Brief regering : Stand van zaken over de uitvoering van de motie van de leden Hertzberger en Meulenkamp over zich ervoor inzetten dat uitgangsmateriaal of eigenschappen in de NGT niet patentbaar zijn (Kamerstuk 36410-XIV-81)
36 600 XIV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2025
Nr. 80
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 mei 2025
Met deze brief informeer ik uw Kamer over het contact dat ik heb gehad met het Europees
Octrooibureau (EOB) naar aanleiding van de uitvoering van de motie-Hertzberger en
Meulenkamp.1 Mijn voorganger heeft toegezegd uw Kamer hierover te informeren, en ik geef hier
nu opvolging aan.
De motie-Hertzberger en Meulenkamp heeft betrekking op het voorstel vanuit de Europese
Commissie voor een verordening voor het gebruik van Nieuwe Genomische Technieken (NGTs)
in de plantenveredeling. De motie verzocht de regering zich ervoor in te zetten dat
het EOB de nieuwe verordening dusdanig interpreteert dat er noch op conventioneel,
noch op met door genetische technologie geïntroduceerde eigenschappen patenten kunnen
worden verleend. In het kader van de uitvoering van deze motie is er contact opgenomen
met het EOB. In deze brief heb ik de voorzitter van het EOB gevraagd te onderzoeken
of het mogelijk is om binnen de reikwijdte van de regelgeving die van toepassing is
op het EOB te stoppen met het toekennen van octrooien voor planteneigenschappen. Het
EOB heeft inmiddels schriftelijk gereageerd.
De betreffende brief en de reactie van het EOB zijn als bijlage toegevoegd bij deze
Kamerbrief.
De voorzitter van het EOB heeft in zijn reactie aangegeven dat de voorwaarden voor
het verlenen van Europese octrooien zijn vastgelegd in het Europees Octrooiverdag
(EOV). In overeenstemming met de Europese Biotech-Richtlijn2 bepaalt het EOV dat alleen planteigenschappen die via genetische technologie zijn
ingebracht, in aanmerking kunnen komen voor octrooibescherming. Plantenrassen als
zodanig zijn expliciet uitgesloten van bescherming. Het EOB is als uitvoerende instantie
gebonden aan het EOV en heeft geen mandaat om zelfstandig af te wijken van de daarin
vastgelegde bepalingen. Het EOB kan dus niet besluiten geen octrooien meer te verlenen
op planteneigenschappen. Daarvoor is een herziening van het EOV nodig. Een aanpassing
van het EOV is slechts mogelijk indien alle 39 verdragsluitende staten – waaronder
alle lidstaten van de Europese Unie – gezamenlijk instemmen met een wijziging van
het verdrag.
Met deze brief hoop ik uw Kamer voldoende te hebben geïnformeerd over de uitvoering
van de motie.
De Minister van Economische Zaken,
D.S. Beljaarts
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D.S. Beljaarts, minister van Economische Zaken