeren.
1.2. Sint Eustatius
Op 1 september 2024 is de Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius van rechtswege
vervallen en is de bestuurlijke ingreep beëindigd. Dit neemt niet weg dat er nog grote
uitdagingen zijn, met name op het gebied van uitvoeringskracht. Het openbaar lichaam
heeft een groot aantal openstaande vacatures, ook op sleutelposities. Dit heeft ook
zijn effect op de uitvoering van de afspraken in het bestuursakkoord. Sint Eustatius
werkt daarom aan een plan om het wervingsproces te versnellen en te verbeteren. Onderdeel
van dit plan is ook het formuleren van maatregelen om het personeel ook te kunnen
behouden. Momenteel wordt dit plan uitgewerkt door Sint Eustatius met ondersteuning
van mijn ministerie.
In 2024 is voortgang geboekt op diverse afspraken op het gebied van financieel beheer,
woningbouw, integriteit en goed bestuur:
− In 2023 en 2024 is een administratieve organisatie en interne beheersing-systematiek
(AO/IB) geïntroduceerd en in uitvoering gebracht.
− Sint Eustatius heeft stappen gezet om de interne controles te borgen, zodat zekerheid
over de juistheid van de kosten en de volledigheid van de opbrengsten kan worden verkregen.
− Het integriteitsbureau is begin 2025 operationeel geworden en er is een integriteitscoördinator
en integriteitsadviseur aangesteld. Daarnaast heeft er een succesvolle Integrity Summit
Dutch Caribbean plaatsgevonden op Sint Eustatius1.
− In 2024 zijn 20 sociale huurwoningen gerenoveerd en voorbereidingen getroffen voor
de bouw van 36 sociale huurwoningen in 2025. Daar heeft de Minister van Volkshuisvesting
en Ruimtelijke Ontwikkeling uw Kamer recentelijk nader over geïnformeerd.2
De uitvoering van de afspraken in 2025 zijn vastgelegd in een nieuwe uitvoeringsagenda
die ziet op het verder versterken van bestuurlijke en ambtelijke integriteit, economische
ontwikkeling en solide overheidsfinanciën, waaronder:
− Het opstellen van een lokale economische ontwikkelstrategie met een lange termijn
perspectief.
− Het borgen van de in 2024 geïntroduceerde administratie en beheersingssystematiek.
Het is van belang dat het openbaar lichaam stappen blijft zetten in de doorontwikkeling
van de AO/IB. Dit moet zorgen voor solide overheidsfinanciën op het eiland en het
behalen van een goedkeurende verklaring van de externe accountant op de jaarrekening
van Sint Eustatius.
− Het opstellen en uitvoeren van een eilandelijke aanpak voor goed bestuur.
1.2.1 Voortgang programma Statia 2026
Het programma Statia 2026 is een belangrijke kans voor Sint Eustatius om zichzelf
op de kaart te zetten. Het programma Statia Day 2026 bestaat uit de uitvoering van
de motie Bosman/Van Raak over de herdenking van 250 jaar First Salute. Het omvat de
uitvoering van de zes projecten binnen de Regio Deal Sint Eustatius, zoals de renovatie
van Fort Oranje en het herstel van de batterijen Rotterdam en Amsterdam en de uitvoering
van een aantal extra projecten die in het teken staan van het voor het eiland speciale
jaar 2026.3 In 2024 is de dealmakingsfase voor de Regio Deal afgerond en heb ik samen met het
bestuurscollege van Sint Eustatius en betrokken bewindspersonen het samenwerkingsconvenant
getekend.4 Met de Regio Deal, de herdenking van 250 jaar First Salute en de viering van de speciale
editie van Statia Day in 2026 wordt internationaal zichtbaarheid gegeven aan Sint
Eustatius en al hetgeen zij te bieden heeft. Daarbij moet niet alleen gedacht worden
aan de natuur boven en onder water, maar ook de vele historische monumenten en objecten
die de roerige geschiedenis van Sint Eustatius, de Verenigde Staten en Europees Nederland
aan elkaar verbinden. De verwachting is dat dit een stevige impuls aan het toerisme
zal geven voor de komende jaren. Dit programma loopt tevens mee in de economische
ontwikkelstrategie die nog dit jaar door het openbaar lichaam zal worden uitgewerkt.
1.2.2. Klif Sint Eustatius
Eind vorig jaar heeft het openbaar lichaam Sint Eustatius een schikking getroffen
met de partij (Eco-Statia) die het openbaar lichaam aansprakelijk had gesteld voor
de gevaarlijke situatie rond de klif aan de havenzijde van het eiland. Op verzoek
van het openbaar lichaam heeft mijn ministerie een financiële bijdrage geleverd aan
Sint Eustatius om de schikking te kunnen sluiten. De helft van dit bedrag is een bijzondere
uitkering, de andere helft een renteloze lening. Belangrijke voorwaarde bij het verstrekken
van deze middelen is de definitieve aanpak van het loslopend vee. Voornamelijk loslopende
geiten eten stelselmatig de begroeiing weg en dragen zo bij aan de erosie op het eiland.
Het bestuurscollege heeft het plan, inclusief helder planning en concrete mijlpalen
tijdig aangeleverd en moet nu aan de slag met de uitvoering. Ik blijf de voortgang
in de gaten houden. Eind 2025 volgt het tweede meetmoment. Dan wordt bezien of de
mijlpalen uit het plan zijn behaald. Wanneer niet aan de voorwaarde(n) wordt voldaan,
wordt de bijzondere uitkering omgezet in een renteloze lening. De totstandkoming van
het plan van aanpak was ook een voorwaarde voor het beschikbaar stellen van de nog
gereserveerde middelen voor de aanpak van het tweede deel van de klif. Ik ben voornemens
om de resterende middelen voor de klif dit jaar en volgend jaar stapsgewijs beschikbaar
te stellen. Via deze toelichting geef ik tevens gehoor aan de vaste commissie voor
Koninkrijksrelaties, die heeft verzocht om op de hoogte te worden gehouden over de
genoemde rechtszaak.5
1.3. Saba
Het bestuursakkoord met Saba is beter bekend als de Saba Package Agreement. In 2024
zijn belangrijke stappen gezet op het terrein van de eilandelijke infrastructuur en
fysieke leefomgeving:
− Middels de Regio Deal Saba is er € 5 mln. beschikbaar gesteld aan het openbaar lichaam
Saba (OLS) voor de bouw van een wijkcentrum in St. Johns. Het OLS is begonnen met
de ontwerpfase. Verwacht wordt dat de aanbesteding voor de bouw in de tweede helft
van 2025 van start kan.
− In het tweede kwartaal van 2024 zijn met het afronden van het woningbouwproject «Under
the Hill 2» 18 sociale huurwoningen op Saba opgeleverd. Het OLS leverde hiervoor 18.000
m2 overheidsgrond en het Ministerie van VRO heeft in 2023 een financiële bijdrage van
€ 1,2 miljoen geleverd voor afbouw van de woningen.
− In combinatie met de eerste fase van «Under the Hill» zijn er in totaal 38 sociale
huurwoningen op deze locatie gebouwd. Daarnaast is afgesproken dat er tot 2030 nog
eens 50 betaalbare woningen worden gebouwd op het eiland. In 2024 heeft het OLS hiervoor
de eerste bouwgronden verworven. Voor meer informatie over de voortgang van de afspraken
op het gebied van volkshuisvesting, ook op Bonaire en Sint Eustatius, verwijs ik naar
de voortgangsbrief van de Minister van VRO.6
Een belangrijke mijlpaal in 2024 is dat het kabinet € 40 mln. gereserveerd heeft voor
de bouw van een nieuwe orkaanbestendige haven op Saba (Black Rocks Harbour). Deze
middelen worden uitgekeerd in aanvulling op de eerder door de Minister van Infrastructuur
en Waterstaat toegekende middelen. Op 8 oktober jl. is het bouwcontract van het OLS
met Ballast Nedam getekend en inmiddels heb ik de eerste tranche van de middelen (€ 30
mln.) aan het eiland beschikbaar gesteld. De bouw van de nieuwe haven is een cruciaal
project voor de economie en zelfredzaamheid van het eiland. De bouw van de haven zal
in het vierde kwartaal van 2025 van start gaan. Samen met het OLS en de Minister van
Infrastructuur en Waterstaat houd ik de voortgang van het project in de gaten.
Tegelijkertijd zijn er ook onderwerpen waar extra aandacht voor nodig is in 2025.
De uitvoering van die afspraken is vastgelegd in de nieuwe uitvoeringsagenda voor
2025 en richten zich op:
− Het opstellen van een economische ontwikkelstrategie;
− Het opzetten van een lokale rekenkamer.
− Het bevorderen van ambtelijke en bestuurlijke integriteit, onder andere met het instellen
van heldere inkoop- en aanbestedingsregels.
− Versterking van de uitvoeringskracht door middel van organisatieontwikkeling.
2. Uitvoeringskracht
Ik zie dat de voortgang van de bestuurlijke afspraken wordt belemmerd door het gebrek
aan beschikbare uitvoeringscapaciteit op de eilanden. Belangrijke factoren hier bij
zijn de bijzondere positie en ligging van de eilanden, kleinschaligheid en omvang
van de beroepsbevolking. Het is de verantwoordelijkheid van de eilanden om de uitvoeringskracht
op orde te brengen. Daarbij is het mijn rol om hierbij te ondersteunen en randvoorwaarden
te scheppen. Het versterken van de uitvoeringskracht is daarom een belangrijke prioriteit
van de bestuurlijke afspraken en zijn er in de afgelopen jaren extra middelen beschikbaar
gesteld.
Daarbij realiseer ik mij dat dit tijd kost. Vanuit dat perspectief neem ik ondersteunende
maatregelen met behulp van onder andere de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG),
de Omgevingsdienst Nederland, beroepsverenigingen het projectenbureau bij de Rijksdienst
Caribisch Nederland. Ik heb toegezegd uw Kamer voor de zomer te informeren over de
waarborging van het principe «comply or explain».7 Het versterken van de uitvoeringskracht speelt hierbij een rol en dit zal ik hierin
verder meenemen.
3. Integraal wegingsmoment koopkracht Caribisch Nederland
In het debat met de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties op 11 december 2024 over
het sociaal minimum Caribisch Nederland (Kamerstuk 36 600 IV, nr. 40) heb ik toegezegd de Kamer te informeren over de verdere invulling van het jaarlijkse
integrale weegmoment koopkrachtmaatregelen en het bijbehorende tijdpad. Zoals ik in
het debat heb aangegeven, ben ik van mening dat het beleid ten aanzien van koopkracht
beter op elkaar kan en moet worden afgestemd. Dit geldt voor inwoners maar ook voor
het samenspel van maatregelen voor bedrijven. Daarom is afgesproken om dit jaar de
maatregelen voor de koopkrachtmaatregelen voor 2026 integraal te bezien, in de vorm
van een integraal afwegingsmoment. Hierbij worden kabinetsmaatregelen over bijvoorbeeld
rijksbelastingen, (tijdelijke) subsidies op kosten van levensonderhoud, doorwerking
van taakstellingen uit het Regeerprogramma (bijlage bij Kamerstuk 36 471, nr. 96) en inkomensondersteuning bij elkaar gebracht. Ook worden zoveel als mogelijk inkomenseffecten
berekend en wordt verkend of prognosecijfers van inkomens en prijzen kunnen worden
bepaald, zodat ook een beeld over koopkracht kan worden verkregen. Uw Kamer wordt
in het reguliere proces op de derde dinsdag van september geïnformeerd over de uitkomsten
van dit integraal afwegingsproces.
4. Overzicht Rijksuitgaven voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Tijdens het debat met uw Kamer over de begroting van Koninkrijksrelaties en het BES-fonds
voor het jaar 2025 op 22 en 23 oktober 2024 is door het lid Bruyning c.s. een motie
ingediend die de regering verzoekt te onderzoeken hoe interdepartementale begrote
rijksuitgaven aan Bonaire, Sint Eustatius en Saba inzichtelijker kunnen worden gemaakt
en de Tweede Kamer hierover te informeren (Kamerstuk 36 600 IV, nr. 19). Via bijlage 6 van de begroting en het jaarverslag Koninkrijksrelaties wordt de
Kamer reeds op hoofdlijnen geïnformeerd over de uitgaven van de verschillende departementen
aan Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
Gelet op bovengenoemde motie heb ik besloten om dit overzicht te concretiseren en
per departement op te nemen op welk artikel middelen worden uitgegeven en of er sprake
is van een subsidie, inkomensoverdracht of bijdrage. In het jaarverslag van 2024 van
Koninkrijksrelaties zal deze nieuwe werkwijze als eerste worden toegepast. Met deze
stap geef ik invulling aan de motie.
Tot slot
De bestuursakkoorden met Bonaire, Sint Eustatius en Saba beschouw ik als belangrijke
instrumenten om prioriteiten te stellen en tastbare resultaten te boeken. De komende
periode blijft mijn focus gericht op het bevorderen van goed bestuur, solide overheidsfinanciën
en economische zelfredzaamheid. Hierbij is extra aandacht voor het op pijl brengen
van de uitvoeringskracht en de daarvoor benodigde randvoorwaarden. Dat doe ik in samenspraak
met Bonaire, Sint Eustatius en Saba en mijn collega’s in Den Haag.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
F.Z. Szabó
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.Z. Szabó, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties